Stories uit de stal : veeartsen vertellen over vroeger
Katrien Vervaele
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lannoo, 2006 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : VERV |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
Lannoo, 2006 |
WEFLA MAGAZIJN : ENKEL NA MAGAZIJNAANVRAAG : 8° - GEWONE FORMATEN VERV |
31/12/2006
Adolescentenliteratuur is vaak synoniem van probleemliteratuur. Logisch, want bedoeld voor de leeftijd waarop de grote levensvragen opduiken en een mogelijke levensweg uitgestippeld wordt. Gevaarlijk vaak, als het enkel bij rapporteren blijft en elke diepgang uitblijft. Of louterend, wanneer je zoals de ikfiguur in Korstmos van Katrien Vervaele het uitzichtloze ombuigt tot hoop.
Die ikpersoon is zestien en naamloos. Bewust naamloos, want het liefst zou ze zichzelf helemaal laten verdwijnen. Weggelopen van thuis trekt ze op een zomerse dag in zwarte, vervuilde kleren naar de duinen ? een geliefde en symbolische locatie in Vervaeles romans overigens. De korte, afgemeten zinnen volgen het ritme van haar wanhoop. Alles in haar is haat tegen haar moeder, door wie ze zich niet begrepen en niet aanvaard voelt. Maar ook angst, want ze weet dat ze zal moeten kiezen. Terugkeren of volledig verdwijnen. "Ik ben een grensgeval", reflecteert ze wanneer ze ook letterlijk tegen een grenspaal aanloopt.
Symbool voor de komende keuze is de tatoeage op haar voet: een labyrint. Vervaele laat de ikpersoon aanvankelijk in haar woede en wanhoop het spoor naar binnen volgen, de diepte in, waar ze de kern van haar ongedefinieerd puberverdriet zoekt. Haar machteloosheid belet haar te spreken, maar voor de lezer is ze dankzij haar innerlijke monoloog een open boek. Het geeft het verhaal de nodige diepte.
De ikpersoon geeft haar trendy problemen als anorexia, krassen en borderlinegedrag niet enkel een gelaat, maar ook gevoel. Door zelfreflectie toont ze haar vertwijfeling en die twijfel is nodig om het spoor van het labyrint ook weer terug naar buiten te volgen. Het tilt de lezer boven de rol van voyeur en verplicht hem om verder te gaan dan de 'kick' van het probleem.
Het verhaal heeft net als het labyrint ook een weg terug. Lennart, een jonge bioloog merkt haar op en zoekt contact. Zijn gedreven verhaal over korstmossen zegt de ikfiguur wel iets, want ze voelt een vage lijn naar haar eczeem en haar bekraste armen. Maar bij zijn vragende blikken bij haar geringe eetlust of braakpogingen zet ze haar stekels op en gromt ze als een aangevallen welp. Net als de tekening van het labyrint neemt Vervaele die stekels heel letterlijk: het meisje trekt zich terug en reduceert met een bot mes haar haren tot stekels.
Maar de uitgestoken hand betekent een doorbraak en het meisje laat zelfs toe dat Lennart haar naar zijn moeder brengt. Die weekt haar letterlijk, onder de douche, en figuurlijk los en gaat naar de kern van het probleem. Op dat ogenblik wordt de neerwaartse spiraal omgebogen. Lennarts moeder legt ook de kern van het labyrint bloot: levensangst en die slaat zowel op de dochter als plaatsvervangend op haar moeder. Dit inzicht helpt de ikpersoon, en wie weet ook de lezer, een stap vooruit naar de volwassenheid.
De strakke structuur van het verhaal volgt de evolutie van de ikpersoon. Tot aan de ontmoeting met Lennarts moeder registreert zij met grote precisie de gebeurtenissen. Daarna, wanneer ze niet meer uitsluitend op zichzelf gefocust is, worden de pauzes langer. Tot zover is de structuur functioneel. Té functioneel, want te veel gestuurd, en te toevallig is dan weer de hele ontmoeting met Lennarts moeder en de parallelle situatie met zijn zus. Daarnaast krijgen reële gegevens als het labyrint, de korstmossen, het eczeem, de grenspaal, het stekelkopje, het losweken onder de douche systematisch een symbolische invulling. Een en ander smeekt om een bredere uitwerking en inkleding. Dat neemt niet weg dat Vervaele in Korstmos met grote inlevingskracht een overtuigend portret van een zoekende puber getekend heeft. En dat is veel meer waard dan een gedetailleerde reportage van trendy puberproblemen. [Jet Marchau]
Gonny Smeulders-Veltman
De ik-figuur, een 16-jarig meisje, loopt van huis weg omdat ze zich onbegrepen voelt. Lennart, een jonge bioloog, onderzoeker van korstmos, onderkent de tekenen van onmacht (vervuiling, anorexia nervosa, zelfverminking door snijden). Dit heeft bij zijn zusje geleid tot zelfmoord. Lennart brengt de tiener naar zijn moeder. Na een paar dagen vol confronterende situaties en gesprekken, is het meisje in staat contact te leggen met haar eigen moeder. Realistische, inleefbare en aandoenlijke weergave van de zoektocht van een tiener naar zichzelf. Gedachten en gevoelens van het meisje zijn gedetailleerd weergegeven met aandacht voor zintuiglijke waarnemingen. Gebruikte beelden en symboliek geven het geheel een poëtische ondertoon. De korte zinnen, het eenvoudige taalgebruik, de tegenwoordige tijdsvorm en de ruime bladspiegel verhogen de leesbaarheid, evenals de dagboekachtige indeling met onderverdeling in tijdstippen. Op de slappe kaft is het gefotografeerde portret (vooraanzicht) van een meisje dat oogcontact vermijdt; in roze-rode tinten. Vanaf ca. 14 jaar; tevens geschikt als themastof in groepsverband.
Hilde de Boeck
ua/an/22 j
Korstmos' vertelt het verhaal van een meisje dat het moeilijk heeft met zichzelf en met haar moeder. Ze voelt zich niet begrepen en loopt weg van huis. Gelukkig is er een jongen, Lennart, die zich over haar ontfermt. Vanaf het begin voel je zo de spanning. Het meisje neemt je mee in haar negatief gevoel. Het verhaal wordt op een adembenemende manier verteld door de ik-figuur, je leeft je in in haar wereld en begrijpt haar ook wel. Stilletjes aan heeft de jongen meer vat op haar en voel je dat ze toch begint te 'ontdooien'. Lennart neemt haar mee naar zijn moeder. Gelukkig begrijpt die het meisje. Ze neemt contact op met haar moeder zodat die zich niet meer ongerust hoeft te maken. Lennart had zelf een zus die ook de grenzen aftastte , maar die negeerde en uiteindelijk zelfmoord pleegde. De moeder van Lennart weet hoe ze het meisje moet benaderen. Het misverstand tussen moeder en dochter wordt mooi uitgelegd. Misschien staat haar eigen moeder te dicht bij haar om echt te kunnen helpen. Ze is bang en weet niet hoe ze moet helpen. Het meisje vindt alles de schuld van haar moeder maar het gaat eerder over het niet begrijpen van elkaar. De gebruikte taal is niet te moeilijk en het verhaal leest vrij gemakkelijk. Je leest het in één ruk uit. Gelukkig eindigt het positief. Het meisje heeft wel nog een lange weg af te leggen maar je hebt er een goed gevoel bij. Het verhaal wordt heel levensecht verteld. De titel 'Korstmos' verwijst naar de ronde, droge, schilferende plakken gele korst, net eczeem. Het meisje voelt zich ermee verwant. Lennart maakt een studie over korstmossen. Korstmos is een symbiose tussen een blauwwier en een schimmel. Het blauwwier zorgt voor het voedsel voor de schimmel. De schimmel zorgt voor het nodige water voor het wier. En zo zorgen ze voor elkaar. Ze kunnen niet zonder elkaar. Mooi beschreven! Je voelt dat de schrijfster er wat vanaf weet. Er worden veel emoties weergegeven. Je voelt zo de woede van het meisje. Nergens in het verhaal wordt haar naam vermeld. Lennart vraagt haar er wel naar maar ze wil hem niet zeggen. Als je een naam hebt, dan ben je ook iemand. Een mooi verhaal over een tiener met problemen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.