Een gegeven woord
Wilfried Martens
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lannoo, 2006 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 333.2 MART |
31/12/2006
Wilfried Martens werd op 19 april 1936 geboren in het Oost-Vlaamse Sleidinge in een hardwerkend, diep gelovig landbouwersgezin. Gelovig is de trouwe kerkganger Wilfried Martens altijd gebleven, een echtscheiding en een tweede huwelijk -- waar in zekere kringen weinig begrip voor bestond -- hebben daar niets aan veranderd. Over zijn privéleven laat hij hier en daar wat doorschemeren, maar voor het overige blijft hij de discretie zelve. Zoals hij zijn kinderjaren beschrijft, kun je gewagen van "arm maar proper". Universitaire studies kwamen er met hulp en aanmoediging van leraren en bekenden, die in de pientere knaap Wilfried wel wat zagen voor de toekomst. En dan maken we de sprong naar de Wilfried Martens die op Expo '58 veel ophef verwekte met zijn betogingen, de Martens van de Vlaamse strijd, de Martens die voorzitter was van het 'wonderbureau' van de CVP-jongeren. De Martens van de Sturm-und-Drang, zeg maar, die op 2 mei 1969 de 1 mei-oproep tot progressieve frontvorming bijtrad. Samen met de socialistische journalist en politicus Lode Hancké trok hij op tocht door Vlaanderen. Hun laatste progressieve voorlichtingsvergadering belegden ze in Zele en tien maanden later, op 4 maart 1972, werd Wilfried Martens voorzitter van de CVP en was hij zogezegd volwassen geworden voor de politiek. De verschuiving van links van het centrum naar rechts van het centrum was ingezet. Na de verkiezing tot CVP-voorzitter was Martens' opgang begonnen. De memoires bevatten talrijke episodes uit zijn carrière als partijvoorzitter en eerste-minister: de altijd beslechte, maar nooit echt voltooide staatshervorming, de devaluatie, Poupehan, de rakettenkwestie, het Heizeldrama, de Bende van Nijvel, de CCC-aanslagen, de abortuskwestie en de tijdelijke "onmogelijkheid tot regeren" van koning Boudewijn enz. enz. Tussen Boudewijn en Martens groeide trouwens een "zielsverwante" band. Zij werden het eens over een federalisme, dat het voortbestaan van België niet in gevaar bracht. De beschrijving van de "laatste blik" die Martens en Boudewijn wisselden tijdens het Te Deum van 21 juli 1993, tien dagen voor de dood van Boudewijn, is aangrijpend door de oprechte emotie die eruit spreekt. Martens had vier maanden tevoren na 12 jaar premierschap de Wetstraat 16 voorgoed verlaten. De tijd voor de aflossing was gekomen. Hij werd opgevolgd door Jean-Luc Dehaene, wat gebeurde in een koele sfeer, ook al omdat er geen belangrijke functie meer vrij bleek voor Martens. Maar hij herpakte zich in de Europese politiek, werd voorzitter van de Europese Volkspartij (EVP), waarvan hij een van de belangrijkste oprichters was en werd voorzitter van de EVP-fractie in het Europese parlement. Hij maakte er de sterkste fractie in het Europese Parlement van. Dat gebeurde o.m. door de aansluiting van de Britse conservatieven en van Berlusconi's Forza Italia, wat begrijpelijkerwijze niet bij iedereen in goede aarde viel. Als staaltje van Realpolitik en zelfs van rauwe machtspolitiek kan het wel tellen. Toch geeft Martens te verstaan dat hij in de loop van al die hectische jaren misschien zijn methoden heeft veranderd, maar niet zijn overtuiging.
Deze memoires zijn een brok interessante, soms ook aangrijpende lectuur over de recente politieke geschiedenis van ons land. Vanzelfsprekend helpt het dat het boek zo goed geschreven is -- onmiddellijk werd daar de hand achter gezocht van een ghostwriter, met name de gewezen politieke redacteur van 'De Standaard' en publicist Hugo De Ridder. Martens politieke levensverhaal van 864 met foto's geïllustreerde bladzijden wordt aangevuld met 72 pagina's gemakkelijk te consulteren noten, een chronologie, een bibliografie, een fotoverantwoording en een namenregister. Zelfs de bladspiegel en de gebruikte letter verdienen een vermelding. Zoals in alle mensenwerk zullen er in deze memoires onvermijdelijk ook fouten en vergissingen zijn geslopen, maar deze gedenkschriften zijn een voorbeeld in het genre. [Robert Schoeters]
Redactie Vlabin-VBC
De memoires van Wilfried Martens vormen een stevige brok interessante, maar ook aangrijpende lectuur over de recente politieke geschiedenis van België. Ze zijn opmerkelijk goed geschreven, wellicht dankzij de inbreng van Hugo De Ridder. De fraaie bladspiegel en letter verhogen de leesbaarheid. De meeste pagina's handelen natuurlijk over de twaalf jaar dat Martens eerste minister was, maar hij besteedt ook ruimschoots aandacht aan zijn huidige functie, het voorzitterschap van de EVP. Daar vallen enige dissonanten, waar Martens meent slachtoffer te zijn van complotten in de eigen partij. Over zijn privé-leven laat hij hier en daar wat doorschemeren, maar blijft hij al bij al discreet, net als wanneer hij citeert uit zijn briefwisseling met koning Boudewijn. Hij blijft een wat raadselachtige figuur, zeker wanneer hij - toch gewezen premier en partijvoorzitter - herhaaldelijk zegt niet te hebben behoord tot het establishment van de partij en het land. Deze gedenkschriften zijn een voorbeeld in het genre en zullen dienstig zijn als belangrijke historische bron. Met een aantal zwart-witfoto's, noten, een chronologie en register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.