Condor
Walter Baele
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Abimo, 2005 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BAEL |
31/12/2006
Tika Kriepie is een kleine, ondeugende heks. Bij het begin van het verhaal zet ze de vervelende muziekles op stelten door te toveren, iets wat streng verboden is in de klas. Agent Knuppelpoot, die plotseling voorbijkomt, dreigt dan ook met een strenge straf. Daar moet de lezer echter een hele tijd op wachten want in de volgende stukjes is een bezem ontsnapt uit het huis van de familie Kriepie en komen er een paar poepende duiven aangevlogen, gaan Tika en Kobe op bezoek bij meneer en mevrouw Duim en achtervolgen ze de ontsnapte bezem tot in een grot, waar ze een vrijend koppeltje in een auto ('ijzeren koets') betrappen. Zo belanden ze in mensenland waar ze natuurlijk voor grote opschudding zorgen. Ze raken klem in een warenhuis, vliegen tegen een raam aan en komen in het ziekenhuis terecht. Intussen heeft de ongeruste mama Kriepie een opsporingsbericht bezorgd aan agent Knuppelpoot. Samen met Kobe en een speurdraakje gaat die op zoek. In mensenland worden ze neergeschoten door jachtvliegtuigen waardoor ze belanden op de koninklijke tribune. De koning is razend. Natuurlijk komt alles weer op zijn pootjes terecht en kan het grote bezemfeest doorgaan. Dat wordt echter brutaal verstoord door een muizenplaag, maar Tika verjaagt de muizen met haar vioolspel.
Aan de flinterdunne verhaaldraad worden al te veel kleine eindjes vastgeknoopt. Sommige invallen zijn beslist leuk, maar andere zijn flauw en onbenullige voorvallen worden uitvoerig beschreven. Alle personages zijn stereotiep, van de overijverige agent Knuppelpoot tot de vadsige, dikke huisman die vader Kriepie is. De meeste zinnen zijn erg kort en gelijk gebouwd, wat geregeld voor een vervelende dreun zorgt. Die maakt ook dat de dialogen onnatuurlijk klinken.
Op allerlei manieren probeert de bekende tv-komiek en studio 100-acteur Walter Baele grappig uit de hoek te komen. Geregeld verwerkt hij verwijzingen naar bekende sprookjes (zo staat in de krant dat Sneeuwwitje aan lager wal geraakt is) en naar de mensenwereld (zo hebben de sjieke meneer en mevrouw Duim een bezem met chauffeur en de everzwijnen een modder-jacuzzi). De auteur zorgt ook voor voorpret: telkens als de duiven eraan komen, weet je dat ze ramen zullen onderpoepen en dat de hazen Spot en Spat eraan zullen komen met emmers en sponzen. De beeldspraak is grappig bedoeld, al is die soms wel vergezocht. Leuker zijn de vele woordspelingen en neologismen, van 'bosrupspuree' tot Spot en Spat.
De illustraties van Claudia Verhelst verraden een duidelijke invloed van Kristien Aertssen in de karikaturale, kleurrijke figuurtjes. Net als Aertssen werkt ze met collages waarbij ze foto's mengt met tekeningen, gestempelde motieven en stukjes verknipte tekst. [Jan Van Coillie]
A. Cames van Batenburg
De heksenkinderen Tika en haar broertje Kobe gaan achter een ontsnapte vliegende bezem aan. Ze vliegen door de Verboden Grot en verlaten daarbij het sprookjesbos. In de onbekende mensenwereld gaat het ene na het andere mis: ze proeven het eten uit de supermarkt zonder te betalen en belanden na hun vlucht voor de politie in het ziekenhuis. De eenvoudige verhaallijn wordt opgeleukt met ietwat flauwe scènes over de gemene viooljuf en de luie, slonzige heksenvader. De tekst is aan de moeilijke kant met woorden als krabijzertje, vioolgetjirp en stalactieten, terwijl de zinnen met opzet kort zijn gehouden of worden afgebroken. De stijl is soms onnodig populair: 'Wat is haar mama een ouderwetse trut.' Bekende sprookjes worden aangehaald ('Ja Joeri, de zoon van Roodkapje, echt een lelijke donder. En dik!'), maar op een manier die voor zevenjarigen niet humoristisch is. De confrontatie tussen de sprookjes- en de mensenwereld is af en toe grappig, al zijn het geen nieuwe gegevens (een auto is een ijzeren koets). De kleurrijke illustraties in gemengde technieken ondersteunen de sfeer van het verhaal goed. Jeugdboekendebuut van een bekende van Vlaamse televisie, radio en theater. Vanaf ca. 9 jaar. Mede naar gegevens van
Nancy Batens
ua/an/22 j
Tika Kripie woont in het sprookjesbos, samen met haar broertje Kobe, kleine zus Saartje, grote zus Mout, papa heks en mama heks. Mama heks heeft een bezemwinkel en papa heks is huisman, nou ja… In het sprookjesbos leven heksen (die niet langer toveren), kabouters, bekende sprookjesfiguren en dieren allemaal vreedzaam samen. Tika Kripie is een ondernemende jongedame die vaak in de problemen komt. Ze volgt muziekles maar oefent niet genoeg en wanneer ze op haar donder krijgt van mevrouw Vos, tovert ze. Dit is ten strengste verboden... Als straf moet ze vijf dagen mos krabben. ’s Anderendaags is het grote Bezemdag. Mama heks wil al haar bezems tentoonstellen. Maar er is er eentje gaan vliegen. Wanneer Tika en Kobe uitnodigingen gaan uitdelen voor de grote Bezemdag, zien ze de ontsnapte bezem en gaan ze er achterna… Na een lange achtervolging, valt de avond en vliegt de ontsnapte bezem een zwaarbewaakte grot in. De kinderen vliegen hem achterna. Na een half uur van gang in gang uit komen ze aan de uitgang. En … zijn ze gearriveerd in de ‘mensenwereld’. Ze ontmoeten een liefdespaartje en volgen hun auto wanneer ze terug naar de stad rijden. Wanneer ze honger krijgen, gaan ze naar de supermarkt en eens daar aangekomen zijn de gevolgen niet meer te overzien. In dit fantasieverhaal wordt het sprookjesbos bewoond door een bont allegaartje: heksen wonen zij aan zij met dieren en sprookjesfiguren. Meneer Duim, de zoon van Klein Duimpje is gelukkig getrouwd. Hun tuinman is Kobe de Kikkerman, half kikker en half mens, een fout gelopen betovering. Pablo is de kunst-specht die houten beelden maakt. Agent Knuppelpoot zorgt voor de handhaving van de wet terwijl mevrouw Knuppelpoot een melkerij uitbaat. Kabouter Pinkie helpt mama heks in de winkel. Hij heeft geen rode maar een roze puntmuts, heeft geen baard (die zijn vies en vervelend) en is goed in decoratie… Er wordt een volledig parallelle wereld geschapen met tal van, soms nogal stereotiepe, verwijzingen naar de onze. In het verhaal zelf zijn de personages helemaal niet stereotiep: de heksen en tovenaars mogen niet langer toveren en vele sprookjesfiguren zijn aan lager wal geraakt: Sneeuwwitje werkt nu in de wasserette. Soms is dit allemaal een beetje verwarrend en te vergezocht. Het boek is uitgegeven in full color. De creatieve illustraties van Claudia Verhelst zijn een kleurrijke combinatie van tekeningen en collages. Jammer genoeg komen de prenten over als een samenraapsel van stijlen en kloppen de verhoudingen niet altijd.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.