De donkere kamer van Damokles
Willem Frederik Hermans
Willem Frederik Hermans (Auteur), Max Pam (Samensteller)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 2005 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HERM |
31/12/2006
Mag W.F. Hermans' wereld- en mensbeeld in zijn romans en verhalen nietsontziend zijn, in zijn polemieken deed hij er nog een schepje bovenop. Het destijds gepeste jongetje dat zich mordicus wil bewijzen, kent maar één vriend: de eigen waarheid. Een slecht boek ervaart hij als een persoonlijke belediging. Wie hem ooit als redacteur of criticus een strobreed in de weg legde, verdient in de grond te worden geboord. Max Pam verzamelde meer dan 40 van de scherpste polemieken, waarvan een aantal niet eerder in boekvorm is verschenen. De bundel opent met een stuk over Lodewijk van Deyssel, geschreven voor een schoolblad. "In zijn kritiek poogde Van Deyssel iets nieuws te brengen: de kritiek als kunstwerk op zich. Eigenlijk was dit een noodzakelijkheid. Het werk dat hij besprak, was immers nauwelijks een serieuze bespreking waard." Dat laatste geldt ook voor veel auteurs die Hermans op de korrel neemt. Hun werk is intussen aan de vergetelheid prijsgegeven. De brille waarmee hij hun epigonisme en valse pretenties ontmaskert, blijft het echter doen. Adriaan van der Veen blijkt zulk als zand aaneenhangend proza te schrijven, dat je moeiteloos zinnen van plaats kunt verwisselen, iets wat Hermans dan ook met genoegen toont. Als ex-verzetsman J.B. Charles Volg het spoor terug publiceert, een lafhartig 'boek' over de oorlog dat tegelijk spaart en moraliseert, doopt Hermans het om in Volg het spoor omhoog en somt hij Charles' politiek naïeve blunders op. En passant sneert hij naar diens kaalhoofdigheid. Zijn strijd tegen de mandarijnen bereikt een climax: "En dan is het afgelopen met de goede gewetens. Dan zullen die op hoge palen tentoon worden gesteld: de warme kompressen van hun lamlendige stijl om de kinderballon van hun hoofd, in de ene hand een bijbeltje en in de andere de verzamelde werken van Stalin." Hilarisch zet hij Idil in zijn hemd, "het rooms-katholieke half-ondergrondse culturele terreurorgaan dat de sterk aan spionagediensten herinnerende naam draagt van Informatie Dienst Inzake Lectuur". Een koekje van eigen deeg ? bekrompen en kneuterig taalgebruik ? krijgen o.a. Cees Buddingh' ("Bijzonder aardig; prima, prima") en J.J. Peereboom ("Peereboom? Treurwilg?"), dat laatste gesteld in anglicistische kromtaal. Diverse stukken gaan over de pseudoverzetsman Weinreb, de zgn. 'redder' van duizenden joden die alleen op eigenbelang uit was. Hier moest Hermans met een ontzagwekkende feitenkennis weerwerk leveren tegen 'goedmenende' Nederlandse intellectuelen die het voor Weinreb bleven opnemen. En hier vergaan hem ook de humor en het sarcasme die andere stukken zo lezenswaard houden. In sommige stukken bijt hij zich vast in onbenulligheden en wenste je dat hij zijn pijlen op belangwekkender zaken had gericht. Soms gaat hij gewoon niet met zijn tijd mee. Zo ergert hij zich eraan dat knipsels voor een cd-rom zijn 'gescand': "Gescand betekent nader onderzocht" ? alsof er in taal geen betekenisverandering bestaat. Grondig denkwerk levert hij in twee stukken over de (onmogelijkheid van) de historische roman, waar hij loskomt van detailkritiek en persoonlijke rancune. Voor de meeste van deze polemieken geldt: ongeacht de waarheidswaarde huiverend meegenieten van het tentoongespreide rituele geweld, vol leedvermaak en opluchting dat het (zó meesterlijk) slechts op papier gebeurt. [Erik de Smedt]
Hans Renders
Max Pam leest al veertig jaar met plezier de polemieken van Willem Frederik Hermans. En dat is aan zijn eigen werk te merken. Pam stelde nu een bloemlezing uit die polemieken van Hermans samen en voorzag die van een uitgebreide inleiding. Hermans is scherp en soms kwaadaardig, zo zegt Pam, maar belangrijker en zelden opgemerkt is dat deze polemieken zo geestig zijn. Dat begon al met Mandarijnen op zwavelzuur waarin WFH schrijft dat literaire kritiek lijkt op sneeuwruimen. 'Er verdwijnt alleen, wat vanzelf ook wel verdwijnt.' Maar Hermans had geen tijd om op de lente te wachten. Wat uit deze bundel zo duidelijk wordt is dat wat tegenwoordig 'kwetsend' wordt genoemd lange tijd usance is geweest in de Nederlandse literatuur. Het ene na het andere 'scheldstuk' van Hermans en anderen stond in literaire tijdschriften zoals Podium en Hollands Maandblad. Hoogtepunt uit deze bundel is het pamflet tegen J.B. Charles. Het meest gemiste stuk is dat tegen Ed. Hoornik. De erven Hermans gaven, tot spijt van Pam, geen toestemming voor publicatie.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.