Fabels
Jean De La Fontaine
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Querido, 2005 |
YOUNG ADULT : FRAN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Querido, 2005 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : FRAN |
Annemie Leysen
ob/kt/26 o
Ed Franck is een bedrijvig man: hij schrijft in alle genres voor alle leeftijden en bewerkte ook nog een reeks wereldklassiekers voor de jeugd. Terecht werd hij herhaaldelijk bekroond met prestigieuze prijzen. Met De man bij het meer richt hij zich tot de jongeren. Laura, 16, heeft net haar eerste amoureuze en seksuele ervaring achter de rug en daar houdt ze een behoorlijke kater aan over. Haar ouders sturen haar naar een tante op het platteland om van een en ander te bekomen. Tante Rebecca blijkt het prototype van de vlotte, knappe, slimme carrièredame, journaliste van beroep, single maar met een rist afgevoerde mannen op haar palmares. Miles Davis en Billie Holiday scheppen mee de sfeer in haar designwoning, haar "zelfgeschapen cocon", want "stijl als dam tegen de lelijkheid van de wereld". Ze laat Laura begripvol, zonder opdringerigheid, alle ruimte en tijd.
In de buurt ligt een uitgestrekt en verlaten meer. In twee kleine Bokrijk-huizen aan het water wonen een man en een vrouw, twee bizarre einzelgängers met een tragisch verleden, zo blijkt stilaan, die het duidelijk niet op elkaar hebben begrepen.
In die entourage probeert Laura in het reine te komen met de herinneringen aan haar verloren Karel. Er wordt behoorlijk wat afgepraat en getobd. Over de liefde en hoe moeizaam die kan zijn, over het onbetrouwbare "mansvolk" en over "groots en meeslepend leven" à la Marsman. Franck laat Laura's prille ervaringen associatief aansluiten bij wat ze in haar refuge hoort en beleeft: in gecursiveerde passages duiken haar herinneringen geregeld op. Een handige en economische flashback-techniek, maar hier weleens verkrampt toegepast: "Er viel een korte stilte, maar Laura vond het niet hinderlijk. Karel. Elke stilte in een groep kon hij opvullen met zijn verhalen over wat hij had meegemaakt..." En veel meer van hetzelfde.
Laura raakt gefascineerd door de twee mysterieuze bejaarden. Als de man haar in zijn verwarring voor ene Paula neemt, wil ze koste wat het kost achterhalen wat er zich in het verleden heeft afgespeeld. Dat koppige speurwerk, en de schrijnende confrontatie met wat Rebecca "een plattelandstragedie" noemt - wat bij Laura meteen de associatie van haar eigen "grootstadstragedie" oproept - werkt stilaan therapeutisch en relativerend. Ook de gesprekken met haar tante, die achter haar blitse bravoure veel eenzaamheid en emotionele mislukking camoufleert, zorgen voor uitzicht en bevrijding. Liefde in drie tijden, dus.
Ed Franck is een professional. Dat merk je ook hier weer. Hij koos voor een traag kabbelend vertelritme. Er gebeurt nauwelijks wat. Gedachten, herinneringen en gesprekken wisselen af met poëtische natuurbeschrijvingen. Wat Laura op haar treinreis naar het dorp door het raam voorbij ziet schuiven, bijvoorbeeld: "Pootloze koeien dreven op mistbanken die laag over de weilanden slierden. Daarna gleden de bermen van een holle weg voorbij in brokstukken van licht en schaduw." En nog, over een muggenzwerm: "Een doorzichtig kluitje pure uitbundigheid". Ook de wanhopige waanzin van de oude man, jankend bij het meer om zijn dode geliefde, wordt mooi opgeroepen.
Maar het zit weleens goed fout. De overvloedige levens- en liefdeslessen die Rebecca haar nichtje wil meegeven, klinken vaak geforceerd en weinig geloofwaardig. Dat hele, gewild jofele-maar-diep-vanbinnen-gekwetste personage kon me niet overtuigen. En ook Laura's taalregister lijkt me niet echt dat van een meisje van vandaag: "Ik heb een veldslag verloren, maar nog niet de oorlog." De personages komen nauwelijks tot leven en lijken in dienst te staan van het unheimliche sfeertje, de onbestemde nostalgie en de esthetiserende beelden die Franck wilde creëren.
De man bij het meer mag dan wel een kunstig opgezet boek zijn, het heeft me niet bijzonder kunnen boeien en al helemaal niet kunnen ontroeren.
Vanessa Joosen
em/ov/10 n
Ed Franck lijkt een voorliefde te hebben voor personages die herstellen van een ingrijpende, traumatische ervaring. Of het nu gaat om een klein meisje dat haar broertje verloren heeft ( Zie ik je nog eens terug? ), een jongen die door zijn moeder verlaten is ( De droge rivier ), of een man met schuldgevoelens over de handicap van zijn broer ( Het huis van eb en vloed ): allemaal zijn ze getekend door het verleden. Laura uit De man bij het meer is voor het eerst teleurgesteld in de liefde. Uit de cursief gedrukte gedachteflarden die het verhaal doorkruisen, blijkt dat haar vriendje Karel meer in de fysieke dan de emotionele kant van hun relatie geïnteresseerd was. Laura beseft dat ze zich heeft laten gebruiken. Om zichzelf te beschermen trekt ze naar het Vlaamse platteland, waar haar tante in een huisje bij een meer woont. ,,Ze was gekomen met maar één opdracht: de pijn zo snel mogelijk uit haar lijf weg te snijden. Het is de perfecte omgeving om haar ontreddering te overwinnen en haar tante Rebecca, een vrijgevochten journaliste met veel ervaring in de liefde, is de ideale persoon om Laura in haar verwerkingsproces te begeleiden: ze laat haar nichtje de nodige vrijheid om zichzelf te herontdekken, maar neemt geregeld de tijd voor een goed gesprek.
Net als haar tante wil Laura onafhankelijk zijn van wat anderen denken, bewuste keuzes maken en zich daaraan houden. Haar breekbare zelfvertrouwen wordt meteen op de proef gesteld: aan het meer maakt Laura kennis met een eenzelvige man die haar aanspreekt met Paula'. Van een al even eenzelvige dame aan de andere kant van het meer verneemt Laura dat hij haar verwart met een meisje dat tien jaar eerder in het meer is verdronken. Paula was toen zestien, net zo oud als Laura nu, en de gelijkenis tussen hen beiden is treffend. Laura wil het fijne weten over de mysterieuze dood van haar intrigerende dubbelgangster. De antwoorden op haar vragen zoekt ze bij de man bij het meer, die een gevaarlijk spel speelt: aantrekking en afstoting, zinnelijkheid en angst kenmerken hun relatie. De hittegolf die het land overspoelt maakt de sfeer nog broeieriger en benauwender.
Communicatie is niet de sterkste kant van de personages die de boeken van Ed Franck bevolken. Dat heeft met hun traumatische ervaringen uit het verleden te maken. Die communicatieproblemen zijn een dankbare literaire strategie: ze bieden de auteur de kans om mysterie en spanning aan de psychologische verhalen toe te voegen. Gaandeweg leren de personages over hun verleden te praten: de lezer krijgt zo de nodige puzzelstukjes aangereikt om de gebeurtenissen te reconstrueren. Communicatie ontwikkelt zich in Ed Francks boeken als een therapeutisch proces, als een vorm van ,,uitzieken, zoals Laura het noemt. Voor Laura wérkt het: haar observaties op de terugreis weerspiegelen die van de heenreis, maar haar beleving is geëvolueerd. Het passieve paard uit het eerste hoofdstuk dat niet wil galopperen is op de laatste bladzijde een veulen met schoppende achterpoten geworden - ook Laura heeft haar levenslust herwonnen, al beseft ze dat het leven nooit eenvoudig zal zijn.
De man bij het meer is niet het meest gedurfde boek uit het oeuvre van Ed Franck, noch het meest vernieuwende. In de loop van zijn gevulde schrijverscarrière heeft hij een vaste formule voor zijn adolescentenromans ontwikkeld, die nog steeds goed werkt, maar niet meer verrast. Onovertroffen blijven zijn scherpe observatiegeest en literaire beeldvorming (bijvoorbeeld de beschrijving van Laura's treinritten), maar op het vlak van de plot en de karaktertekening dreigt het verhaal in clichés te verzanden. Laura's hippe tante is een wat voorspelbare figuur, met haar platen van Billie Halliday, haar kast vol boeken en haar ,,wijze uitspraken over mannen: ,,Mannen worden sukkels als een vrouw glimlacht, of: ,,Bezorg een man een beetje magie en hij ligt als een schoothondje aan je voeten, met een cadeautje in zijn bek. Ook Karel is een stereotiep personage als de artistieke, betogende en hasjrokende rebel die zich niet durft te geven in een relatie. De adolescent die naar het platteland trekt om zichzelf te (her)ontdekken is eveneens een wat uitgemolken concept, dat eerder werd toegepast door onder anderen Aidan Chambers ( Breaktime ), Anne Provoost ( Vallen ), of recenter Jan De Leeuw ( Vederland ). En al even vaak gaat de zoektocht naar de eigen identiteit gepaard met het oplossen van een mysterie uit het verleden. Wel origineel is dat Laura seksueel ervaren is, terwijl de adolescenten uit bovenstaande titels nog aan hun eerste liefdeservaring moeten beginnen. De thematiek van zinnelijkheid is een van de sterkere motieven uit De man bij het meer , waarbij de grenzen van de lichamelijke verleiding voortdurend in vraag gesteld worden: wanneer ben je een slet? Hoe behoud je de controle? Wanneer wordt aantrekkingskracht gevaarlijk? Voor de liefhebbers van Ed Francks oeuvre vormen de allusies op zijn vorige boeken leuke knipoogjes, al zullen die kenners zich misschien storen aan de vaste formule die de auteur zonder veel nieuwe impulsen toepast.
DE AUTEUR Ed Franck (1941) schrijft poëzie, prentenboeken, kinderboeken en adolescentenromans. Zijn werk werd talloze malen bekroond, waaronder twee keer met de Prijs van de Vlaamse Gemeenschap en een keer met de Boekenleeuw. Zie ik je nog eens terug?' kreeg in 2004 een Vlag & Wimpel.31/12/2005
Laura is zestien en herstelt bij haar tante op het platteland van haar eerste mislukte liefde. In de afzondering van de natuur probeert ze haar gevoelens over de relatie met ex-lief Karel te doorgronden. Op haar tochten ontdekt ze twee huisjes, het ene bewoond door een verward lijkende oude man, het andere door een norse oude vrouw. Na een paar vluchtige ontmoetingen en gesprekjes vermoedt Laura een drama, waarbij tien jaar eerder een leeftijdgenote, Paula, een rol speelde. Vanuit haar nieuwsgierige aard graaft ze verder en ze vergeet er haar eigen gepieker bij.
Dit verhaal sluit wat thematiek en personages betreft aan bij vorige adolescentenromans van Ed Franck. Een wat eenzelvige adolescent(e), gevoelig voor schoonheid en voor de natuur, tast zichzelf, de liefde en het leven af. De zoektocht leidt tot de conclusie dat het leven en de liefde beantwoorden aan de natuurwet van eb en vloed, een thema dat in Het huis van eb en vloed (1998) grondig uitgespit werd. Het is ook de levensles die Laura van tante Rebecca meekrijgt. "je kunt er weinig tegen doen. Zorg alleen dat je blijft zwemmen."
Laura beantwoordt als zoekende en kneedbare tiener aan het beeld van een modale adolescent(e). Om zijn thema origineel te belichten, confronteert Ed Franck haar met twee enigszins extreme personages die een tegenstrijdige visie op de liefde hebben. Rebecca is het type van de mondaine, vrijgevochten vrouw. Een stijlvol geklede dame, single, reporter voor een flashy weekblad, die thuis tussen haar designmeubelen en met een cocktail in de hand naar jazz luistert of danst op Braziliaanse sambaklanken. "Als je iets doet, doe het dan in stijl", geeft ze haar nichtje mee, en "Stijl is de enige dam tegen de lelijkheid van de wereld." De wereld bekijkt ze nogal hautain: "Laat niet toe dat het domme vee je de weg verspert." Welke adolescente zou niet opkijken naar zo'n adembenemende tante, die haar bovendien niet voortdurend op de huid zit? Franck heeft een schitterend prototype getekend, maar een sterke confrontatie tussen tante en nichtje zit er niet in. Daarvoor stelt Laura de modieuze levenswijsheid die Rebecca over haar heen strooit te weinig expliciet in vraag. Het is Rebecca en niet de afwachtende Laura die tot de conclusie komt dat haar leven vooral op illusie berust. "Ik wil niet dat je mij als voorbeeld neemt, [...] Ik wil niet dat je je aan de schijn vergaapt." Wat meer weerwerk van Laura op tante Rebecca zou de confrontatie dieper ingekleurd hebben. Die uitspraak laat Laura wel nadenken over haar Karel, die aan één verovering genoeg had. Maar verder dan het gemijmer over de vraag of hij misschien ook zo'n vlinder was die bang is voor de echte liefde, komt zij niet.
De rol van het tweede personage, de oude man, is confronterender, hoewel minder duidelijk. In combinatie met zijn norse buurvrouw vertegenwoordigt hij de passie. Laura, die zich in het begin van het verhaal als een avontuurlijk en nieuwsgierig kind profileerde, is in haar verregaande naïviteit niet bang om de man steeds verder uit te dagen. Tot ze ontdekt waar dit spelletje tien jaar eerder toe leidde. Opnieuw komt ze niet verder dan wat gemijmer. Had zij met Karel niet net hetzelfde als Paula beoogd? Wou ze niet evengoed experimenteren en de spannende en onbekende wereld eindelijk in kaart brengen? Was dit facet wat dieper uitgespit, dan zou dat vonkende bladzijden opgeleverd hebben.
Zoals bij vele personages van Ed Franck verloopt de communicatie moeizaam. Bij de man en de vrouw heeft schelden het spreken al lang vervangen. Dit komt dan weer de spanningsboog ten goede; het geheim achter het drama wordt beetje bij beetje -- net niet helemaal -- prijsgegeven.
Het verhaal is met zorg gestructureerd. In het eerste deel geven veelvuldige, korte flashbacks een gefragmenteerd beeld van Karel en het verloop van de relatie. Ook hier zal de adolescent de gevoelens herkennen: achter het branieachtige voorkomen van de geliefde vermoedt Laura een 'droevige', 'diepere' persoon. Halfweg het verhaal verdwijnt tante Rebecca en krijgt het drama in het bos alle aandacht. De verdwenen flashbacks wijzen op Laura's evolutie, waarbij ze loskomt van Karel en haar gepieker. Een paar motieven, zoals het motief van de vogels en van het zwemmen, ondersteunen het verhaalthema. Een merel zingt idyllisch zijn lied voor het open raam van Rebecca's huis; roofvogels, met een link naar Karel die een buizerd volgt, zijn op buit uit; de oude man wringt na de dood van Paula zijn koerende en parende duiven de nek om; ganzen in formatie zoeken de vrijheid. Paula verdronk omdat ze letterlijk niet kon zwemmen. Als zwemmen als metafoor voor leven staat, geldt dit als een waarschuwing voor Laura: Paula's avontuurlijke levensopvatting was gevaarlijk. Vandaar dat de oude vrouw, die Laura als een reïncarnatie van Paula ziet, haar voor hoer uitscheldt wanneer ze in sexy ondergoed gaat zwemmen in het meer. En dat tante Rebecca Laura waarschuwt: zorg dat je blijft zwemmen.
De man bij het meer kun je lezen als een mooi verwoorde en aparte benadering van de zoektocht van een adolescent naar de ware liefde, of, wie enger kijkt, als een gecamoufleerde detective. Hoe origineel en diepzinnig ook, in beide gevallen zat stof voor een meer uitgediept verhaal. [Jet Marchau]
W. van der Pennen-Schleicher
Laura (16) zit in de knoop met zichzelf sinds haar verkering met Karel uit is. Ze gaat voor een poosje bij een tante logeren, die ze eigenlijk niet goed kent. Naast de gespekken met deze nog jonge, alleenstaande vrouw leert ze haar eigen problemen relativeren door de confrontatie met twee bijzondere mensen. Ze raakt geïnteresseerd in het verleden van de verwarde man en van de bitsige vrouw; hij ziet Laura aan voor een zekere Paula en zij blijkt Paula's tante te zijn. Haar speurtocht naar wat er vroeger is voorgevallen, leidt Laura af van haar eigen sombere gedachten en geven haar meer inzicht in wie ze is en wat ze wil. Haar gedachten over en herinneringen aan Karel zijn associatief; ze staan cursief gedrukt. Naarmate het verhaal vordert, nemen die gedachten steeds minder plaats in. De natuur speelt een belangrijke rol bij het beschrijven van stemmingen. Er worden veel vergelijkingen gemaakt ('haar stem was donker, als door de zon verwarmd') die de een als poëtisch zal duiden, maar die voor de ander wat zwaar en ronkend over kunnen komen. Voor meer ervaren lezers vanaf ca. 14 jaar.
Diane Thoné
ua/an/22 j
Laura is ontgoocheld in de liefde en trekt zich tijdens de vakantie terug bij haar tante Rebecca, een vrijgevochten vrouw die alleen op het platteland woont. Het is een ietwat aparte vrouw met een bijzondere kijk op de liefde. Laura probeert daar met zichzelf terug in het reine te komen, want ze voelt zich misbruikt door Karel. Terwijl zij droomde van echte liefde wou hij enkel seks. De vakantie bij haar tante moet voor haar de lucht doen opklaren. Tijdens haar zwerftochten door de velden, ontdekt Laura vlak bij een meer twee huisjes, die bewoond worden door een oude man en een oude vrouw. Ooit waren ze samen, maar ze torsen een zware last uit het verleden. Laura blijkt een dubbelgangster te zijn van een meisje dat lang geleden gestorven is. De man ziet haar niet zoals ze is, hij spreekt haar aan met Paula. Om meer over haar dubbelgangster te weten te komen, gaat Laura voor een stuk mee in de waanwereld van de man. Ze speelt mee in een spel van aantrekking, zinnelijkheid en angst, zonder evenwel tot het uiterste mee te gaan. Maar deze keer laat de vrouw de man zijn gang niet gaan. De broeierige hitte maakt de sfeer alleen nog meer benauwd. Ed Franck heeft zich voor dit boek laten inspireren door de liefde, in al haar facetten en vormen. Al van bij het begin sleept het verhaal je mee. Laura is dan ook een heel herkenbaar en levensecht personage, met beslommeringen die een adolescent eigen zijn. Eens te meer bewijst Ed Franck zijn grote schrijftalent. De innerlijke zoektocht van Laura wordt dooor de beeldrijke en gevarieerde taal net dat tikkeltje hoger getild. Alleen, voor de allereerste keer had ik bij het lezen van een Ed Franck een beetje een déjà-vugevoel. Toch blijft dit toch wel een mooi en gevoelig boek..
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.