Getijden in de tuin : tussen Ruyschaard en Roobaard
Mia Gevaert
Mia Gevaert (Auteur), Albert Lauwers (Fotograaf)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lannoo, 2005 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 638.5 GEVA |
31/12/2005
Mia Gevaert beschrijft in Een tuin van licht en schaduw op bijna lyrische manier de tweede tuin die zij aanlegde rond de Roobaardhoeve in het West-Vlaamse Ruddervoorde. Zij had zich altijd al verbonden gevoeld met die plek: haar moeder was er geboren en haar grootvader was er opzichter in bossen die nu niet meer bestaan. Mia Gevaert was de zestig al voorbij toen ze met de aanleg begon, maar ze had ook al vijftig jaar ervaring met tuinen en planten. Het plan voor de tuin werd ineens op de grond uitgezet met behulp van bamboestokken en touwen. De beplanting verliep in verschillende fases. Water (ze tuiniert op een 'waterzak') en de lage zuurtegraad van de grond zorgden voor problemen en broodnodige aanpassingen. Maar na meer dan tien jaar geduldig werken is het resultaat dan ook een juweeltje. Gedetailleerd beschrijft ze de verschillende delen van de tuin: de binnentuin, de noordmuur van de garage, de rozentuin, de bostuin, de groentetuin... Soms vertelt ze over de keuze van deze of gene bloem, soms geeft ze wat tips voor de verzorging.
Mia Gevaert heeft een uitgesproken visie. Voor haar is een tuin de uitdrukking van het verlangen naar schoonheid, rust, troost: een droom die een welbevinden teweegbrengt dat men "bij gebrek aan beter, als geluk definieert". Zij gaat op in de sfeer van de natuurlijke omgeving, zoals die bv. in de kleuren tot uiting komt. Zij kiest planten op basis van hun uitstraling: het loutere bezit ervan zegt haar niets. Een tuin is voor haar meer dan planten en bloemen alleen: het is een (gecultiveerd) deel van de natuur, waarin naast planten ook mensen, vogels, insecten en andere dieren leven en zich goed voelen. Zij kant zich tegen "steriele tuinen": tuinen waar een overvloed aan kunstmatige ingrepen (bestrating, bevloering, "voetbalvelden gazon") de natuurlijke sfeer en de lieflijkheid opofferen aan "een winkel vol ornamenten". Deze visie, die herinneringen oproept aan de romantische inzichten van het einde van de 18e eeuw, komt ook aan bod in de mooie poëtische teksten (van o.a. Kees Stip, Jan Van Nijlen, Vasalis...) die over het hele boek verspreid zijn, meestal gekoppeld aan een toepasselijke foto van Albert Lauwers.
Maar het boek is meer dan een filosofische visie alleen: door haar decennialange ervaring weet zij als geen ander dat tuinieren ook hard en veel werk is en kan zij vele praktische tips geven, zowel op het vlak van organisatie als van concrete klusjes. Een knap stuk in dit verband is dat over 'oud worden in de tuin', waarin zij vertelt over haar aanpak van dat vele werk, nu zij de zeventig al een flink stuk gepasseerd is. [Jan Vermeiren]
J.A.W.M. Swinkels
In deze verzorgde uitgave beschrijft een 'plantswoman' haar grote tuin in West-Vlaanderen. Op beeldende en onderhoudende wijze verhaalt ze in 20 korte teksten hoe elk gedeelte van de tuin zich heeft ontwikkeld, welke interessante planten erin staan en hoe zij ze verzorgt. Hieruit blijken een jarenlange ervaring, veel toewijding, oog voor detail en gevoel voor sfeer. De hoofdstukken worden met korte, toepasselijke gedichten afgewisseld. Dankzij de schitterende, natuurgetrouwe kleurenfoto's krijgt de lezer een goede indruk van de mooie tuin. Het boek bevat een alfabetisch plantenregister en een bibliografie. Interessante teksten voor iedereen, die graag tuinen bekijkt en enige plantenkennis heeft.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.