Nooit denk ik aan niets
Hans Hagen
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Querido, 2008 |
Kinderhoek :
|
Aanwezig |
Van Goor, cop. 2004 |
Kinderhoek :
|
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Querido, 2008 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HAGE |
Magazijn |
Van Goor, cop. 2004 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HAGE |
31/12/2004
De dans van de drummers is een sprookjesachtige raamvertelling naar Hagens ingevingen tijdens zijn verblijf in Ghana en speelt zich af in de binnenlanden van Afrika. Gedurende één nacht vertellen zes kinderen, onder leiding van meester-drummer én meesterverteller Dudu Addi, elkaar verhalen. "Drie soorten verhalen", licht Hagen in het nawoord van zijn boek toe: "Sommige zijn echt gebeurd. Andere echt verzonnen. En sommige verhalen bestonden al, die heb ik op mijn manier verteld".
De licht moralistische sprookjes over o.a. moed, eerlijkheid en onzelfzuchtigheid worden niet zonder reden verteld: de kinderen zijn de zes nieuwe leerlingen van Dudu Addi. Elk van hen moet in deze nacht uit de zes trommels die onder gekleurde doeken op hun nieuwe meesters staan te wachten, de juiste kiezen. En juist betekent de trommel onder de doek in de kleur die het beste bij ieder kind past.
De vier jongens en twee meisjes kunnen nauwelijks wachten tot ze mogen kiezen en met de trommelles kunnen beginnen. "Maar de oude Dudu Addi zegt niets. / Hij speelt en lacht en danst. / Ta-ka-ta-ka-dong. / Dong-dong-dong, ta-ka-dongg! / Sidi kijkt naar de zee. / Boven het kabbelende water verschijnt een gelige gloed. / 'De maan!' / Het ritme wordt sneller. / De roffels steeds feller. / Bij elke slag wordt de maan groter. / Dudu Addi trommelt hem op uit de diepte. / Kom-op-ta-ka-dong, ta-ka-dong-kom-op! / De meester-drummer speelt tot de maan vol en rond is. / Kadongg! / Op het spiegelgladde water drijft een reusachtige bol, / En daaronder een tweede, / De maan kust zichzelf. / Dan stijgt hij op. / Sidi knijpt zijn ene oog een beetje dicht. / De bovenste maan blijft rond. / De onderste wordt een streep helder licht".
De nacht is begonnen, de kinderen mogen hun trommel kiezen. Maar vóórdat het zover is worden verhalen verteld waaruit de kinderen hun kleur kunnen opmaken en keus bepalen.
De vorm van De dans van de drummers doet eerder denken aan een sterk ritmisch lied dan aan een prozaverhaal. De korte zinnen zijn eenvoudig, krachtig, soms op rijm, vol van beeldspraak en poëzie en brengen het tromgeroffel tot leven. Het is een vorm die goed past bij de eeuwenoude traditie van vertelkunst waarop alle verhalen in De dans van de drummers rusten. "Wat ik zeg, ving ik op met mijn oor. / Mijn mond vertelt het verhaal alleen maar door", aldus Dudu Addi. De ritmische teksten in Hagens boek zijn inderdaad prachtig om hardop te lezen. Alsof je vertelt. Hagens boek is dan ook meer een voorleesboek dan een spannend leesboek. Een boek dat gaat over de kracht van vertelkunst. "Muziek tovert van alles tevoorschijn. / Woorden hebben die kracht ook. / Als je de juiste gebruikt, gaan er werelden open".
Jammer is dat Hagen niet in álle verhalen de juiste woorden gebruikt om zijn mystieke Afrikaanse werelden te openen. In het hoofdstuk 'Roetzwart' vergist Hagen zich domweg. In de openingszin "als laatste liep Hina's zusje naar de trom", moet "trom" pot zijn. En in 'De bijl van de beul' voert een dronken Afrikaanse koning het woord met een wel erg platte, Nederlandse tongval: "'Effuh slaappuh', lalde hij. 'ikkuh will niemand meer hooorruh'". De exotische, geheimzinnige sfeer in het boek, die door Philip Hopmans paginagrote, enigszins bevreemdende, kleurrijke tekeningen geïntensiveerd wordt (en waarvoor Hopman Hagen naar Ghana volgde) en de krachtige poëzie, worden onnodig wreed doorbroken. Storend voor de lezer.
De dans van de drummers is dus geen smetteloze 'dans', maar, door ritme, beeld en kleur wel een opmerkelijke. Dat de Griffeljury het Nederlandse leespubliek op Hagens boek wijst, is op zich begrijpelijk, maar een Gouden Griffel is wat veel van het goede. Een Griffel die, wie zal het met zekerheid zeggen, de jury wellicht is ingegeven door Hagens naambekendheid, maar daarmee nog geen realistische poging is tot het dichten van de kloof tussen Kinder- en Griffeljury. Hád de Griffeljury überhaupt dit doel voor ogen, waarom dan niet stoutmoedig gekozen voor een onbekende naam? Bv. voor Annejoke Smids' debuut Piratenbloed? Een bloedstollend, beeldend geschreven écht leesavontuur, gebaseerd op de oer-Hollandse sage De vliegende Hollander. Had de Griffeljury echter helemaal niet het doel gaten te dichten, waarom dan niet gekozen voor boeken waarin de woorden ononderbroken van begin tot eind voluit 'dansen'. Zoals Bart Moeyarts De Schepping of Edward van de Vendels Superguppie.
Een Gouden Griffel voor De dans van de drummers lijkt op kiezen voor de gulden middenweg. De keus mag gulden zijn, maar daarmee verdient het gekozene nog geen goud. Het is te veel een compromis.
Moge de Griffeljury (voortaan) vrij van heersende meningen, kritieken en modeverschijnselen kiezen voor het best geschreven boek dat tevens als leidraad voor het publiek dient, met in het achterhoofd de Chinese spreuk: 'Jaag je op een edelhert, laat dan de hazen lopen'. [Mirjam Noorduijn]
Stefan Rovers
In Afrika hebben zes kinderen zich verzameld rond de zieke meesterdrummer Dudu Addi. Ieder kind moet een trommel uitzoeken en een bijbehorend teken. Wie de verkeerde trommel kiest, krijgt geen les. Dudu Addi helpt ieder kind bij de keuze door over elk van hen een verhaal te vertellen. De schrijver vertelt in het nawoord dat enkele verhalen echt gebeurd zijn en andere verzonnen zijn. De verhalen geven stuk voor stuk een prachtig beeld van de sfeer en gebruiken in Afrika. Aan het eind van het verhaal wanneer de zeven bijeen zijn om te trommelen, komen de verschillende verhalen op een prachtige manier bij elkaar. Een raamvertelling, opgebouwd uit 21 korte hoofdstukken en geschreven in een prettige stijl met eenvoudige korte zinnen. Het boek is verlevendigd met een aantal kleurenillustraties die een hele of dubbele pagina beslaan. Ze geven het verhaal een extra dimensie. Op de stevige, blauwe omslag zijn zes Afrikaanse kinderen te zien rondom een kampvuur. Vanaf ca. 9 jaar. Winnaar van de Gouden Griffel 2004.
Katrien Van Tongerloo
ua/an/22 j
Diep in Afrika leeft men op het ritme van de drum. Drummen is iets dat je niet zomaar leren kan. Het is iets bijzonders, een verheven vaardigheid die iedere drummer op zijn drum uitoefent. Het is een hele eer als de meester-drummer van het dorp zijn kunsten aan jou wil doorgeven. Die eer valt zes kinderen deze nacht te beurt. De maan staat vol aan de hemel, het kampvuur knettert… Sssst, het ritueel begint.
Een prachtig boek geschreven vol ritme, overgoten met een melodie van magie en geheimzinnigheid. Net zoals bij een mooi lied kan je niet anders dan het boek in zijn totaliteit te absorberen. Je leest het met andere woorden in één ruk uit. Ook al is het een heruitgave van een boek uit 2003, de illustraties van Philip Hopman blijven mooi en stralen perfect de sfeer uit die het verhaal creëert.
Achteraan in het boek geeft Hans Hagen wat meer uitleg bij het ontstaan van het boek. Het lijkt of hij met een gigantische telescoop een uitzicht op Afrika biedt en dan vooral op Ghana. Ik raad iedere avonturier een kijkje aan!
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.