Ik zou wel eens willen weten
Jules De Corte
Jules De Corte (Auteur), Cees Van der Pluijm (Redacteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Nijgh en Van Ditmar, 2005 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 788.3 DE CORTE |
31/12/2005
In de 'Pluche' reeks -- 'Bibliotheek van Nederlandse chansons en cabaretliederen', zoals de ondertitel van de kwaliteitsserie van uitgeverij Nijgh en Van Ditmar officieel luidt -- is een nieuwe uitgave toegevoegd. Na Ramses Shaffy, Jacques Brel en Eli Asser is er nu aandacht voor Jules De Corte. De in 1996 overleden zanger/componist is vooral bekend van zijn zachte intimistische liedjes als het lied waar de bundel zijn naam aan ontleent. Vaak pleit hij voor een vredigere samenleving of stelt hij de enkeling tegenover de maatschappij. Het individu onderworpen aan een machtige machine, een systeem waaraan niet te ontsnappen valt, het is een vaak terugkerend beeld.
Het thema van de keurige middelmaat keert voortdurend terug in zijn werk. Voorbeelden zijn: 'Om half acht 's morgens', 'Het feest dat nooit gevierd werd' of Meneer N.N., waarin vooral de man in de anonieme massa wordt getoond. Zo ook in 'De enkeling', over het individu dat opstaat tegen de menigte en op alle mogelijke manieren zich probeert te roeren: "De enkeling stond op tegen wel honderdduizend dingen / Hij wou niet met de massamensen mee in het gareel / Hij wenste in het slavenkoor een vrije stem te zingen / Maar voordat hij het wist, had hij een schorgeschreeuwde keel" -- om aldus te eindigen: "De enkeling staat op, omdat hij zelf zijn weg wil kiezen / Hij vecht tegen het monster van de middelmatigheid / Hij zal zolang hij leeft bij voorbaat elk gevecht verliezen / En als hij eindelijk opgeeft, zegt men: 'Zo, die zijn we kwijt.'
Zijn gehele schooltijd, tot zijn 21ste jaar, bracht De Corte door op het katholieke blindeninstituut van Tilburg. Hoewel de meeste kinderen voorbestemd waren om mandenmaker te worden zag De Corte kans om te leren pianospelen. Dat zou voor hem de deur openen naar de radio, waar hij vanaf 1946 zijn eigen liedjes bracht. Door de jaren heen kreeg hij eigen programma's en af en toe groeide zijn werk uit tot echte hits. De Corte ontving tijdens zijn carrière een Edison, de Louis Davidsprijs en de Gouden Harp en de Visser-Neerlandiaprijs (voor zijn gehele oeuvre) -- kortom alle prijzen die een liedjesmaker zich maar kan wensen.
Zijn werk werd door Jenny Arean, Jasperina De Jong en Frits Lambrechts gezongen, hij was de uitvinder van de Cortefoon (een nieuwigheid in het begin van de jaren '70 waarbij mensen naar een speciaal nummer konden bellen om poëzie of overpeinzingen te horen) en doorbrak het taboe rond homoseksualiteit liedgewijs met het nummer 'Romeo en Julio' (lang voor Annie M.G. Schmidt met 'Romeo en Julius' in de musical Foxtrot). Naast een chronologisch overzicht (in omgekeerde volgorde) van zijn liedjes is er ook de uitstekende discografie die zo volledig is dat ook 78-toeren platen, singles, cassettes en ep's zijn opgenomen. Ook een overzicht van anderen die zijn werk zongen ontbreekt niet in deze knappe bundel. Bijzonder aardig is evenwel de cd met de opname van een optreden waarbij Jules De Corte werk bracht dat op geen enkele andere geluidsdrager te vinden is. Het completeert een uitgave die ongetwijfeld als standaardwerk over de man zal gaan fungeren. [Marjan Bex]
Dick Welsink
De dichter-zanger-componist-pianist Jules de Corte (1924-1996) is een typische representant van de gloriejaren van de radio. Een groot deel van zijn repertoire schreef hij alleen en uitsluitend voor dit medium, niet zelden in opdracht. Voor deze uitgave, het tiende deel in de Pluche-reeks, is een keuze gemaakt uit de teksten die op plaat en/of cd zijn uitgebracht, aangevuld met een aantal liedjes die via radio of tv openbaar gemaakt zijn. De teksten zijn in chronologisch omgekeerde volgorde afgedrukt, zodat je, wanneer je voorin met lezen begint, al bladerend steeds verder teruggaat in de tijd. Zo kom je tot de ontdekking dat de titelsong, het overbekende ‘Ik zou weleens willen weten’, een van de oudste liedjes is. De Cortes (maatschappij)kritiek was dikwijls lang niet mals, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het nummer ‘Zo is Wim Kan’, waarin hij de gevierde oudejaarsavondconferencier op zijn plaats zet. Bezorger Cees van der Pluijm leverde naast een informatieve biografische inleiding voorbeeldig commentaar en toelichtingen. Bij het boek zit een cd met opnamen van een optreden uit 1974.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.