Animal farm : roman
George Orwell
Aart Aarsbergen (Auteur), Peter Nijssen (Auteur)
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
De Arbeiderspers, cop. 2004 |
Leeszaal : 221AARS |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, cop. 2004 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 618.54 AARS |
31/12/2004
Een rangschikking maken van de beste wielrenners, het is al meer gebeurd. Er bestaat zelfs een website (www.cyclingranking.com) die alle resultaten van meer dan 12.000 coureurs sinds 1869 verwerkt in een klassement! Geen enkele rangschikking kan echter iedereen bekoren omdat supporters de resultaten anders, subjectief waarderen. Min of meer objectieve puntentellingen, die steeds Eddy Merckx als primus opleveren, kunnen niet iedereen overtuigen, i.c. degene die Fausto Coppi als de allergrootste beschouwen.
Aarsbergen en Nijssen gaan resoluut uit van de stellingen dat (1) wielerkampioenen in de eerste plaats ronderijders zijn, en dat (2) de Ronde van Frankrijk boven alles uitsteekt. Zo komen ze tot een puntensysteem waarbij winnaars van de Ronde van Frankrijk 250 punten krijgen, die van Italië de helft, en die van Spanje 75. Het Wereldkampioenschap is ook 75 punten waard, en de zes belangrijkste klassiekers, waaronder de sinds 1988 niet meer verreden maar vroeger belangrijke Bordeaux-Parijs, elk 50. De gevolgen zijn ondermeer dat drie vijfvoudige tourwinnaars de topdrie bezetten (Merckx, Hinault, Anquetil; Coppi weet zich nog net voor Indurain te nestelen; Armstrong staat 7e in de lijst, met zijn recente 6e overwinning klimt hij naar de 5e plaats); dat alle tourwinnaars in het klassement opgenomen zijn, zelfs al hebben ze geen van de andere wedstrijden ooit gewonnen; dat enkele hier minder bekende meervoudige Giro-winnaars opgenomen worden (Balmamion, Valetti); dat grote maar 'net-niet-Ronde-winnaars' als Christophe, Vietto en Poulidor niet in de lijst voorkomen; dat de eerste 'klassieke' renner op de achttiende plaats komt (Roger de Vlaeminck).
Na de lijst volgt het indrukwekkende hoofddeel van het boek, honderd portretten, variërend van 3 tot 15 pagina's, gerangschikt volgens de geboortedatum, van Lucien Lesna (1863) tot Jan Ullrich (1973). Het zijn boeiende en nauwkeurige portretten, waarin de levensloop, het karakter en de grote overwinningen van de renners worden besproken. Ook hun voornaamste tegenstanders worden besproken, zodat grote namen die de lijst niet gehaald hebben, zoals Raymond Poulidor, toch figureren in dit boek. Vele kleurrijke anekdotes, verhalen en journalistiek komen aan bod, maar de auteurs wijzen voortdurend op de onvermijdelijke mythevorming. Bepaalde verhalen heb ik wel eens in een andere versie gehoord, maar dat is eigen aan orale geschiedenis.
De eerste portretten bevatten ook een schets van het ontstaan van de wedstrijden, zodat het boek zeker ook een geschiedenis van de wielersport is, op de weg dan, hoewel de auteurs de zeges op de baan van de honderd kampioenen niet onvermeld laten. Het boek is zo up-to-date als mogelijk, met vermelding van de laatste wedstrijd van Museeuw, en van de dood van Schotte en Pantani. Achteraan het boek staan lijsten met de winnaars van de relevante wedstrijden, een index, en een lange literatuurlijst, met de vele klassiekers uit de wielerliteratuur (Buzatti, Maso, Nelissen) waar de auteurs vaak uit citeren. [Chris Bulcaen]
K.W. Cuperus
Hoe bepaal je wie de honderd beste wielrenners aller tijden zijn? De beide auteurs van dit historisch wieleroverzicht komen tot hun top 100 door alleen overwinningen in bekende eendagsklassiekers en de grote rondes (Tour, Giro en Vuelta) via een vastgestelde puntenwaardering bij elkaar op te tellen. Enigszins discutabel, want ereplaatsen en etappezeges tellen dan niet mee. Een voordeel is, dat enkele minder bekende Italiaanse en Franse renners ook aan bod komen. Alle honderd renners worden biografisch beschreven in chronologische volgorde. Consequent is van elke wielrenner één zwartwitfoto opgenomen. De nadruk ligt natuurlijk op de fietsprestaties, maar ook wordt vermeld wat iedere renner na zijn carrière heeft gedaan en soms hoe hij aan zijn eind is gekomen. Alles kort en duidelijk, af en toe anekdotisch, maar altijd 'to the point'. Anders zou deze vuistdikke paperback onhanteerbaar zijn geworden. Dit monumentale wielerboek bevat een indrukwekkende literatuuropgave. Onder de biografische wielerboeken van de laatste jaren is deze titel tekstueel wel het meest compleet en uitgebreid. In de top 100 staan zes Nederlanders: Jan Janssen, Joop Zoetemelk, Hennie Kuiper, Jan Raas, Wim van Est en Jo de Roo. Met register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.