Playin' with my friends : Bennett sings the blues
Tony Bennett
Ray Bennett (Redacteur), Bart De Pauw (Auteur), Jacques Dubrulle (Auteur), Michael Gorfaine (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lannoo, 2003 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 785.46 MOVI |
31/12/2004
Moving Music werd gemaakt naar aanleiding van het dertigjarige bestaan van het Internationaal Filmfestival van Vlaanderen. De organisatoren van het festival hebben altijd bijzondere aandacht gegeven aan filmmuziek als essentieel element van de gehele filmcontext. De ca. twintig componisten die in het boek aan bod komen, hebben alle op een of andere manier een band met het festival: ze werden gelauwerd, namen deel aan een colloquium, zetelden in een jury of gaven een concert. Uit de gesprekken klinkt dan ook vaak wederzijdse waardering. De gedegen en zeer vlot geformuleerde achtergrondinformatie geeft een beeld van de plaats van de muziek in het technische en inhoudelijke geheel van de film en scherpt tegelijkertijd het enthousiasme van de lezer aan.
"Een goeie soundtrack hoor je niet terwijl je de film bekijkt, je voelt hem" zegt Bart de Pauw in een inleidende tekst. Het leuke van dit boek is dat men er in geslaagd is om via uitgelezen en mooi gepresenteerd beeldmateriaal de films bij je op te roepen waar de componisten aan hebben meegewerkt. Door de focus van het boek echoot bijna vanzelf de muzikale score door je hoofd. Het is alsof ik nu pas gewaar werd welk een belangrijke rol die muziek speelde voor de beleving van de verhaal. De muziek van Morricone bij de films van Sergio Leone bv, vertelt meer dan de dialogen, hij vult de personages in, geeft ze een ritme, geeft ze een ziel. Het is verbijsterend als je leest dat Morricone ongeveer 15 films per jaar doet naast talloze andere muzikale projecten; zelf is hij niet onder de indruk van die prestatie en hij wil ook niet gezegd hebben dat zijn muziek vaak beter is dan de film: "voor mij is elk oordeel subjectief". Ook Elliot Goldenthal (van o.m. 'Alien 3') wil niet gehoord hebben dat zijn muziek de beelden overtreft: "Het is niet mijn bedoeling om de film te overtreffen. Ik probeer mijn muziek in de film in te passen en in harmonie met de film te werken. Als ze de film inderdaad overtreft, doe ik mijn werk niet goed". De geportretteerde componisten zijn zich terdege bewust van het totaalconcept, zij beschikken naast een doorgaans zeer gevarieerd muzikaal palet over een groot empatisch vermogen en psychologisch inzicht. Ze moeten voeling hebben met de taal van de regisseur, met de kleur en het ritme van de film en een interactie tussen de beelden tot stand brengen zonder die te domineren. En dat laatste is erg belangrijk en geeft ook wel eens aanleiding tot strubbelingen, lees je tussen de regels. Want iedereen wil erkenning voor zijn eigen aandeel; het welslagen van een film hangt af van de mate waarin allen die eraan meewerken elkaar kunnen vinden in een gemeenschappelijk streven, de verzuchting "Hopelijk zijn we allemaal dezelfde film aan het maken" is in die zin betekenisvol.
Al lezend probeer je na te gaan wat deze mensen zo uitzonderlijk maakt. Je leest hoe ze hun vakkennis voortdurend aanscherpen, over hun brede belangstelling voor muzikale stijlen en uiteenlopende filmgenres, over inspiratie. Het magische vermogen om sferen op te roepen waar de toeschouwer zich als vanzelf in verliest, wordt mooi en grappig getypeerd door regisseur Ken Russel: "Wanneer het regende en je wou beelden van een mooie, zonnige dag oproepen, dan kon de muziek van Georges de zon laten doorbreken. Dat is iets wat alleen voor God en Georges Delerue weggelegd is". Wat deze kunstenaars naast al die kwaliteiten groot en groots maakt, is hun enorme gedrevenheid, hun meeslepende begeestering. Zelfs van hun uitspraken over muziek gaat een enorme intensiteit uit die je als vanzelf in bepaalde scores terugvindt. Het is waarschijnlijk die intensiteit die hen laat standhouden in een vak waar afwijzing, tegenslag en kritiek evenmin uitzondering zijn als in eender welk ander vak.
Bij het dichtslaan van dit mooie en zeer toegankelijke boek kun je je helemaal terugvinden in de uitspraak van auteur Bart Moeyaert in het begin van het boek: "Het verhaal van een film is een meervoudig verhaal, maar voor mij is het verhaal van de filmmuziek een meervoudig verhaal in het kwadraat". En je hebt meteen zin om een cd-tje op te zetten, en kijk, zelfs met die behoefte werd rekening gehouden. Op de bijbehorende cd brengt het nationaal orkest van België muziek van Elmer Bernstein, Georges Fenton en Georges Delerue. [Marita Vermeulen]
Martin Kaaij
Het Internationaal Filmfestival van Vlaanderen vierde zijn dertigjarig bestaan met dit jubileumboek. In een kleine 140 pagina's worden negentien filmcomponisten (onder wie Henny Vrienten, Ennio Morricone en Michael Nyman) door verschillende auteurs ondervraagd over hun leven en werk. De interviews zijn aan de oppervlakkige kant: het soort lichte gesprekjes met een zeer bewonderd persoon die een mens ook in glossy magazines kan aantreffen. Het taalgebruik is slordig. De tekst is rijk geïllustreerd met kleurenfoto's van films waarvoor de desbetreffende componist zijn score afleverde. Daardoor is het meer een plaatjesboek dan een leesboek geworden. Met mooie plaatjes, dat wel. Speciale aandacht is er voor Belgische filmcomponisten. Bijgesloten is een cd met filmmuziek van Georges Delerue en George Fenton. Dit boek bevat geen register, maar wel een inhoudsopgave en vier voorwoorden. Gebonden; 20,5 x 24,5 cm..
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.