Endlösung : het lot van de joden 1933-1949
David Cesarani
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Anthos /Manteau, cop. 2005 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : DUITSLAND 947 EICHMANN |
31/12/2005
De befaamde hoogleraar joodse geschiedenis en cultuur David Cesarani is een historicus pur sang, een man van de twijfel, van de historische kritiek, van de stevige bewijsvoering, van de feiten. Exact veertig jaar na de klassieker Eichmann in Jerusalem: a report on the banality of evil van de Duits-Amerikaanse joodse filosofe Hannah Arendt, publiceert hij een grootse Eichmann-biografie, in het Nederlands wat voortvarend vertaald als de 'definitieve' biografie (de oorspronkelijke titel Eichmann: his life and crimes is veel bescheidener). De krachtlijnen van het leven van Adolf Eichmann zijn vrij algemeen bekend. Hij was tijdens het nazi-bewind verantwoordelijk voor de anti-joodse maatregelen in de bezette gebieden en coördineerde tussen 1942 en 1944 de joodse deportaties. De 'architect van de Endlösung' ontsnapte in 1946 uit Amerikaanse gevangenschap en zat vijf jaar ondergedoken in Duitsland vooraleer hij naar Argentinië kon vluchten. In 1960 werd hij daar aangehouden, waarna het beroemde proces in Jeruzalem volgde en hij in 1962 ter dood werd gebracht.
Hannah Arendt woonde een gedeelte van het Eichmann-proces bij, wat uitmondde in het standaardwerk Eichmann in Jerusalem, dat het onderzoek naar Eichmann tot op heden bepaalt. Volgens haar deed Eichmann de joden inderdaad monsterlijke dingen aan, maar was hij zelf geen monster in de gebruikelijke zin van het woord. Het was een vrij banale, kleurloze figuur, die in een systeem functioneerde waarin niemand vraagtekens bij de Endlösung plaatste. Hij was een radertje in een grote machine, die orders opvolgde zonder de implicaties van zijn daden in te schatten. Hij werd niet gedreven door ideologie, was niet bijzonder antisemitisch, was beangstigend 'normaal'. Eichmann was voor Arendt het prototype van de 'totalitaire man', een figuur die slechts zo 'slecht' wordt omdat hij in een totalitair systeem leeft en werkt. Arendts stelling werd ondersteund door vele historici, politicologen zoals Hilberg en wetenschappers zoals Milgram, die via een psychologisch experiment bewees dat 60% van een willekeurige populatie slaafs bevelen van de autoriteiten opvolgt. Tussen 1965 en 1985 werd de massamoord op de joden grosso modo beschouwd als het hoogtepunt van de moderne bureaucratie. Het nazistische Duitsland werd gekarakteriseerd als een supergecentraliseerde moderne en hiërarchische staat, waarin macht en autoriteit van boven naar beneden vloeiden en beambten het lot van miljoenen bepaalden. Eichmann, de bureaucratische bureaumoordenaar par excellence (hij krenkte zelf geen enkele jood een haar), was een sleutelfiguur in de toen heersende opvatting van de nazi-tijd en Endlösung. Die theorie is uiterst cultuurpessimistisch: het nazi-regime is niet uniek, maar slechts een schoolvoorbeeld van een totalitair systeem; elke mens is een potentiële massamoordenaar indien in een bepaalde context geplaatst. Intussen is de pendel opnieuw omgeslagen. Zo beklemtoont Daniel Goldhagen in zijn meesterlijke Hitlers gewillige beulen uit 1996 de historische uniciteit van het nazi-regime en de persoonlijke verantwoordelijkheid van de nazi-beulen.
Historicus David Cesarani heeft niet de ambitie om zoals Arendt of Goldhagen een algeheel verklaringsmodel voor de drijfveren achter het nazi-regime te geven. Hij wenst op meticuleuze wijze en gesteund door zoveel mogelijk onomstotelijk bronnenmateriaal de persoon Eichmann te doorgronden. "Misschien kan het raadsel Eichmann het best worden benaderd door de weg van zijn leven en carrière te volgen". Hij verwijt Arendt dat haar beschrijving van Eichmann "in grote mate vooraf bepaald en mythologisch was". Hij keert op haar stappen terug en begint het onderzoek naar Eichmann van voren af aan, hierbij gesteund door nieuw opgedoken bronnenmateriaal zoals Eichmanns autobiografie. Het is hem niet te doen om een vlot vloeiend verhaal waarin alle puzzelstukjes mooi in elkaar passen, maar wél om de zoektocht naar de complexe persoon Eichmann, waarvan het levensverhaal bestaat uit leugens, bedrog en tegenstrijdigheden. Cesarani's goed geschreven boek bestaat uit acht chronologische hoofdstukken en een historiografisch stuk. Het verhalende karakter wordt afgewisseld met interpretatieve stukken.
Cesarani toont aan dat Eichmann helemaal niet hersenloos gehoorzaamde aan de autoriteiten. Hij vroeg nooit zijn overplaatsing aan, vocht beleidsconflicten uit, nam eigen initiatieven en was buitengewoon ijverig bij het uitoefenen van zijn taak. Bovendien functioneerde nazi-Duitsland helemaal niet als een totalitaire monoliet, maar als een wirwar van rivaliserende partij- en staatsinstellingen waarover Hitler op een grillige wijze de leiding had en waarin het beleid het resultaat was van een compromis tussen machtige individuen en belangengroepen. Op huiveringwekkende wijze toont Cesarani aan hoe Eichmann zijn werk vooral als carrièremogelijkheid zag. Eichmanns persoonlijke parcours in zijn aanpak van het joodse vraagstuk verloopt parallel aan dat van het regime. Het is een verhaal van indoctrinatie en radicalisering, maar ook van toevalligheden. Eerst werd de optie van de vrijwillige emigratie naar Palestina genomen (in samenwerking met zionistische organisaties!), dan die van de gedwongen territoriale oplossing (Nisko, Madagaskar, het Russische achterland), dan waren er regionale moordpartijen en uiteindelijk vanaf december 1941 de systematische uitroeiing van joden of de holocaust, bevestigd in januari 1942 tijdens de Wannsee-conferentie. Cesarani toont op grandioze en meeslepende wijze aan hoe Eichmanns denken en handelen radicaliseert; niet in één gestroomlijnde beweging, maar vol haperingen en twijfels. Hij verwijst een aantal mythes naar de prullenbak -- zo kende Eichmann helemaal geen ongelukkige jeugd, zoals vaak gesteld -- en nuanceert het verhaal van Eichmanns optreden in Hongarije in het voorjaar van 1944, dat algemeen wordt beschouwd als het summum van zijn boosaardigheid. Toen Duitsland in maart 1944 Hongarije bezette, woonden daar 750.000 joden. Tussen april en juli 1944 werden 437.000 van hen naar Auschwitz gedeporteerd, waar driekwart onmiddellijk werd vermoord. Eichmann reisde met vrijwel al zijn medewerkers naar Hongarije af en leidde persoonlijk de deportaties. Na nader onderzoek concludeert Cesarani dat die feiten onomstotelijk vast staan, maar dat het 'succes' van Eichmann ook mogelijk werd door "de fanatieke toewijding van de Hongaren die de joden hun rechten en bezit ontnamen, de razzia's organiseerden en uitvoerden, de getto's bewaakten en de joden op de deportatietreinen zetten". Meer zelfs : "Een genuanceerde beoordeling van Eichmanns functioneren in Hongarije toont het tanen van zijn macht en invloed inzake het joodse vraagstuk". Cesarani brengt een aantal opmerkelijke feiten aan het licht, bijvoorbeeld dat Eichmann tijdens de jaren '30 zeer intense en hoffelijke contacten met joodse organisaties en personaliteiten onderhield.
Deze biografie van Eichmann is een absoluut hoogtepunt in het genre. Het onderwerp wordt op een niet-ideologische wijze benaderd, wat niet wil zeggen dat dit een emotieloos, vlak boek is. Het is haast onvoorstelbaar dat het veertig jaar heeft geduurd vooraleer Hannah Arendts interpretatie op een geloofwaardige wijze werd bijgestuurd. In de conclusie van het boek maakt Cesarani een sprongetje naar de actualiteit. Hij stelt -- in weerwil tot Arendt -- vast dat genociden ook kunnen plaatsvinden in niet-totalitaire regimes zoals Rwanda en Bosnië. Via een lange omweg en met een totaal andere bewijsvoering komt Cesarani niettemin toch weer bij één van de conclusies van Arendt terecht. Het kwade is banaler dan men denkt, of in Cesarani's indrukwekkende slotwoorden : "Nu, in de eenentwintigste eeuw, in een wereld die wordt overstroomd door vluchtelingen en slachtoffers van 'etnische zuivering', waarin racisme en fanatisme de politiek blijven bepalen, en voor internationale tribunalen het voetvolk van de genocide en zijn bevelhebbers in de militaire en politieke echelons terechtstaan, blijkt Eichmann steeds meer een man van onze tijd te zijn. Iedereen als génocidaire." [Gunter Bousset]
A.H.B. de Munnick
Adolf Eichmann is sinds het proces dat tegen hem in Israël werd gevoerd (1961) een van de meest beruchte namen die in verband wordt gebracht met de holocaust. Na een snelle carrière bij de SS deed hij in '38 en '39 ervaring op met emigratie en deportatie van joden uit Oostenrijk en Polen. Vanaf 1941, toen het plan van de 'Endlösung' werd uitgevoerd, kreeg Eichmann een steeds centralere rol bij de deportatie en vernietiging van honderdduizenden joden en speelde hij een hoofdrol in de kwestie over de bezegeling van het lot van de Hongaarse joden, die tot 1943 in relatieve rust hadden gewoond. Beroemd werd het proces tegen Eichmann in Jeruzalem, dat wereldwijd door de media gevolgd werd. Auteur Cesarani haalt in dit boek nogal wat mythes rond Eichmann onderuit. Hoofdthema: Eichmann was helemaal niet het 'radertje' in de moordmachine en de 'onschuldige' uitvoerder van bevelen, zoals hijzelf beweerde in Israël, maar hij was veel actiever en intensiever betrokken bij de holocaust dan tot nu toe gedacht. Een zeer goed geschreven biografie op basis van veel nieuwe research en bronnen. Met notenapparaat, bronnenlijst, woordenlijst en register. Het boek bevat een katern met bekende historische foto's van Eichmann.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.