Kleine nachtverhalen
Kitty Crowther
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Afijn, 2003 |
JEUGD : VERHALEN GEEL (7-8 J.) : GOEM |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Afijn, 2003 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : GOEM |
31/12/2003
Dit is een boek over Lieze. Over Lieze, over doodgaan en ook een beetje over geboren worden. Nee, nee, het is niet Lieze. Het is niet Lieze die geboren wordt of doodgaat. Dat gebeurt buiten dit boek. Ervoor en erna. In dit boek leeft Lieze. Heel graag. Iemand anders wordt geboren, en iemand anders gaat dood. Stil nu. Lees maar." Dit merkwaardige voorwoord vertelt niet alleen iets over de inhoud van het boek, maar ook over het wezenlijke van literatuur, hoe die de werkelijkheid even opschort: er gebeuren dingen binnen en buiten het boek. Op die manier wordt de lezer van tevoren aangezet tot nadenken. En nadenken, daarover gaat het hier in wezen. Door dit centrale gegeven verwijst het meteen naar Goeminnes debuut, Het hoofd van Marieke, waarin Mariekes gedachten in woorden en beelden werden gevat.
Je moet het de auteur nageven, ze weet zich bijzonder in de gedachten van een kind in te leven, van de angst en onmacht tegenover Mamoes aangekondigde dood tot de gevoelens bij de geboorte van haar broertje. Die gedachten zijn niet alleen natuurlijk verwoord maar ook vanzelfsprekend in het verhaal ingebed. Knap is bv. hoe in de klas Liezes gedachten vanzelf van de rekensommen naar Mamoe afdwalen. Soms verwoordt Lieze haar gedachten als gedichten. Bij de dood van mamoe blijkt hoe zo'n gedicht veel sterker werkt dan een gewone beschrijving. Op het eind suggereert de auteur een overeenkomst tussen de omgang met de nieuwe baby en met Mamoe. Zoals Mamoe eerder in het boek Lieze drie minuten dicht bij haar hart hield, zo doet Lieze dat nu even lang met haar nieuwe broertje.
Siska Goeminne laat veel over aan de gedachten van de lezers. Kanker en de dood worden bijvoorbeeld niet genoemd, de spanning wordt gecreëerd door de flarden van gesprekken die Lieze opneemt. In een van de illustraties zie je een tekening van een mannetje met een kluwen in het hoofd van Mamoe: de interpretatie is voor Liezes mama en voor de lezer. En als Lieze boze stemmen en gehuil hoort uit de kamer van haar ouders, moet je ook daar zelf een verklaring aan toe voegen. Deze open plekken maken het verhaal fascinerender maar ook moeilijker. Een extra moeilijkheid vormen de perspectiefwissels. Zo bevat het boek enkele fragmenten vanuit de ongeboren baby (rood gedrukt). Soms vind ik de wissel te plots, zoals tussen Lieze en haar moeder, maar elders bewerkt die wel een bijzonder effect, zoals wanneer het perspectief verschuift naar mamoe die boven alles uitzweeft.
Een paar keer ervoer ik te sterk de volwassen stem achter het verhaal, bijvoorbeeld in de vraag van Liezes ouders: "Vind je het erg dat papa en ik jou gemaakt hebben, Lieze? Vind je het erg dat je er bent." Dit lijkt mij te opzettelijk een aanleiding om te filosoferen. Ook Liezes reactie op Mamoes woorden "Ik ga dood, Lieze" klinkt geforceerd: "Vind je het moeilijk om te leven, Mamoe? Wil je liever doodgaan misschien? Want sommige mensen willen dat. Zelf." Minder geslaagd vind ik ook de verhaallijn rond de klas met de grappige en creatieve meester Dirk. Die meester wordt te veel geïdealiseerd, de school lijkt één groot feest.
De taal is sober en accuraat, met af en toe plastische en klankrijke zinnen als: "Onder Liezes sproetneus hangt een grote glimlach" of "Zijn blik gaat vrolijk de klas rond, van kind naar kind, tot het ritselstil is van verwachting." In het begin stoorde ik me aan de opeenstapeling van korte, gelijklopende zinnetjes.
De illustraties van Wim Opbrouck zijn geënt op kindertekeningen en hebben vaak vervreemdende elementen: zo zijn de meeste hoofden vervangen door een soort vlam, of is het een vleugel? Merkwaardig zijn de paar oude foto's tussendoor, ook die nodigen uit om te interpreteren. Op pagina 22 staat er dat de kinderen in de klas mannetjes met puntoren tekenen, op de tekening is van die puntoren niet veel te merken.
Het hoofd van Marieke had me al geïntrigeerd, dit boek fascineert nog sterker, al zou de auteur haar eigen gedachten nog meer buiten het verhaal moeten laten. De titel vind ik gezien de thematiek en inhoudelijke accenten ongelukkig gekozen. [Jan Van Coillie]
Cecile J.M. Zonnenberg-Benerink
Via het perspectief van de ± 8-jarige Lieze maakt de lezer kennis met haar leefomgeving. Vader, moeder (die zwanger is) en oma Mamoe bepalen haar huiselijke omgeving. Op school heeft ze het naar haar zin met meester Dirk die op een speelse avontuurlijke manier de leerstof bijbrengt en de kinderen aanzet tot fantasie en creativiteit. In korte hoofdstukken worden haar belevenissen beschreven, vaak afgesloten met een korte 'handgeschreven' tekst, poëtisch/beschouwend van aard. De naderende dood van oma en de komst van het nieuwe broertje vormen een rode draad. De toon is positief en liefdevol, lay-out en bladspiegel zijn prachtig verzorgd: illustraties in rood-bruin, hier en daar een fotootje. Mooi glad papier. Dit sfeervolle boekje is prima te gebruiken in een gezinssituatie of op school als uitgangspunt over dood en geboorte. Ook voor een gesprekje over vroeger (toen Mamoe jong was) zijn er aanknopingspunten. Om zelf te lezen is een redelijke woordenschat vereist (vanaf ca. 8 jaar).
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.