Rilke en de wijsheid : de kunstenaar als leraar
Jan Oegema
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Balans, 2003 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : NEDERLAND 945.6 |
31/12/2003
Jan Oegema (1963) studeerde algemene literatuurwetenschap, en is redacteur van uitgeverij De Prom in Amsterdam. In 1999 verscheen van hem het veelgeprezen Lucebert, mysticus. Zijn bevindingen in dat boek brachten hem verder, wanneer hij als literatuurwetenschapper de publicaties ging uitpluizen over het lot van de joden in de Tweede Wereldoorlog. Hij stelde zich de vraag of het fenomeen van publieke religie rond Auschwitz niet moet worden beschouwd als een niet toevallig vreemd geluk.
In Nederland werden tijdens de Tweede Wereldoorlog naar verhouding zeer veel joden naar de concentratiekampen gedeporteerd. Dit leidde na de oorlog tot onvoorwaardelijke steun aan alle geschriften en publicaties waarin de collectieve schuld van Nederland en zijn bewoners aan de kaak werd gesteld. Aanvankelijk werden alle publicaties kritiekloos ontvangen. Een keerpunt vormde echter de publicatie van Jacques Pressers Ondergang in 1965 en de uitzending van Holocaust in 1979. Kranten en televisie begonnen te spitten in de achtergronden, er werden vragen gesteld naar de idealisering van de holocaust; er waren vermoedens dat Presser in deze richting aan geschiedvervalsing deed. Figuren als Anne Frank, en later vooral Etty Hillesum, werden als het ware mythische eigenschappen toebedeeld: ze werden in sommige middens als het ware heilig verklaard. Merkwaardig was de uitspraak van koningin Beatrix in haar kerstboodschap van 1994, die met name kadert in de publieke religie rond Auschwitz: "Of wij dat morele besef [van goed en kwaad] nu wel of niet verbinden met het geloof in God, bevrijding kan niet worden los gezien van de normen die het menselijk bestaan waardigheid geven". Beatrix heeft volgens Oegema goed aangevoeld dat het juist wel of juist niet geloven in God berust op keuzes waarin dikwijls ook het gegeven van de jodenvernietiging is meegenomen. Dat leidt bij heel wat mensen die slachtoffer werden van de nazi's tot het beeld van de falende God, voor anderen van een sterke God. Dit beeld van zoekend geloven werd versterkt, in de benadering van Etty Hillesum, die overigens in joodse kringen ergernis wekte. Aan de hand van literatuurstudie bewijst Oegema dat Hillesum van alle markten thuis is; ze is de ideale heilige, de ideale mystica van de publieke religie rond Auschwitz.
Volgens Oegema heeft de eerbied en de schuld ten opzichte van de joden die in de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord, in de loop der jaren geleid tot een publieke religie. In deze studie over Nederland in de periode 1980-2000 beschrijft en analyseert hij dit fenomeen voor het eerst systematisch. De analyse is boeiend en laat enkel zien hoe die evolutie zich manifesteerde. Ze maakte haar eigen mystici, en over elk van hen geeft Oegema een haarscherp verhaal: Etty Hillesum, Titus Brandsma en Lucebert, in mindere mate Anne Frank.
Het werd een indringende studie, niet steeds even vlot toegankelijk, maar rijk gestoffeerd met een indrukwekkend notenapparaat en een dito bibliografie. Oegema's boek wijst op een kentering in de Nederlandse 'appreciatie' van verhalen over de jodenvervolgingen: ze hebben een eigen evolutie ondergaan van Wahrheit und Dichtung. Een zeer goed boek, voor wie zich door de soms dorre leesstof wil wagen. [Frans L. Van den Brande]
Dr. E. Sengers
De omgang in Nederland met de gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog heeft de kenmerken van een zogenoemde 'publieke religie'. Oegema, redacteur bij De Prom die eerder schreef over Lucebert, behandelt in dit boek de religieuze aspecten van deze publieke religie. Dit beperkte onderwerp wordt groots en breed aangepakt: na een systematisering van het thema schrijft hij over de zondebokmechanismen, het beeldverbod, de godsbeelden, de mystici en de theologie in onze omgang met de verschrikkingen van de oorlog en de jodenmoord. In zijn brede aanpak schuilt echter ook de kritiek: hij geeft zoveel, ook buitenlandse voorbeelden en auteurs, dat de lezer het overzicht kwijtraakt. De titel geeft daarvoor ook geen handvat. En omdat Oegema deze religie vooral wil beschrijven, blijven de kritische kanten van deze religie onderbelicht: hoe moeilijk het is tegen deze religie in te gaan, hoe ze de historische waarheid soms verdraait, hoe ze door sommige mensen gemanipuleerd wordt ten eigen bate. Desondanks een uniek document van een moeilijk te vatten verschijnsel, relevant voor iedere burger.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.