Ik Jan Cremer
Jan Cremer
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 2003 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : CREM |
31/12/2003
Altijd wilde ik achter die verre streep kijken aan de einder, die lijn die horizon heet, want mijn rusteloze ziel dwaalt verder dan de wilde horizon". Zo schetst de Nederlandse auteur Jan Cremer het vertrekpunt voor het schrijven van De wilde horizon, een bundel reisverhalen uit de jaren '70 over Lapland, Siberië, Mongolië en Groenland. Volgens Cremer lagen de bewuste reisverhalen al lang ergens in een kluis in New York, maar worden ze nu pas gepubliceerd omdat "tientallen mensen" hem bleven vragen om ze uit te geven.
In een interview zei Cremer onlangs dat hij in zijn reisverslagen enkel wil "observeren" en voor de rest "onzichtbaar" wil blijven. "Het gaat om de reis "en niet om mezelf", aldus Cremer.
In zijn geheel kent de bundel opvallende hoogtes en laagtes. Cremer is overduidelijk op zijn best wanneer hij op een kernachtige manier de omgeving (landschappen, personen, dieren, enz...) beschrijft. Zijn opvallende nuchterheid en koelheid suggereren een soort meeslepende onbevangeheid en verwondering. Net op die manier worden bepaalde beschrijvingen, denk maar aan de beschrijving van het castratie-tafereel van de bokken in Lapland of de beschrijving van de massale lemmingen-zelfmoord, ronduit onvergetelijk. Toch halen diverse herhalingen en beschrijvingen van bijkomstigheden de snelheid en de kracht uit het geheel. Zo begint het Siberië-verslag met veel vaart en humor, maar door het steeds herhalen van vrijwel identieke taferelen (bv. de immer weerkerende problemen met de Russische douane- of veiligheidsdiensten) zakt het verhaal naar het einde toe volledig in elkaar. Bovendien kwam de auteur -- naar eigen zeggen -- op zijn noordelijke reizen uitsluitend onweerstaanbaar knappe vrouwen tegen. Die hordes moest hij dan vervolgens nog eens kordaat van zich wegslaan.
Cremer zelf noemde De wilde horizon een "perfecte reisgids" en tegelijkertijd een "historisch document". Het is ook inderdaad een boek dat je enerzijds kan lezen met een atlas op je schoot en dat je anderzijds op originele wijze meevoert naar een sleutelmoment (de koude oorlog) in de westerse geschiedenis. [Maarten De Rijk]
Redactie
Verzamelde reisverhalen van schrijver/schilder Jan Cremer (1940), vooral bekend door zijn geruchtmakende, autobiografische schelmenroman ‘Ik Jan Cremer ‘ uit de jaren zestig waarvan in 2000 de vijftigste druk verscheen. De in deze bundel opgenomen reisverhalen stammen uit de jaren zeventig toen Cremer als reizend correspondent door de wereld trok en gebieden als Mongolië aandeed, waar nog niet veel westerlingen geweest waren. De reisverhalen zijn onderverdeeld in vier delen. In ‘Op zoek naar Lapland’ beschrijft Cremer zijn reis in 1970 door Finland en Noorwegen op zoek naar de Lappen en hun cultuur. In ‘Achter de wilde horizon’ maakt hij een reis achter het toenmalige IJzeren Gordijn en reist met de Transsiberië Express van Moskou naar Vladivostok. ‘Het land van Dzjingiz Chan’ beschrijft zijn avonturen als hij met de Trans-Siberië Express en de Trans-Mongolië Express naar de Gobiwoestijn reist. In ‘Landingspoging op Groenland’ reist Cremer naar Groenland om zijn eerste filmdocumentaire te maken over de Inuït en hun sledehonden. Goed geschreven, sfeervolle en kleurrijke reisverhalen uit een tijd dat het reizen in genoemde gebieden nog een stuk avontuurlijker was dan nu. Gedeeltes van de reisverhalen verscheen in de periode 1971-1973 in het tijdschrift Avenue. www.jancremer.nl.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.