Getekend, Jan R. : Jan Rombouts, een renaissancemeester herontdekt
Yvette Bruijnen
Yvette Bruijnen (Auteur), Marc De Beyer (Medewerker), Paul Huys Janssen (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Waanders, © 2002 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 708.5 BRUI |
31/12/2003
De seizoenen spelen een belangrijke rol in het leven van elkeen. De seizoenen bepalen het leven en het handelen van de mens in grote mate. In vroegere tijden, toen de industrialisatie nog niet bestond en de mens vnl. aangewezen was op de natuur, was de cyclus van lente, zomer, herfst en winter zelfs allesbepalend. Het is dan ook niet verwonderlijk dat kunstenaars op alle mogelijke manieren, mimetisch of allegorisch, hebben geprobeerd om de natuur en haar kwaliteiten in beeld te brengen. In de Oudheid werden de seizoenen gepersonifieerd, bijna als goden vereerd. Vegetatiegeesten met magische krachten, vaak vrouwelijk en zeer vruchtbaar verschenen op het toneel. In de Middeleeuwen verdwenen die gepersonaliseerde voorstellingswijzen en werd het landschap zelf het speeltoneel voor menselijke activiteiten. In kalenderprenten van religieuze handschriften verschenen schitterende landschappen tijdens de vier seizoenen. Boeren en edellieden bevolkten de taferelen en vertelden het leven van de mens in de natuurlijke omgeving. Vanuit die kleine taferelen ontwikkelde zich een landschapsschilderkunst op groter formaat: in schilderijen, prenten, wandtapijten. Iedereen kent de befaamde serie maandvoorstellingen van Pieter Bruegel de Oude.
Precies aan die wisseling van seizoenen en aan het verloop van de maanden in de kunst is dit boek gewijd. Het verschijnt naar aanleiding van de reizende tentoonstelling 'De Vier Jaargetijden' die vanaf mei tot augustus 2003 ook in het Leuvense Stedelijke Museum loopt. Een eerste gedeelte bevat een aantal artikels waarin de problematiek vanuit verschillende invalshoeken wordt toegelicht. Basisteksten zijn ongetwijfeld die van Anne de Snoo 'Van Griekse Horen naar Vlaamse boeren' en van Yvette Bruijnen 'Over de Twelf Maendekens en de Vier Tyden 's iaers'. Zij belichten respectievelijk de voorstellingen van maanden en jaargetijden in de kunst van de Oudheid tot en met de 15e eeuw en van 1500 tot circa 1750. Daartussen, ingeschoven, zijn een aantal verdiepende teksten opgenomen, waarbij verschillende kunsttakken worden onderzocht waarin de maanden en de jaargetijden de hoofdactoren zijn: miniaturen, prenten, almanakken, schilderijen. Eén essay valt daarbuiten: 'Het sprokkelen van tijd', waarin de auteurs naar het middeleeuwse tijds- en wereldbeeld peilen. Het tijdsbesef waar de seizoenen en de maanden ongetwijfeld mee samenhangen, is niet éénduidig. Naast het cyclische tijdsbesef is er uiteraard ook de lineaire tijdsbeleving. Seizoenen keren niet zomaar terug en de voortdurende vernieuwing en regeneratie, is tegelijk ook progressief. Niemand kan tweemaal in dezelfde stroom afdalen, schreef de Griekse Heraklitus. Bovendien ervaart de middeleeuwer zich één met de kosmos. De tastbare wereld is immers verweven met een metafysische werkelijkheid en de astrologische tekens zijn daar het levende bewijs van.
Het tweede gedeelte van het boek brengt de klassieke catalogusnotities waarin de stukken één na één zijn beschreven. Sterk vernieuwend zijn die teksten niet -- meestal gaat het om een synthese van bekend materiaal -- maar zij bieden een mooi toegankelijk overzicht van wat de kunst in de jaren 1500-1750 zoal heeft samengebracht. Bovendien is de tekst prachtig geïllustreerd en nodigt het boek uit om de tentoonstelling te bezoeken. [Brigitte Dekeyzer]
Drs. C.J.M. Schulte-van Wersch
Het uitbeelden van de maanden en jaargetijden was in de beeldende kunst van de Nederlanden vanaf ca. 1500-1750 een populair thema, dat nauw verweven was met het dagelijkse leven en een grote variëteit aan allegorische en realistische voorstellingen opleverde. Een team van Nederlandse en Belgische kunsthistorici geeft voor 't eerst in deze rijk geïllustreerde (vnl. kleur) catalogus hiervan een iconografisch en (kunst)historisch overzicht. In zeven goed geschreven essays (met noten) worden de ontwikkeling en voorgeschiedenis beschreven; daarnaast komen deelonderwerpen aan bod als: het middeleeuwse tijdsbeeld in Zuid-Nederlandse (kalender)miniaturen en maanden en seizoenen in de prentkunst, almanakken en Noord-Nederlandse decoratieve schilderkunst. Het chronologisch geordende catalogusdeel omvat ruim 150 werken: schilderijen, prenten, beelden, kunstnijverheid. Alles is afgebeeld en voorzien van uitvoerige beschrijvingen van de voorstelling, ev. gebruik en kunstenaar. Met uitgebreide bibliografie (algemeen en per object) en alfabetisch personenregister. Mooi, met zorg uitgegeven boek, interessant voor vakmensen en een breed, geïnteresseerd publiek.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.