Vlaamse Beweging : welke toekomst ?
Ludo Simons
Ludo Beheydt (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Davidsfonds, 2002 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 706 BEHE |
31/12/2003
Ludo Beheydt gaat in Eén en toch apart, kunst en cultuur van de Nederlanden in op vijf eeuwen verwantschap en verschil binnen de Vlaamse en Noord-Nederlandse kunst en cultuur. Beheydt begint in de 15e eeuw bij de Bourgondische tijd en eindigt bij het universalisme en internationalisme in de 20e eeuw. Hij besteedt aandacht aan een veelheid van elementen waaraan de Nederlanden hun culturele identiteit ontlenen -- de invloed van de taal en de impact van filosofische, religieuze en maatschappelijke tendensen -- en haalt verschillende kunststromingen aan waarin ze tot uiting komen. Tot de 16e eeuw is er nauwelijks verschil tussen de Noord-Nederlandse en Vlaamse kunst, maar vanaf 1585, met de val van Antwerpen, wordt het verhaal veelzijdiger en aanzienlijk complexer. Binnen het rijkgeschakeerde Europese culturele kader vormen de Vlaamse en Nederlandse cultuur een eenheid, maar binnen hun specifieke historische context tekenen zich tussen Nederland en Vlaanderen op cultureel vlak interessante varianten af.
De eenheid binnen de kunst van de Nederlanden wordt uitgetekend door ze in Europees perspectief te plaatsen. Zo komen de met analytische precisie uitgewerkte thema's uit het noorden mooi naar voren als je ze plaatst tegenover de realistische idealisering in met name Italië. In olieverf bevroren scènes worden nog stiller naast de vloeiende, dynamische lijnen van de Italiaanse kunstenaars. Beheydt maakt de theoretische aspecten aanschouwelijk en toegankelijk door uitgelezen illustratiemateriaal. Plaats de Eva uit het Lam Gods van Jan van Eyck naast de Venus van Alessandro Botticelli (zie ill.) en je kunt niet anders dan vaststellen dat beide schilders vanuit een totaal verschillende visie te werk gaan. Beheydt plaatst die visie telkens in een brede culturele context. De vergelijkingen gaan overigens niet alleen op voor werken uit de 15e eeuw, maar ook voor de daaropvolgende eeuwen. De meesters uit de Nederlanden registreerden bijna genadeloos elke oneffenheid in het uiterlijk van hun modellen, in tegenstelling tot de Italiaanse kunstenaars, die ontsierende lichaamskenmerken opsmukten of aan het oog onttrokken. Het is een verdienste van deze uitgave dat je als lezer het schokeffect ervaart dat het werk van bv. Rembrandt moet hebben gehad op opdrachtgevers die in hun portret zelden de reflectie terugvonden van het eigen, ongetwijfeld geïdealiseerde zelfbeeld en een scherper oog kreeg voor de narratieve kracht van de portretten.
Verhelderend zijn de discussiepunten en citaten van kunstenaars en historici waarin verschillende kunstvisies uit de loop der eeuwen naar voren komen. Terugkerende vraag was of een realistische, gedetailleerde benadering van het onderwerp niet eerder blijk gaf van vakmanschap dan van kunstenaarschap. Deze vraag wordt beantwoord door in te gaan op de maatschappelijke en religieuze, en op de persoonlijke symboliek. Aan de hand van Ludo Beheydt leer je de Vlaamse en Nederlandse schilderijen lezen en interpreteren en krijg je een beeld van de historische en taalkundige invloeden waar ze de verbeelding en illustratie van zijn.
Precies in de historische en taalkundige invloeden waarin de culturele eenheid van Vlaanderen en Nederland ligt, wortelen ook de verschillen. Vlaanderen en Nederland werden eind 16e eeuw gescheiden; religie en taal worden vrijwel meteen gekenmerkt door verschuivingen en veranderingen die een uniforme ontwikkeling van kunst en cultuur in onze contreien verhinderen. Voor Nederland is de moedertaal in de 17e eeuw al vanzelfsprekend, terwijl dat in Vlaanderen tot in de 19e eeuw een heikel punt blijft, wat maakt dat in Vlaanderen de kunst bv. ook enige affiniteit met het Franse cultuurgoed behoudt. In Vlaanderen wordt het katholicisme in de kunst luisterrijk en uitbundig gepropageerd, in Nederland levert het protestantisme sobere, intimistische beelden op. Deze stelling wordt o.m. aanschouwelijk gemaakt door het barokke 'De klim naar Calvarie' (ca. 1636) van Rubens te plaatsen naast sobere architectuur van de 'Nieuwe Kerk te Delft' (1650) van Gerard Houckgeest. De coryfeeën van de Vlaamse en Nederlandse kunst worden steeds nader toegelicht en geplaatst in de dynamische samenleving waar ze deel van uitmaken.
Vanzelfsprekend kan een theoreticus zijn stellingen vrij makkelijk bewijzen aan de hand van slimme voorbeelden. Beheydt heeft gelukkig gekozen voor beelden die in het hoofd van de museumbezoeker een hele rist andere werken oproepen die zijn betoog mee ondersteunen. Bovendien illustreert hij de kruisbestuiving tussen taal en beeld door de kenmerken van literatuurstromingen aan te halen en bevattelijk te maken met veelzeggende citaten.
Je kunt dit boek doornemen in twee versnellingen. Wie afgeschrikt wordt door de grote hoeveelheid tekst kan zich bij een eerste lezing toespitsen op het uitgelezen illustratiemateriaal dat van heldere onderschriften werd voorzien. De uitvoerige tekst heeft een grote informatiedichtheid, maar wordt verlicht door significante voorbeelden en voor de geïnteresseerde lezer toegankelijk gemaakt door bepaalde aspecten nu en dan in een andere context te herhalen en verder toe te lichten.
Deze lijvige uitgave nodigt de minder onderlegde kunstliefhebber uit om cruciale verbanden en verschillen binnen de Vlaamse en Nederlandse kunst te ontdekken en kunst ook te gaan lezen als een uitdrukking van de culturele identiteit: "Het geeft cultureel zelfvertrouwen te merken dat door de eeuwen heen kunstenaars van diverse pluimage, in weerwil van revolte en persoonlijk verzet, op hun manier bijdragen tot een blijvend beeld van de culturele identiteit der Nederlanden. De artistieke productie van de vijftiende tot en met de twintigste eeuw heeft genoeg verankering in de traditie om bij alle diversiteit en ontwikkeling een grote mate van coherentie te behouden". Bij een volgend museumbezoek zal de lezer allicht extra plezier beleven aan de ontdekking van details die zich voorheen aan het ongeoefende oog onttrokken. [Marita Vermeulen]
Drs. C.J.M. Schulte-van Wersch
In dit mooi verzorgde boek analyseert Beheydt (hoogleraar Nederlandse taalkunde en cultuur aan de universiteiten van Leuven en Leiden ) de culturele identiteit van Nederland en Vlaanderen en schetst daarmee een beeld van de cultuur der Nederlanden door de eeuwen heen. Het boek is helder ingedeeld in een inleiding, 7 chronologisch opeenvolgende hoofdstukken (vanaf de 15e eeuw tot nu) en een conclusie. Aan de hand van een groot aantal afzonderlijke kunstwerken onderzoekt Beheydt per eeuw de gemeenschappelijke kenmerken en de verschillen in taal, beeldende kunst en architectuur van Noord- en Zuid-Nederland, gezien in historische context. Hierbij vormt de schilderkunst de grootste component. Veel bekende namen zoals Rubens, Rembrandt, Ensor, Van Gogh, Mondriaan passeren de revue. Hun werk en dat van vele anderen dient als vergelijkingsmateriaal. De talrijke prachtige illustraties (kleur) in de tekst ondersteunen het betoog. Voorts heeft Beheydt vakliteratuur bestudeerd en getoetst. Met uitvoerige bibliografie (per hoofdstuk) en registers (personen en zaken). Van belang voor vakmensen en zeer geïnteresseerden. Druk in twee kolommen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.