Tegenwoordig heet iedereen Sorry
Bart Moeyaert
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Em. Querido's Uitgeverij, 2018 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : MOEY |
Uitgeleend
|
Querido, 2008 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : MOEY |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Em. Querido's Uitgeverij, 2018 |
JEUGD : VERHALEN BLAUW (12-14 J.) : MOEY |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Em. Querido's Uitgeverij, 2018 |
JEUGD : VERHALEN BLAUW (12-14 J.) : MOEY |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Em. Querido's Uitgeverij, 2018 |
JEUGD : VERHALEN BLAUW (12-14 J.) : MOEY |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Querido, 2008 |
Kinderhoek :
|
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
Altiora, 2001 |
WEFLA MAGAZIJN : ENKEL NA MAGAZIJNAANVRAAG : MOEY |
Jozefien Van Beek
ob/kt/01 o
Bart Moeyaert (44) viert 25ste verjaardag van zijn debuut 'Duet met valse noten'
'Alles gaat over de liefde'
Vandaag is het exact 25 jaar geleden dat Bart Moeyaert debuteerde met Duet met valse noten. Dat wordt in Literatuurhuis Passa Porta gevierd met een jubileumeditie van zijn boek. 'Heel bijzonder dat het nog altijd gelezen wordt.'
BRUSSEL l Moeyaert schreef zijn debuutroman toen hij amper 16 was. Drie jaar later werd die gepubliceerd en nog een jaar later bekroond als het beste boek van het jaar door de Kinder- en Jeugdjury. Voor zijn verhaal baseerde Moeyaert zich op dagboekfragmenten die hij schreef als veertienjarige.
Schreef je dat dagboek met het oog op een uit te geven boek?
Bart Moeyaert: "Neen. Hoewel het voor mij toen al vaststond dat schrijven een deel van mijn leven zou blijven was publiceren nog geen doel. Op mijn dertiende ben ik aan een dagboek begonnen onder invloed van een boek dat ik gelezen had. Ik schreef over een meisje dat in mijn klas zat en op wie ik verliefd was. In werkelijkheid was er nog geen vriendinnetje en zat ik op een jongensschool.
"In 1981 was de eerste versie van het boek af. Daarin komen Lander en Liselot elk in één deel voor. Het eerste deel wordt verteld door Lander, het tweede door Liselot. De uitgever bij wie het terechtkwam, stelde voor om er vier delen van te maken, zodat het nog meer een duet zou worden. Ik heb er toen zevenendertig delen van gemaakt waarin Lander en Liselot afwisselend aan het woord zijn. Duet met valse noten schrijven was voor mij een soort dagdromen."
Het is bijzonder dat het zo tragisch eindigt. De dagdromen van de meeste mensen zijn...
"(onderbreekt)... Rozengeur en maneschijn. (lacht) Dat het verhaal zo triest eindigt, heeft te maken met de films die ik toen zag en die me sterk beïnvloedden. Ik was een kind van mijn tijd. Zo zag ik de liefdesfilm A Little Romance (van George Roy Hill, jvb) met Laurence Olivier in zijn jonge jaren. Die gaat over twee jonge mensen die naar Venetië vluchten om elkaar een kus te geven onder de Brug der Zuchten. Ik smolt helemaal. Net als mijn boek loopt de film niet zo goed af. Ik ben niet zo voor een happy end omdat ik dat in het echte leven ook niet zie."
Liefde is niet alleen in Duet met valse noten maar in je hele oeuvre een rode draad. Hoe komt dat?
"Liefde drijft mij. Als je goed om je heen kijkt, zie je dat alles over liefde gaat. Ook als het liefdeloosheid, haat of intolerantie is. Dat zijn vormen van niet-liefde. Ik vind het interessant om te kijken naar de dans van aantrekken en afstoten."
De liefde tussen Lander en Liselot is heel realistisch beschreven.
"Ik had toen wel vriendinnetjes. Na school stonden we nog een kwartier met de fietsen tegen elkaar te zoenen, of zal ik zeggen: te oefenen. Toen ik het op papier over de eerste verliefdheid had, kon ik me wel voorstellen hoe dat was. Later bleek dat ik mijn fiets beter niet tegen die van een vriendinnetje had gezet maar tegen die van een vriendje. Dat had ik toen nog niet helemaal door. (lacht)"
Van Duet met valse noten is een toneelstuk en een musical gemaakt. Hoe is het als een persoonlijk boek plots een musical wordt?
"Heel spannend. Dat je de woorden die je zelf geschreven hebt plots luidop hoort, is wonderlijk. Wat je zelf in je hoofd gezien hebt, zie je dan op een andere manier op een podium, waardoor het een extra dimensie krijgt. Er gaat natuurlijk ook veel verloren. Ik hou van het boek als verbeeldingsmiddel omdat je er nog veel meer bij kunt zien en voelen.
"In de tijd voor mijn twintigste begon ik almaar meer moeite te krijgen met woorden. Ik wilde zo precies mogelijk verwoorden wat ik voelde of dacht en ik had al snel de indruk dat ik nooit helemaal begrepen werd. Daarom zweeg ik liever dan dat ik praatte. Nu vraag ik me nog steeds af of de toehoorder écht begrijpt wat ik zeg. Bij zo'n toneelbewerking komt dat weer naar boven. Het grote verschil is dat ik nu geniet van de verschillende interpretaties van mijn woorden. Ik kan er de rijkdom van inzien terwijl ik er vroeger triest van werd."
"Vroeger zat ik ook niet helemaal in het leven omdat ik me niet thuis voelde bij mezelf. Dat heeft lang geduurd. Als je het nagaat, kun je het zelfs merken aan mijn boeken. Het duurde tot Blote Handen in 1995 voor een personage echt begon te handelen. Tot dan toe overkwam personages altijd iets. Het ongeval overkomt Liselot in Duet met valse noten. Zij en Lander worden gestuurd, ze sturen niet zelf."
Het verhaal eindigt zo triest omdat ik in het echte leven ook geen happy end zieem/ov/02 n
Waar gaat dit boek volgens jou over?
'Over de liefde, die alles overwint. Meisje ontmoet jongen, jongen ontmoet meisje: de grootste helft van het boek gaat erover dat ze verliefd worden op elkaar en een koppeltje vormen. Maar dan komt er ruzie: het meisje loopt boos weg en komt onder een auto terecht. De tweede helft van het boek gaat over haar revalidatie en verwerkingsproces. Of ze op het eind weer bij elkaar komen, vertel ik lekker niet.'
Heb je het graag gelezen?
'Heel graag! Ik hield van de afwisselende structuur van het boek: nu eens komt Liselot aan het woord, dan weer Lander. Dankzij die twee vertellers krijg je het verhaal vanuit twee verschillende standpunten. Dat is het "duet" uit de titel, hé. En de valse noten: dat wil zeggen dat hun relatie niet altijd gemakkelijk loopt.'
Vind je het mooi geschreven?
'Het boek is in de ik-vorm geschreven, dat is een stijl die mijn oudere zus op de zenuwen werkt, maar mij niet. Het leest makkelijk, met zijn korte zinnen en veel dialogen. Ik las het een eerste keer toen ik dertien was, en toen vond ik het al makkelijk lezen; nu ik vijftien ben, vind ik het nóg makkelijker. Toch gebruikt Bart Moeyaert geen kinderachtige stijl voor een boek dat voor kinderen is geschreven, dat vond ik wel goed gedaan van hem.'
Wat zal je bijblijven over het boek?
'Helemaal op het eind raakt Liselot met de wielen van haar rolstoel klem tussen de tramrails. Ze roept om hulp. Op het allerlaatste moment, net voor de tram haar zal aanrijden, kan Lander haar uit de rails lostrekken en op de stoep hijsen. Als ik aan het boek terugdenk, zie ik altijd weer die passage voor mij.'
Zou je het aanraden aan je vrienden?
'De meeste van mijn vrienden lezen niet zo heel graag. Maar misschien zou ik hen met dit boek wel kunnen overhalen. Het leest makkelijk en het gaat over de liefde. Ik zal het boek dat jullie mij hebben gegeven, eens aan een vriendin doorgeven. Ik heb toch nog mijn eigen boek van twee jaar geleden. En dat vind ik mooier uitgegeven, met meer kleur op de kaft.'
ob/kt/03 o
Het jaar was 1982.
We waren jong. We wisten alles, en in feite niks.
Hoe Bart en ik elkaar tegenkwamen? Zoals dat toen ging. Per post.
Het waren volstrekt andere tijden. Woorden werden met de pen geschreven, vastgelegd met de typemachine, om dan in enveloppen te worden verstuurd.
Op een novemberavond zat er een dikke envelop van Norbert Vranckx van uitgeverij Altiora in de brievenbus, met daarin een anoniem manuscript. Of ik het eens wilde lezen. Wat ik ervan vond.
Ik was al meteen de kluts kwijt na de eerste bladzijde. Mijn verwarring werd gaandeweg alleen maar groter. Niks halfzacht gepreek, geen gezever over doe niet dit en vooral wel dat.
Ze blonken zo uit in levenslessen, de jeugdboeken na de oorlog en lang daarna. In haar overzicht van de Vlaamse Jeugdliteratuur, Een kijk op boeken, citeert Marita Vermeulen een tijdschrift over jeugdliteratuur uit 1959: 'Wij allen moeten ervan overtuigd zijn dat het goede en schone boek voor de jeugd een uitgelezen middel is om de wereldse geest van oppervlakkigheid en zucht naar zingenot te bekampen. Een goed en schoon jeugdboek is als een tweede engelbewaarder. Het is een vriend die nimmer de jeugd verraadt.'
Nooit mocht een kind verdwalen in een boek. Hoe opwekkend ze ook bedoeld waren en hoezeer ook met de beste voornemens geschreven, nooit waren boeken deprimerender dan toen.
In de jaren zeventig was men het gemoraliseer kotsbeu. Tegelijk kwam er zware kritiek op het literaire niveau van het Vlaamse jeugdboek. Recensent Erik Hulsens: 'Je bent in Vlaanderen in de jeugdliteratuur al revolutionair als je het aandurft om flashbacks en innerlijke monoloog te gebruiken. [] De conclusie die daaruit getrokken moet worden, is dat jeugdliteratuur in literair-technisch opzicht achterlijk is.' Even daarna deed hij er in Humo nog een schep bovenop: 'De gemiddelde Vlaamse jeugdschrijver is 52, onderwijzer en bewusteloos.'
Half schrijvend Vlaanderen stond op zijn kop. Tegelijk was er een belangrijk debat op gang getrokken.
Duet met valse noten was niet door een 52-jarige halfcomateuze onderwijzer geschreven, dat was wel duidelijk. Deze tekst sprankelde, van de eerste tot de laatste bladzijde.
Een jaar later werd het boek in Brugge officieel aan de pers voorgesteld. Bart had me gevraagd om het woord te voeren. Daar stonden we die avond, trillend van de zenuwen met de hete adem van Daniël Coens, Bruggeling en toenmalig minister van Onderwijs in onze nek; twee snotneuzen met een ijzersterk verlangen naar de mooiste verhalen van de wereld.
Een fragment uit de speech van toen: 'Bij het lezen van dit manuscript voelde ik meteen dat er met dit boek iets ongewoons aan de hand was. Dit boek was niet uit routine geschreven. Dit was ook niet het werk van iemand die krampachtig probeert zo modern mogelijk te zijn. Hier had iemand elk woord enthousiast neergeschreven. Iemand die schreef zoals hij het aanvoelde. [] Teder is het ook. Af en toe wordt Bart Moeyaert even een dichter. In één zinnetje kan hij een hele gevoelswereld weergeven. En op zulke momenten besef je hoezeer Bart van zijn personages houdt.'
Het is goed dat Duet dezer dagen bloemen krijgt. Duet is niet enkel het begin van het indrukwekkende schrijverschap van Bart Moeyaert, het luidt tegelijk een tijdperk in waarin boeken voor jongeren boeken voor iedereen zijn. Het vertolkt zo mooi de dialoog tussen wat was en wat komen zal. Wie dit boek nu leest, merkt meteen dat Bart een kind van zijn tijd is. Nooit een kind van andermans tijd, altijd van de eigen tijd. Tegelijk hoor je heel duidelijk zijn eigen stem, de stem die duizenden en duizenden lezers de volgende jaren zou beroeren. Een stem die alle volgende jaren nooit een kopie zou zijn van wat al was.
Duet moet ook om zichzelf geroemd en geëerd worden. Duet werd immers het lijfboek van ontelbare jongens en meisjes, het boek dat ze opnieuw en opnieuw lazen, dat ze scène na scène uit het hoofd kenden, dat een plek naast hun bed kreeg, dat mee op reis ging voor de momenten dat thuis te ver was.
Misschien sloegen ze in 1959 de bal niet zo ver mis met de uitspraak dat een goed en schoon boek een engelbewaarder is. Want ook al houden boeken geen oorlogen tegen, doen ze geen lammen opstaan en doven weer horen, kunnen ze de wereld niet redden van zijn ontzaglijke droefheid, toch kan een goed en schoon boek op een oneindig zachtmoedige manier troost bieden.
Duet met valse noten heeft dat gekund.
In deze rubriek laat een medewerker van DSL zijn gedachten de vrije loop bij een boek of een literair fenomeen.
vdb ■Dirk Musschoot
ob/kt/31 o
'Ik was zelf een tiener toen ik het boek over een eerste liefde schreef. Het gevoel klopte helemaal'
Is dat al 25 jaar geleden? Bart Moeyaert zelf is minder verrast. Hij wist namelijk dat het er zat aan te komen. 'Ze hadden mij al een beetje gevierd toen ik 20 jaar schrijver was, en in datzelfde jaar 40 werd. Toen heb ik gezegd: Vier liever dat mijn debuut, 'Duet met valse noten', 25 jaar geleden gepubliceerd werd en vandaag nog altijd gedrukt en gelezen wordt. Ik vind dat veel belangrijker dan 25 jaar in het vak zitten. Som eens de boeken op die al 25 jaar meegaan? Bovendien is mijn schrijverschap ouder dan die 25 jaar. Ik schreef in de lagere school mijn eerste teksten. Duet met valse noten heb ik geschreven toen ik veertien was.'
Hij heeft geen verklaring voor het succes van dat boek. Of toch? 'Mijn enige verklaring is deze: ik was zelf een tiener toen ik het boek over een eerste liefde schreef, en raakte de gevoelige snaar. Het gevoel klopte helemaal. Ook vandaag nog. Eerste liefde is nog altijd eerste liefde. Daar is niets aan veranderd.'
Moeyaert heeft in Duet amper wijzigingen aangebracht. 'Ik heb ooit elpees vervangen door cd's, maar voorts heb ik er niets aan veranderd. Er zitten dus geen gsm's of computergames in en de muziek is nog steeds dezelfde: Abba, Bee Gees, Donna Summer...'
Lander en Liselot zijn de hoofdpersonages in Duet met valse noten. Veel tieners van toen hebben hun kinderen naar hen genoemd. Bart Moeyaert: 'Schitterend, toch? Ik vind het nog altijd bijzonder dat mensen op de Boekenbeurs aan je tafel komen staan om een boek te laten signeren. Als die mensen dan ook nog genoemd zijn naar een hoofdpersonage uit je boek...'
Er zijn auteurs die niet meer herinnerd willen worden aan hun debuut, hoe succesvol dat destijds misschien ook was, omdat het niet beantwoordt aan de kwalitatieve eisen die ze zich vandaag stellen. 'Ik heb dat zelf ook een tijdlang gehad', zegt Bart Moeyaert. 'Lezers vroegen mij wanneer ik nog eens iets als Duet schreef, een opvolger. Terwijl ik dacht: Ik ben veranderd. Kijk eens naar wat ik vandaag schrijf! Ik kan geen 'Duet II' of 'Duet III' schrijven! Vandaag kan ik dat boek perfect een plaats geven. Je ziet natuurlijk dat ik zeer jong was toen ik het schreef en ook taalkundig stond het niet helemaal op poten. Maar ik heb daar vrede mee. Vandaag schrijf ik andere boeken.'
Veel schrijvers hebben het lastig om na een debuut-met-vliegende-start een tweede boek te schrijven. 'Ik had dat probleem niet', zegt Moeyaert. 'Ik zat in die periode slecht in mijn vel. Ik heb dat van mij af geschreven in mijn tweede boek, Terug naar af. Ik heb dat boek geschreven terwijl ik in Brussel Nederlands studeerde. Daar ben ik tot het besef gekomen dat je een boek kunt laten gebeuren, zoals dat met Duet was gegaan, of dat je een boek ook echt kunt bedenken, componeren en structureren. Dat heb ik met Terug naar af gedaan, waardoor het ineens op goodwill kon rekenen van volwassenen die Duet maar niets hadden gevonden.'
Of hij nu een dichter is? Een jeugdschrijver? Een schrijver voor volwassenen? Toneelauteur? 'Toen ik debuteerde was ik een tiener. Het lag voor de hand dat ik met Duet iets had geschreven dat ik zelf ook wel wilde lezen. Maar ik had dat niet bewust zo gedaan. Ik heb me nooit afgevraagd: voor wie schrijf ik? Ik schrijf wat ik vind dat ik moet schrijven. Daarom kun je mij niet in een hokje stoppen.'
Als hij mag kiezen, dan moeten we hem tot hiertoe herinneren als de auteur van Blote handen, Het is de liefde die we niet begrijpen en Broere. 'Dat zijn drie boeken waarvoor ik diep ben gegaan. In Blote handen heb ik me losgeknipt van thuis, Het is de liefde die we niet begrijpen is mijn beeld van hoe we hier moeten leven, en Broere is een eerbetoon aan mijn familie. Tamelijk wezenlijk allemaal, niet?'
Het stadsdichterschap 2006-2007 plakt hem nog steeds aan de ribben. 'Het waren de heftigste jaren van mijn leven. Na vier maanden zat ik met Hans Van Themsche, na negen maanden hadden we de verkiezingen. Het gedicht dat ik voor Luna heb geschreven kan ik onmogelijk lezen zonder geëmotioneerd te raken. Op de begrafenis van Luna heb ik de ouders van Luna omhelsd -mensen die ik niet kende- en het is alsof ik toen het grootst mogelijke verdriet heb aangeraakt.'
31/12/2008
Precies 25 jaar geleden debuteerde de toen nog onbekende Bart Moeyaert met Duet met valse noten. Van een eerste verkoopsucces ? de eerste druk was in vier maanden uitverkocht ? werd het boek een longseller van formaat: 25 jaar en 40.000 verkochte exemplaren later verschijnt nu de 15e herdruk en tevens jubileumuitgave bij uitgeverij Querido. Maar overtuigt Duet met valse noten nog, 25 jaar na publicatie? Blijft deze klassieker leesbaar voor een jonge generatie, die een andere invulling geeft aan de begrippen 'verliefdheid', 'trouw' en 'erotiek'?
Het hoofdthema van de roman is even universeel als alledaags: een innige verliefdheid tussen twee adolescenten, Lander en Liselot, van de eerste blikken "tot de laatste schok". Wie zich waagt aan dergelijke grote gevoelens komt in het vaarwater van talloze andere (jeugd)romans, en moet zich via vertelperspectief, compositie en literaire stijl proberen te onderscheiden. Precies daarin ligt Moeyaerts grootste sterkte: zijn debuutroman biedt een even indringend als oprecht portret van de eerste liefde. Het goedgekozen alternerende vertelperspectief laat beurtelings Lander en Liselot als handelende ik-vertellers aan het woord. Twee personages van vlees en bloed, die elkaar op school leren kennen en langzaam maar zeker naar elkaar toegroeien. De voorzichtige integratie in elkaars leven wordt met een minimum aan woorden voelbaar gemaakt. Haarfijn brengt Moeyaert hun gevoelens, gedachten en verlangens in kaart. In deze passages toont zich reeds een aanzet tot de huidige schrijver die schrapt en schaaft, wikt en weegt, zijn woorden zorgvuldig kiest.
Des te schrijnender komen de eerste 'valse' noten in de liefdescantate. Zoals zo vaak begint het met een klein en onschuldig voorval, maar gebeurtenissen escaleren door wederzijdse koppigheid. Het verhaal werkt langzaam maar zeker naar een groots opgezette apotheose toe, die in het felle, opgejaagde vertelritme knap weerspiegeld wordt. Na een fikse woordenwisseling keert Liselot haar geliefde verbouwereerd de rug toe, waarna ze door een auto wordt aangereden. Liselot raakt blijvend verlamd. Lander kan noch de psychische druk noch de schuldvraag langer aan en beide jonge mensen groeien uit elkaar. Moeyaert overtuigt met een diepgaande analyse van gevoelens als schuld, onzekerheid en onbegrip. Een mooie gedachte van Liselot ? "Onze gevoelens waren dezelfde, gevoelens die niet verwoord hoefden te worden" ? vormt meteen ook een spiegel voor de stijl: liefde, verlangen, wanhoop en haat. Pas naar het einde toe ontstaat een voorzichtige nieuwe toenadering, al ontwijkt de auteur een suikerzoet happy end. Deze story kan nog alle kanten uit.
In een uitvoerig geïllustreerde uitleiding verhaalt Moeyaert de ontstaansgeschiedenis van het boek en de eerste kiemen van zijn schrijverschap. Tegelijkertijd kent deze uitleiding een persoonlijke touch doordat de auteur terugblikt op zijn eigen onzekerheid, zijn blik op mens en wereld eerlijk en intens verwoordt.
Blijft de vraag in welke mate dit oprechte liefdesverhaal nog aanslaat bij jongeren, die alles al gezien hebben op internet en dvd, en die waarschijnlijk beter voorgelicht zijn dan hun ouders. Ik verwijs graag naar een onderzoek van Janita Ravesloot (1999), waarin ze vaststelt dat in onze maatschappij een complex spanningsveld bestaat tussen het dominante beeld van de 'geseksualiseerde' jeugdcultuur en het minder dominante beeld waarbij onzekerheden en twijfels van jongeren centraal staan. Seksuele voorlichting is breed geïnstitutionaliseerd en ook de media doen er als vanouds een schepje bovenop. Maar tv en reclame confronteren jongeren met een maatschappelijk geconstrueerd beeld van seksualiteit; ambivalente gevoelens blijven veelal verhuld in vragen aan de kinder- en jongerentelefoon of populistische jongerentijdschriften. Precies die onzekerheid, angst, verlangen, maar ook intense gevoelens van verliefdheid en toenadering beschrijft Moeyaert haarfijn. Hij vindt de juiste woorden om de eerste liefde herkenbaar en ongedwongen gestalte te geven, zonder opgepepte jongerentaal, zonder oeverloze discussie over seks, zonder in voor de hand liggende banaliteiten te vervallen. Wat blijft is een eerlijk, oprecht en puur verhaal, dat terecht een klassieker werd. [Jürgen Peeters]
Redactie
Twee middelbare scholieren zijn verliefd op elkaar, totdat een ruzie een verwijdering teweegbrengt en een auto-ongeluk een eind aan hun relatie dreigt te maken. Lander kan het moeilijk verwerken dat Liselot nooit meer zal kunnen lopen, maar uiteindelijk brengt voor de tweede keer het toneel hen bij elkaar. Debuut van een destijds nog erg jonge auteur. Het verhaal is opgebouwd als een soort dagboek: om de beurt vertellen Lander en Liselot hun ervaringen. Het verhaal gaat de realiteit niet uit de weg. Problemen, opgeroepen door het worstelen met een handicap, komen duidelijk naar voren. Jonge mensen worden aan het denken gezet over de omgang tussen gezonde en gehandicapte mensen. Duidelijke letter en goede bladspiegel. Speciaal voor deze editie schreef de auteur een uitvoerig gedocumenteerd nawoord. Vanaf ca. 13 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.