De verweesde samenleving : een religieus-sociologisch traktaat
Pim Fortuyn
Pim Fortuyn (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Karakter, 2002 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : NEDERLAND 945.6 |
31/12/2002
<4>Hoewel Pim Fortuyn zich altijd heeft gedistantieerd van een Filip Dewinter, staan in zijn boeken opvattingen die zo uit het partijprogramma van het Vlaams Blok lijken te komen. Andere opvattingen staan daar weer haaks op, zoals zijn pleidooi voor de legalisering van soft- en harddrugs. Een man die zeker moeilijk te vatten is met de klassieke links-rechtstegenstelling. Rechts maar met progressieve accenten. Zoiets. De stijl van zijn boeken is net zoals zijn gedachtegoed niet echt te categoriseren. Het is een mengeling van pseudo-wetenschappelijkheid met erg persoonlijke verhalen en populistische slogans. Voor de academische wereld zijn de boeken te weinig onderbouwd en te incoherent. Wie bovendien enkele boeken heeft gelezen, kent ze zowat allemaal: Fortuyn herhaalt zichzelf voortdurend. Hij citeert nooit andere auteurs dan zichzelf. Er zijn bovendien geen voetnoten noch een bibliografie. Maar anderzijds zullen zijn boeken ook niet volledig begrepen kunnen worden door het 'gewone volk' voor wie hij toch schrijft. Een basiskennis politieke theorie, sociologie en geschiedenis is toch wel nodig.
Erg opvallend zijn de persoonlijke ervaringen die in elk boek terugkomen. Triest hoogtepunt is natuurlijk zijn Babyboomers: autobiografie van een generatie (1988). Hier beschrijft Fortuyn de generatie geboren tussen 1945 en 1955, de babyboomers, die vol optimisme en zelfvertrouwen de jaren '60 hebben vormgegeven. Fortuyn schrijft het boek vanuit persoonlijke ervaringen: zijn katholieke jeugd en zijn homoseksualiteit. Het boek is exemplarisch voor het ziekelijke narcisme uit al zijn later werk. Hij omschrijft zichzelf als een held, een genie, een geboren leider en een moedige en mooie prins. De inhoud van het boekje: hier begint al het fulmineren tegen de bureaucratie en de gesloten cultuur van het politieke establishment van drie kabinetten-Lubbers en twee kabinetten-Kok waartegen Fortuyn tot in zijn laatste boek van leer trekt. Babyboomers zijn eigenlijk niet beter dan de hedendaagse politici van de 'achterkamertjes': met een schijn van democratie hebben ze de regentencultuur opnieuw geïntroduceerd. Het is duidelijk dat Fortuyn niets moet weten van deze generatie: geboren in een welvarende periode hebben ze enkel de vruchten kunnen plukken van de economische groei. 'Profiteren' is hier het kernwoord: profiteren van de democratisering, huizenbezit, seksuele vrijheid en goede pensioenen. Dat profiteren komt uitvoerig terug in zijn kritiek op de welvaartsstaat.
Fortuyn komt niet uit het niets. Zijn eerste werk buiten beschouwing gelaten (een proefschrift over de sociaal-economische politiek in Nederland tussen 1945 en 1949), heeft Fortuyn sinds 1991 gewerkt aan een rechts-conservatief oeuvre waaraan hij tot zijn dood heeft gesleuteld. Terwijl hij in Aan het volk van Nederland (Contact, 1992) en in Zonder ambtenaren (Veen, 1991) nog een contractmaatschappij verdedigt waarin zelfbewuste burgers, instellingen en bedrijven calculerend met elkaar omgaan, ontwikkelt hij in zijn later denken een gemeenschapsdenken. In wat hijzelf als zijn 'grote moederboek' beschouwt, De verweesde samenleving (Karakter, 2002), legt hij de nadruk niet op een kille omgang met elkaar, maar op een warm beleefde collectiviteit. Fortuyn houdt een pleidooi voor een ethisch reveil: "een bewust en collectief beleefd stelsel van normen en waarden". Hier wordt een romantische samenleving geschetst op basis van 'de menselijke maat': de overheid en de publieke sector staan te veraf van de gewone mens. We moeten gewoon wat liever zijn voor elkaar en vooral elkaar graag zien. Wat die kernnormen en waarden precies inhouden, blijft in De verweesde samenleving trouwens erg vaag. In zijn bekendste boek, Tegen de islamisering van onze cultuur (Bruna, 1997, herwerkt in 2002 onder de mildere titel De islamisering van onze cultuur -- Karakter) blijken die kernnormen en waarden te bestaan uit het centraal stellen van de individuele verantwoordelijkheid, de scheiding van kerk en staat en de gelijkheid van de seksen.
Terugkerend element is het gekanker op het postmoderne cultuurrelativisme. De westerse normen zijn dan ook absoluut. En met deze maatstaf is de orthodoxe versie van de islam inderdaad niet 'modern' en dus verwerpelijk. Wat Fortuyn niet wil snappen, is dat er vanuit de basis van de moslimgemeenschap heel wat andere geluiden klinken als die enkele conservatieve imams. Hierin is hij wel consequent: zelf fundamentalist, is ieder ander per definitie ook fundamentalist. Van de islam maakt hij een karikatuur, maar niet minder van het christendom en het jodendom.
In 50 jaar Israël, hoe lang nog? (Bruna, 1998) gaat Fortuyn verder in zijn strijd tegen de islam. Eerst natuurlijk in een twintigtal bladzijden een karikatuur maken van de complexe geschiedenis van Israël om dan weer te vergelijken met de kernnormen en waarden van de moderniteit. Deze keer is zijn lijstje ietsje langer: o.a. vrijheid van meningsuiting, kapitalisme, een parlementaire democratie en -- jawel -- respect voor de universele rechten van de mens en internationale verdragen. Christendom en jodendom zijn volgens Fortuyn geseculariseerd, maar de islam is per definitie intolerant. In de strijd tegen het fundamentalisme is een belangrijke taak weggelegd voor de seculiere staat Israël: als Israël verdwijnt dan zullen andere landen uit het Midden-Oosten ook verpletterd worden onder het fundamentalisme. Fortuyn zag zijn gelijk natuurlijk bevestigd door de gebeurtenissen van 11 september 2001.
In zijn columns voor o.a. 'Elsevier', gebundeld in Beklemmend Nederland (Bruna, 1995) en Droomkabinet (Van Gennep, 2001) en in zijn verkiezingsprogramma De puinhopen van acht jaar Paars (Karakter, 2002), gaat hij meer concreet de Nederlandse politiek bekritiseren. 'De menselijke maat' van De verweesde samenleving is het vertrekpunt. In dit kader had hij zich in Zielloos Europa (Bruna, 1997) ook al verzet tegen Europa. We moeten terug naar het Europa van de volledig soevereine staten. Grensoverschrijdende problemen? Onbestaande. Politiek gaat volgens Fortuyn niet over economie en de markt, daar zijn ondernemers voor, maar over het publieke domein. En alle sectoren van dat domein worden geregeerd door professionals waarin vriendjespolitiek en corruptie hoogtij vieren. Fortuyn wilde Nederland terug aan de Nederlanders geven en daarvoor moet in de eerste plaats alles weer op maat van de mens. Kleinschaliger dus. En -- niet te vergeten -- het wondermiddel ICT: alle problemen direct opgelost. Vooral dan de bureaucratie. Lees daarvoor De derde revolutie! (Bruna, 1999). Waarom Fortuyn dan de computers de klas wil uitflikkeren, is wellicht niet voor mij alleen een raadsel.
De bekende wachtlijsten in de gezondheidszorg moeten worden opgelost door goede randvoorwaarden te creëren in de vorm van een zorgomgeving waarin mensen verleid worden tot het geven van liefde. Maar tezelfdertijd wil Fortuyn snoeien in het geld voor deze sector: particulier initiatief wordt aangemoedigd. De WAO wordt hervormd: enkel objectief meetbare ziekten komen voor een uitkering in aanmerking. Aanstellers vliegen er sowieso uit. Ook scholen moeten kleinschaliger en ook hier weer geen extra geld. Het lijstje kan aangevuld worden: veiligheid, justitie, politie en de NS. Over dienstverlening had hij al in 1996 een boekje geschreven: Mijn collega komt zo bij u (Bruna). Fortuyn claimt alle sociale thema's, maar hopelijk voor de kleine man die hem (postuum) een stem heeft gegeven, krijgen zijn oplossingen geen kans. Het zou een sociale ramp zijn voor de onderste sociale klassen. Populisten verdedigen nl. alleen met het woord de gewone man. Daarbij komt nog dat Fortuyn sowieso niets doet voor de ander: alles alleen ter meerdere glorie van zijn eigen prestige.
De individuele verantwoordelijkheid, een van de peilers van de moderniteit, staat centraal in zijn analyse van de verzorgingstaat. Het failliet daarvan is overduidelijk. De verzorgingsstaat treedt de mensenrechten met voeten en is onmenselijk en zelfs misdadig omdat ze verworden is tot "een staat waar men rechten heeft op bepaalde arrangementen tot een staat waar men is veroordeeld tot het gebruik van deze arrangementen tegen inlevering van het recht op zelfbeschikking". Het 'zelforganiserende vermogen' van de mensen moet opnieuw aangesproken worden: de verantwoordelijkheid om voor zichzelf te zorgen. Want de verzorgingsstaat heeft enkel geleid tot profiteren op grote schaal, misbruik en fraude. Dit betekent weliswaar geen pleidooi voor het middenveld: "Het grootste deel van het maatschappelijk middenveld maakt deel uit van het door mij geschetste probleem van de professionalisering en bureaucratisering van de verzorgingselementen." Hoe op die manier de verzorgingsarrangementen terug zullen worden gegeven aan de burgers, de gemeenschap, ontgaat mij volledig. Door die gebureaucratiseerde organisatie krijgt de gemeenschapszin geen kans: deze wordt net beleefd door de gemeenschap en niet door professionelen. Dit alles is, in al zijn boeken, weinig onderbouwd en erg sloganesk.
Op andere plaatsen wordt een pleidooi gehouden voor meer inmenging van de staat wat veiligheid en migratie betreft. Op het vlak van immigratie- en asielbeleid zijn er trouwens veel overeenkomsten met het Vlaams Blok. Het resultaat is hetzelfde: grenzen dicht. Zowel het Vlaams Blok als Fortuyn leggen de klemtoon op respectievelijk de Vlaamse en de Nederlandse identiteit. Alles wat daarmee in strijd is, is slecht. De stijl is alleen anders. De islamitische culturen moeten niet 'opkrassen', maar aangezien ze het verst afstaan van de joods-christelijk humanistische visie, zorgen ze voor overlast. Fortuyn stelt het voor als rationeel en zelfs meelevend om te stellen: vol is vol. Gevolgd door zijn bekende 'helaas, pindakaas'. Alles beter dan dweilen met de kraan open. Gevolg blijft wel dat het verdrag van Schengen wordt opgezegd en dat de wet op de gezinshereniging buiten werking wordt gesteld. In zijn 'Elsevier'-columns en in zijn boeken vergelijkt hij zichzelf het liefst met Berlusconi, heeft hij sympathie voor wijlen Janmaat en verdedigt hij Haider.
De socioloog Erik van Ree schreef in de 'Groene Amsterdammer' van 4 april 2002 dan ook terecht dat Fortuyn enerzijds de liberale vrijheid verdedigt, op vlak van seksualiteit en gezondheidsuitkeringen bv., en anderzijds de staat de rol wil toedelen om de vaderlandse identiteit en de volksgemeenschap met normatieve middelen op te leggen. De maatschappij is immers maakbaar en politici zullen het werk doen. Klassiek liberale ideeën worden gecombineerd met een communitaristisch-conservatief staatsbestel. De grote inconsistentie: minder staat en meer staat. Deregulering, sociale dwang en repressie. In De islamisering van onze cultuur wordt bovendien ook gewaarschuwd voor een 'amoreel individualisme'. Soms is er echt geen touw aan vast te knopen. Politieke ideeën gebaseerd op egotripperij, kromme redeneringen en illusies. Meer niet. Het ergste is nog dat Fortuyn dit alles heel erg meende. Hij zal nog lang worden herinnerd, maar zijn boeken belanden -- zoals nu al zijn ouder werk -- onherroepelijk in de ramsj. [Kris Velter]
Redactie
Half maart 2002 presenteerde Pim Fortuyn zijn aanklacht tegen acht jaar Paars kabinet. 'Puinhopen', aldus Fortuyn die hij door middel van een 'krachtig herstelprogramma' denkt op te ruimen. In zijn boek/verkiezingsprogramma bespreekt hij de puinhopen - in een typische Fortuynstijl - en doet aanbevelingen. Zorg en onderwijs krijgen gedurende twee jaar geen extra geld, want 'eerst rigoureus saneren en heel veel beter presteren'. Leraren worden geacht vrijetijdskleding te verruilen voor formelere kleding en zich door de leerlingen met u te laten aanspreken. Wat betreft het vreemdelingenbeleid: opvang van vluchtelingen in de regio, een gericht emancipatiebeleid voor islamitische vrouwen etc. etc. Defensie: opheffing van de land- en luchtmacht. Regering: hoogstens zes ministers, maar relatief veel staatssecretarissen. Ruimtelijke ordening: '…stoppen met veel van die goedbedoelde Vinex-flauwekul…'. 'De puinhopen van acht jaar Paars' is uitentreuren in de media besproken en bevat op een aantal punten weinig nieuws: Fortuyn borduurt voort op wat hij reeds eerder publiceerde (onder meer in 'Droomkabinet' en 'De islamisering van onze cultuur').
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.