Othello
William Shakespeare
Gerrit Komrij (Samensteller)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Bakker, 2002 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : THEMABUNDEL : LIEFDE |
31/12/2002
Gerrit Komrij selecteerde uit zijn in 1994 gepubliceerde bloemlezing De Nederlandse poëzie van de twaalfde tot en met de zestiende eeuw in duizend en enige bladzijden én uit het in 2001 verschenen Repertorium van het Nederlandse lied tot 1600 van Martine de Bruin en Johan Oosterman 41 liefdesliederen en -gedichten, gaande van het nog Oud-Nederlandse 'Hebban olla vogala nestas hagunnan' tot het 16e-eeuwse Antwerps Liedboek. Komrijs keuze bevat naast overbekende klassiekers als 'Egidius, waer bestu bleven' en 'Ghequetst ben ic van binnen' ook een aantal minder bekende verrassinkjes.
Naast de oorspronkelijke tekst wordt telkens een parallelvertaling in modern Nederlands geboden, wat van deze kleine uitgave een ideaal en origineel geschenkboekje maakt voor het brede (verliefde) publiek. Dat ditzelfde publiek voor het overige compleet aan zijn lot wordt overgelaten, moet men er dan maar bij nemen: geen woordje uitleg bij de gedichten kan er af, zelfs geen inleiding, en de enige aanduidingen omtrent de herkomst van de teksten komen neer op "Uit het Gruuthuse-handschrift" of "Uit het Antwerps Liedboek", en soms zelfs dat niet eens. Liefdesverzen spreken voor zichzelf, zal Komrij (of zijn uitgever) gedacht hebben. Op mij persoonlijk maakt het de indruk nogal gemakkelijk en snel maakwerk te zijn. [Eric De Bruyn]
Redactie
'Egidius, waer bestu bleven? - Mi lanct na di, gheselle mijn. - Du coors die doot, du liets mi tleven.' Aanhef van een bekend middeleeuws liefdesgedicht. Maar er zijn veel meer mooie middeleeuwse liefdesgedichten. En wie kan die beter bloemlezen dan Gerrit Komrij, onze Dichter des Vaderlands en eigenlijk ook 'Bloemlezer des Vaderlands' die met zijn bloemlezingen vele Nederlandse gedichten aan de vergetelheid heeft onttrokken. In dit boekje is een keuze opgenomen uit zijn 'De Nederlandse poëzie van de twaalfde tot en met de zestiende eeuw in 1000 en enige bladzijden' (1994), plus een aantal gedichten uit 'Het repertorium van het Nederlandse lied tot 1600' (red. De Bruin & Oosterman). Op de linkerbladzijde staat het gedicht steeds in de oorspronkelijke spelling, op de rechterpagina de vertaling in hedendaags proza. Met klassiekers als het titelgedicht, 'Heer Halewijn', 'Ghequetst ben ic van binnen' en 'Het waren twee koninghs kindren' en gedichten van o.a. Hendrik van Veldeke, Hertog Jan van Brabant, een aantal uit het 'Antwerps Liedboek' en vele anderen. Variërend van 'O edele vrouwe, je kwelt me,' tot 'Gisteravond was ik maagd, nu ben ik doorstoken'. Komrij brengt de Middeleeuwers en hun liefdesavonturen met deze gevarieerde en verrassende bloemlezing dichterbij.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.