Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, cop. 2001 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : DEMP |
Besprekingen
31/12/2002
De Duitse kunsthistoricus Michael Keie restaureert samen met een Spaanse collega in het Prado te Madrid het 'Tuin der Lusten'-drieluik van Jheronimus Bosch, dat kort daarvoor door een blijkbaar geestelijk gestoorde dominicaan met een bijtende vloeistof werd besproeid, gelukkig zonder al te veel schade aan te richten. Tot hun verrassing ontdekken Keie en zijn collega op foto's van de beschadigde plekken onduidelijke lettertekens en afbeeldingen. Via een psychologe, Grit Vanderwerf, komen zij in contact met de dader van de aanslag, pater Johannes Baerle, die voorlopig opgesloten zit in een klooster. De pater beweert in een Keulse bibliotheek een handschrift te hebben ontdekt dat in 1511 geschreven werd te 's-Hertogenbosch door een zekere Petronius Oris. Deze was een leerling van Bosch en werd door de inquisitie verplicht zijn eigen geschiedenis te noteren.
Het verhaal van Petronius Oris wordt in de rest van de roman naverteld door pater Baerle, met regelmatig een sprong terug naar het heden. Op die momenten gaat de aandacht naar het verdere onderzoek van de 'Tuin der Lusten' en naar de onregelmatige contacten tussen de twee kunsthistorici en de nu eens ontsnappende en dan weer opduikende pater. Uit het manuscript van Oris leren we dat Jeroen Bosch lid was van de Adamieten, een door de geheimzinnige Jacob van Aelmangien geleide ketterse sekte. De sekteleden vergaderen regelmatig volledig naakt en de 'Tuin der Lusten' fungeerde daarbij als symbolische uitbeelding van de leerstellingen van de sekte. We zitten dan ongeveer halverwege de roman en tot dan toe doet Peter Dempf een beetje denken aan Hubert Lampo in zijn beste dagen. Hij slaagt erin een spannend magisch-realistisch sfeertje te creëren dat allerlei vragen oproept, maar geen sluitende antwoorden biedt. In de tweede helft van zijn roman is Dempf echter verplicht met meer concrete gegevens over de brug te komen, en vanaf dan begint de plot irritant ingewikkeld en vergezocht te worden. Als het al niet om de verzinsels van een gek gaat.
Van zodra men beseft dat Het geheim van Jeroen Bosch na een veelbelovende aanloop ten onder gaat aan een al te extravagante en zijn ambities niet waarmakende plot, komen een aantal minder zwaar doorwegende minpunten dit gevoel van teleurstelling verder versterken. Dat deze (op de waardeloze hypothesen van de Bosch-auteur Wilhelm Fraenger voortbordurende) roman overigens niet dient gelezen om meer inzicht te krijgen in de historische figuur Bosch of in de betekenis van diens 'Tuin der Lusten', is duidelijk. [Eric De Bruyn]
J.P.A. van Ballegoijen de Jong
Twee uiterst spannend geconstrueerde romanverhalen overbruggen de vijf eeuwen oude historie van het door Jeroen Bosch geschilderde triptiek 'De Tuin der Lusten'. 's Hertogenbosch 1510: de vrijzinnige meester moet zijn immense doeken de stad uit smokkelen - de Inquisitie zit hem op de hielen. Madrid 1998: in het Prado wordt het beroemde werk door een iconoclast bespat met zuren. Restaurateurs ontdekken intrigerende tekens onder de opperste verflagen, maar ook hier hebben fanatici het gemunt op het geheim. Dempt brengt het middeleeuwse Den Bosch prachtig tot leven en weet de lezer mee te slepen met zijn kennis en uitleg van dit macabere en nog altijd onbegrepen schilderij. Mede door een prima vertaling, een fascinerend boek om in één keer uit te lezen. Kleine druk.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.