Een wezen van verten
Francisco Umbral
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
IJzer, cop. 2001 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : UMBR |
31/12/2001
Francisco Umbral heeft tientallen romans, verhalen en essays op zijn naam staan, naast biografisch, geschiedkundig en journalistiek werk. Opvallend sterk zijn de autobiografische geschriften, zoals blijkt uit dit al in 1975 geschreven Sterfelijk en roze dat, afwisselend verhalend en aforistisch, poëtisch en bespiegelend, verslag doet van de meest trieste periode uit zijn leven, te weten de ziekte en de dood van zijn vijfjarig zoontje. Beurtelings elegisch, prozaïsch, lyrisch en irrationeel maakt hij ons deelgenoot van zijn gedachten en bedenkingen, spuit hij zijn woede en verontwaardiging en zoekt zijn toevlucht in de taal en de literatuur als enige middel om een leefbare afstand "tussen ons en de dingen" te nemen en te bevestigen.
We volgen hem op zijn dagboektocht die de gebeurtenissen fragmentair en omcirkelend benaderen. Op wandel met het kind ("verrukt van wat de dingen niet allemaal te vertellen hebben"), aan het ziekbed ("zijn ogen gaan in scherven, zijn handen vallen af als uitgebloeide bloemen"), bij zijn dood ("het water van de zondvloed heeft zich teruggetrokken en ik loop hier over geheime vochtvlekken, plaatsen waar de dood doorlekt"), tijdens de begrafenis ("we gaan van de zon in de schaduw zoals we gaan van het leven naar de dood"), en later ("ik dwaal hier door de leegte die een kind heeft achtergelaten"). Prachtige bladzijden schrijft hij over koorts, het ziekenhuis, over kinderen en de kindertijd ("een kind loopt uiteindelijk altijd verloren in het bos van de volwassenen" en "de kindertijd wordt eeuwig bedreigd, is gedoemd om voor altijd te verdwijnen in een drukbevolkte verte, volwassen en duister. Hoe dan ook gaan we ons kind verliezen, door het leven of door de dood. Maar niemand zal mij die verfrissende stortbui, die windvlaag, die verscheurende en zuivere dimensie kunnen afnemen die hij aan de wereld en aan mij gaf").
Het is die laatste bedenking die het hem overigens mogelijk maakt om op afstand te blijven en het verdriet te trotseren. Wat hij doet door over zichzelf te schrijven, over zijn jeugd in Valladolid waar hij iedere zondag als misdienaar gefascineerd raakt door een renaissancistisch schilderij in de parochiekerk, over de jaren dat hij als beginnend schrijver in een armoedig pension in Madrid zijn eerste pennenvruchten trachtte te slijten en zijn ideeën over wat schrijven nu eigenlijk was ("het leven in een boek vangen, de tijd inkaderen") ging definiëren. Waar hij ook zijn houding tot de wereld en het leven zou bepalen, te weten tot het hier en nu ("ongetwijfeld, de mens is een wezen van utopieën, van afstanden, van grootse projecten, maar de mens moet leren een schepsel van zijn omgeving te zijn, hoeder van het nabije" en "ik zit met duizend draden aan de realiteit vast, ben veroordeeld tot de waarheid, onderworpen aan het leven").
Geen wonder dat er zovele vitalistische uitbarstingen zijn en ware odes aan het leven, aan de wind ("die zee zonder water die op ons afstormt"), over jonge meisjes in april ("twee pasgeoogste borsten, de taille een populier"), de zee ("een monument voor de vrijheid"), over het lichaam, zijn lichaam, zijn haar ("de fakkel die oplichtte in de opwindende nachten van mijn jeugd"), zijn handen, zijn ogen, zijn neus, zijn geslacht ("het geslacht is een bloem of een monster. Je kan kiezen door het leven te gaan met een verborgen monster of een trotse bloem. Bijna iedereen kiest voor het monster, het verdorvene, het gekwelde, dat wordt gekoesterd of gepijnigd").
Een rijk boek waarbij je beter geen potlood in de hand hebt om te beletten dat je al te veel uitspraken zou onderlijnen, een boek van een dichterlijk observator, een bevlogen denker en een even beeldrijk als precies schrijver die er in slaagt meer uit zichzelf en de werkelijkheid te halen.
Literatuur? Natuurlijk! "Omdat het vorm geeft aan het bewustzijn, helpt om te leven, en leven is uiteindelijk misschien toch wel het eigenlijke werk". [Jan Baes]
Maarten Steenmeijer
Francisco Umbral (1935) is misschien wel de meest productieve schrijver die de Spaanse literatuur de laatste decennia kent. Hij heeft inmiddels al zo'n tachtig boeken op zijn naam staan, terwijl hij ook als stukjesschrijver voor de krant een duizelingwekkende staat van dienst heeft. Pas nu, met 'Sterfelijke en roze', wordt dit Spaanse fenomeen in Nederland geïntroduceerd. Het boek dateert uit 1975 en heeft, zoals wel meer werk van Umbral, een autobiografisch onderwerp: de dood van zijn vierjarige zoontje. Umbrals stijl, die aan die van Nobelprijswinnaar Cela doet denken, is zeer barok en niet zelden op het gekunstelde af. Zelfs bij een zo'n persoonlijk en gevoelig onderwerp als de dood van zijn kind blijft Umbral zijn virtuoze, uitgesproken talige stijl trouw. Het boek bevat, naast concrete herinneringen aan zijn zoon, een amalgaam van terzijdes over literatuur, kunst, filosofie, psychoanalyse, vrouwen, seks, dood en nog veel meer. In feite is dit boek een vermomde autobiografie van een verliteratuurde persoonlijkheid, die is geschreven vanuit een heroïsche poging om in elk geval in taal nog samen met zijn geliefde dode te zijn. Geen gemakkelijk, wel een onalledaags boek. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.