Larung
Ayu Utami
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Geus, cop. 2001 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : UTAM |
31/12/2001
Ze is al enkele malen op literaire manifestaties in Nederland verschenen, en in 2000 kreeg ze de prijs van de Prins Claus Stichting, maar nu is er de vertaling van het boek dat de literaire faam van Ayu Utami veroorzaakte. Samans missie kende een groot succes in Indonesië en dat heeft alles te maken met vrijheid. Utami's boek werd onderdeel van de strijd tegen het Soeharto regime, maar sloeg ook aan omwille van de literaire vernieuwing en de vrije omgangsvormen die de hoofdpersonages van het boek er op nahouden.
Die hoofdpersonages zijn in de eerste plaats vier vrouwen, de jeugdvriendinnen Laila, Cok, Yasmin en Shakuntala. Ze zijn alle vier hoog opgeleid, hebben een prestigieuze job, zijn vaardig met de moderne communicatiemiddelen. Ze engageren zich in de politieke strijd en gaan vrij met mannen en seks om. Promiscuïteit, verhoudingen met getrouwde mannen en priesters, openlijk besproken en in bijbelse termen beschreven seks, het is ongebruikelijk voor Indonesische literatuur. Het 'vrijpostige' gedrag van Utami's protagonistes zorgde voor felle controverse maar was wellicht één van de aantrekkelijke elementen voor haar lezerspubliek, met vooral jonge en hoog opgeleide stedelingen.
Het persoonlijke is echter verbonden met het politieke: de eerlijkheid die de vrouwen verwachten van de mannen, verwachten ze ook van de politieke klasse. Hun politieke interesse wordt engagement wanneer twee van hen verliefd worden op activisten. Voor die twee mannelijke hoofdpersonages geldt ook dat hun strijd onlosmakelijk verbonden is met hun persoonlijke leven. Sihar wil zich wreken omdat zijn beste vriend omkomt door een stomme beoordelingsfout van de directeur van een olieboorplatform. De directeur ontsnapt aan vervolging dankzij politieke bescherming. De priester Saman wordt pas een activist wanneer hij beseft dat het harde lot van de zwakzinnige Upi, voor wie hij onduidelijke liefdegevoelens koestert, enkel veranderd kan worden als haar omgeving, transmigranten op een rubberplantage in Zuid-Sumatra, er economisch sterker voor staat. Zijn initiatief botst echter al vlug met de belangen van de grote bedrijven. Het dorp wordt vernietigd, Saman opgesloten en gefolterd. Saman duikt onder en zet zijn strijd verder, maar is uiteindelijk gedwongen te vluchten naar de Verenigde Staten, waar hij voor Human Rights Watch zal werken.
De verhalen van Sihar en Saman kunnen we thuisbrengen in de Indonesische traditie van realistische verzetsliteratuur. Utami weet de politieke manipulaties van het regime en de broeierige verzetsfeer onder de bevolking scherp neer te zetten, zonder daarom het standpunt van het volk te verheerlijken. Haar kritiek op nationalistische en anti-Chinese stemmingen is profetisch gebleken. Maar Utami verhoogt de literaire inzet (en daarin staat ze niet alleen: de vertalers schrijven in hun nawoord dat er de laatste jaren een explosie aan vernieuwend schrijven is in Indonesië). Enerzijds krijgen we een groter inzicht in de persoonlijkheid van verzetslieden, inclusief hun twijfels en persoonlijke motivaties. Ook de hierboven aangehaalde seksuele vrijheid is een nieuw element in de Indonesische literatuur. Anderzijds kent Utami's roman een brokkelige, heterogene structuur. De realistische verhalen van Sihar en Saman worden gekaderd in de overdenkingen van Laila, Shakuntala en Yasmin. Deze vinden plaats in een andere tijd en ruimte (New York, een of drie jaar later dan de daden van Sihar en Saman), in verschillende vertelvormen (derde persoon, monoloog, dagboek, brieven) en stijlen (de poëtische beelden en natuursymboliek van Laila, de vranke en sensuele taal van Shakuntala, de bijbelse metaforen van Yasmin). Utami weet al deze vormen uitstekend te hanteren. Haar stilistisch kunnen valt het meest op.
Politieke, persoonlijke en literaire vrijheden worden door Utami tot een onlosmakelijk web geweven. Het is een voor zijn tijd noodzakelijk boek en is als dusdanig ontvangen in Indonesië, maar laat niemand de vergissing begaan dat deze politieke grond het boek minder literair waardevol zouden maken. [Chris Bulcaen]
B.C. Meulenbeld
Centraal in deze roman staat het levensverhaal van de katholieke Sumatraanse priester Saman. Hij zoekt de mystiek van zijn jeugd, ontfermt zich over sociaal zwakkeren en leert de harde realiteit kennen van het leven van politiek en commercie. Hiermee verweven zijn de verhalen en gevoelens van vier vriendinnen die, zoal niet geobsedeerd dan toch wel sterk betrokken zijn bij levensaspecten als liefde, hartstocht, lichamelijkheid, seks. Er doorheen zijn 'echt Indonesische' elementen gevlochten als magie, geesten, bezielde natuur, stille krachten. Parallel en tegenover elkaar verschijnen ingetogen passie en geestesvervoering, bezetenheid, erotisch verlangen, alsook geweld, marteling, verkrachting. Er is een weinig verhullend taalgebruik en een door elkaar heen gebruiken van de eerste en derde persoon. De opbouw is volgens de collage-techniek, met meervoudige perspectieven en retrospectieven. Met een uitstekend nawoord van de vertalers met informatie over de schrijfster, het literaire milieu in Indonesië in de jaren '90 en de afwijkende verteltrant. Deze debuutroman van de Indonesische schrijfster (1968) werd bekroond als beste Indonesische roman en won in 2000 een prins Claus-prijs. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.