Kleine verhandeling over de grote deugden
André Comte-Sponville
André Comte-Sponville (Auteur), Luc Ferry (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lemniscaat, cop. 2000 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 157.1 COMT |
31/12/2001
Twee Parijse filosofen -- een materialist en een idealist -- met elkaar in discussie rond enkele belangrijke actuele thema's. Dat is de boeiende opzet van dit lijvige boek. Twee vrienden blijkbaar, maar in hun filosofische stellingen dikwijls lijnrecht tegenover elkaar. Soms (al te) lief voor elkaar, soms keihard zonder pardon, één keer zelfs pijnlijk gênant. Comte-Sponville en Luc Ferry hebben er echt werk van gemaakt. Over elk van de tien thema's hebben beiden een werkstuk geschreven ter inleiding van een onderlinge discussie samen met een twintigtal vrienden. Ook deze nadien wat gestroomlijnde discussies zijn in het boek uitvoerig weergegeven naast de werkstukken. Zo geeft het geheel een zeer levendige indruk van een filosofie die het puur academische overstijgt en dieper graaft achter de woorden.
De tien thema's zijn onderverdeeld in drie delen met telkens drie thema's gevolgd door een besluit over de huidige betekenis van de filosofie. In deel één komt het meest fundamentele en misschien ook wel het moeilijkste aan bod: de grondslagen van de onderlinge tegenstellingen. Comte-Sponville is een fervent, zij het niet-dogmatisch materialist, Ferry een idealist of humanist. Beiden brengen hun eigen opties ter sprake en ondervragen ook de uitgangspunten van de ander. Bij Ferry komen de stellingen uit zijn vorige boek De god-mens of de zin van het leven (1996) duidelijk naar voren: de mens is méér dan alleen maar biologie en heeft op een of andere manier een input nodig van buitenaf (buiten- of bovennatuurlijk). Comte-Sponville daarentegen wil radicaal alle consequenties trekken uit het feit dat de organische materie gehoorzaamt aan dezelfde wetten als de anorganische, zodat we de natuur als enige realiteit kunnen zien. Daarom draait hun discussie uitdrukkelijk over de actuele problemen die aan het filosofisch denken gesteld worden vanuit de neurobiologie en de bio-ethiek. In deel twee stellen beide auteurs zich de vraag naar een mogelijke seculiere spiritualiteit of een religie na de religie. Wat betekent ethiek nog vandaag? Is het zoeken naar zin een illusie? Wat mogen wij hopen? Kiezen voor Jezus of Boeddha? In deze discussies proef je zeer goed de diepe verschillen tussen beide auteurs. Hoe je het ook draait of keert, Ferry blijft zoeken naar de sporen van het transcendente, met naar eigen zeggen enige voorkeur voor de christelijke (maar niet de kerkelijke) beelden van de hoop. Comte-Sponville kiest eerder voor een mysticisme zonder mysterie, zonder geloof, zonder transcendentie. De eeuwigheid, dat is hier en nu, zo zegt hij. In het derde deel gaat de discussie over de kunst (esthetiek), de media en de politiek. Hier vinden de auteurs elkaar makkelijker in elkaars standpunten terug, al zitten er zelfs bij deze concrete maatschappelijke problemen nog regelmatig adders onder het gras. Al bij al een boeiende discussie tussen twee goede publicisten.
Je zou kunnen spreken van een 'tweestemmig' boek waarin twee fundamenteel tegengestelde wegen in de hedendaagse filosofie op zoek zijn naar verduidelijking van elkaars positie. Dat op zich is een grote verdienste, al blijkt natuurlijk dat overeenstemming niet kan, ook niet hoeft. De Franse gentillesse -- ook plezierig, soms wat overdreven aanwezig in de tekst -- slaagt er echter in elkaars verscheidenheid aanvaardbaar te maken. De zeer goede vertaling van het boek maakt het ook voor de Vlaamse lezer tot een plezier. [Willy Deckers]
Prof. dr. F.J. Heggen
Behalve docent filosofie zijn beide Franse auteurs veelgelezen schrijvers. Comte-Sponville (1952, bekend van de 'Kleine verhandeling over de grote deugden'*) beschouwt zich als niet-dogmatisch materialist, Ferry (1951, auteur van 'De god-mens of de zin van het leven'**) als humanistisch idealist. Zij ontmoeten elkaar in eenzelfde gehechtheid aan de erfenis van de Verlichting en de Franse revolutie, in een helder rationalisme, en in een gelijke afwijzing van de traditionele vormen van het theologisch-ethische en het politieke. Zij gaan echter uiteen in hun opvatting over het absolute, over de mens, over de vrijheid, over de wijsheid. Zij hebben gekozen voor een originele aanpak. In tien hoofdstukken behandelen zij tien vragen rond de kernvraag: hoe moeten wij leven? Steeds stelt ieder zijn eigen tekst op en stuurt die aan zijn collega en aan enkele seminar-deelnemers. Eens per maand komen allen bijeen voor een uitvoerige discussie. Het resultaat is zeer geslaagd, zij het wat wijdlopig. Ze vermijden academische ballast en nemen de lezer mee in de discussie. Afgezien van enkele vermakelijke uitglijers (bijv. over moderne kunst en de rechten van het dier) handhaven zij een hoog niveau bij een goede leesbaarheid. Uitnemend voor lange winteravonden.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.