Beleid en bestuur in de oude Nederlanden : liber amicorum prof. dr. M. Baelde
Hugo Soly
Hugo Soly (Redacteur), Wim Blockmans (Auteur), Peter Burke (Auteur), Fernando Checa Cremades (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Mercatorfonds, 1999 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : 926.2 SOLY XXL |
31/12/2000
Karel V 1500-1558 verschijnt onder redactie van Hugo Soly, met bijdragen van binnen- en buitenlandse autoriteiten, en met illustraties bijeengezocht en becommentarieerd door An Delva.
De beeldvorming over de keizer heeft de historici en het grote publiek wel degelijk parten gespeeld. Hoe het imago van de machtige en onaantastbare keizer is ontstaan en of dit al of niet een bewust opzet was, leren we uit bijdragen van Fernando Checa Cremades en van Peter Burke. Peter Burke noemt de imagovorming rond de keizer een 'enscenering', een mise-en-scène, waarbij hij gedetailleerd weergeeft welke tijdgenoten van de keizer hierbij betrokken waren, welke hulpmiddelen ze daarvoor inzetten, hoe de bevolking erop reageerde. Voor de legitimering van het absolute gezag is personencultus belangrijk. Wanneer kan worden aangetoond, door allerlei mythes en verhalen, dat de absolute monarch afkomstig is van de groten der aarde, zoals Karel de Grote, en zelfs Caesar, en wanneer men hem afbeeldt in het kader van de antieke heroïsche verhalen, is het doel al ten dele bereikt. Als daar nog aan toegevoegd wordt dat die monarch ook zelf zeer grote verdiensten heeft als wereldveroveraar en als roeping heeft de hele christelijke wereld te verenigen tegen een gemeenschappelijke vijand, de Turken, is het niet meer zo moeilijk om aan te tonen dat die heerser tot keizer verdient gekroond te worden, en wel met de zegen van het hoogste kerkelijke gezag. Behalve de officiële hofschrijvers, zijn er de vele directe en indirecte medewerkers van de keizer, die zich tegen rijke vergoeding dubbelplooien om de lof van die grote keizer te zwaaien in eindeloze bombastische teksten, redevoeringen, lofdichten. Ook de kunstenaars laten zich niet onbetuigd om via hun kunstwerken de roem van de keizer te eren via beeldhouwwerken, penningen, medailles, architectuur, schilderijen, tapijten. Elke grote gebeurtenis, zoals Blijde Intredes, oorlogen en kroningen, zijn aanleiding tot een hele feestelijke transformatie van steden en dorpen. Het doel is een sterke identificatie met de keizer, die het aardse en hemelse heil zal brengen aan zijn onderdanen. Een andere mogelijke benadering is Karel in een vergelijkend perspectief te plaatsen met zijns gelijken, concurrenten voor de macht, zoals daar waren de Otto-maanse sultan Suleiman de Grote en de eeuwige rivaal, de Franse koning Frans I.
De beeldvorming, zoals die gezien wordt door Fernando Checa Cremades, is een kunsthistorische benadering, gebaseerd op iconografische voorstellingen van de keizer. Interessant is het feit dat de auteur twee verschillende invloeden aanwijst: de christelijk-humanistische visie van de keizer, beïnvloed door Erasmus, als een rechtschapen, wijze, deugdelijke prins en, vooral na 1530, de onomwonden heldenverering die de oudheidkundige tradities verbindt met de opkomende renaissancestijl. Vanuit een heel ander perspectief komt de analyse van de economische historicus Immanuel Wallerstein. Hij toont aan welke mechanismen in Karels tijd een rol speelden om aanzetten te geven tot een kapitalistische wereldeconomie, gebaseerd op souvereine staten.
De meeste boeken over keizer Karel geven heel beperkte informatie over diens onderdanen, met uitzondering van de beroemde Gentse opstand van de stropdragers. Wie wel dieper ingaat op de kenmerken van die onderdanen, de standen en rangen, de toenmalige vertegenwoordigers van het volk, de oorzaken en de gevolgen van de rebellies, is Wim Blockmans. In zijn streven naar centraliserend gezag, kreeg Karel voortdurend te maken met sterke, onderling verschillende tradities van contractuele monarchie: het volk belooft trouw en centen in ruil voor het respect voor de eigen lokale tradities en privilegies. Karel had het er permanent moeilijk mee en liet dat ook blijken. Nog moeilijker werd het toen zijn rijk zich uitbreidde en zijn onderdanen van heel verschillend allooi bleken te zijn in taal, cultuur, instellingen en rechten. Na 1519 gaan de onderdanen zelfs tot andere continenten behoren: Mexico, Honduras, Guatemala, Peru. In alle afgelegen gebieden van zijn rijk had Karel problemen met het beheersen van interne onrust, het omgaan met, en het overtuigen van de plaatselijke politieke vertegenwoordigers. Tegen wil en dank moest hij met deze laatsten rekening houden, vooral omdat hij door zijn veelvuldige oorlogen in permanente geldnood zat, nood die hij moest lenigen met het heffen van belastingen bij zijn onderdanen. Blockmans legt hier empirische data voor per regio en tijdperk, inclusief de reacties van de belastingbetalers. Wanneer Block-mans daarna de vraag stelt aan wie de welvaart van deze periode wel ten goede kwam, laat het zich raden dat de lasten voor de minstbegoeden en de lusten voor de kapitaalkrachtigen waren, zij die zich verrijkten via privilegies en hoge renten op overheidsschulden. Hoewel de onderdanen geregeld in verzet kwamen tegen deze onrechtvaardigheid, stelden ze het gezag van de keizer niet ter discussie. De volksopstanden, die hier uitvoerig beschreven worden, werden veroorzaakt door de toenemende spanning tussen de sociale klassen. Ze leidden tot duizenden slachtoffers van repressie en executie, waardoor de spanning weer groter werd. Ondanks de ideologische campagnes en de institutionele hervormingen die Karel invoerde, kon hij niet beletten dat vele van zijn onderdanen zich aangetrokken voelden tot de religieuze stromingen van de hervormden. In de Zuidelijke Nederlanden wordt het aantal slachtoffers van Karels geloofsvervolging tussen 1520 en 1555 geraamd op 4000 tot 8000.
Blockmans besluit dat Karel een paternalistisch heerser was die zijn onderdanen helemaal niet ontzag om zijn eigen macht en eer, en die van de katholieke kerk, te handhaven en te versterken. De voortzetting van dit beleid onder zijn zoon Filips II zou leiden tot de revolutie der Nederlanden.
Het boek sluit af met een notenapparaat, een bibliografie, een (noodzakelijk) personenregister. Bijzonder nuttig is de losse bijlage met de genealogische tabel. Een uitgelezen werk. [Monika Triest]
Drs. C.J.M. Schulte-van Wersch
Ter gelegenheid van de viering van het vijfhonderdste geboortejaar van keizer Karel V (1500-1558), een van de grote machthebbers van zijn tijd, verschijnt - m.n. in België - een stroom van publicaties. Dit lijvige boek is er één van. Het staat onder redactie van Soly die ook de inleiding 'Karel V en zijn tijd' schreef. In acht wetenschappelijke, boeiend geschreven cultuurhistorische essays gaan internationale auteurs (waaronder Burke, Parker, Wallerstein) uitvoerig in op o.a. dynastie, politiek, religie, economie, propaganda, beeldvorming (m.n. in de beeldende kunst) en muziek. De persoon Karel wordt genuanceerd bekeken. Daarnaast wordt een breed panoramisch beeld geboden van de eerste helft van de zestiende eeuw. De prachtige foto's (meest in kleur) met informatieve bijschriften zijn in de tekst geïntegreerd, verwijzingen echter ontbreken. Een aantal auteurs heeft ook meegewerkt aan de Gentse catalogus 'Carolus' *. De bijdragen in boek en catalogus komen dan ook qua onderwerp deels overeen, maar zijn in dit boek uitvoeriger en diepgravender. En het boek heeft een nog rijkere en monumentalere allure. Met uitgebreide, up-to-date gebrachte bibliografie en persoonsregister.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.