Reünie
Jonas Boets
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
2 items aanwezig |
Manteau Thriller, 2012 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : SPANNEND : ASPE |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Manteau, 2004 |
VOLWASSENEN : ROMANS : ASPE |
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Manteau, 2004 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ASPE |
Magazijn |
Manteau, 1999 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 13568 |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
Manteau, 1999 |
WEFLA MAGAZIJN : ENKEL NA MAGAZIJNAANVRAAG : WEFLA 913 |
Fred Braeckman
1/ei/14 m
De nieuwste misdaadroman van Pieter Aspe, Het Dreyse-incident, begint met een waarschuwing: "dit boek bevat enkele ironische passages". Handig zo'n zinnetje. De lezer krijgt alle vrijheid en de auteur heeft een excuus als iets minder geslaagd overkomt.
Neem nu de beelden die Aspe gebruikt. Er zijn er hele mooie bij. Wanneer er op een zeker moment ruzie is tussen de twee hoofdpersonages, schrijft Aspe: "De lucht was elektrisch geladen, waardoor hun woorden knetterden als de geluidsband van een oude film." En elders heet het dat iets onmogelijk is, even onmogelijk als een arend met hoogtevrees. Maar wat moet je denken van een beeld als "een ego als een doorsnee hoogspanningsmast"? Of op de tweede bladzijde al: "Het dons op haar zorgvuldig geschoren benen ging overeind staan." Ironie? Of gewoon een beetje uitdagende spielerei?
Het is zeker geen gebrek aan vakkennis, want de Brugse auteur schrijft gewoon beregoed. Zo goed dat je hem een wat al te ingewikkelde en kronkelende plot meteen vergeeft. Hij weet natuurlijk dat zijn plot barok is, waarom anders resumeert hij nu en dan zijn verhaal? Vakkennis. En ook klantenbinding. Het nicotine- en alcoholgehalte is weer niet mis in Het Dreyse-incident en je zit meteen in de sfeer die sinds Aspes vorige romans een beetje zijn handelsmerk is geworden. Herkenbaarheid is ook klantenbinding. Om het ook maar ironisch samen te vatten: een vleugje romantiek, een paar echtelijke scènes, een beetje gezeur over de dagelijkse zorgen op het werk, de kinderen, de collega's, hier en daar wat gezellige cafépraat, een beetje milde maatschappijkritiek. Alle ingrediënten voor een populaire televisieserie. Geen soap, want Pieter Aspe zorgt voor acteurs die weten wat acteren is.
De naam Dreyse verwijst naar antieke duelleerpistolen waarvan er niet veel meer te vinden zijn. Het is dan ook geen toeval dat er in Het Dreyse-incident tussen de diverse personages heel veel duels worden uitgevochten. En met een knipoog naar Edgar Allan Poe zit het voorwerp waarrond het draait, een diskette, verborgen in de dubbele bodem van een pistolenkistje. Het is duidelijk: Aspe speelt niet alleen met beelden. De diskette bevat gegevens over een West-Vlaamse bank. Een rijke beursmakelaar wordt in zijn huis neergeslagen met een antiek pistool. Op de kolf van het pistool zitten vingerafdrukken van een heler en die wordt kort na het misdrijf dood aangetroffen. Hij is neergeschoten. De vrouw van de beursmakelaar is verdwenen en de makelaar zelf blijkt onbereikbaar. Er is eigenlijk maar één verdachte: een ontsnapte gevangene. Maar ook een Vlaams misdaadschrijver zou wel iets met de zaak te maken kunnen hebben, want hij heeft interesse voor gestolen antieke pistolen. En dat zegt dan weer een barman van een parenclub. Nog even vertellen dat er ook nog sprake is van de Russische maffia en witwasserij, en meteen is duidelijk wat ik bedoel met 'barok'.
De plot mag dan ingewikkeld lijken, Het Dreyse-incident lees je niet in de eerste plaats om het verhaal. Veel belangrijker zijn de personages die Aspe weer met heel veel belangstelling en liefde tekent. In de eerste plaats de Brugse politieman Guido Van In en zijn vrouw Hannelore Martens, die sinds haar vorige avonturen bevorderd is tot onderzoeksrechter. Van In wordt net als in de eerdere romans bijgestaan door zijn homofiele collega Versavel, die meer en meer zijn stoïcijnse klankbord en toeverlaat wordt. Vooral als Hannelore verdwijnt en Van In vreest dat ze wel eens het slachtoffer zou kunnen zijn van een aanslag. Dat leidt tot zowel heel tedere als hilarische scènes. Teder als Van In voor de tweeling moet zorgen en daar ook het verluieren bijhoort. Hilarisch als hij in een dronken bui en compleet radeloos God de Vader belooft minder. sigaretten te roken "als Hij Hannelore ongeschonden op de stoep zou afleveren". Al even vermakelijk is het bezoek van Hannelore en van In aan een Brugse parenclub.
Overigens is er met die personages iets merkwaardigs aan de hand. We kennen ze via Aspe nu al vijf jaar en ze zijn ons vertrouwd. Aspe verzwijgt echter meer over hen dan hij vertelt. Net als Roger Raveel witte vlakken op veel van zijn doeken schildert, laat Aspe ruimte voor een eigen invuloefening. We weten dat Hannelore een mooie vrouw is, maar hoe ziet ze er eigenlijk uit? En hoe zit het met het verleden van Versavel en Van In? Hoe barok de plot ook mag zijn, Pieter Aspe lijkt heel erg zuinig om te springen met zijn personages. Ook daardoor blijven ze zo boeiend. En als de Brugse auteur ooit de plot vaarwel mocht zeggen, dan zijn Hannelore, Versavel en Van In er nog om zelf een verhaal te vertellen. Wellicht schrijft Pieter Aspe nog een puur literaire roman.
Herwig Leus
1/ei/15 m
Pieter Aspe: «Iemand als Steve Stevaert fungeert als het goede geweten van de politiek en als bliksemafleider. Maar van het ogenblik dat zijn taak vervuld is, zal men hem ofwel een halt toeroepen of aan de dijk zetten». Foto Jo Deman«
Overal vloeit crimineel geld, en niemand maakt zich daar druk over»
Nieuwe knalthriller van Pieter Aspe.
«Eerlijke mensen zijn een bedreigde soort»«Vele menselijke relaties worden verpest door oneerlijkheid. Geld zou een middel moeten zijn om gelukkig te zijn, maar het leidt vaak tot domheid, boosaardigheid, nijd, afgunst én mateloze afgunst. Het is paradoxaal, maar hoe meer mensen bezitten, des te meer willen ze», vindt thrillerauteur Pieter Aspe. In zijn nieuwe klapper «Het Dreyse-incident», vat hij het kernachtig samen: «Eerlijke mensen zijn een bedreigde diersoort».'Niemand maakt vandaag de dag nog onderscheid tussen de boven- en de onderwereld. Het kapitalisme heeft gezegevierd. Wie zich verzet, wordt onverbiddelijk de mond gesnoerd': een krasse uitspraak, niet?«Hoe langer hoe meer blijkt dat grote stromen grijs, zwart en zelfs crimineel geld in bonafide bedrijven vloeien. Niemand, behalve hier en daar een eenzame onderzoeksrechter, maakt zich daar in wezen nog echt druk om. Er worden, met de medewerking van de hoogste bankautoriteiten, allerlei constructies opgezet die zich op de rand of zelfs over de rand van de wettelijkheid bewegen. Ik weet bijvoorbeeld pertinent zeker dat de Russische maffia investeert in allerlei sectoren. Toen ik nog in de Heilig Bloedkapel in Brugge werkte, heb ik op een dag een soort bankier op bezoek gehad die, zo bleek achteraf, banden had met de Russische maffia en in Brugge panden kwam opkopen met het doel ze tot hotels te verbouwen. En dat kan allemaal omdat ook bij eerlijke mensen de grenzen tussen wat mag en niet mag eigenlijk aan het vervagen zijn».«Kennelijk is geld de motor geworden van driekwart van de bevolking. Vroeger was op de beurs spelen iets voor excentrieke rijke mensen, industriëlen of beroepsgokkers. Momenteel is het, op z'n Amerikaans, gemeengoed geworden voor iedereen die wat spaarcenten heeft en risico's durft te nemen...»«Mij interesseert geld maar in de mate dat het mij toelaat een behoorlijk leven te leiden. Voor de rest ben ik totaal onthecht van materiële dingen, echt waar. Ik hoef geen auto, geen eigendommen of torenhoge bankrekeningen. De dag dat ik het mij kan veroorloven zal ik misschien wel een huis of een appartement kopen -omdat dat voor mij en mijn vrouw toch iets meer zekerheid biedt- maar ik zal er geen extra boek voor schrijven».Leeft u als een kluizenaar?«In zekere zin wel. Vele schrijvers zijn altijd al verkapte monniken. Hoe ouder je wordt hoe meer je gezelschap begint te schuwen, ook al omdat je zo weinig interessante mensen ontmoet. Zelfs schrijvers en mensen die actief zijn in de culturele sector zijn vaak niet meer dan kortzichtige kruideniers of kleinzieligaards die verteerd worden door afgunst. Het is niet zo'n hoogstaand milieu, hoor. Vooral als je wat succes hebt, moet je geregeld nijdige sneren over je heen laten gaan. Ik begrijp dat niet. Overigens, wat betekent dat bestsellerauteur in Vlaanderen? Als John Grisham één pagina schrijft, levert dat een veelvoud op van wat ik voor een gans boek incasseer». Politici en figuren als het schoonheidskoninginnetje Joyce zijn op de werkelijkheid geënt. U neemt in deze roman een serieus ironisch loopje met Vlaamse BV's.«Het is ook een rare ziekte, niet? Iedereen wil niet alleen rijk maar ook bekend zijn. En dat gaat dan zover dat mensen die bekend zijn een status krijgen die ze eigenlijk niet verdienen. Zo maak je hier in Blankenberge tijdens de zomer wel mee dat mensen soms uren staan wachten op de komst van een of ander zangeresje à la Wendy Van Wanten. Als ze dan vergezeld van haar lijfwacht arriveert in een grote limousine, stijgt er een hysterisch gejuich op. Maar als er je wat dieper over nadenkt, stel je vast dat veel van die Vlaamse vedetten maar enkele duizenden plaatjes hebben verkocht: niet eens genoeg om te overleven. Het grote geld verdienen ze met representaties, het openen van winkels bijvoorbeeld, waarvoor ze niet zelden vele tienduizenden frank opstrijken. Dat is toch al te gek?» Ook de Europese regelneven van Brussel en Straatsburg krijgen een veeg uit de pan. Zijn ze de vrijheid volledig aan het beknotten?«Ik vrees het ja. Vroeger kon je hier, in de haven van Blankenberge, rechtstreeks garnalen kopen bij de vissers. Ze waren even duur als in de winkel, maar ze waren tenminste vers. Nu is dat dat soort handel door een Europese richtlijn verboden met als argument dat het concurrentievervalsend zou zijn. Onzin toch, want het gaat maar over pakweg tienduizend kilo garnalen per jaar».Het einde van uw roman is eigenlijk zeer wrang. Alle misdaden en alle gesjoemel worden door de politici cynisch en schaamteloos toegedekt.«Ik denk dat politici alles toedekken wat ze kunnen toedekken, ja. Alleen als ze écht tegen de lamp lopen, als het mes hen echt op de keel wordt gezet, zullen ze iets toegeven. Zelfs als er bewijsmateriaal van corruptie aanwezig is, zullen ze proberen het te ontkrachten of zelfs in hun voordeel om te buigen. Politici zijn absolute grootmeesters in misleiding. In de politiek heb je meestal een lange leertijd te doorlopen voor je aan de top komt. Je moet eerst onderdanig en volgzaam zijn en de knepen van het vak leren. Als je dan uiteindelijk minister wordt, ben je ondertussen al zodanig geïndoctrineerd dat je het spel moeiteloos meespeelt. En doe je dat niet, tja, dan word je gewoon uitgerangeerd». (Aurex NV)
il/pr/24 a
Ik hoop niet dat hij sommige vergelijkingen bedoelt waarmee hij zijn verhaal opsmukt. Aspe heeft aangetoond dat hij een degelijke plot kan bedenken, weet zijn hoofdpersonages geloofwaardig te maken en schrijft pittige dialogen. Maar sommige van zijn vergelijkingen raken kant noch wal. Sigarettenpeuken in een asbak zijn ,,gele minitampons in een grijs veld van vergankelijkheid''. Het ego van iemand wordt vergeleken met een ,,doorsneehoogspanningsmast'' en even later, wanneer hij op zijn plaats is gezet, ,,had het de afmetingen aangenomen van het kleine ding in zijn broek.'' De ironie waar hij naar verwijst zit hem vooral in het feit dat een van de belangrijke karakters een niet onbemiddelde schrijver van misdaadboeken is, die echter sterft omdat hij fictie met realiteit verwarde.
De plot van Het Dreyse-incident , overigens een mooie titel, is zonder twijfel de meest ambitieuze die Aspe tot nu toe bedacht heeft. In het begin lijkt de zaak voor Van In en Versavel relatief eenvoudig. Een bekende industrieel en beursgoeroe werd in zijn huis neergeslagen. Het lijkt erop alsof de man een roofovervaller betrapte toen die zijn dure collectie oude wapens wilde stelen.
De naam Dreyse verwijst trouwens naar erg zeldzame antieke en daarom gegeerde en dure dueleerpistolen. Aspe heeft zo ongeveer alles in zijn plot willen steken. Er vallen natuurlijk een paar lijken uit de kast. De Russische maffia komt om het hoekje kijken en dus draait het rond smokkel van alles waar geld mee te verdienen is. Er moet dus ook geld witgewassen worden en daarbij blijkt een West-Vlaamse bank actief te zijn. In de beheerraad van die bank zetelen dan weer een hoop plaatselijke en nationale politici, waaronder de kersverse premier Godfried Vermast. De relatie tussen de beursgoeroe en zijn vrouw is niet meteen rechttoe-rechtaan te noemen. Overspel, seksuele spelletjes en fantasieën, domme blondjes die spionnen en butlers die moordenaars blijken te zijn, het zit er allemaal in.
In het belang van het onderzoek belanden Van In en zijn vrouw Hannelore, die ondertussen tot onderzoeksrechter is benoemd, zowaar in een heuse parenclub. Een hilarische scène overigens.
Het is echter niet de plot die dit boek de moeite van het lezen waard maakt. Die plot is mij te overgeconstrueerd en onoverzichtelijk, waardoor het boek niet echt spannend is. Daardoor verlies je ook de interesse in de uiteindelijke afloop.
Wat Aspe wel goed doet, en beter met elk boek, is dat hij zijn hoofdpersonages sterk op mekaar laat inspelen. Zo is de relatie tussen Van In en zijn vrouw, nu zij onderzoeksrechter geworden is, nogal gespannen. Hannelore wil zichzelf als nieuwbakken magistraat zo erg bewijzen dat ze haar leven in gevaar brengt. Van In drinkt meer Duvels dan ooit, heeft meer twijfels dan ooit en kat zijn rechterhand Versavel meer dan ooit af. En het deert Versavel minder en minder. Bovendien heeft de tweeling Sarah en Simon last van doorkomende tandjes en lukt het ,,verluieren'' Van In niet zo goed. Het Dreyse-incident is dus een tweeslachtige roman. Aspe heeft een loodzware en weinig overtuigende plot bedacht maar de hoofdpersonages worden geloofwaardiger, realistischer, en dus sympatieker per boek.
Redactie
De commissaris van politie te Brugge wordt geconfronteerd met een aanslag op een beursmakelaar die met een zeldzaam pistool uit zijn eigen collectie neergeslagen is. Samen met zijn brigadier en zijn echtgenote - een eigenwijze onderzoeksrechter - gaat hij nasporingen verrichten, waarbij het verband tussen de aanslag, een verdwenen diskette en frauduleuze praktijken in de internationale en nationale financiële wereld hem duidelijk wordt. Commissaris Van In en zijn assistent Versavel hebben intussen een vaste plek veroverd binnen de Nederlandstalige misdaadliteratuur. Het kleinsteedse Brugse milieu wordt met humor beschreven, de intriges zijn steeds gedegen en Aspe weet altijd te zorgen voor een aantal merkwaardige, onalledaagse figuren. Aardige tekening van de couleur locale. Duidelijke druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.