Gaan, ging, gegaan : roman
Jenny Erpenbeck
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
De Geus, copyright 2024 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : ERPE |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
De Geus, copyright 2024 |
VOLWASSENEN : ROMANS : ERPE |
Dieuwertje Mertens
rt/aa/23 m
Jenny Erpenbeck (1967) is een van de belangrijkste hedendaagse auteurs van Duitsland. Eerder werden Een hand vol sneeuw (2014) en Huishouden (2014) in het Nederlands vertaald. In Kairos schrijft de (Oost-)Duitse auteur over de periode rond de val van de Muur. Veel DDR-romans gaan over het repressieve regime, over de paranoïde afluisterpraktijken van de Stasi en het gebrek aan toegang tot westerse levensmiddelen. In Kairos schetst Erpenbeck het gewone leven van gewone mensen die liefhebben, uitgaan, gelukkig en ongelukkig zijn door hun zorgen in de privésfeer.
Kairos, de god van het gunstige moment, heeft een haarlok op zijn voorhoofd. Dat is het enige waaraan je hem kunt vastpakken. Als hij op zijn gevleugelde voeten voorbij is geglipt, heb je zicht op zijn kale achterhoofd: glad en ongrijpbaar. 'Was het een gunstig moment toen ze, als meisje van negentien, Hans leerde kennen?', vraagt Katharina zich af. Het moment speelt een sleutelrol in de roman.
Katharina zit op de grond en opent de twee dozen die na Hans' dood bij haar zijn thuisbezorgd. Hierin is hun liefdesgeschiedenis gearchiveerd. De twee dozen - twee fasen in haar relatie, twee delen in de roman - voeren haar terug in de tijd: 1986, Oost-Berlijn, drie jaar voor de val van de Muur. De twee ontmoeten elkaar in de bus. Daar begint hun verhouding. Het is liefde op het eerste gezicht. Zij is een 19-jarige student, hij is 34 jaar ouder, getrouwd en een gevierd schrijver en radiomaker.
Omdat Hans een gezin heeft, voegt Katharina zich naar hem: 'Ze zou graag begrijpen waarom een liefde die je geheim moet houden je nog gelukkiger maakt dan een liefde waarover je mag praten. (...) Misschien omdat een geheim zich niet prijsgeeft in het heden, maar zijn kracht behoudt voor de toekomst? Of heeft het ook te maken met de macht die het je geeft om te vernietigen?'
Hoewel Katharina aan de hand van het materiaal in de dozen terugkeert naar het verleden, is de roman geschreven in de tegenwoordige tijd, wat een dwingend effect heeft. Erpenbeck vertelt het verhaal vanuit de tweede persoon, waarbij ze wisselt van perspectief tussen Katharina en Hans. Daarbij maakt ze gebruik van de vrije indirecte rede. Soepel beweegt ze van buiten naar binnen: we zien hoe Katharina en Hans zich gedragen, maar we krijgen ook een inkijkje in hun gedachten.
In een prachtige vertaling van Elly Schippers toont Erpenbeck ons op poëtische wijze de liefde in al haar kwetsbare naaktheid: 'Konden bij zo'n omhelzing beide lichamen zich maar volkomen met elkaar vermengen, alsof ze uit water bestonden./In de kamer ruikt het naar seringen. (...) Het bestaat dus toch, het geluk, denkt zij./Het bestaat dus toch, het geluk, denkt hij.'
De affaire begint zoals iedere liefde, jubelend, tot er iets verschuift en er ruimte ontstaat voor andere gevoelens: onzekerheid, wantrouwen en jaloezie. Hoe werkt dat? Welke onderliggende krachten oefenen hun invloed uit? Zijn het de twijfels van Hans? ls het de fysieke afstand die ontstaat als Katharina voor een theaterstage naar Frankfurt an der Oder verhuist? Hij maakt het uit, maar komt daar op terug. Zij bedriegt hem met een collega, maar ze verzoenen zich met elkaar. En dan wordt het grimmig.
Mansplaining
Hij straft haar niet alleen in bed met een zweepje, maar stuurt haar ook cassettes ingesproken met verwijten en onmogelijk te beantwoorden vragen. 'Het woord 'liefde' was voor jou altijd al zo hol als een chocoladekerstman in zilverpapier. Je spijt is opportuun, maar komt op mij misplaatst over. Hoe kun je spijt hebben van een karaktertrek?', zegt Hans. Zijn breed uitgevente slachtofferschap neemt kwaadaardige vormen aan. 'Maak dat je wegkomt!', wil je Katharina toeschreeuwen. Maar als lezer ben je gedwongen toe te kijken hoe de jonge Katharina in de fuik van zijn manipulaties en haar eigen schuldgevoel is gelopen.
Vanuit een eigentijds perspectief kunnen we zeggen: Kairos gaat over machtsmisbruik, grensoverschrijdend gedrag, mansplaining en gaslighting (allemaal begrippen die eind jaren 80 nog niet in zwang waren), maar dat is te eenvoudig gesteld. Erpenbeck laat heel gedetailleerd zien hoeveel dimensies en lagen liefde, macht, verraad en de waarheid kennen.
Welke rollen spelen beide geliefden? En hoe weerspiegelen de maatschappelijke ontwikkelingen hun relatie? Hans is een overtuigd socialist, hij heeft ervoor gekozen om in dat deel van Duitsland te wonen, 'waar antifascisme hoog in het vaandel staat'. Katharina is minder politiek bewust, maar ziet wel hoe haar generatiegenoten steeds meer onvrede tonen. Op de achtergrond zien we de teloorgang van socialistische DDR-idealen en de val van de Muur.
Terwijl Duitsland zich op papier verenigt, raken Katharina en Hans steeds verder van elkaar verwijderd. Hoe loopt het af? Loopt zo'n beschadigende liefde ooit af? De wijze waarop Erpenbeck alles in elkaar laat grijpen en spiegelt is superieur. Maar los van al het stilistische en technische vernuft is Kairos bovenal een hartverscheurende en onvergetelijke liefdesgeschiedenis.
Karen Billiet
rt/aa/23 m
De pas vertaalde roman van de Duitse schrijfster Jenny Erpenbeck staat in het teken van Kairos, de Griekse god van het gunstige moment. Eén gunstig moment kan volstaan om het leven een andere kant op te sturen, ervaren Katharina en Hans op een broeierige zomeravond in 1986 in Oost-Berlijn, drie jaar voor de val van de Muur. Als hij niet vanwege een writer's block de straat op gegaan was, en als zij niet op het nippertje de bus had gehaald, dan waren ze nooit aan de praat geraakt en die avond in hetzelfde bed beland.
Hun liefdesrelatie, die als een bloemknop openbarst, is complex. Katharina is amper negentien, Hans een gehuwde man van 53. Zij is hongerig naar nieuwe ervaringen en naar meer vrijheid in een land dat begrensd wordt door een muur. Hij is een gevierd schrijver die graag monologen afsteekt over klassieke muziek en kunst. En een man van vele vrouwen, dat ook. Maar alleen in Katharina, die hij in gedachten “het meisje” of “dat jonge ding” noemt, vindt hij zo'n gretige toehoorder.
Terwijl voor haar nog alles openligt, blikt hij terug op wat hem gevormd heeft. Als kind liep Hans enthousiast mee met de Hitlerjugend. Later vestigde hij zich in Oost-Duitsland om zijn vader te bewijzen dat zijn generatie het beter kon doen. Maar ondertussen is de veelbelovende socialistische staat in verval en ook bij Hans slaat de twijfel toe. Hij laaft zich aan de jeugdige energie van Katharina.
Tantaluskwelling
Hun liefdesverhaal kent een vergelijkbaar verloop als de DDR, met een periode van bloei en een van verval. Er zijn de heimelijke ontmoetingen en seksuele verkenningen, maar die momenten verliezen alle glans wanneer duidelijk wordt dat Hans zijn vrouw niet zal verlaten. Katharina gaat vreemd en vanaf dan gaat hun verhouding een nieuwe fase in.
Om zijn nederlaag uit te wissen, onderwerpt Hans Katharina aan een jarenlange tantaluskwelling. Telkens weer spreekt hij cassettebandjes in waarin hij haar overstelpt met verwijten. Telkens weer antwoordt zij met argumenten waarom hun relatie toch nog een kans moet krijgen. Als lezer word je meegesleurd in een emotionele rollercoaster tot je zelf de uitputting nabij bent.
Erpenbeck daagt ons uit. Waar ligt de grens voor ons als lezer? Knappen we af op het feit dat Hans zijn vrouw bedriegt en niettemin op haar kosten leeft? Dat hij als 53-jarige een seksuele relatie begint met een tiener? Of dat die uitmondt in psychologisch sadisme? Kan je met de blik van vandaag, die mee gevormd is door wat de MeToo-beweging naar boven bracht, oordelen over iets wat zich afspeelt in een wereld die helemaal anders in elkaar zat?
Je zou Kairos. kunnen lezen als een verhaal over grensoverschrijdend gedrag in een toxische relatie. Maar in deze roman is niets zwart-wit. We zien Katharina zowel zelfbewust als onderdanig handelen, terwijl Hans net zo kwetsbaar als dominant verschijnt. Alle gebeurtenissen beschrijft Erpenbeck evenwichtig vanuit beide perspectieven.
Ontreddering
Net zoals in haar eerdere romans Huishouden (2008), Een handvol sneeuw (2012) en Gaan, ging, gegaan (2015) vervlecht Erpenbeck de ervaringen van haar personages met het tijdsgewricht. Kairos. draait om het einde van de DDR, iets wat de 57-jarige schrijfster, die zelf in Oost-Berlijn opgroeide, bewust heeft meegemaakt. Katharina is een spreekbuis voor haar kritiek op de Duitse eenwording en de daaropvolgende negatieve framing van de DDR. In haar omgeving zag Erpenbeck de keerzijde van het verhaal: Oost-Duitse academici en schrijvers verloren hun geloofwaardigheid omdat hun werk plots een ideologische stempel droeg.
Erpenbeck wekt die verdwenen wereld met enige nostalgie tot leven: je kunt Kairos. moeilijk lezen zonder doordrongen te geraken van de ontreddering die iemand voelt wanneer het huis instort waarin hij een heel leven heeft gewoond. Hans en Katharina spreken af op de pleisterplaatsen van de Oost-Duitse intelligentsia. Regelmatig loopt theatericoon Heiner Müller als een spiegelbeeld van Hans door het decor. En het regent verwijzingen naar de helden van toen: van Bertolt Brecht en Maksim Gorki tot Karl Marx en Lenin. Het zegt iets over Erpenbecks schrijverschap dat het boek leesbaar blijft voor wie die referenties niet allemaal kan duiden.
Kairos. maakt niet toevallig kans op de International Booker Prize. Het is zo'n zeldzaam boek dat uitnodigt tot herlezen. Onder het toegankelijke verhaal zitten veel betekenislagen verstopt. Tegenover de grote emoties en innerlijke worstelingen plaatst Erpenbeck een beheerste stijl. Dit is een nieuw hoogtepunt in een oeuvre dat al best indrukwekkend was.
Vertaald door Elly Schippers. De Geus, 352 blz., € 24,99 (e-boek € 13,99)
Emilia Menkveld
il/pr/13 a
Kairos is de god van het gunstige moment. Het gevleugelde wezen uit de Griekse mythologie heeft één enkele haarlok op zijn voorhoofd, waaraan je hem kunt vastgrijpen. Is hij eenmaal voorbijgeglipt, dan kun je alleen nog toezien hoe zijn kale, glimmende achterhoofd uit zicht verdwijnt.
Kairos is ook de titel van de nieuwste roman van de gelauwerde Duitse schrijfster Jenny Erpenbeck, nu vertaald door Elly Schippers. Deze week werd bekend dat het boek op de shortlist van de International Booker Prize staat - en terecht.
Een pienter meisje van 19 en een verveelde vijftiger ontmoeten elkaar in een regenachtig Oost-Berlijn, eind jaren tachtig, bij toeval in de bus. Er volgt een kop koffie in een café, een ongemakkelijk afscheid - 'Tot kijk' - of nee, ze lopen nog een stukje samen op, en dan zijn vraag: 'Of zullen we de avond misschien toch samen doorbrengen?' Zijn vrouw en zoon zijn een nacht weg.
Was die ontmoeting nu een gunstig moment, vraagt zij, Katharina, zich vele jaren later af, nadat ze heeft gehoord dat hij, Hans, is overleden. Of had het beter niet kunnen gebeuren? Twee dozen worden bij haar thuis bezorgd, met brieven, agenda's, dagboeken, die zij, weer maanden later, uiteindelijk toch besluit door te nemen: 'In zo'n koffer, in zo'n doos, liggen het einde, het begin en het midden onverschillig door elkaar in het stof van decennia, (...) zitten het tegenstrijdige, de verstomde liefde en de verstomde woede samen in een envelop, in een en dezelfde map, is wat je bent vergeten net zo vergeeld en verkreukeld als wat je je nog vaag of duidelijk herinnert.' En zo zet Erpenbeck in een elegante proloog van slechts enkele pagina's haar vertelstructuur op poten, even simpel als effectief.
De twee delen die volgen, 'Doos I' en 'Doos II', vertellen het verhaal van een intense liefde, van het extatische begin tot het grimmige einde, vlak na de val van de Muur. Het perspectief kan van zin tot zin verschillen - de documenten liggen immers door elkaar. Zo denkt Hans na hun eerste avond samen: 'Nooit meer zal het zijn zoals vandaag.' En Katharina: 'Zo zal het nu voor altijd zijn.' Hans: 'Ze zal pas later begrijpen waar ze nu ja tegen zegt.' Katharina: 'Hij vertrouwt zich aan me toe.'
Erpenbeck hanteert deze vorm met een grote natuurlijkheid. Soms slokt het 'toen' je als lezer op en vergeet je de hele vertelconstructie, mede door een dwingend gebruik van de tegenwoordige tijd. Dan duikt de oudere Katharina weer even op in de tekst, heel subtiel, terwijl ze snel doorbladert naar een cruciaal moment ('Alles glijdt in de richting van die ene dag in januari') of juist opmerkt wat er níét in de papieren staat.
Vanaf het begin is duidelijk dat de verhoudingen scheef zijn, en niet alleen vanwege het leeftijdsverschil. Hans is een redelijk succesvolle schrijver en radiomaker die, als kind van zijn tijd, aan vrouwen graag zijn mening oplegt. Bij Katharina krijgt hij vrij spel, zo blij is ze om van hem te leren. Haar platen van Mendelssohn en Rachmaninoff doet ze weg omdat hij die te sentimenteel vindt. Mozart en Bach mogen wel (tijdens hun eerste vrijpartij staat Mozarts Requiem op, want 'goede muziek past altijd').
Hans onderhoudt Katharina uitgebreid over de zegeningen van het socialisme en snapt niets van haar politieke onverschilligheid: zij heeft toch de ideale DDR-opvoeding gehad? Op de enige jeugdfoto die Hans van zichzelf heeft, draagt hij het uniform van de Hitlerjugend; zijn vader was een enthousiaste nazi.
Toch heeft hun relatie ook wel iets aandoenlijks en oprechts. Het wisselende perspectief maakt beide figuren volkomen geloofwaardig: dit is niet zomaar een avontuurtje, ook niet voor Hans. Zou deze liefde ook iets móóis kunnen zijn, voor zolang ze duurt?
Nee, blijkt wanneer de tweede doos opengaat. Eén keer maakt Katharina een slippertje met een leeftijdsgenoot, tijdens haar stage in een andere stad. Hans kan het haar niet vergeven en blijft haar straffen, op het sadistische af. Hij stuurt haar uren aan bandopnamen, vol verwijten, waarop hij een uitgebreid antwoord verwacht. Let wel: zelf bedriegt Hans zijn echtgenote al jaren, ook met andere vrouwen. Het wrange is dat Katharina meegaat in zijn obsessie, zichzelf een 'monster' noemt en toch van hem blijft houden.
Erpenbeck velt geen oordeel en wijst geen schuldige aan, houdt ook in haar stijl een zekere distantie. Hier wordt het proza, in al zijn feitelijkheid, bijna pijnlijk om te lezen: 'Kant A. Kant B. Zestig minuten.' En dat keer op keer, maand na maand, terwijl de relatie steeds giftiger wordt en geen van beiden in staat is om eruit te stappen.
Zoals vaker in Erpenbecks romans (Huishouden; Een handvol sneeuw; Gaan, ging, gegaan) krijgt het persoonlijke hier een sociaal-politieke lading. De langzame ineenstorting van de liefde tussen Hans en Katharina loopt min of meer synchroon met de val van de DDR. Erpenbeck, zelf opgegroeid in Oost-Berlijn, heeft de verwarring en onzekerheid uit die dagen mooi getroffen. Zo denkt Katharina, op een moment van grote wanhoop: 'Zal ze over een jaar nog met Hans samen zijn? Zal haar land over een jaar nog haar land zijn?'
De parallellen zijn niet te missen: het verlies van idealen, de groeiende paranoia. Een zorgvuldig opgebouwde wereld verdwijnt, en het kost grote moeite om daarvoor iets in de plaats te stellen. Toch zou het te makkelijk zijn om in Kairos een allegorie van de DDR te lezen. Daarvoor is deze roman te gelaagd, zijn Hans en Katharina als personages veel te complex.
Dat het misgaat tussen hen, is al duidelijk vanaf de proloog. Maar had dit alles nou beter niet kunnen gebeuren? De lezer mag het zeggen.
Uit het Duits vertaald door Elly Schippers. De Geus; 352 pagina's; € 24,99.
Roderik Six
rt/aa/20 m
In Kairos dwalen twee koningskinderen door de DDR, op zoek naar liefde en vrijheid.
Het is een droeve kennisgeving die Katharina in de bus krijgt. Haar oude minnaar Hans is overleden. Ze kan niet naar de begrafenis komen, maar Hans laat haar niet los: zes maanden later ontvangt Katharina haar erfenis. Twee kartonnen dozen vol brieven, ansichtkaarten, boodschappenlijstjes en paar foto’s, een archief van hun vervlogen liefde. De herinneringen vliegen Katharina tegemoet en in gedachten keert ze terug naar het Oost-Berlijn van 1986, waar de vonk oversloeg.
Katharina ontmoet Hans – banaler kan haast niet – op een bus. Zij is een studente van 19, hij een succesvol schrijver en radiomaker van 34 jaar ouder. Hans is getrouwd maar dat deert niet: zijn huwelijk met Ingrid staat op een laag pitje en zijn zoon Ludwig is al bijna het huis uit. Trouwens, we leven in de revolutionaire DDR: monogamie is een burgerlijke uitvinding om het kapitalistische patriarchaat in stand te houden – vrije liefde is een vorm van verzet tegen de bourgeoisie.Katharina adoreert Hans. Hij neemt haar mee naar artistieke cafés waar ze eindeloos discussiëren over Mozart en Bertolt Brecht en de politieke manoeuvres van Erich Honecker. Hans is dol op Katharina, zo dol dat hij zelfs zijn andere minnaressen de wacht aanzegt. Katharina is mooi, en kneedbaar, en seksueel nieuwsgierig – ze maalt er niet om dat hij haar billen afranselt met zijn riem, of dat ze zonder slipje in hotellobby’s op hem moet wachten. Omgekeerd zoekt ook zij de grens op: even gedag komen zeggen terwijl hij met zijn gezin op het strand ligt, of een affaire aanknopen met haar vriendin Rosa om zijn jaloerse brein te prikkelen. Helaas drijft ze het hitsige spel te ver. Wanneer ze met Vadim in bed belandt, ontploft Hans. Hypocriet van hem, maar hun relatie, ooit zo passioneel en onbezoedeld, begint te verbrokkelen. Met hun liefde verkruimelt ook de socialistische droom van de DDR. Daarin schuilt de kracht van Kairos, de nieuwe roman van de Duitse grootmeester Jenny Erpenbeck. Terwijl Katharina en Hans in een onwetend verleden hun relatie proberen te redden, ziet de lezer hoe 1989 met rasse schreden nadert. In de woelige straten wordt gemanifesteerd, termen als perestrojka en glasnost komen uit de USSR aangewaaid en steeds meer DDR-burgers proberen het IJzeren Gordijn te passeren. Hoe lang houdt de Berlijnse Muur nog stand?Erpenbeck is zelf opgegroeid in Oost-Berlijn, en haar liefdesrelaas is doordrenkt van ostalgie. Aandoenlijk hoe blij Katharina is met een pot westerse Nutella, of degelijke nylonkousen. Erpenbeck vervalt niet in een lofzang – de Stasi loert altijd om de hoek – en weeft de Duitse politieke en culturele geschiedenis vernuftig door haar passieverhaal. Dat levert een schrandere roman op, die je adem regelmatig doet stokken.
De Geus (originele titel: Kairos), 352 blz., € 24,99.
Bookarang
Een roman over liefde, zelfstandigheid en politiek. In 1986 ontmoeten Katharina en Hans elkaar in Oost-Berlijn. Ondanks hun leeftijdsverschil – Katharina is 19 jaar en Hans is 34 jaar ouder – ontstaat er een intense liefdesrelatie. Hans, een succesvol schrijver en radiomaker, leert Katharina veel over het leven. Maar wanneer Katharina haar eigen weg begint te gaan, ontwikkelt Hans een agressie tegen haar met sadistische en paranoïde trekken. Tegelijkertijd vinden er grote maatschappelijke en politieke veranderingen plaats. Vaardig en onderkoeld geschreven. Geschikt voor een brede tot literaire lezersgroep. Jenny Erpenbeck (Oost-Berlijn, 1967) is een Duitse schrijver en regisseur. Ze schreef vele boeken. Haar werk wordt in meerdere landen uitgegeven. Ze won verschillende literaire prijzen, zoals de Europese Literatuurprijs, de Hans Fallada Prize en de Heimito von Doderer-Literaturpreis.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.