After the sun
Jonas Eika
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Koppernik, © 2024 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : EIKA |
Siska Baeck
ru/eb/24 f
De 33-jarige Jonas Eika mag zichzelf de tweede Deen in de geschiedenis noemen die een kortverhaal in het prestigieuze The New Yorker publiceerde. Zijn tweede boek, Na de zon (2018), waarvan dat kortverhaal deel uitmaakt, werd met prijzen overladen en genomineerd voor de International Booker Prize. Nogal wat lof dus voor een werk dat, volgens de auteur, vanuit een absolute vermoeidheid geschreven is.
Eika's schriftuur vertrekt vanuit intuïtie, hun schriftuur volgt een heel eigen logica en baseert zich soms op droombeelden. De stijl is onverwacht en buitensporig, en steeds sensueel. In een interview met The New Yorker heeft Eika het over de subtiele vreemdheid van hun schrijven, hoe hen zelfs bewust een bepaalde onbeholpenheid inzet en dat net daarin het literaire schuilt. Literatuur gebeurt namelijk, om het met de woorden van de Franse filosoof Maurice Blanchot te zeggen, in de merkwaardige sprong van de vertwijfeling naar de taal. Een schrijver verlangt ernaar om de taal niet zomaar in haar alledaagsheid te gebruiken.
Na de zon gaat over ongewone ontmoetingen tussen lichamen die zich van het juk van de consumptiecultuur willen bevrijden. Het boek biedt een scherpe en zwartgallige visie op de verstrengeling van hedendaags kapitalisme en menselijk verlangen. Lichamen zijn niet zomaar in de wereld, maar zijn als koopwaar op een markt. Zo is er het verhaal van de beachboys in Mexico. De jongens leveren diensten aan toeristen. De badgasten zijn dol op de zon, maar ze willen zich er ook tegen beschermen. De jongens zorgen voor smeersels, schermen, verkoeling of verfrissing. Wanneer de zon verdwenen is, zoeken ze intimiteit. Hun aanrakingen bevinden zich in een schemerzone: “De hand lokt me en weigert me tegelijkertijd.”
De bundel opent met een verhaal over een man op zakenreis die zichzelf verliest in zijn fascinatie voor een bleke jongen. Zo komt hij terecht in de duistere wereld van de onlinehandel in financiële derivaten. Hier wordt kritiek geleverd op de inwisselbaarheid die kapitalisme predikt en de systematische uitwissing van onrecht die daar veelal mee gepaard gaat. Maar het meest bijzondere verhaal is dat over een driehoeksverhouding waarin gezocht wordt naar wat het betekent om de ander een thuis te bieden terwijl de fragiele constructie elk moment kan instorten.
Eika's personages verlangen naar transformatie. Lichamelijkheid staat hierbij centraal. Hun lichaam staat hun in de weg, maar belooft tegelijkertijd bevrijding. Opvallend is de grote belangstelling voor gaten: “En door de intense sensaties eromheen was het alsof ogen, mond, kont en kruis waren verdwenen, alsof het non-entiteiten waren, oneindige gaten die alles wat bij ze in de buurt kwam zouden opslokken.” Het zijn holtes waarin dingen verdwijnen en ze getuigen van een tekort dat opgevuld moet worden.
Bijzonder aan het boek is de manier waarop Eika lichamelijkheid en seksualiteit verbindt met spiritualiteit. Zo biedt de jonge Deen een mogelijk antwoord op hedendaagse vragen als: hoe manifesteert spiritualiteit zich in een virtuele, onttoverde wereld? Wat is mystiek in een maatschappij waarin kapitalisme elk geloofssysteem domineert?
Na de zon is een wild en slim pleidooi voor weerbarstigheid. Met Simone Weil en Clarice Lispector als inspiratiebron is Na de zon een mystiek ideeënboek. Eika spoort je aan een schemerzone op te zoeken, want waarom zouden we vandaag niet meer flirten met het mystieke? Een pareltje.
Vertaald door Michal van Zelm. Koppernik, 176 blz., € 22,50.
Oorspr. titel: 'Efter Solen'.
Lotte Jensen
il/pr/26 a
Op het strand in Mexico laten rijke badgasten zich graag bedienen door jonge jongens. Zes boys moeten in totaal 480 toeristen, 24 rijen van 20, behagen. Als de zon het hoogste staat, is het keihard werken: insmeren, waaieren, drankjes brengen. Als het lukt om de persoonlijke boy van iemand te worden, valt er nog meer te verdienen.
De Deense schrijver Jonas Eika (1991) weet deze wonderlijke wereld van fysieke uitbuiting, seksuele uitspattingen en lillend vlees treffend te verbeelden. De korte verhalen in zijn bundel Na de zon zijn allemaal even intrigerend. De personages hunkeren naar contact, maar zijn willoze werktuigen van hun verslavingen en vreemde obsessies. Hun levens voltrekken zich in anonieme, claustrofobische ruimten zoals hotelkamers, de woestijn of een kleine flat.
Zo laat een it-consultant zich verleiden door een jongeman die handelt in derivaten. Hij trekt tien dagen in bij hem op een hotelkamer, waar alles draait om financiële transacties en homo-erotische sensaties. Eika's schrijfstijl is origineel, rauw en fysiek. Vooral de scènes waarin de beachboy vadsige vleesbanen masseert, beklijven: 'Ik herschik zijn organen, trek een nier uit zijn lijf en slinger hem langs de hemel.'
Uit het Deens vertaald door Michal van Zelm.
Koppernik; 168 pagina's; € 22,50.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.