Zij komen allen aan de beurt, de Zwarten : het kamp van Lokeren 1944-1947
Björn Rzoska
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Ertsberg, 2024 |
VERDIEPING 4 : NIEUW BLAUWE TOREN : 928.2 RZOS |
Bart Brinckman
2/ei/11 m
“Collega's, kunnen we het sereen houden?” De woorden van parlementsvoorzitter Liesbeth Homans (N-VA) maken amper indruk, die woensdag 9 november 2022 in het Vlaams Parlement. Björn Rzoska, fractieleider van Groen, kijkt beduusd en bezorgd over zijn schouder. Het 'linkse blok' in het halfrond met Groenen, socialisten en communisten, telt op een uitzondering na geen enkele aanwezige meer. Allen zijn ze opgestapt uit protest voor de hulde voor voormalig oostfrontstrijder en Vlaams-nationaal politicus Oswald Van Ooteghem bij zijn overlijden. Eens een nazi, altijd een nazi, toch?
“Er breekt iets in mezelf”, getuigt Rzoska over dat bewuste moment in zijn boek Gedeelde grond . “Faal ik als historicus? Heb ik het correct geduid of te veel genuanceerd? Of moeten historici er zich bij neerleggen dat politici zelf de oorlog niet overstijgen?” Tevergeefs had hij namelijk geprobeerd om zijn fractiegenoten ervan te overtuigen dat Van Ooteghem zijn straf had uitgezeten, dat hij zijn plaats in de samenleving opnieuw had ingenomen. Of Groen dat dan niet belangrijk vond? Het komt hem op een reprimande van de partijtop te staan. De twijfel overvalt Rzoska. “Wordt het geen tijd om te vertrekken?” Voorbije woensdag zegde hij dat Vlaams Parlement vaarwel.
“Alles gaat voorbij, behalve het verleden”, schreef de Leuvense socioloog Luc Huyse. De boutade geldt voor de familie Rzoska nog net iets sterker. De grootvader aan moederskant nam na het uitbreken van de oorlog dienst bij de Waffen-SS en vocht tegen alles wat niet-Duits was, tot de geallieerden in Normandië toe. De Poolse grootvader aan vaderskant vluchtte voor het oprukkende Russische leger en verzeilde na de bevrijding bij de Polish Guards, een bewakingseenheid ten dienste van het Amerikaanse leger. Beide grootvaders zetten na de oorlog de persoonlijke avonturen naar hun hand.
Zorgvuldig doorprikt de historicus Björn Rzoska, na soms moeizaam archiefwerk, de door de jaren heen opgeblazen ballonnen. “De historicus wil weten, zoekt naar waarheid.” Maar als een familiegeschiedenis ondersteboven wordt gekeerd, zijn er ook onaangename verrassingen. De auteur is niet te beroerd om zijn twijfels over het nut van zijn queeste met de lezer te delen. “Hoe dieper ik graaf, hoe ellendiger en hoe donkerder dit verhaal wordt. Moet ik dit boek wel schrijven?” Gezinnen blijven “oorden van miskenning en misverstand”, citeert hij instemmend de Nederlandse auteur Jolande Withuis.
Negationist
Begin 1945 stuurde Hilda Rumes, Rzoska's grootmoeder, haar drie kinderen een voor een de kelder in om een appel te halen. Beneden zat haar man Paul verscholen, op de vlucht voor het Belgische gerecht dat hem ter dood had veroordeeld. De kinderen herkenden de man bij het zwakke licht niet. Zowat de hele oorlog was hij uithuizig geweest, tijdens zijn schaarse verloven bezwangerde hij zijn vrouw: het uitgestrekte Rijk had zo veel mogelijk Ariërs nodig, zonen wier voornamen beginnen met een H.
Zes jaar geleden publiceerde Rzoska een boek over het interneringskamp van Lokeren, waar zijn grootvader gevangen zat. Daar gingen ooit urenlange interviews aan vooraf. Maar Paul Rumes' strafdossier, dat achteraf raadpleegbaar werd, haalt het “zorgvuldig bewaakte” verhaal onderuit. Zijn militair paspoort verraadt een erg snelle dienstneming bij de SS, nog voor het collaborerende VNV zijn wervingscampagne voor het oostfront had opgezet. Rumes was niet zomaar een “katholiek die de Russen wilde bevechten”. De zogezegd apolitieke man was een overtuigde nationaalsocialist die trouw zwoer aan de Führer.
Beetje bij beetje geeft de geschiedenis haar geheimen prijs en de reconstructie van de oorlogsjaren botst met het beeld van de warme opa die per toeval in het oosten verzeilde. In Polen en Oekraïne moet hij zelfs van de massa-executies hebben geweten. “Heeft hij er ook aan deelgenomen? Het heeft er alle schijn van”, schrijft Rzoska. De auteur trekt naar Polen en een bezoek aan het concentratiekamp Majdanek snijdt hem de adem af, “door het besef dat bompa dit systeem mee op poten zette en draaiende hield”. In zijn dagboek noteerde Rumes de blinde jacht op de Joden. Toch profileerde hij zich achteraf als negationist.
Sneed Paul Rumes tijdens familiefeesten af en toe het onderwerp van de oorlog aan, die andere grootvader, Stefan Rzoska, hulde zich in stilzwijgen. Björn Rzoska's zoektocht naar diens levensverhaal - tot in de Poolse archieven - verliep een pak moeizamer door de breuk tussen zijn ouders, waardoor alle contact aan vaderskant wegviel. Slechts door een toeval komt het verhaal in een stroomversnelling. Rzoska krijgt een telefoon met de vraag of er op het graf van zijn grootvader een bordje met 'freedom fighter' mag worden geplaatst, ter ere van het Pools Legioen dat het Waasland mee had bevrijd.
Het bordje zal er niet komen, de naam Stefan Rzoska bleek in geen enkel 'vrijheidsarchief' terug te vinden. De grootvader werkte tijdens de oorlog namelijk gewoon als bewaker in een donsdekenfabriek in Breslau (het huidige Wroclav). Net als de voormalige SS'er verbloemde Stefan Rzoska dus zijn verleden. De ene om de rechters gunstig te stemmen - de doodstraf werd omgezet in vier jaar cel -, de andere wilde zijn naturalisatiedossier zo goed mogelijk stofferen.
Vuil beest
“Een dorp, een oorlog, een thuis en een toevluchtoord. Dit is gedeelde grond”, besluit Rzoska als hij langs de ondertussen verkochte huizen van zijn grootouders fietst. Het toeval bracht hen samen, het deksel is van de pot, het licht even aangeknipt. Voor de politicus was de goede verstandhouding tussen zijn grootvaders een aanleiding om tien jaar geleden voor een verzoeningscommissie te pleiten en zo de oorlogsbladzijde te kunnen omslaan. Al is hij er zich nu van bewust dat vooral onwetendheid hun relatie heeft gesmeerd.
Als fractieleider had Rzoska de reputatie minzaam te zijn. Steevast kreeg hij de aandacht, toch werd er niet altijd naar hem geluisterd. Gedeelde grond bewijst hoezeer zijn zwakte als politicus zijn sterkte als historicus is. Zet zijn pikzwarte grootvader de deur open naar makkelijke slogans, in dit boek overheerst de nuance en de nuchtere toon. In heel wat families werd er na de oorlog te veel weggekeken. Hilda Rumes besefte beter dan wie ook dat politiek een ' vuil beest' was en hield de deur naar het verleden potdicht. Tot haar kleinzoon ze na haar dood met zachte hand weer helemaal openwrikte.
Ertsberg, 224 blz., € 27,50.
(nm)
i /un/25 j
***1/2
Toen historicus en Groen-politicus Björn Rzoska in 2018 zijn eindverhandeling heruitgaf over het interneringskamp voor collaborateurs in Lokeren kende hij de waarheid over zijn grootvaders nog niet. In de inleiding van die heruitgave vermeldt hij dat de ene grootvader aan het oostfront vocht en de andere met het Poolse bevrijdingsleger naar het westelijke front trok. Beide bompa's namen de waarheid over hun oorlogsverleden mee in het graf, maar in 'Gedeelde grond' weet Rzoska ze alsnog te achterhalen. Bompa Paul beweerde dat hij als brave katholieke Vlaming vooral tegen de communisten vocht. Rzoska ontdekt dat Paul vanuit onversneden nazisme al voor de inval in de Sovjet-Unie bij de SS tekende, als één van de eersten, én in Frankrijk tegen de bevrijding streed. Zijn Poolse grootvader Stefan maakte tijdens de oorlog matrassen en kwam pas daarna naar België. Rzoska aarzelt niet om de vinger op de familiale wonde te leggen. Zo staat hij versteld van de wel erg korte gevangenschap die zijn collaborerende grootvader heeft moeten ondergaan. De huichelarij van Paul is illustratief voor de manier waarop collaborateurs hun verleden probeerden te verbloemen. Met deze familiegeschiedenis doorprikt Rzoska eens te meer de leugen die te lang het discours in Vlaanderen heeft gedomineerd.
Bookarang
Een relaas over de grootvaders van de auteur tijdens de Tweede Wereldoorlog. Björn Rzoska reconstrueert het oorlogsverleden van zijn grootvaders: de een is een Vlaams oostfronter en de andere is een Poolse vrijheidsstrijder. Rzoska legt de familieverhalen tegen de meetlat van historische bronnen. Dat leidt tot verrassende inzichten en aanpassingen van deze verhalen. Hij geeft ook een beeld van hoe gewone mensen de Tweede Wereldoorlog beleefden en hoe deze verhalen nog steeds actueel zijn. Hij bezoekt een aantal plaatsen die essentieel zijn voor het verhaal van zijn familie, Lalkowy en Wrocław in Polen, Montormel in Normandië, maar zijn zoektocht eindigt dicht bij huis. Persoonlijk, meeslepend en informatief geschreven. Met foto’s, enkele illustraties en een kaart in zwart-wit. Geschikt voor een brede tot geoefende lezersgroep. Björn Rzoska (Sint-Niklaas, 1973) is een Belgische historicus en politicus. Hij schreef eerder een boek over het naoorlogse interneringscentrum Lokeren.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.