Oorlog en vrede
Lev N. Tolstoj
Lev N. Tolstoj (Auteur), Hans Boland (Vertaler), Bas Heijne (Inleider)
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2024 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : TOLS |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Meulenhoff, 2008 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 1076 |
Bas Heijne
rt/aa/09 m
Op 11 juli 1883 schreef Ivan Toergenjev zijn vriend Lev Tolstoj: “Beste en dierbare Lev Nikolajevitsj. Lange tijd heb ik je niet geschreven want ik lag - en lig nog, om het maar onomwonden te zeggen - op mijn doodsbed. Beter worden kan ik niet - het heeft geen zin daar ook maar aan te denken. Ik schrijf je eigenlijk om je te zeggen hoe blij ik was je tijdgenoot geweest te zijn, en om je mijn laatste dringende verzoek over te brengen. Mijn vriend, keer terug tot je literaire werk! Die gave heb je immers gekregen van waar al het andere vandaan komt. Ach, wat zou ik gelukkig zijn als ik kon denken dat mijn verzoek die uitwerking op je zou hebben! Met mij is het afgelopen - de dokters weten niet eens hoe mijn kwaal heet, névralgie stomacale goutteuse . Ik kan niet lopen, niet eten, niet slapen - dat is geen leven! Het wordt zelfs vervelend dat allemaal te herhalen! Mijn kameraad, grote schrijver van het Russische land, luister naar mijn bede! Laat mij wat horen als je dit velletje ontvangt, en sta me toe je nog eens stevig te omhelzen - jou, je vrouw en je hele gezin. Ik kan niet meer, ik ben uitgeput.” (Vertaling Tom Eekman)
Toen Toergenjev zich tot zijn vriend richtte leek de schrijver van de meesterwerken Oorlog en vrede (1868) en Anna Karenina (1878) inderdaad verloren voor de literatuur. Een spirituele crisis aan het einde van de jaren 70, die hem tot op de rand van de zelfmoord had gebracht, dreef hem uiteindelijk in de armen van de God van het christendom en de boodschap van de evangeliën. Vanaf dat moment ontpopte hij zich als een onvermoeibaar prediker van zijn hoogstpersoonlijke vorm van geloof.
Het gekwelde zelfonderzoek dat hem van jongs af aan in zijn greep gehouden had, leidde nadat hij eenmaal het licht had gezien tot een stroom van belerende brochures, pamfletten en autobiografische geschriften waarin hij de mensheid aanspoorde tot innerlijke zuiverheid. Om die te bereiken, moest eerst vrijwel alles worden afgebroken. Op nietsontziende wijze keerde Tolstoj zich tegen wat een mens in zijn ogen onecht en misvormd maakte: machtshonger, bezitsdrang, ijdelheid, wreedheid, seksuele lust. Steeds opnieuw moesten vrijwel alle maatschappelijke instituten het ontgelden die onrecht in stand hielden - staat, leger, kerk en het onderwijs, vanzelfsprekend. Maar ook de kunsten en de literatuur, die immers in handen waren van ijdele elites; de meeste schrijvers verkeerden volgens hem in de greep van al te wereldse ambitie, rivaliteit en oppervlakkig vermaak. Ze stonden ver van de eenvoudige, zuivere waarheden van gewone mensen of die van de evangeliën. Ook veel van zijn eigen werk, zelfs Oorlog en vrede , kon na zijn bekering in zijn eigen ogen geen genade meer vinden.
Spiritueel
In het kort kwam het erop neer dat een mens van een materialistisch weer een spiritueel wezen moest worden. Alles wat een mens kluisterde aan een wereld vol holle ambities en egocentrisme moest radicaal worden afgezworen. De neiging anderen te willen domineren en pijn te doen - ook dieren - was het grote kwaad. Zo kon van een waarachtig leven geen sprake zijn.
Die boodschap werd er door Tolstoj ingehamerd. Duidelijk was dat hij niet alleen zijn lezers kastijdde, maar vooral ook zijn gepijnigde, eeuwig onvolkomen zelf.
Met zijn biechten en preken joeg hij de politieke en religieuze autoriteiten op de kast, hij werd om zijn geschriften gehoond, ze werden gecensureerd of gewoon verboden, maar tegelijkertijd bezorgden ze hem ontelbaar veel volgers. Toen hij in 1910 in een wanhopige vlucht zijn verstikkende gezinsleven achter zich liet en uiteindelijk aan een longontsteking bezweek op het station van Astapovo, was er een wereldwijde cultus rond hem ontstaan. Zijn sterfbed was wereldnieuws. Journalisten en zelfs een cameraploeg deden van uur tot uur verslag.
De cultus rondom Tolstoj duurde tot ver in de twintigste eeuw voort. Zijn pleidooien voor pacifisme, geweldloos verzet en vegetarisme vonden weerklank bij Mahatma Gandhi, die Tolstoj ook had ontmoet. Zijn genadeloze kritiek op de materialistische maatschappij en de tsaristische onderdrukkers inspireerde de revolutionairen van 1917.
Niet dat de bolsjewieken geneigd waren Tolstoj als leermeester echt serieus te nemen. Lenin bewonderde weliswaar de harde antikapitalistische kritiek van de grote schrijver, zijn vernietigende aanvallen op een hypocriete, door en door onrechtvaardige maatschappij, maar hij had niets dan hoon voor de “tolstojaan”, in zijn ogen een “achterlijke” en “hysterische” figuur, die zich verloor in publieke zelfkastijding en louter aan zijn eigen morele vervolmaking werkte: “Ik eet geen vlees meer en voed mijzelf voortaan met rijstballetjes.” ( Tolstoj als spiegel van de Russische Revolutie , 1908)
Religie
Dat Tolstoj als antwoord op alle sociale kwalen toch weer met religie op de proppen kwam, zij het in een anti-institutionele vorm, was voor Lenin even idioot als onvergeeflijk. Maar Tolstoj stond in werkelijkheid ook recht tegenover hem. Hij was mordicus tegen geweld en een uitgesproken antirevolutionair - of beter: hij vond dat om tot een rechtvaardiger wereld te komen de omwenteling binnenin moest plaatsvinden. Hij was er tot in zijn vezels van overtuigd dat het Koninkrijk Gods niet alleen op onze aarde gezocht moet worden, maar in onszelf huist, om de titel van een van zijn bekendste pamfletten te citeren. De enige vorm van verlossing is een persoonlijke verlossing. Het is alleen verschrikkelijk moeilijk voor een mens om zichzelf te verlossen.
Dat is ook de boodschap van De dood van een rechter , de novelle waar hij in 1883 een aanzet toe schreef, misschien niet toevallig hetzelfde jaar waarin hij Toergenjevs smeekbede ontving. Met het verhaal over het langzame, wanhopige sterven van Ivan Golovin keerde Tolstoj op een glorieuze wijze terug naar de literatuur, precies zoals Toergenjev gehoopt had.
Tegelijk, en dat is het wonder van deze novelle, zit de prediker de schrijver nergens in de weg. Het cliché wil dat Tolstoj zijn kolossale talent verloochende voor de eenduidige roeping van spiritueel leider, zo dachten bijvoorbeeld ook Toergenjev en Tolstojs veelgeplaagde vrouw Sofja erover. Zo simpel ligt het niet. De zoekende, zichzelf pijnigende Tolstoj laat zich al in zijn jonge, wilde jaren zien, vooral in zijn dagboeken, en in zijn late periode is de verbeten moralist nog altijd in staat zijn obsessies in diep doorvoelde personages gestalte te geven, zij het dat zijn moralisme zich onmiskenbaar doet gelden. De dood van een rechter , dat uiteindelijk in 1886 verscheen, is een intieme meditatie over het lijden van één mens én morele les ineen.
In zakelijk geschreven, steeds kortere hoofdstukken wordt het personage Ivan Golovin op een ijzingwekkend kalme manier afgepeld, helemaal tot zijn naakte, existentiële kern. We beginnen met de onwezenlijke alledaagsheid die ieder sterfgeval aankleeft - de collega's van de rechtbank die speculeren over wie zijn vrijgekomen post zal gaan bekleden, wat er voor hen te halen valt, en het onbeschaamde hengelen van zijn weduwe naar een staatspensioen. Daarachter gaat een diepere, al even herkenbare emotie schuil: “Maar het gegeven zelf - dat er iemand was doodgegaan - bracht het gebruikelijke gevoel van opluchting en tevredenheid teweeg: hij is dood, ik niet.”
Wanneer zijn collega Ivanov de dode in zijn kist ziet liggen, weigert hij dat dwingende memento mori onder ogen te zien: “Golovin was sterk veranderd: hij was nog magerder geworden sinds de laatste keer dat Ivanov hem had gezien, terwijl zijn gezicht mooier en sprekender leek dan toen hij nog leefde, en ook dat kan men vaak constateren bij iemand die net is gestorven. Hij scheen te willen zeggen dat gedaan was wat gedaan moest worden en dat het juist was gedaan. Daarnaast bespeurde Ivanov iets van een verwijt, een aanmaning, gericht tot de levenden. Dat vond hij nogal ongepast en ook onterecht, althans wat hemzelf betrof. Het bezorgde hem een onaangenaam gevoel, zodat hij nogmaals, vluchtig, een kruis sloeg, zich omdraaide en ervandoor ging, zo overhaast dat hij bang was het decorum te hebben geschonden.”
Heel herkenbaar, die reactie van Ivanov. De meesten van ons lopen het liefst zo ver mogelijk om het idee van onze sterfelijkheid heen. Wie wandelt er niet schaamtevol opgelucht een ziekenkamer of ziekenhuis uit na een bezoek? Wat zijn weduwe aan Ivanov vertelt, dat haar man voor zijn dood drie dagen en nachten lang wanhopig heeft liggen schreeuwen, bezorgt hem even een ongemakkelijk gevoel. Hij duwt het weg en gaat kaarten met zijn vrienden.
Carrière
Tolstoj laat óns er echter niet mee wegkomen, hij grijpt ons stevig bij ons nekvel en trekt ons onverbiddelijk een wereld van wanhoop en woede in.
Hij zoomt in op het weinig uitzonderlijke leven van zijn hoofdpersoon, een beminnelijke, onuitgesproken figuur die gestaag carrière maakt in de magistratuur, een niet erg gelukkig huwelijk accepteert, en zijn leven vooral in uiterlijkheden beleeft. Golovin heeft buitengewoon veel ambitie, maar nauwelijks overtuigingen. Wanneer zijn ongrijpbare ziekte zich aandient, is dat iets wat hem gewoon slecht uitkomt, wat niet past in zijn gestaag voortkabbelende bestaan. Als hij eenmaal in het domein van de aanhoudende pijn en fysieke ontreddering terechtkomt, die hem voorgoed afsnijden van zijn vertrouwde leventje, is er vooral sprake van wishful thinking en zelfbeklag. Wanneer de pijn aanhoudt en de angst voor een naderende dood zich niet langer laat wegdrukken, werpt die plotseling een schaduw over zijn hele leven: heeft hij wel goed geleefd?
Die knagende vraag, laat Tolstoj zien, ligt besloten in onze onvermijdelijke sterfelijkheid. Hoe je sterft is onlosmakelijk verbonden met hoe je leeft. Het is niet zozeer de dood die het leven zin geeft, zoals het cliché luidt, het is de dood die ons dwingt ons leven zin te geven. De pijnlijke aftakeling van deze onbeduidende rechter - nooit wordt duidelijk wat hij nu precies heeft - gaat zeker over onze instinctieve afkeer om onze sterfelijkheid onder ogen te zien, maar nog meer over onze neiging ons leven betekenisloos aan ons voorbij te laten gaan.
De bekering van de arme rechter op het allerlaatste moment is meer spiritueel dan religieus: het is het loslaten van het ego, de overgave aan een weldadige, belangeloze liefde voor anderen, en voor het leven zelf. Daarmee wordt ook de dood ongedaan gemaakt.
“Geen angst meer en dus ook geen dood.”
Dat is de verlossing die de oude Tolstoj zijn rechter gunt, en ook ons - en niet in de laatste plaats, dat is waarom deze novelle ons zo raakt, ook zijn eeuwig zoekende zelf.
Vertaald door Hans Boland. Athenaeum-Polak & Van Gennep, 120 blz., € 17,99.
Bookarang
Een beknopte literaire roman (120 p.) van Lev Tolstoi over een rechter die door zijn naderende dood anders naar het leven leert kijken. Het verhaal volgt Ivan Golovín, een man van midden veertig die de sociale ladder van Rusland heeft beklommen en carrière heeft gemaakt als ambtenaar. Golovín toont weinig empathie voor zijn vrouw en is over het algemeen onverschillig tegenover anderen. Na een klein ongeluk dat een fatale verwonding veroorzaakt, begint zijn leven langzaam en pijnlijk richting de dood te gaan. Ivan vecht tegen wat hij ziet als een oneerlijk lot en realiseert zich pas aan het einde hoe hij authentiek had kunnen leven. In lichtvoetige, poëtische stijl en met literair vakmanschap geschreven. In een nieuwe vertaling van Hans Boland en met een voorwoord van Bas Heijne. Met name geschikt voor een literair lezerspubliek. Lev Tolstoi (Jasnaja Poljana, 1828 - Astapovo, 1910) was een weredberoemde Russische (toneel)schrijver, esperantist en pedagoog. Hij schreef vele boeken. Zijn werk wordt in meer dan vijftig landen uitgegeven.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.