Notities van een theoreticus
Tiesheng Shi
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Uitgeverij Van Oorschot, © 2023 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : SHI |
Catherine Vuylsteke
ru/eb/03 f
Soms is het lang wachten op een nochtans bijzondere stem. Een die haast nergens mee te vergelijken is, nauwelijks vast te pinnen valt. Zo verliep het toch met die van de Chinese romanschrijver Shi Tiesheng (1951-2010). Toegegeven, de schrijver moest bij leven ook een paar stevige hindernissen overwinnen. Op zijn 21ste kreeg hij een ongeneeslijke kwaal aan de ruggengraat, wat hem in een depressie stortte en leidde tot zelfmoordpogingen. Vanuit zijn rolstoel lijmde Tiesheng zeven jaar lang kartonnen dozen in een buurtwerkplaats, voordat hij begin jaren 80 van zijn pen kon leven. Met dank aan de Chinese schrijversbond, die voor een bescheiden uitkering zorgde.
In de dertig jaar die volgden, verschenen twee romans en een aantal bundels kortverhalen en essays. Ze werden stuk voor stuk geschreven in een bescheiden flat in Peking, door een man die vanaf de laatste jaren van de eeuw ook nog drie keer per week aan de dialyse moest.
Tieshengs nu in het Nederlands vertaalde magnum opus, Notities van een theoreticus , dateert van 1996 en werd in China meteen tot boek van het jaar verkozen. Vertalingen bleven evenwel uit, terwijl westerse uitgevers nochtans veel interesse toonden voor Chinese literatuur. Zo verscheen Han Shaogongs Woordenboek van Maqiao , dat tweede was geëindigd, wél in het Nederlands. Waarom bleef Shi Tieshengs internationale erkenning dan zo lang uit?
Misschien is het omdat Notities van een theoreticus zo moeilijk te vangen valt in gebeurtenissen of verhaallijnen. Het is een al even uniek als ongrijpbaar universum van milde mijmeringen over de menselijke conditie, tegen een achtergrond van immer weerkerende zonnebloemvelden, oude huizen in de subtropen, en paringsgronden van herten in het noorden. Het zijn heerlijke en wonderlijke bespiegelingen, ze zijn goed voor vele uren van lezen en herlezen, en van bijhouden voor later.
Ons leven gaat onvermijdelijk voor een groot deel in onze verbeelding voorbij. Je iets inbeelden vanaf je toevallige maar onontkoombare knoop in het net is hetzelfde als vanaf een afstand van tienduizenden lichtjaren naar de sterren kijken. (...) In mijn schrijversnachten is werkelijkheid in tijd en ruimte niet belangrijk, wat belangrijk is, is de herinnering.
Shi Tiesheng hanteert geen maatschappelijke blik. Kan het gros van de hedendaagse Chinese romans gelezen worden als een raam op de turbulente recente geschiedenis, bij hem ligt de focus op de monologue intérieur. Hij zou het vast eens zijn geweest met Maya Angelou, die een onderscheid maakte tussen de feiten en de waarheid, de menselijke waarheid, die grijpt naar het hart van de lezer, ongeacht waar die zich bevindt. Anders dan zijn Amerikaanse collega vertelt hij evenwel geen verhalen, hij gaat een vertrouwelijk gesprek aan met zijn publiek. Notities van een theoreticus is bovenal een autobiografie van de ziel.
Op een gegeven moment heeft een klein verschilletje in onze karakters, als een klein steentje op de weg waarop we met elkaar opliepen, ons laten struikelen, of een van ons, al weet ik niet wie, waardoor onze paden enigszins uit elkaar zijn geweken. (...) Wie nou precies wie is, voor mij is het allemaal maar vermoeiend geredeneer. Honderden miljoenen namen zijn in de geschiedenis al in vergetelheid geraakt, maar de mensenmassa is er nog, hooguit enkele mannen hebben hun sporen nagelaten, en enkele vrouwen, waardoor de mensen kunnen blijven dromen, waardoor de geschiedenis zich kan blijven uitstrekken.
We lezen de woorden van een experimenteel schrijver, die zijn personages kapitalen geeft in plaats van namen omdat hij vindt dat die nodeloos van de essentie afleiden. De dichter L, regisseuse N, lerares O, schilder Z, de mysterieuze T, banneling WR en de aan een rolstoel gekluisterde C. Hij laat hun levenslijnen met elkaar versmelten tot breed opgebouwde verkenningen van universele thema's in bezwerend proza.
Ze waren allebei langer geworden. De jongen het langst. Ze leken zwijgend op te gaan in hun boeken, maar ondertussen waren hun rechterhanden met elkaar in gesprek. Wat ze zeiden kon niet in woorden worden uitgedrukt, tegelijkertijd zou je er boeken over vol kunnen schrijven. Wat zeiden ze tegen elkaar, als twee vingers van de ene hand zich om twee vingers van de andere haakten? En als ze helemaal weg moesten om een bladzijde om te slaan en gauw weer terugkwamen, wat zeiden ze dan? Die bladzijde konden ze niet lezen, of wel soms?
Shi Tiesheng mijmert over liefde, verlangens en obstakels. Om het ontstaan van het 'ik' te begrijpen, gaat hij terug naar zijn eigen eerste indrukken, om al gauw te belanden bij de herinneringen aan en van anderen, die evengoed een deel zijn van hem.
Van veraf gezien leek het op een grap, C die in een rolstoel terechtkwam en zo C in enge zin werd. Hij draaide aan de handvatten van de rolstoel en de rolstoel ging vooruit, achteruit, in de rondte, het leek wel een dans, of een nieuw uitgevonden spel. Uiteindelijk was ze er, de invaliditeit. Ze was er voordat de liefde er was.
Ongeacht hoe inwisselbaar L, F, Z, WR of C in hun jeugd meanderen langs warme moedersarmen, schoolpesterijen of eerste verliefdheden, door “een zwellinkje in de ruggengraat” zal C C worden, alleen nog maar C. Het ultieme hoofdpersonage, de schrijver zelf.
Overal wordt de liefde gepredikt maar in jouw leven, C, moet je haar uitvlakken. (...) De seksuele liefde, die geef je op. (...) Voorbestemde invaliditeit, wist C, daar viel niets aan te herzien, te herschrijven. Maar aan verlangen naar liefde evenmin. (...) Toen het lot C's lichaam herschreef, was het vergeten zijn geest te herschrijven.
Alleen C is C, maar tegelijk kan iedereen hem zijn, C's gebrek is het gat in het hart van elk van ons. Eenzaamheid en verschil, angst en verlangen, ze beheersen ons allemaal en drijven ons naar de liefde. Tiesheng schuift zijn personages, al die onvolkomen liefdesverhalen, over elkaar om uit te komen bij het algemene menselijke gebrek. Hij doet dat met een weergaloze lichtheid, helder en vol mededogen.
Precies daarom is Notities van een theoreticus zo'n tijdloos toevluchtsoord, een plek als het oude, verlaten, bijna vergeten park in het noorden van Peking, dat zowel in Shi Tieshengs romans als zijn leven zo'n belangrijke rol speelde. Zijn urne werd er bijgezet, Ditan Park is nu een beetje van hem. “Je moet je niet haasten naar de dood”, zo zei hij nog. “Je kan hem niet missen, het is een vakantie die vroeg of laat aanvangt.” In zijn geval gebeurde dat al te voortijdig - met een hersenbloeding op zijn 59ste. Gelukkig ontdekken we nu wat hij achterliet.
Vertaald door Mark Leenhouts. Van Oorschot, 696 blz., € 29,95 (e-boek € 17,50).
Henk Pröpper
i /un/01 j
De Chinese auteur Shi Tiesheng (1951-2010) zat vanaf zijn 21ste in een rolstoel, nadat hij in 1969 met miljoenen anderen naar het platteland was gezonden om te 'leren van de boeren'. Universiteitsopleidingen waren tijdens de Culturele Revolutie afgeschaft, beter was het te leren van het land, van de armoedige omstandigheden van de landarbeider. Het zware werk bezorgde hem last aan de rug en vermoedelijk een ontsteking aan het ruggemerg. Zijn benen zouden de rest van zijn leven verlamd blijven. Werk vond hij in een fabriekje in Beijing, waar hij kartonnen dozen lijmde, zijn redding werd het schrijven.
Shi's eerste schrijfsels thematiseren nadrukkelijk het leven met een handicap. Opmerkelijk genoeg tonen die eerste verhalen al zijn literaire meesterschap en filosofische beschouwingswijze: het leven met gebreken is in zijn visie eerder een algemeen menselijke conditie dan een persoonlijke ervaring. Onze gebrekkigheid en onze beperkingen bepalen ons altijd, net zozeer als onze goede eigenschappen, onze levenskunst: het lot beschikt wat van dat alles zichtbaar en betekenisvol kan worden. Daarbij treft het mij zoals vaker met Chinese romans dat het lot in een land met een geschiedenis, een weidsheid en een bevolkingsomvang als die van China een andere dimensie lijkt te hebben dan in een land als het onze.
In 1996 voltooide Shi zijn meesterwerk Notities van een theoreticus, een roman die door de filosofische inhoud eerst wat onder de radar bleef, maar nu wordt gezien als een van de belangrijkste literaire werken uit het moderne China. Ook in China zelf wordt er gunstig over hem geoordeeld, een van zijn essays werd als voorbeeldig opgenomen in de schoolboeken, een duidelijker canonisering is onmogelijk.
Mark Leenhouts, wiens vertaling zo rijk, levendig, natuurlijk en humorvol is dat je denkt het origineel te lezen, merkt in zijn hartverwarmende nawoord op dat hij in de jaren negentig ontdekte hoe geliefd Shi was onder gewone lezers. Misschien is dat wel omdat Shi zonder concreet iets aan te raken van de gewelddadige politieke geschiedenis van zijn land - die blijft schimmig, als een nauwelijks zichtbaar decor - toch alles wat mensen kan overkomen en wat mensen elkaar aandoen weet te vangen in woorden.
Wat daarbij opvalt is zijn onderzoekende, filosofische werkwijze, de schrijver is van niets zeker, bij bijna elk verhaal is er een andere toedracht mogelijk. De liefde kan zo begonnen zijn, of misschien begon die daar, op dat moment. De motieven van mensen, de wentelingen van de tijd, de lotsbeschikkingen, alles is onzeker, maar recht overeind staat een ontzagwekkende levenskracht. Het boek bonkt van het leven, zindert van schitterende inzichten en observaties: een wereld samengevat in 700 bladzijden.
Toch kostte het me aanvankelijk moeite me in het boek te vechten, al is Shi's taal helder als water. Een westerling moet er nu eenmaal telkens weer aan wennen dat de meeste Chinese romans nauwelijks een plot kennen, dat de personages niet speciaal een psychologische ontwikkeling doormaken. Hier worden ze zelfs met een initiaal aangeduid, wat het lastig maakt je met hen te identificeren. Een andere manier van lezen en denken is aangewezen, een sterkere concentratie is vereist. Meer gegrepen werd ik naarmate ik me beter concentreerde, en me bewust werd van Shi's fijnzinnigheid en humor. Uiteindelijk bleef ik urenlang in Shi's universum, dat aanzet tot denken over de werking van de geschiedenis en het geheugen, over menselijke moed, over de liefde en eerlijkheid.
Notities van een theoreticus is zo vol van ideeën, verhalen, gezichtspunten dat er nauwelijks een beginnen aan is de roman - of is het een autobiografie? - na te vertellen, of de essentie ervan weer te geven. Het boek lezen is alsof je door een vergrootglas en toch met de distantie van een denker naar het gewemel van de mensen kijkt, met alle duizenden dingen die ons lot bepalen. Nee, niet met de ogen van de melancholie, eerder die van een filosoof, een beschouwer, van een groot man in een rolstoel, zijn wrok en woede voorbij.
Wat beklijft, is het idee dat we een bouwwerk zijn van herinneringen, van verhalen die over elkaar schuiven, soms zelfs de verhalen van anderen die we ons toe-eigenen. Ze nemen vormen aan die vaak niets te maken hebben met de ware toedracht, ze stollen in vormen die we prettig vinden om na te vertellen. Kunnen we ooit raken aan wat er echt is gebeurd? Weten we ooit echt waarom we bepaalde wegen zijn ingeslagen? Waarom we keuzes hebben gemaakt? Weten we ooit hoe omvangrijk het universum is van ons 'ik'?
Uit het Chinees vertaald door Mark Leenhouts. Van Oorschot; 694 pagina's; € 29,95.
Bookarang
Een lijvige (694 blz.) autobiografische roman over herinneringen en identiteit. Voor Shi Tiesheng, als gerolstoeld schrijver, is lichamelijke beperking altijd een uitgangspunt geweest voor bespiegelingen over het algemene, menselijke gebrek. In dit boek laat hij zijn herinneringen samenvloeien met herinneringen aan anderen, zoals de gehandicapte C en de emotioneel verlamde dokter F, de gekwetste dichter L en de in de liefde teleurgestelde lerares O, de verbeten schilder Z en de politieke banneling WR. Hij legt hun levens naast elkaar en schuift ze over elkaar, om te laten zien dat wat zij gemeen hebben allemaal samenkomt in zijn eigen ‘ik’. Beeldend en lichtvoetig geschreven. Geschikt voor een literaire lezersgroep. Shi Tiesheng (1951–2010) was een bekende Chinese schrijver. 'Notities van een theoreticus' verscheen oorspronkelijk in 1996 en geldt als zijn magnum opus.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.