Ik ben er niet
Lize Spit
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
3 items uitgeleend
|
Das Mag, 2023 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SPIT |
Uitgeleend
|
Das Mag, cop. 2016 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SPIT |
Uitgeleend
|
Das Mag, cop. 2016 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SPIT |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Das Mag, cop. 2016 |
VOLWASSENEN : ROMANS : SPIT |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Das Mag, cop. 2016 |
VOLWASSENEN : ROMANS : SPIT |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Das Mag, cop. 2016 |
VOLWASSENEN : ROMANS : SPIT |
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Das Mag, cop. 2016 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 12831 |
Magazijn |
Das Mag, cop. 2016 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 6815 |
Annick Vandorpe
ua/an/20 j
Een Kempens dorp omzoomd door weiden, een handvol boerderijen, een bos en een waterput die 's zomers verkoeling biedt. Bovenmeer, waar Lize Spit (°1988) haar debuutroman situeert, mag dan een fictief plaatsje zijn, het vertoont parallellen met Viersel, waar de schrijfster vandaan komt. De omgeving lijkt idyllisch, maar zo open en fris als de horizonten en de hemels er zijn, zo besloten en benauwend is het leven van de familie die de spil van Het smelt vormt.
Als de roman begint, op een gure decemberochtend in 2015, bevinden we ons nog in Brussel, waar de protagonist, Eva de Wolf, al jaren woont. Ze werkt in het onderwijs en is net als Spit 27. Eva is onderweg naar Bovenmeer, het dorp van haar kinderjaren. In de koffer van haar auto vervoert ze een reusachtige ijsklomp en op de passagierszetel ligt een foto van een dorpsjongen die in 2001 is gestorven. Al negen jaar is Eva niet meer in Bovenmeer gekomen, terwijl haar ouders er nog altijd wonen. Waarom is ze zo lang weggebleven, waarom keert ze nu terug en wat voert ze in haar schild?
Hoed van mayonaise
Wie de beklemmende plattelandsromans Boven is het stil van Gerbrand Bakker of Birk van Jaap Robben graag heeft gelezen, zal smullen van dit boek. Het smelt is een turf van 480 bladzijden, maar je glijdt erdoorheen als een warm mes door boter.
Spit schrijft in een vlotte, erg fraaie taal, en bouwt het verhaal uitstekend op. De roman is onderverdeeld in korte hoofdstukken die inzoomen op drie sleutelmomenten in Eva's leven: december 2001, de zomer van 2002 en haar terugkeer naar Bovenmeer in december 2015. Net zo groot als de ijsklomp in Eva's kofferbak blijkt de last van het verleden die ze met zich meetornt. Terwijl de decemberdag in Bovenmeer zich langzaam ontvouwt, gaat het licht schijnen op haar familiale achtergrond en op de gebeurtenissen die haar ontwrichtten.
Dat er bij het gezin De Wolf iets schortte, was in het dorp een publiek geheim, maar hoe zwaar de situatie voor Eva, haar grote broer Jolan en jongere zus Tesje was, besefte niemand. Woorden plakken op wat er met hun ouders scheelde - alcoholverslaving, depressie, zelfmoordneigingen - konden de kinderen niet, maar dat maakte het alleen maar pijnlijker.
Altijd was er de hoop dat het misschien wél goed zou aflopen, bijvoorbeeld toen moeder zich opkleedde om naar de verenigingenquiz te gaan, maar aan de quiztafel Westmalle Tripels liet aanrukken tot ze voor het voltallige publiek tegen de muur braakte en per kruiwagen naar huis moest worden gerold, met in haar schoot een kleurentelevisie, de hoofdprijs van de tombola.
Of die keer toen moeder besloot Tesjes luizen te bestrijden door haar te laten slapen met een hoed van mayonaise. Eva, die de kamer met haar zus deelde, werd wakker van de misselijkheid: 'De saus was door de warmte overnacht geschift, olie glom op Tesjes slapen, haar haren vormden dikke strengen. Het zat inmiddels overal, in haar oorschelpen, op mijn hoofdkussen. Haar hals zat vol striemen.' Het hielp niet: Tesjes blonde lokken moesten eraf en op haar schedel bleef het krioelen van de beestjes.
Musketiers
Subtiel schetst Spit hoe de aberrante toestanden de drie kinderen markeerden. De scènes met Tesje zijn tragisch. Om het met een beeld van Spit zelf te stellen: bij het lezen voel je 'een krop door je strottenhoofd klauteren, traag maar zeker, met scherpe klimijzers'.
Eva's vluchtweg waren Pim en Laurens, de enige dorpskinderen die ook in 1988 waren geboren. Pim kwam uit een boerenfamilie, Laurens was de zoon van de slager. Omdat ze maar met drie waren, zaten ze in een 'bijzetklasje'. Met de meisjes had Eva geen affiniteiten; die wilden 'een Spice Girl zijn' en waren verliefd op de jongens van Get Ready! Pim, Laurens en zij lieten zich de drie musketiers noemen en waren onafscheidelijk.
Dat zij geen jongen was, speelde geen rol. Tot ze puber werden, Pims broer Jan in december 2001 onverwachts stierf, en Eva plots moest vechten voor haar plaats in het trio: 'Ik ben geen vrouw, geen meisje, maar ik ben ook niet één van hen. Ik ben het draaimolenpaardje dat altijd schokkerig op en neer zal blijven steigeren, altijd op dezelfde paal, elk jaar opnieuw in dezelfde banen, op dezelfde kermis, voor dezelfde kinderen.'
Het is het trauma dat ze tijdens die zomer opliep dat haar in december 2015 naar Bovenmeer brengt. Haar terugkeer mondt uit in een even onverwachte als ontstellende apotheose, waarin het talent van Spit zich in volle glorie openbaart. De krop die zich tegen die tijd in je keel heeft genesteld, laat je niet vlug los.
ANNICK VANDORPE ■
Sofie Gielis
ua/an/15 j
Enkele dagen voor oudejaar keert Eva de Wolf terug naar haar geboortedorp. Ze is er jaren niet meer geweest omdat haar herinneringen er te traag vervaagden. Het vriest. Ook in de kofferbak van haar auto, want ze brengt een blok ijs mee. Dat heeft ze nodig om komaf te maken met wat haar wegdreef van Bovenmeer.
Een kleine waarschuwing: Het smelt, het romandebuut van Lize Spit (27), werkt beter als je er vooraf minder over weet. De schrijfster bouwt het verhaal zo op dat alle elementen die ze nodig heeft voor de ontknoping, tegen een geduldig tempo op hun plaats klikken. Ze neemt de tijd, 478 bladzijden lang, om een jeugd te beschrijven - 'tussenstadia in groot worden' waardoor het je begint te dagen waarom Eva's op het eerste gezicht onschuldige relaas zoveel opgepot verdriet bevat.
Kruiwagen
Eva groeide op in de jaren 90, een tijd waarin de speelplaats geregeerd werd door Get Ready!-begeerte, Polly Pocket-rages, Spice Girls-imitaties en Buffalo's (meer zool dan schoen). De nuance in de sociale voorschriften gaat aan de wat jongensachtige Eva voorbij, zodat ze nooit naadloos aansluiting vindt bij de meisjes met verzorgde paardenstaarten en dito nagels. 'Zij zijn fijn geslepen. Ik niet, ik heb een botte punt.' Eva is het enige meisje dat in 1988 geboren werd in Bovenmeer. Het geboortecijfer klokte dat jaar af op drie. Van kleins af aan vormt Eva dan ook een blok met slagerszoon Laurens en boerenzoon Pim: de drie musketiers. Hormonen brengen daar verandering in. Met de eerste schaamharen groeit ook de afstand tussen Eva en haar kameraden.
Eva's thuissituatie is niet doorsnee. Haar vader en moeder lijken hun kinderen niet te zien. Ze ruziën en drinken, met gênante scènes tot gevolg zoals die keer dat moeder tijdens de jaarlijkse verenigingenquiz voor de ogen van het verzamelde dorp haar rantsoen Westmalle Tripels uitbraakt en per kruiwagen naar huis gesjouwd wordt door haar net iets minder dronken man. Toch zijn het niet de zichtbare vernederingen die Eva en haar broer en zus het meest tekenen. De psychologische druk van loze zelfmoorddreigementen en het egocentrisch leunen op kinderen voor wie je hoort te zorgen, leveren een kluwen van schaamte en schuld op. Eva merkt op dat haar ouders onaffe projecten opstapelen: een hoop ongesorteerde postzegels, kookboeken waarmee niet gekookt wordt, een ongebruikte strop, bestofte stof die zou dienen om gordijnen te maken. 'Met ons had ze dezelfde goede bedoelingen gehad, het enige probleem was dat wij niet afgeweekt of opgedroogd waren, niet opgeplooid konden worden - elke dag hadden wij propere kleren en minstens drie keer iets te eten nodig. Wij waren gewoon de verzameling waarbij het falen het meeste opviel.'
Raadsel
Afwisselend zoomt Spit in op drie cruciale momenten: de winter van 2001 waarin Pims broer verongelukt, de dag van Eva's terugkeer en de zomer van 2002 waarin een cocktail van hormonen en frustratie de vriendschap bruut opblaast. Door het chronische gebrek aan affectie klampt Eva zich vast aan het vertrouwde. Ook als ze weet dat de plannen van Laurens en Pim fout zullen aflopen. 'Musketiers kunnen maar zo avontuurlijk zijn als hun zwakste schakel.' Dus verzint ze een raadsel dat zal dienen als spil in een spel waarmee de jongens de andere dorpsmeisjes chanteren.
Spit schrijft met gemak en grijpt je bij je nekvel. De tienersamenzweringen in Het smelt herinneren aan het straffe Wij van Elvis Peeters, maar zijn nabijer en schokkender in de beschrijving van hoe ze uit de hand lopen. De passages over Eva's jongere zus, Tesje, zijn intriest. Zij kan de mentale terreur niet behappen en ebt weg in dwangneuroses en eet- en slaapstoornissen. 'Telkens als ik Tesje thuis alleen achterlaat heb ik spijt geen grondiger afscheid van haar te hebben genomen, omdat ze bij thuiskomst plots verdwenen zou kunnen zijn. Haar stekelharen, het zichtbare vermageren, het vele wassen. Ze is zichzelf traag aan het uitwissen. Zoals een vlekje op een aanrecht: inweken, wegkrabben.' De treurnis zit vanaf de eerste regels ingebakken in de toon van het boek.
Het smelt smelt niet, het knettert. Lize Spit schreef een debuut dat je elke schrijver toewenst: vertrouwd, verrassend, fantasierijk en genadeloos. Het smelt is een langeafstandsraket die eerst slechts wat donkere schaduw werpt en schijnbaar zonder schade te veroorzaken overvliegt, maar dan alsnog precies berekend inslaat.
LIZE SPIT
Het smelt.
Das Mag Uitgevers, 480 blz., 22,95 €.
De auteur: de Brusselse trok de aandacht door in 2013 zowel de publieks- als de juryprijs van de schrijfwedstrijd WriteNow! te winnen. De mythe wil dat er zes uitgeverijen vochten om het manuscript van haar debuut.
Het boek: de cruciale momenten in het leven van Eva, die opgroeit in de jaren 90 in een Vlaams dorp.
ONS OORDEEL: vertrouwd, verrassend, fantasierijk en genadeloos.
¨¨¨¨¨
Sofie Gielis ■
Marnix Verplancke
ru/eb/10 f
De drie musketiers noemden ze zich: Eva, Laurens en Pim, de enige kinderen die in 1988 in het fictieve Kempense dorp Bovenmeer ter wereld kwamen. Ze werden een bijzetklasje, als een vijfde wiel aan de wagen van een andere klas. Ook in hun vrije tijd bleken ze tot elkaar veroordeeld, al werd dat pas echt een last toen de puberteit aanbrak: de jongens begonnen steeds vaker geheimen met elkaar te delen. Soms leek het wel alsof ze wilden benadrukken dat jongens onder elkaar een taal spreken die minder letters nodig heeft, voelde Eva.
Eva is de vertelster uit Lize Spits lijvige debuut Het smelt , waarin drie verhaallijnen door elkaar gevlochten worden naar een even imposant als onafwendbaar einde toe. De eerste, die in de winter van 2001 speelt, focust op de dood van Pims zeventienjarige broer Jan en brengt het verhaal van het disfunctionele gezin waarin Eva opgroeit: haar vader die haar toont hoe hij een strop over een balk in de schuur heeft geslagen en haar moeder die haar onmacht om met het leven om te gaan in de alcohol verdrinkt. Broer Jolan lijkt de rots in de branding, terwijl zus Tesje het meest te lijden heeft onder de levensonkunde van haar ouders. Dag na dag ziet Eva haar zus wegzinken in een obsessief-compulsieve stoornis die ‘haar lichaam tot de secretaresse van haar gemoed maakt’. Wanneer ze van de gang door de woonkamer naar de keuken wil, kan dat niet zonder even op het computerklavier te tokkelen en wanneer ze op de verkeerde manier de trap opgaat, moet ze herbeginnen van zodra ze boven is.
Een tweede verhaallijn, in 2002, is toegespitst op de drie musketiers en hoe die de dorpsmeisjes niet alleen taxeren op een schaal van nul tot tien, maar hen ook nog eens uit de kleren proberen te krijgen met een raadsel dat Eva heeft bedacht. Wie het niet raadt, gaat naakt. Dat dat niet goed afloopt, snap je als lezer al snel, maar dat de finale zo bloederig en wreed zal zijn, en dat Spit ze met zo veel zelfbeheersing en – soms ook – sadistisch-psychologisch inzicht beschrijft, is ronduit verbijsterend.
Bovenmeer en zijn inwoners tekenen Eva voor altijd. Dat ze uiteindelijk in Brussel belandt, waar ze een anoniem leven leidt en een louter seksuele en soms vrij gewelddadige relatie met haar buurman heeft, zegt veel. Wanneer ze van Pim een uitnodiging krijgt om nog eens naar het dorp te komen, om te herdenken dat Jan dertig geworden zou zijn, zint ze op wraak. Die bewuste dag, waarop ze met een groot blok ijs in haar auto naar Bovenmeer vertrekt en die alle eindjes bij elkaar brengt, vormt de derde verhaallijn.
Lize Spit slaagt er als geen ander in de onschuld en wreedheid van de jeugd te verbinden. Sommige scènes zijn hilarisch, zoals die waarin Pim door een brievenbus wil kakken maar in de problemen komt met de klep die naar buiten opent, maar steeds ligt ook die bittere volwassenheid op de loer. Niets is vrijblijvend in het fascinerende universum van Lize Spit, en iedere medaille heeft een schrijnende keerzijde. Het is jaren geleden dat we nog een grandioos debuut als dit mochten lezen.
HET SMELT *****
Lize Spit , Das Mag, 480 blz.,
SAINT AMOUR
Lize Spit is een van de schrijvers die deze maand met Saint Amour cultuurcentra en schouwburgen aandoet. Alle info: begeerte.be
Marnix Verplancke
ru/eb/10 f
De drie musketiers noemden ze zich: Eva, Laurens en Pim, de enige kinderen die in 1988 in het fictieve Kempense dorp Bovenmeer ter wereld kwamen. Ze werden een bijzetklasje, als een vijfde wiel aan de wagen van een andere klas. Ook in hun vrije tijd bleken ze tot elkaar veroordeeld, al werd dat pas echt een last toen de puberteit aanbrak: de jongens begonnen steeds vaker geheimen met elkaar te delen. Soms leek het wel alsof ze wilden benadrukken dat jongens onder elkaar een taal spreken die minder letters nodig heeft, voelde Eva.
Eva is de vertelster uit Lize Spits lijvige debuut Het smelt , waarin drie verhaallijnen door elkaar gevlochten worden naar een even imposant als onafwendbaar einde toe. De eerste, die in de winter van 2001 speelt, focust op de dood van Pims zeventienjarige broer Jan en brengt het verhaal van het disfunctionele gezin waarin Eva opgroeit: haar vader die haar toont hoe hij een strop over een balk in de schuur heeft geslagen en haar moeder die haar onmacht om met het leven om te gaan in de alcohol verdrinkt. Broer Jolan lijkt de rots in de branding, terwijl zus Tesje het meest te lijden heeft onder de levensonkunde van haar ouders. Dag na dag ziet Eva haar zus wegzinken in een obsessief-compulsieve stoornis die ‘haar lichaam tot de secretaresse van haar gemoed maakt’. Wanneer ze van de gang door de woonkamer naar de keuken wil, kan dat niet zonder even op het computerklavier te tokkelen en wanneer ze op de verkeerde manier de trap opgaat, moet ze herbeginnen van zodra ze boven is.
Een tweede verhaallijn, in 2002, is toegespitst op de drie musketiers en hoe die de dorpsmeisjes niet alleen taxeren op een schaal van nul tot tien, maar hen ook nog eens uit de kleren proberen te krijgen met een raadsel dat Eva heeft bedacht. Wie het niet raadt, gaat naakt. Dat dat niet goed afloopt, snap je als lezer al snel, maar dat de finale zo bloederig en wreed zal zijn, en dat Spit ze met zo veel zelfbeheersing en – soms ook – sadistisch-psychologisch inzicht beschrijft, is ronduit verbijsterend.
Bovenmeer en zijn inwoners tekenen Eva voor altijd. Dat ze uiteindelijk in Brussel belandt, waar ze een anoniem leven leidt en een louter seksuele en soms vrij gewelddadige relatie met haar buurman heeft, zegt veel. Wanneer ze van Pim een uitnodiging krijgt om nog eens naar het dorp te komen, om te herdenken dat Jan dertig geworden zou zijn, zint ze op wraak. Die bewuste dag, waarop ze met een groot blok ijs in haar auto naar Bovenmeer vertrekt en die alle eindjes bij elkaar brengt, vormt de derde verhaallijn.
Lize Spit slaagt er als geen ander in de onschuld en wreedheid van de jeugd te verbinden. Sommige scènes zijn hilarisch, zoals die waarin Pim door een brievenbus wil kakken maar in de problemen komt met de klep die naar buiten opent, maar steeds ligt ook die bittere volwassenheid op de loer. Niets is vrijblijvend in het fascinerende universum van Lize Spit, en iedere medaille heeft een schrijnende keerzijde. Het is jaren geleden dat we nog een grandioos debuut als dit mochten lezen.
HET SMELT *****
Lize Spit , Das Mag, 480 blz., € 22,95.
SAINT AMOUR
Lize Spit is een van de schrijvers die deze maand met Saint Amour cultuurcentra en schouwburgen aandoet. Alle info: begeerte.be
MARNIX VERPLANCKE ■
C.C. Oliemans
Deze debuutroman van een Vlaamse schrijfster (1988) volgt twee sporen via om en om geplaatste hoofdstukken. De ene plotlijn volgt de gebeurtenissen uit de zomer van 2002, wanneer twee jongens Pim en Laurens bij het bereiken van hun puberteit steeds verder gaan om meisjes uit hun dorp zich te laten ontbloten en daarbij hun vriendinnetje Eva (de vertelster) voor hun karretje spannen. Bij de andere plotlijn keert de inmiddels volwassen Eva met een groot blok ijs in de achterbak van haar auto vanuit Brussel terug naar haar geboortedorp. En terwijl we in het eerste verhaal ontdekken wat er voor gruwelijks met Eva is gebeurd en wat Pim en Laurens daarmee te maken hadden, begrijpen we dat Eva bij haar terugkeer een soort wraak in petto heeft – maar wat die behelst, wordt pas tijdens de laatste pagina's duidelijk. Zeer goed geschreven, met veel details over het trieste gezinsleven van Eva (drinkende ouders, zusje met stoornissen) en een aangrijpende deprimerende sfeer, maar ook wel overdadig lang, en met onthullingen van wreedheid die sommige lezers geschokt zullen achterlaten. Wint de Hebban Debuutprijs 2016 én de Bronzen Uil 2016. Het boek wordt verfilmd. Genomineerd voor de Libris Literatuurprijs 2017.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.