In Amerika
Susan Sontag
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Pluim, 2023 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : SOCIALE WETENSCHAPPEN : 315.1 SONT |
Cécile Koekkoek
ob/kt/14 o
Zelfbewust kijkt Susan Sontag (1933-2004) in de lens van fotograaf Richard Avedon. Het is 1978, New York, Sontag is halverwege de veertig. Ze draagt een soepel vallend zwart leren jasje, heeft een donkere blik en een zwarte haardos waarin de eerste grijze haren zich voorzichtig aftekenen. Prachtig is ze, een ouder wordende vrouw met een jaloersmakende, vanzelfsprekende stijl, zowel cool als chic, een vrouw van de wereld, een intellectueel, een vrouw van wie je zou willen dat zíj het schoonheidsideaal vertegenwoordigde voor de vrouw van middelbare leeftijd. Een vrouw die je zou willen zijn.
Onlangs verscheen een bundeling van haar feministische essays, Over vrouwen. Op het omslag een portret door Henri Cartier-Bresson. Onderschrift: Susan Sontag, Parijs, 1972. Beelden van Sontag roepen een verlangen op naar een tijd die ooit was (zelfs zonder er ooit deelgenoot van te zijn geweest). Een periode van polemiek, van hogere schrijfkunde, van een onbereikbare cultuurelite in het verre New York - een tijd die geen betere representant kent dan Susan Sontag.
De bewondering van haar uiterlijk, haar looks, het oordeel erover: ze zou ervan hebben gegruwd. Het reduceren van een vrouw tot haar uiterlijk is een van de belangrijkste thema's in de bundel. In het eerste essay, 'De dubbele moraal van het ouder worden' (1972), stelt Sontag dat er voor vrouwelijke schoonheid maar één norm is toegestaan: die van meisje. Voor mannen zijn er twee: die van jongen en die van man.
Ruim vijftig jaar later lijken we weinig te zijn opgeschoten, indachtig de Britse Vogue van september 2023, met op de cover supermodellen Linda Evangelista, Cindy Crawford, Naomi Campbell en Christy Turlington, 33 jaar na het gezamenlijke coverdebuut in 1990. Hun ruim 50-jarige gezichten rimpelloos en stevig opgemaakt, de eindeloze benen meisjesachtig mager - een groter contrast met de puurheid in de portretten van Sontag is nauwelijks denkbaar.
Sontag veroordeelt niet het verlangen om mooi te zijn an sich, maar wel de verplichting om het te zijn - of proberen te zijn. Het idee over schoonheid dat we nastreven is immers verzonnen door mannen. Ze verwijt vrouwen dat ze dit systeem van ongelijkheid versterken met hun 'lakse houding, met hun angst, met hun leugens', schrijft ze. Vrouwen hebben in haar ogen andere opties: wijs zijn, in plaats van alleen maar aardig; competent zijn, in plaats van alleen maar behulpzaam; sterk zijn, in plaats van alleen maar elegant. Vrouwen zouden zich moeten bevrijden van de slaafse bezorgdheid over hun uiterlijk waarmee ze zichzelf tot object maken, stelt ze.'Niet vrouwelijk willen zijn, maar wel solidair met vrouwen, niemand belichaamde die paradox zoals schrijver Susan Sontag', schrijft Bregje Hofstede treffend in haar voorwoord. Het definiëren van vrouwelijke kennis als intuïtieve kennis van emoties tegenover mannelijke kennis van competentie, autonomie en zelfbeheersing was volgens Sontag de basis van de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Sontag wilde niet 'vrouwelijk' zijn, ze zag vrouwelijkheid als vermomming. Ze kon zichzelf niet zijn en moest in plaats daarvan moeite doen om over vrijheden te kunnen beschikken die de man voor lief neemt.In 'De derde wereld van de vrouw' (1973) betoogt Sontag dat de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen ligt in de aanname dat vrouwen een andere 'natuur' hebben dan mannen en dat deze 'natuurlijke' verschillen vrouwen inferieur maken. Twee jaar later, in 'Feminisme en fascisme', gaat ze nog een stap verder en distantieert ze zich van de stroming binnen het feminisme die de 'ranzige en gevaarlijke' tegenstelling tussen verstand (man) en emotie (vrouw) verdedigt en daarmee de rede naar de prullenbak verwijst. Ze noemt dit anti-intellectualisme de 'hardnekkige indiscretie van de feministische retoriek'.
In Barbieland, het succesvolle matriarchaat uit Greta Gerwigs recente film en eigentijdse feministische pamflet Barbie, bekleden vrouwen functies zoals we die de afgelopen eeuwen in de patriarchale wereld bij mannen hebben gezien: ze zijn loodgieter, journalist en president, zónder zich te ontdoen van 'vrouwelijke' eigenschappen. Nog steeds een utopie wellicht, maar toch, tegenwoordig hoeven vrouwen zich niet meer strikt te transformeren tot de mannelijke norm van feitelijke kennis en competentie, maar krijgen ze steeds meer invloed omdat ze zijn wie ze zijn: vrouw.
Natuurlijk, bij vrouwen wordt nog altijd benadrukt hoe bijzonder het is als ze leider maar ook vrouw zijn, en nog steeds overheerst de verbazing als een vrouw die mooi is ook intelligent, getalenteerd en goed is. Maar dat vrouwen politiek effectiever zouden zijn als ze onbeschoft, fel en naar seksistische normen 'onaantrekkelijk' zijn, zoals Sontag betoogde, die tijd ligt achter ons.
Voornamelijk vrouwen is een recente bundeling persoonlijke essays van Connie Palmen, deels eerder verschenen in dit boekenkatern, over elf vrouwelijke schrijvers en één man (Philip Roth). In elk essay onderzoekt Palmen aan de hand van thema's als 'autonoom' en 'waarachtig' wat het betekent om vrouw te zijn en schrijver. 'Ik lach om iedereen die het verschil tussen jongens en meisjes ontkent', schrijft ze in het eerste essay over Virginia Woolf. Anders dan Sontag zoekt Palmen juist in vrouwelijkheid de originaliteit van de geest, de genialiteit van de rede.
Bij Palmen gaat het meer om bevrijding uit een conventioneel vrouwelijk bestaan, zonder het vrouw-zijn te ontkennen. Over Sylvia Plath: 'Ze had zichzelf verraden door haar diepste wezen - schrijver - te verloochenen, door zich elke dag in een korset te rijgen, zijden kousen aan te trekken.' Palmen en Sontag vinden elkaar in de zoektocht naar een manier om je als vrouw volledig te kunnen wijden aan het schrijverschap, zoals mannen dat zo makkelijk lijken te doen.
Voor Sontag was de enige manier om van zichzelf te kunnen houden schrijver worden, en schrijver alleen, ontdaan van vrouwelijke emoties en behaagzucht, zich vastklampend aan intellectualisme en verstand. En hoewel haar essays op veel vlakken nog altijd pijnlijk actueel zijn, is er hoop: Barbie kan zowel bouwvakker als schrijver zijn - niemand die daar raar van opkijkt.
Connie Palmen, Voornamelijk vrouwen. Prometheus; 160 pagina's; € 21.
Susan Sontag, Over vrouwen. Uit het Engels vertaald door Karina van Santen en Martine Vosmaer. Pluim; 224 pagina's; € 23,99.
Bookarang
Een bundeling literaire essays over vrouwenemancipatie door de Amerikaanse denker Susan Sontag (1933-2004). In dit boek worden onderwerpen als de neiging van vrouwen om zich kleiner en afhankelijker te maken, schoonheid, veroudering, macht en klasse besproken. De auteur roept op tot het verdedigen van intellect en complexiteit tegen versimpeling. Ondanks dat de meeste stukken rond 1970 zijn geschreven, op het hoogtepunt van de tweede feministische golf, blijven ze actueel. Met diepgang geschreven. Geschikt voor de meer geoefende lezer. Susan Sontag (New York, 1933 - New York, 2004) was o.a. schrijver, scenarioschrijver, professor en historicus. Ze schreef vele boeken. Haar werk werd in verschillende landen uitgegeven en won meerdere prestigieuze literaire prijzen, zoals de National Book Award, de National Book Award for Fiction en de Vredesprijs van de Duitse Boekhandel.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.