Varkensroze ansichten : gedichten
Mustafa Stitou
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : STIT |
Paul Demets
il/pr/16 a
Mustafa Stitou (47) groeide op tussen traditie en moderniteit. Enerzijds was de Koran een voedzame bron voor zijn dichterschap, net als de daarmee verbonden traditie. Hij verhoudt zich er nog steeds tegenover. Anderzijds groeide hij op in Nederland, in Lelystad, een stad die op nieuw land gebouwd werd. Stitou werd er geboren, nadat zijn ouders vanuit de Marokkaanse stad Tétouan naar Nederland verhuisd waren. Niet verwonderlijk dus dat het spanningsveld tussen traditie en moderniteit een belangrijke rol speelt in zijn terecht bekroonde bundels Varkensroze ansichten (2003) en Tempel (2013).
Waar in Tempel de koe als symbool centraal stond, zijn dat in zijn nieuwe bundel Waar is het lam? de ram en het afwezige lam. Die ram blijkt verbazingwekkend goed op de mens in onze samenleving te lijken, want de ram 'jammert niet/ om de kudde, is individualistisch/ en stabiel'.
In Varkensroze ansichten noemde Stitou zichzelf een 'anti-metafysische dichter'. Dat is hij nog steeds. Het universum dat hij neerzet is vaak genadeloos, rauw. Zo moet de ram herhaaldelijk kotsen 'terwijl je de spullen klaarlegt/ de messen de emmers de teiltjes het touw'. De ironie heeft in deze bundel plaatsgemaakt voor zwarte humor. Wanneer Stitou de ram beschrijft die geofferd zal worden, benadrukt hij bijvoorbeeld de hoorns van het dier die zelfbewust uit zijn schedel steken. En, merkt hij op: 'Ertussen een toefje wol/ het geeft hem ontegenzeggelijk/ een jeugdige look'.
De beschrijving van het doden van de ram is een metafoor voor de menselijke conditie waarin de dichter zich bevindt. Hij heeft het gevoel een rol te moeten spelen in de maatschappij, 'lachend te moeten doen alsof/ je lacht'. Hij keert zich tegen al te gratuite liefdadigheid, die eerder bestemd lijkt om het eigen geweten te sussen. Want ze roept de verplichting op om dankbaar te zijn en af te wijzen wat geschonken wordt.
Strafwerk
De kloof tussen traditie en moderniteit is niet gedicht in het werk van Stitou. Integendeel: ze lijkt wel groter geworden. Het werd een gapende wonde. Zo droomt de ik-figuur ervan vast te zitten in een huis en dat iemand zegt dat het tegen de regels is om een hoofddoek te dragen: 'Daarom valt je haar uit.' De hele identiteit wordt in vraag gesteld, zeker wanneer jongeren tijdens een lezing willen weten of de dichter homo is, aangezien hij op hun vraag antwoordt dat hij geen kinderen heeft. En hij aarzelt sterk bij die andere prangende vraag, namelijk of hij moslim is. Al die vervreemding. Het Nederlands, lezen we, is hem het meest vertrouwd. Maar net daardoor klinken de vragen scherper. Ook het Nederlands biedt de dichter geen onderdak. Slauerhoff kon alleen in zijn gedichten wonen, maar is dat ook het geval voor Stitou? Als hij schrijft, voelt het als strafwerk, als een machteloze poging om voeling te krijgen: 'Als jij het goed timet/ kan ik straks Hoi terug zeggen./ Iedereen blij'.
De dichter lijkt zichzelf wel te offeren voor ons, lezers, want hij wordt onthalsd door de 'aartsdader'. Ontluisterender, genadelozer en daardoor aangrijpender kan een zelfportret niet zijn. Hij wordt een 'mooiprater' genoemd, die niets afweet van geweld.
Stitous stijl doet bijna achteloos aan, alsof hij spontaan zijn gedachten, dromen en allerlei taferelen neerschrijft. Terwijl hij zijn gedichten en de verschillende delen natuurlijk nauwkeurig construeert. Dat zijn gedichten zo spontaan aandoen, wijst op zijn groot talent als dichter.
Waar is het lam? is een bundel die niet toevallig een vraag als titel heeft. Want hier worden geen geruststellende antwoorden gegeven, maar alleen meer prangende vragen opgeroepen. Waar zijn de zachtheid en de onschuld gebleven? Dit is een heel krachtige bundel die helemaal in deze tijd thuishoort. Een bundel die blijft spoken.
De Bezige Bij, 64 blz., 21,99 €.
Geertjan De Vugt
2/ei/21 m
In juni 1922 richtte Kafka een brief aan zijn vriend Robert Klopstock. Daarin worstelt hij met een theologisch probleem: Abrahams gehoorzaamheid aan de eis van God om zijn zoon te offeren. Kunnen we Abraham ook anders voorstellen?, vroeg hij zich af en gaf en passant het antwoord. Waarom zou hij niet een kelner kunnen zijn die het goddelijke bevel tot het kindoffer wel wil opvolgen, maar nooit ten uitvoer brengt? Hij kan niet van huis weg omdat hij 'onmisbaar is, de zaak hem nodig heeft, er nog altijd iets te regelen is, het huis niet op orde is'. Kort gezegd, het is een Abraham die andere prioriteiten stelt. Maar er is nog een andere Abraham denkbaar, een die alles uit handen zou laten vallen om God te gehoorzamen, als hij maar geroepen zou worden. De ongeroepen Abraham dus, een lachwekkend figuur.
Aan die brief moest ik denken bij het lezen van Waar is het lam?, de nieuwe bundel van dichter Mustafa Stitou (47). In die ontstellend goede bundel doet Stitou wat Kafka honderd jaar eerder ook al deed en voegt zich daarmee in een lange rij van schrijvers die hebben gepoogd die beroemde religieuze scène van het Isaakoffer te duiden. Het openingsgedicht bevat een droom waarin een vader zijn zoon vermoordt. Hij doet het, tussen haakjes, met 'een blauwe Citroën DS 23'.
Vanaf dat moment nemen de indringende beelden rap toe. Zo schrijft Stitou over een ras van offerdieren dat door het ministerie van LNV is geteeld: 'individualistisch / en stabiel (in alle seizoenen zichzelf) / zwijgzaam maar vitaal, vreesloos maar humaan / introvert maar niet schuw, mak maar trots / en goed bestand tegen hitte en kou / sneeuw en regen.' Tussen het offerdier - 'Een kind maar slachtrijp' - en de mens zijn verdacht veel overeenkomsten.
Dat God Abraham wilde testen, hem de opdracht gaf zijn zoon te vermoorden, en hem, terwijl het oogverblindende lemmet al in de lucht hing, er een ram voor in de plaats bood, is bekend. Het wordt door velen geduid als de gave van het leven. Er is geen groter cliché dan dat het leven wordt geschonken. Stitou beziet die idee van het leven als geschenk dan ook kritisch: 'waarom bang zijn de controle te verliezen over iets wat er net zo goed niet had kunnen zijn?'
Hoe lief ook, een geschenk waarvoor iets wordt terugverlangd, al is het alleen maar dankbaarheid, is geen geschenk. Het is een transactie. Niet voor niets schrijft Stitou: 'Hun liefdadigheid berooft mij van de vrijheid.' Niets weegt zwaarder dan de verplichting waar je niet om hebt gevraagd. En tegelijkertijd wijst de dichter daarmee ook nog op een andere, ongemakkelijke waarheid: in ieder van ons, in ieder mens schuilt een Abraham, een 'aartsdader', zoals Stitou het noemt. Misschien huist er in eenieder van ons wel een ongeroepen Abraham. Of een die liever nog eens met de wijn rondgaat dan te gehoorzamen.
Stitou beschrijft ook hoe die vader die men dankbaar zou moeten zijn tot een 'plaaggeest' wordt, iemand die zijn kind jarenlang achtervolgt: 'nooit eerder had je hem van zo dichtbij gezien, / zijn gezicht als van je vader, als dat van jou'. Om vervolgens tot het besef te komen dat je je tegen je demonen kunt verzetten, hoe moeilijk dat soms ook is: niet wegduiken is het devies, maar blijven kijken tot ze verdwijnen.
Bevrijden lijkt echter niet te lukken: 'teleurgesteld liet je hem de gedaante aannemen / van deze terugkerende gedachte, dit hardnekkige / verwijt: pekelzondaar, bangerik, waarom hiermee / zo lang gewacht?'
Van de angst naar het zelfverwijt. Misschien moet je met Abraham niet willen strijden, maar doen wat Kafka deed: hem herkennen als lachwekkend figuur. In je vader en in jezelf.
*****
De Bezige Bij; 96 pagina's; € 21,99.
Bart Van der Straeten
il/pr/19 a
*****
Negen jaar na zijn vorige bundel is Mustafa Stitou terug, en hoe: de voormalige stadsdichter van Amsterdam serveert in ‘Waar is het lam?’ een splijtende analyse van godsdienst en geweld. Religieuze teksten en rituelen druipen van het bloed, en de belijders van een godsdienst oefenen een zachtere vorm van agressie uit. Hoe hard je ook probeert, je raakt nooit helemaal onder het juk van schuld en schaamte uit dat een religieuze opvoeding op je schouders legt, toont de Marokkaanse Nederlander overtuigend aan: ‘Wie er niet in slaagt / de feiten te verdraaien / richt zichzelf te gronde.’ Wat die feiten zijn, maakt Stitou meesterlijk duidelijk in ‘Offerdier’, een verwijzing naar de passage in het Oude Testament waarin God aan Abraham vraagt zijn zoon Isaak te offeren. Als God ziet dat Abraham hem gehoorzaamt, roept hij hem op te stoppen en tovert hij plotsklaps een ram in de struiken, die de man in plaats van zijn zoon mag offeren. We kennen het offerlam ook in de islamitische traditie, waarin gelovigen een lam slachten voor het Offerfeest. In Stitous gedicht is een soort perverse beul aan het woord, die de lezer uitlegt hoe hij het lam slachtklaar moet krijgen. De dichter toont genadeloos hoe de mens het beest van meet af aan als instrument heeft gebruikt, als een soort industrieel product dat hij voor zijn plezier in leven heeft gehouden. Je moet ‘de registratiecode die wij sierlijk / op zijn vingerkoten hebben gebrand’ eerst scannen. Met ‘een geïmproviseerd raster van stroomdraad’ hou je het lam dan wel op z’n weide, tot het als vanzelf ‘sprakeloos op zijn rechterzij’ zal gaan liggen, ‘de kop richting Mekka’. We hebben het dier zo geconditioneerd dat het precies doet wat wij willen. ‘Mooi om te zien’ is het beest ook nog eens, het heeft aardige ‘roomwitbewolde wangen’, een ‘ontegenzeggelijk’ montere glimlach, ‘een jeugdige look’. ‘Wil je hem verwennen?’ spreekt die beul onze innerlijke oma aan. ‘Knip met een snoeischaar zijn dikke vinger- en teennagels.’ Die oma krijgt het flink benauwd, tot Stitou haar met een genadeslag doet inzien wat dat lam precies is: ‘een kind, maar slachtrijp’. Bám: daar zijn de feiten, lieve lezer, brutaal in je poezelige lezersgelaat. En dan vangt een paar pagina’s verderop ‘een zwerfkat’ nog een kakkerlak, waarna ze zich neervlijt ‘op een vervallen peutergraf / als in een gerieflijke mand’. Geen vrolijke vroomheid dus, die godsdienst bij Stitou. Maar wie de feiten ziet voor wat ze zijn, richt zichzelf dus te gronde – en daarover gaat het verderop in de bundel. In ‘Mo’ staat iemand voor een klas in een ‘zwarte’ school, de leerlingen willen weten of hij moslim is. ‘Ze ruiken aan je dat je een verrader bent,’ denkt de spreker: ook al heb je je losgemaakt van je afkomst en leid je een vrij leven, altijd blijft die ‘stolp van schaamte’, dat schuldgevoel ‘dat je jezelf buiten de groep’ hebt geplaatst. Het manifesteert zich in je dromen, een plaaggeest met een ‘gezicht als van je vader’ komt je slaan. Maar zelfs als je die overwonnen hebt, is het schuldgevoel niet weg: de vraag ‘waarom hiermee/ zo lang gewacht?’ blijft knagen, dus ‘bevrijd was je niet’. En nee, de bevrijding komt ook later in deze grimmige, grillige bundel niet. Ik weet niet of je ‘Waar is het lam?’ een aanklacht moet noemen, maar een vlijmscherpe afrekening met het geloof in wat hier ‘de god-voor-wat-hoort-wat’ heet, is het in ieder geval. Eén vers vat Stitous boodschap helemaal samen: ‘de lucht die opstijgt / naar de Allerhoogste / beneemt ons de adem’. De gelovige is net als het offerlam: ‘gelokt word je / en gegrepen’.
Bookarang
In zijn vijfde dichtbundel onderzoekt Mustafa Stitou het drama van het offer. Hij benadert het onderwerp vanuit verschillende invalshoeken: persoonlijk en politiek, archaïsch en hedendaags, realistisch en bezwerend. De gedichten zijn vaak te koppelen aan het Bijbelvers waaraan de titel is ontleend, waarin Istaak aan zijn vader Abraham, die op het punt staat hem te offeren, vraagt waar het offerlam is. De gedichten in ‘Waar is het lam?’ zijn in een heldere, directe stijl geschreven, maar tonen tegelijkertijd een gevoeligheid voor het religieuze en het mystieke. Geschikt voor poëzieliefhebbers in het algemeen. Mustafa Stitou (Tétouan, 1974) is auteur en dichter. Zijn werk werd in meerdere landen uitgegeven en won verschillende literaire prijzen, waaronder de Jan Campert-prijs en de A. Roland Holstprijs.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.