De gevaren van roken in bed
Mariana Enriquez
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2021 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : SPANNEND : ENRI |
Marnix Verplancke
te/ep/18 s
Op een ochtend in januari 1981 roept Juan Peterson zijn zesjarige zoon Gaspar wakker met de boodschap dat ze gaan vertrekken. De auto staat klaar en het wordt een heuse trip van Buenos Aires naar de watervallen van Iguazu, niet ver van de Braziliaanse grens. De reis heeft alles te maken met de dood van Gaspars moeder Rosario, drie maanden eerder, een stom verkeersongeval leek het, maar Juan vermoedde dat er meer achter zat. En dus vertrekken ze, die kleine jongen en zijn vader die, zoals Mariana Enriquez in haar roman Ons deel van de nacht schrijft, geen gewone vader is. De eerste nacht die ze op hotel doorbrengen staat er opeens een vrouw in hun kamer die Gaspar een helse schrik bezorgt, maar volgens zijn vader niet meer is dan een herinnering, waarna hij een handvol as uit een plastic zakje op de vloer uitstrooit, er het middernachtsymbool in tekent en vergeefs probeert contact te maken met Rosario. Het lukt al maanden niet meer.
Zeventien jaar geleden publiceerde de Chileense Roberto Bolaño zijn laatste en fenomenaalste roman, 2666, een poging om grip te krijgen op het gewelddadige verhaal van Zuid-Amerika door te vertrekken vanuit de tragische levens van de vermoorde vrouwen van Santa Teresa, wat in realiteit Ciudad Juárez was, de metropool die stijf stond van de drugs en de vrouwenhandel. Bolaño putte uit de intellectuele en stilistische grabbelton van zijn tijd en cultuur en stak zijn boek niet alleen vol verwijzingen naar de Mexicaanse realiteit, maar ook naar pulp en hard boiled misdaadromans. In Ons deel van de nacht, nota bene een debuutroman, die werd bekroond met de prestigieuze Premio Herralde, doet Enriquez iets gelijkaardigs, maar dan met vaderland Argentinië en de genres die vandaag in zijn, horror en fantasy.
Juan blijkt immers niet zomaar een man te zijn, hij is een medium in het geheime genootschap De Orde, dat in een ver koloniaal verleden vanuit Afrika via de Engelse familie van Rosario Zuid-Amerika bereikte. Ook Gaspar is voorbestemd een medium te worden, weet Juan, en dat zou hij liever niet zien, want De Orde is door en door gewelddadig. In de strijd om de macht wordt er geofferd en gemoord. Geen leven is heilig en Juan speelt daar als een gigantisch zwart gat dat alle energie uit zijn omgeving opslorpt geen minimale rol in. Enriquez' roman, zou je kunnen zeggen, is een essay over het geweld en hoe dit in de vorm van de dictaturen en meedogenloze families uit het verleden een continent heeft vormgegeven.
dwaze moeders
Daarom ook dat 1981, het jaar waarin de roman begint, niet toevallig is gekozen. Altijd hetzelfde, denkt Juan wanneer hij in een bar langs de kant van de snelweg een krant inkijkt, over het voetbal veel nieuws, maar niets over de verdwijningen, de clandestiene detentiecentra of de nachtelijke schermutselingen. Tussen 1976 en 1983 maakte Argentinië de periode van de Vuile Oorlog mee, een term die de militaire dictatuur wellicht in een vlaag van grootheidswaanzin meegaf aan haar eigen bewind. Ontvoering en marteling werden wettelijke praktijken, noodzakelijk om het land te vrijwaren van de instorting. "We gaan 50.000 mensen doden", zei een Argentijnse generaal in 1976. "25.000 opstandelingen, 20.000 sympathisanten en 5.000 die per ongeluk zullen sterven." Op het einde van het regime werd het aantal slachtoffers op 30.000 geschat, meestal studenten met linkse sympathieën die vanuit vliegtuigen in de Atlantische Oceaan werden gedropt. De afwezige Rosario in Ons deel van de nacht zou daarom ook een cynische knipoog kunnen zijn naar de Dwaze Moeders, de vrouwen die tijdens de terreur iedere donderdag betoogden op de Plaza de Mayo in Buenos Aires en uitleg eisten over de verdwijning van hun kinderen.
Enriquez laat er alvast geen twijfel over bestaan dat het geweld dat uitgaat van De Orde duidelijk verband houdt met dat van het militaire regime. Het maakt allemaal deel uit van een historisch en literair netwerk waarin ook de grootgrondbezitters van weleer, president Juan Péron en zelfs David Bowie beschreven worden in verhaallijnen die zo uit het werk van Cortazar, Borges of Stephen King zouden kunnen komen. Ons deel van de nacht is een overrompelende vloedgolf van een roman waarin je soms vergeefs naar een droog plekje moet zoeken.
De Bezige Bij, 672 p., 29,99 euro. Vertaling Irene van de Mheen.
Maarten Steenmeijer
ob/kt/02 o
Opgroeien, ziekte, rouw, seksuele identiteit, geloofsrituelen, het swingende Londen van de jaren zestig, de macht van de Argentijnse oligarchie, de militaire dictatuur in Argentinië... Aan onderwerpen geen gebrek in Mariana Enriquez' ambitieuze Ons deel van de nacht. Rode draad is het losjes over zes delen verspreide verhaal van de Orde, een geheime sekte die in Engeland ontstond maar wortels heeft in Afrika en overwaaide naar Argentinië. Doel van de Orde is een voorgoed voortlevend bewustzijn. Om dat in stand te houden zijn mediums nodig, die niet zo makkelijk zijn te vinden. Tot de mores van de sekte behoren wrede rituelen en bloedige offers aan een donkere macht die wordt aangeduid als de Duisternis. Enriquez grossiert in enge scènes en gruwelijke taferelen, die ze zonder een spoor van ironie serveert. Zo laat ze zien dat ze het horrorgenre tot in de puntjes beheerst en ook dat ze het bloedserieus neemt. Maar door al dat occulte griezelen komen de andere elementen van haar roman in de verdrukking. Ons deel van de nacht is een onbevredigende hybride.
Uit het Spaans vertaald door Irene van de Mheen. De Bezige Bij; € 29,99.
B. van Laerhoven
Eind jaren zeventig maken de doodzieke Juan Peterson en zijn zoon Gaspar een lange reis door het Argentinië van de militaire dictatuur. Juan is een medium in het geheime genootschap de Orde, dat via de wazige entiteit de Duisternis het raadsel van het eeuwige leven wil oplossen. Gaspar is voorbestemd om als medium voor de boodschappen van de Duisternis zijn vader op te volgen, iets wat Juan wil vermijden. Daarmee haalt hij zich de toorn van twee families met leden in de Orde op de hals. Mariana Enriquez (Argentinië, 1973) won met deze fantasierijke roman verscheidene Latijns-Amerikaanse literaire prijzen. Een veeleisende, en af en toe vermoeiende vertelling, waarin het bovennatuurlijke ware gebeurtenissen spiegelt. De roman wemelt van uiterst bloederige taferelen met vaak een bovennatuurlijk tintje. Toch slaagt Enriquez erin net daardoor de atmosfeer tijdens de juntadictatuur in Argentinië indringend weer te geven. Voor ervaren lezers van literatuur.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.