Het drielichamenprobleem
Cixin Liu
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Prometheus, 2021 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : In de kijker +2 (volw.) LIU |
Sam De Wilde
us/ug/28 a
Een grenzen, geloven en geschillen overstijgende ramp bedreigt de aarde, maar het wordt pas echt een probleem voor de komende generaties. Het klinkt misschien als Anuna De Wevers Wij zijn het klimaat, maar dat doemscenario is de basis van Cixin Liu's epische sciencefictiontrilogie waarin een geavanceerde buitenaardse beschaving zich opmaakt om de aarde te koloniseren. De Trisolaranen komen! Ze zullen alleen nog vierhonderd jaar lang onderweg zijn, en intussen werkt het langetermijndenken hier beneden als vanouds verlammend.
Net zoals we horrorfilms en sciencefictionverhalen uit de jaren 50 vandaag bijna alleen nog als metaforen voor de atoomdreiging kunnen zien, zal men over enkele tientallen jaren Cixin Liu's extreem populaire boeken (Netflix heeft alvast de rechten gekocht) ongetwijfeld als commentaren op de klimaatverandering lezen. Zover zijn we echter nog niet, en dus wordt de speculatieve fictie van de succesvolste Chinese sciencefictionschrijver (58) vandaag vooral gelezen als een spiegel voor de veranderende verhoudingen tussen China en het Westen, al is de auteur zelf voorzichtig met politieke interpretaties van het werk waarin hij vastgeroeste ideeën over de mens als enige intelligente levensvorm binnenstebuiten keert. De ongeziene schaal van Liu's uiterst ambitieuze vertellingen maakt ze hoe dan ook vatbaar voor uiteenlopende politieke lezingen.
Amerika of China
Een verhaal dat begint op aarde tijdens China's Culturele Revolutie om ruim 18 miljoen jaar later te eindigen in een uithoek van een stervend universum biedt voldoende (sterren)stof voor verschillende interpretaties. Je zou Liu's interesse in het lot van hele sterrenstelsels kunnen begrijpen als de besognes van iemand die opgroeide in een maatschappij waarin het individu steeds ten dienste staat van het grotere geheel, maar je kunt je ook afvragen of dat geen erg westerse lezing van Liu's ruimte-epos is. De helden (en antihelden) van 's mans trilogie zijn sowieso eigenzinnige einzelgängers die bereid zijn hun leven te offeren voor een groter doel zonder aan blind groepsdenken te doen.
Het vraagt weinig fantasie om Het drielichamenprobleem, Het donkere woud en Het einde van de dood (oorspronkelijk gepubliceerd van 2006 tot 2010) lezen als kritieken op het communistische regime van China, maar het vraagt even weinig inbeelding om er een commentaar op het imperialistische westen in te zien. Liu laat zijn personages weleens over politiek en verschillende mogelijke bestuursvormen discussiëren, maar de schrijver die openlijk Chinees beleid steunt (inclusief de behandeling van de Oeigoeren) laat zich niet snel betrappen op een uitgesproken voorkeur voor een bepaalde regeringsvorm. Het verklaart wellicht waarom hij in de Verenigde Staten (Barack Obama is een fan) haast even graag gelezen wordt als in de Volksrepubliek.
Ook wie de trilogie als vermomde klimaatfictie leest, zal niet meteen weten in welk kamp de schrijver te plaatsen. Hij lijkt zich laatdunkend uit te laten over onze inertie wanneer we tegenover grote nakende catastrofes staan, maar hij zou zich ook zomaar laten inlijven bij de klimaatsceptici die geloven dat wetenschap en technologie altijd soelaas zullen brengen. Liu's toekomstblik reikt in ieder geval zo ongezien ver dat ook klimaatverandering slechts een voetnoot in de geschiedenis van de Melkweg wordt. Het heeft er alle schijn van dat de voormalige wetenschapper zich er allang bij heeft neergelegd dat het verhaal van de aarde en haar bewoners hoe dan ook eindig is.
Wetenschappelijke fictie
Cixin Liu ligt naar eigen zeggen niet echt wakker van de precieze politieke situering van zijn trilogie en wil het liefst gewoon goede verhalen vertellen. Met buitenaardse beschavingen die zich onze planeet willen toe-eigenen zal de auteur niet meteen prijzen voor originaliteit winnen, maar Liu's genie schuilt in de epische manier waarop hij zijn premisse invult. Liu's boeken worden onbeschaamd aangedreven door harde wetenschap. Niemand heeft een doctoraat nodig om ze te begrijpen, maar nietsvermoedende lezers zullen wel af en toe een ingewikkelde zin over deeltjesfysica, moleculaire biologie of informatica moeten verteren.
Intelligentere mensen zullen moeten beoordelen of Liu's ideeën over astrodynamica, de snaartheorie, ruimteliften of zwaartekrachtgolven echt steek houden, maar zoals alle goede sciencefictionschrijvers lijkt Liu bestaande wetenschappelijke kwesties door te trekken tot hun uiterste conclusies. En zoals alle waarlijk grote sciencefictionschrijvers doet hij hetzelfde met menselijke gedragingen. Als Cixin Liu zich één wetenschapsdomein echt eigen heeft gemaakt dan moet het wel de sociologie zijn. Of we ooit de Kuipergordel zullen bereiken met raketten die worden aangedreven door nucleaire voortstuwing zal de toekomst moeten uitwijzen, maar de manier waarop we er over zullen debatteren, lijkt Cixin Liu in ieder geval akelig precies te voorspellen. Of hij het nu over ouder-kindrelaties, internationale strategische krachtmetingen of massaal groepsgedrag heeft, Cixin Liu wijst in zijn zoektocht naar de grootsheid van de menselijke soort vooral op de kleine kantjes. De centrale vraag van zijn trilogie over het voortbestaan van de aarde is niet of de mensheid uiteindelijk gered zal worden, maar of de mensheid die redding wel waard is.
Het antwoord op die vraag is, uiteraard, niet bepaald eenduidig. Net zoals hij schippert tussen politiek links en rechts of tussen ecologie en technologie, houdt Liu vaak het midden tussen mensenhaat en mensenliefde. De extreem uitgestrekte tijdspanne die zijn trilogie beslaat, relativeert alles, maar wees niet al te verbaasd als u na ruim zeventienhonderd pagina's wetenschappelijk ruimtevertier uiteindelijk toch een klein traantje wegpinkt bij de hittedood van het universum.
CIXIN LIU Het drielichamenprobleem, Prometheus, 400 blz., 10 € (e-boek 5,99 €).
CIXIN LIU Het donkere woud, Prometheus, 592 blz., 22,50 € (e-boek 13,99 €).
CIXIN LIU Het einde van de dood, Prometheus, 752 blz., 25 € (e-boek 14,99 €).
Mark Leenhouts
us/ug/21 a
Wie opgroeit met westerse sciencefiction raakt eraan gewend dat de aliens ook altijd in de westerse wereld op aarde komen. In films vaak in de Verenigde Staten natuurlijk, en in de literatuur kan het ook het slaperige Britse platteland zijn: van de Tripods in H.G. Wells' War of the Worlds tot de Vogons in het hilarische Transgalactisch liftershandboek van Douglas Adams, waarin de aarde helaas moet wijken voor een nieuwe intergalactische snelweg.
Maar we leven inmiddels in de 21ste eeuw en dus moeten we niet raar opkijken als het eerste contact met buitenaards leven net zo vanzelfsprekend plaatsvindt in China. In het China van de Culturele Revolutie bijvoorbeeld, zoals in Cixin Liu's onwaarschijnlijke bestseller, de trilogie Het drielichamenprobleem. Een eenzame wetenschapper, net als veel intellectuelen destijds gedesillusioneerd door de chaos om haar heen, beantwoordt daar met een simpele druk op de knop een oproep uit de ruimte: 'Kom ons maar veroveren, onze beschaving kan haar eigen problemen niet meer oplossen.'
Het is het startschot voor een 1.750 pagina's lang wetenschappelijk verbeeldingswerk van duizelingwekkende, 'post-humanitaire' schaal. Springt het vanaf de jaren 1970 eerst nog met eeuwen vooruit, uiteindelijk kijkt het 18 miljoen jaar de toekomst in. En dat alles met een ernst en gedrevenheid die je misschien ook alleen maar in China kunt aantreffen.
Sciencefiction is groot in China en niet in de laatste plaats, zo zeggen de schrijvers vaak zelf, omdat de maatschappelijke veranderingen er zo snel gaan dat sciencefiction voor velen 'gewoon de realiteit lijkt'. Zoals de niet-sciencefictionschrijver Yu Hua al zei in zijn klassiek geworden sociale roman Broers uit 2006: een Chinees heeft in de veertig jaar sinds de Culturele Revolutie evenveel meegemaakt als een Europeaan in de afgelopen vierhonderd jaar. Op zo'n schaal moet je dus denken.
Geen wonder, kortom, dat Cixin Liu je onverstoorbaar zijn universum binnenleidt. De buitenaardse beschaving die aan de deur klopt, is die van Trisolaris, een planeet met drie zonnen die onder de invloed van het zogenaamde drielichamenprobleem onvoorspelbaar ten opzichte van elkaar bewegen. Soms is het ondraaglijk heet op Trisolaris, dan weer is er langdurig geen enkele zon te bekennen, een uitzichtloze klimatologische toestand. Op zoek naar een kolonie vinden ze de aarde, maar omdat het vierhonderd jaar zal duren voor ze die fysiek kunnen bereiken, zetten ze technologie op afstand in: sofonen, oftewel 'wetende protonen', die door het principe van kwantumverstrengeling de grenzen van ruimte en tijd kunnen overbruggen om op aarde alvast kennis te verzamelen.
En te delen: er wordt een heuse Earth-Trisolaris Organization opgericht ter voorbereiding van hun komst, en de Trisolaranen proberen de sympathie van de aardse wetenschappers te veroveren door ze een computerspel te laten spelen waarin hun planeet wordt geïntroduceerd. Gestoken in een speciaal pak, zodat ze alles met al hun zintuigen ondergaan, nemen de spelers online de persona's aan van Chinese wijsgeren en figuren als Copernicus en Newton. De discussies die ze zo met elkaar voeren vormen een belangrijk onderdeel van het uitgebreid beschreven spel.
Discussies, ja, dat is eigenlijk de hoofdmoot van de trilogie. De meeste personages zijn wetenschappers, op enkele politici en activisten na, en voortdurend leggen zij elkaar bevlogen alle theorieën en ontwikkelingen uit. Het is bijna de enige emotie die hen drijft, maar dat is ook precies zoals Liu het heeft bedoeld: in een interview met The New Yorker zei hij dat wetenschap, als pure bron van verbeelding, voor hem werkelijk emotie is, en dat hij daar alleen personages en situaties bij zoekt om zijn ideeën over te brengen. Al doet hij dat laatste weleens al te opzichtig, met zijn typische aardse bevlogenheid weet hij je toch bij de les te houden.
Dit moet ook het verkoopsucces in met name Amerika verklaren, waar onder meer Barack Obama fan is, want de soms weinig subtiele plot biedt minder verrassends. Het Trisolaraanse charmeoffensief neemt al gauw grimmiger trekken aan: geschrokken door de exponentieel snelle vooruitgang van de menselijke kennis zijn de kolonisten bang tijdens hun 400-jarige reis hun technologische voorsprong te verliezen en beramen ze plannen om de aardse wetenschap af te remmen door een soort Trisolaraans 'natuurgeloof' te stichten, met technisch vernuft als 'wonderen'. Toch zal de mens onverschrokken het heelal intrekken, het 'donkere woud', zoals het tweede deel van de trilogie heet.
Behalve de nieuwe, verbazende ideeën die de revue blijven passeren, over bewust aangelegde zwarte gaten en opvouwbare dimensies, is een ander deel van de aantrekkingskracht ongetwijfeld dat Liu in wezen de hele aarde omarmt. Het verhaal mag dan in China beginnen, ook internationale wetenschappers en de VN doen uiteindelijk mee, en niet in een bijrol. Waar Chinese literatuur in het algemeen sterk met China begaan is, en daardoor soms lastig de wereld over lijkt te gaan, heeft sciencefiction misschien baat bij een overduidelijke focus op 'de mensheid'.
Dat geldt ook voor de andere Chinese sf-romans die zich in Engelse vertaling hebben doen gelden, al zijn die meer maatschappijkritisch van aard. In Folding Beijing van Hao Jingfang bijvoorbeeld, waarmee zij net als Liu de Amerikaanse Hugo Award voor het genre won, is de bevolking van de Chinese hoofdstad opgedeeld in klassen, die om beurten gebruik mogen maken van de ruimte. Per dagdeel vouwen de huisjes van de lageren zich in, met bewoners en al, om plaats te maken voor de uitklapbare woontorens van de hogeren. Ook ecologie is een thema, onder andere in Waste Tide van Chen Qiufan, waar iets misgaat op een (werkelijk bestaande) verwerkingsplaats voor elektronisch afval op een Zuid-Chinees eilandje, in de roman 'Silicon Isle' geheten.
Hoezeer China ook gericht is op technologie, inclusief een overheid die conferenties en onderzoeksinstituten rond sciencefiction ondersteunt voor hun bijdrage aan het 'verbeelden van China's toekomst', de schaduwkanten worden dus net zo goed belicht. Misschien wel het sterkst in een vooralsnog onvertaald boek van Han Song, dat het verlies van Amerika's hegemonie aan China 'voorspelt'. Naast een Amerika in verval schetst het ook een Brave New World-achtig China, in de ban van kunstmatige intelligentie. Van deze Han Song komt ook het metaforische verhaal over een hogesnelheidstrein, toonbeeld van de vooruitgang, die door een botsing uit koers raakt en in een andere tijd en ruimte terechtkomt, waar hij eindeloos blijft doordenderen: waar gaat de nieuwe samenleving heen?
Cixin Liu lijkt dit soort vragen te ontstijgen; niet dat hij onkritisch is, maar hij heeft nu eenmaal een ruime blik, waarmee hij meer in mogelijkheden denkt - een beetje zoals in de oude sciencefiction van Jules Verne, zijn grote inspiratiebron. Er is een vroege Chinese sf-roman uit 1902 die zich het China van 1962 voorstelt, waarin Shanghai de Wereldtentoonstelling mag houden en de hele wereld gretig Chinees leert. Dat jaartal had de schrijver Liang Qichao mis, het zou de tijd van het gesloten China zijn, maar vijftig jaar later, in 2010, waren beide zaken een feit. In datzelfde 2010 rondde Liu zijn drielichamentrilogie af - Liu, de aardling die niet per se van een groot China droomt, maar wiens 'wetenschappelijke emotie' onmiskenbaar een product is van zijn land.
Het drielichamenprobleem. Uit het Engels vertaald door Eisso Post en Richard Heufkens. Prometheus; 400 pagina's; € 10.
***
Het donkere woud. Uit het Engels vertaald door Eisso Post en Richard Heufkens. Prometheus; 592 pagina's; € 22,50.
***
Het einde van de dood. Uit het Engels vertaald door Eisso Post en Richard Heufkens. Prometheus; 752 pagina's; € 25.
***
Naar gegevens van R. van Rossenberg
Dit is het redelijk zelfstandig te lezen vervolg op ‘Het drielichamenprobleem ’*. De mensheid weet dat een buitenaardse invasiemacht onderweg is. Een soort van virus (Sophon-deeltjes) is al op aarde om te voorkomen dat men zich kan verdedigen. Het Wallfacers Project gaat dit toch proberen en de plot volgt met name Luo Ji, een deelnemer aan het project. De stijl is verschillend van het eerste deel; dit is meer filosofisch van inslag. De mensheid moet zien om te gaan met de naderende doem. De wijze les aan het einde (‘liefde overwint alles’) is wat truttig. Het basisconcept van het boek is sterk, evenals de intergalactische strategie die zich ontspint. De plot komt tot een gedeeltelijke afronding; er zal nog een afsluitend deel volgen. Voor de liefhebbers van Kim Stanley Robinson en David Brin.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.