The undying : a meditation on modern illness
Anne Boyer
Anne Boyer (Auteur), Henny Corver (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2021 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : BOYE |
Mirjam Scholten
De Amerikaanse dichteres en essayiste (1973) krijgt voor het behandelen van haar agressieve borstkanker 'de hele medicijnkast' toegediend, met zware chemo. Op de cover duiden trefwoorden – bovenaan 'pijn' – de inhoud. Kanker en kankerbestrijding zijn verdeeld in tal van onderdelen; zoals de 'kankerindustrie' en de commercie, die het ooit zuivere symbool van het roze lint kaapte en liet verworden tot 'een in vrouwengraf gestoken overwinnaarsvaandel'. De auteur schrijft over dokters en overbehandelen. Over de mening dat wie om haar moverende redenen chemo afwijst, dan wel zal geloven in kwakzalverij. Over de eer die betuigd wordt aan wie de ziekte 'overwint'. De schrijfster hanteert een vlijmscherpe pen, analytisch, ook met humor, hoe zwart soms ook. Ze put behalve uit recente bronnen (zoals Susan Sontag) en uit de oudheid (Aristides) en uit haar eigen lot, zonder benauwend te worden. Voor dit werk kreeg zij een Pulitzerprijs. Een boordevol, op hoog niveau geschreven, indringend boek over de voor vrouwen bedreigende borstkanker.
Vrouwkje Tuinman
ua/an/30 j
Liever zou Anne Boyer over andere dingen schrijven dan haar borstkanker, vertelt ze ergens op de helft van Het ontsterven. Al was het maar omdat ze er voor vreest haar eigen pijn tot product te maken. Tegelijkertijd ziet ze in alle zelfhulpboeken en glossy tijdschriften die haar goedbedoeld worden toegeschoven dat de waarheid over 'het maatschappelijk moeras waarin je bij kanker belandt' wordt weggemoffeld. De schijnwerper staat op het verslaan van de ziekte, en op degenen die dat is gelukt, niet op hen die het niet haalden, die hun behandeling niet konden financieren of er een andere verschrikkelijke ziekte aan overhielden. Voor Boyer voelt elk roze lintje als een 'in een vrouwengraf gestoken overwinnaarsvaandel'.
Dichter en essayist Anne Boyer kreeg op haar 41ste de diagnose borstkanker. Ze ging er vrij voortvarend mee aan de slag: in vrolijke kleren en met een gezellige pruik onderging ze haar chemo's, pijnlijke prikken van 7000 dollar per stuk en dubbele amputatie. Immers, de modelpatiënt is iemand 'die vóór de ingreep lacht en ook erna, kaal en stralend en geestig en productief geëtaleerd.' Er zijn zelfs t-shirts te koop voor die patiënt, die zeggen: Hey Cancer, you fucked with the wrong bitch. Ik heb het zojuist even gegoogeld. Voor wie liever lange mouwen heeft, dat kan ook. De slogan is een goed winstmodel: er zijn onder meer sleutelhangers, telefoonhoesjes, zeepjes en kussenhoezen, meestal niet ten bate van een goed doel.
Helaas 'fuckte kanker in mijn geval met de juiste bitch,' aldus Boyer. Met een alleenstaande moeder, die gewoon moest doorwerken en een te scherp oog had voor de vaak nog veel deprimerender omstandigheden van haar lotgenoten. Iemand die om hulp vragen als een vernedering ervaarde, maar toch niet anders kon. Iemand die zich eigenlijk al dood voelde, en daar maar zoveel mogelijk over zweeg.
Catch 22
Gelukkig heeft ze er wel over geschreven. In Het ontsterven wisselt Boyer filosofische passages af met geschiedkundige, poëtische en juist heel aardse. Dat doet ze associatief, zonder enige pretentie een sluitend verhaal te vertellen, laat staan een handleiding. Al schrijvend leest ze ook veel. Natuurlijk Susan Sontags Ziekte als metafoor, dat 'al het persoonlijke weg[laat] uit het verhaal van kanker'. De geschriften van de Griekse redenaar Aelius Aristides, die in de tempel van God van geneeskunst Asklepios niet alleen genezing maar ook inzicht zocht. En onderzoeksrapporten die duidelijk maken dat ze in een catch 22 is beland: "Kanker maakt mensen dood, kanker behandelen ook, net als niet behandelen, en wat jij of ik of wie dan ook gelooft of voelt doet er hoegenaamd niet toe. Ik kan alle juiste ideeën aanhangen, zo deugdzaam zijn als wat en doen wat de boven mij geplaatsen voorschrijven, en toch aan borstkanker sterven; en ik kan louter foute ideeën aanhangen en foute dingen doen en toch blijven leven."
In haar slaapkamer, 'er is geen tragischer meubelstuk dan een bed', vindt Boyer uit dat in de geïndustrialiseerde wereld circa de helft van de bevolking kanker heeft of krijgt. Dat alleenstaande vrouwen er twee keer vaker aan sterven. Als ze gekleurd zijn, nog vaker. Dat kanker draait om geld. De aspecten die worden onderzocht en hopelijk verbeterd zijn die waar iets aan te verdienen valt. Het werk dat lof oogst, vindt plaats in laboratoria en in kantoren van ceo's, niet aan het bed, waar meestal vrouwen staan, vaak gekleurd en onderbetaald.
Wat is het probleem?
Voor je het weet ben je als patiënt onderdeel geworden van een industrie met uiterst dubieuze kanten. Voor je het weet mag je het daarna weer zelf uitzoeken. Misschien ben je 'gepromoveerd' tot hartpatiënt, misschien heb je blijvende geheugenproblemen, krijg je je oude energie nooit meer terug, of het gevoel in je handen, maar hé, je leeft nog, dus wat is het probleem?
Ik had Het ontsterven kort na verschijning in het Engels al gelezen, en nu weer in vertaling. Het pr-mechanisme rondom borstkanker feilloos illustrerend bleek ik na de eerste keer een aantal zaken te hebben verdrongen. Ik had wél onthouden dat Boyer uitermate snedig is. Dat ze er in slaagt haar ziekteproces weliswaar diep persoonlijk te beschrijven, maar niet alsof het haar persoonlijk is aangedaan.
Wat ik deels had weggestopt was haar onopgesmukte analyse van pijn. Als er een vloeistof in je loopt waarvan naar verluidt gemorste druppels dwars door linoleum heen branden. Als je nagels eraf vallen. Als geen pijnstiller meer werkt en je 'uit gehoorzaamheid jegens de medische stand en hoffelijkheid' naar je omgeving toch maar pijnstillers neemt. En de pijn als je iets meemaakt wat we dankzij corona nu ook in Nederland kennen: de drive-thru borstamputatie, waarbij je dezelfde avond weer naar huis moet. "Borstkanker is een ziekte die zich presenteert als een ontregelende vormkwestie," schrijft Boyer. Niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk, doordat de aandacht (en financiering!) zo hardnekkig gaat naar pruiken, protheses en andere manieren om de ziekte te verbergen. Zo is er in Boyers geval wel verzekeringsgeld voor implantaten, maar niet voor ziekteverlof. Dus staat ze met drainzakjes aan haar romp duizelig college te geven.
Bijna geruststellend
"Iedereen met kanker is te beschouwen als iemand die kanker heeft zodat jij het niet hoeft te hebben," zegt een eerlijke vriendin tegen Boyer. Daarom lijkt het voor sommigen bijna geruststellend om iemand, die het uiteraard wel overleeft, een tijdje geduldig maar moedig, en niet te opzichtig, te zien lijden. Dit boek breekt met die trend zonder door te slaan naar de andere kant. Uiteindelijk beschrijft Boyer haar eigen ellende niet om die te verwerken, maar om te laten zien hoe het die grote groep mensen die op oncologiefolders staan, stralend van 'multiraciale en alle leeftijden omspannende blijdschap,' werkelijk vergaat. En wat dat zegt over onze maatschappij.
Het gaat goed met Boyer. Ja, haar chemo heeft het milieu verwoest en haar lichaam verminkt, maar ze is er nog, en won inmiddels een Pulitzerprijs met Het ontsterven. Aan het eind van het boek geeft ze toe dat de hele episode haar ook iets gegeven heeft. De overtuiging dat sterfelijkheid een 'schitterend raamwerk' is. En: "Na mijn kanker vond mijn auteurschap dat het nu vrij baan had." Toch een overwinnaar.
Vert. Henny Corver, Atlas Contact; 272 blz. € 22,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.