Bonjour tristesse : roman
Françoise Sagan
Françoise Sagan (Auteur), Saskia Taggenbrock (Vertaler), Martine Woudt (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Meulenhoff, © 2020 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SAGA |
Marijke Arijs
i /un/06 j
Zodra een schrijver naar de andere wereld verkast, worden zijn laden ondersteboven gekeerd, en als de erfgenamen in geldnood zitten, wordt ieder kladje te gelde gemaakt. Toen Françoise Sagan in 2004 overleed, was ze de fiscus een miljoen euro schuldig. De schrijfster van Bonjour tristesse (1954) werd al geruime tijd opgejaagd door gerechtsdeurwaarders. Haar zoon probeerde de schuldenberg weg te werken door allerlei gelegenheidsteksten en heruitgaven op de lezer los te laten. Vorig jaar gaf Denis Westhoff de allerlaatste, onvoltooide roman van zijn moeder prijs aan het nageslacht en die is nu ook in het Nederlands vertaald.
De hoeken van het hart was met veel bombarie aangekondigd, maar ontketende geen 'literaire wervelstorm' , zoals de erfgenaam hoopte. De authenticiteit van de tekst werd zelfs in twijfel getrokken. Het manuscript wemelde van de doorhalingen en correcties. Westhoff had die gatenkaas enigszins gefatsoeneerd, maar er was, zo bleek achteraf, ook een rewriter aan te pas gekomen. Voor de fans was het hoe dan ook een blij weerzien met het mondaine wereldje waar de schrijfster het patent op had.
In deze postume roman wordt eens te meer een stel steenrijke flierefluiters ten tonele gevoerd. Vaders en zoons trekken naar het bordeel en schoonmoeders rotzooien met hun schoonzoons onder het oog van de onverstoorbare butler. De held is na een zwaar verkeersongeval onder de levenden teruggekeerd, want ook snelle auto's en ongelukken zijn een specialiteit van het huis. Sagan zelf ging in 1957 met haar Aston Martin over de kop en kon het amper navertellen. Hoe dan ook, sinds zijn verblijf in het ziekenhuis botert het niet meer tussen Ludovic en zijn vrouw. Het kreng kijkt neer op haar man, maar haar moeder blijkt niet ongevoelig voor zijn charmes. Zal Ludovic het geluk vinden, of zal de schoonmoeder haar jonge minnaar in de steek laten? We zullen het nooit weten, want de roman houdt op wanneer de beslissende scène begint.
Oneliners
Jammer, want we hebben hier met een ouderwetse, sfeervolle Sagan van doen. Toegegeven, het boek wordt ontsierd door fouten, onnauwkeurigheden en loodzware zinsconstructies, maar het ademt elegantie en cynisme. En er zijn weer die oneliners zoals alleen Sagan ze uit haar mouw wist te schudden. Zo vernemen we dat sommige artsen meer waarde hechten aan hun diagnose dan aan hun patiënt, dat kwaliteiten als gevoeligheid en goedheid hoog aangeschreven staan maar volstrekt nutteloos zijn voor een carrière, en dat lachen het beste wapen is tegen de heersende moraal.
Schandaal wekt Sagans werk al lang niet meer op. Geliefden die elkaar vousvoyeren en vrouwen die hun man zien als een wandelende levensverzekering, het ademt een bijzonder ouderwetse frivoliteit. Waar is de tijd dat een achttienjarige schrijfster de wereld kon choqueren met de seksuele strapatsen van een dochter en haar rokkenjagende vader? Dat de heldin van Bonjour tristesse haar aanstaande stiefmoeder tot zelfmoord drijft, vond de goegemeente minder stuitend dan het seksleven van het meisje, dat naar bed gaat met een jongeman zonder verliefd te zijn, zonder zwanger te worden en zonder moetje aan het eind.
Het 'charmante kleine monster', zoals collega François Mauriac de debutante noemde, werd er 5 miljoen Franse frank rijker van, die ze op advies van haar vader over de balk smeet. Ze kocht twee Jaguars, trakteerde haar moeder op een nertsmantel en verbraste de rest in Saint-Tropez.
Vriend Mitterrand
Na die explosieve bestseller, die zopas ook in het Nederlands werd heruitgegeven, schreef Sagan nog een heel oeuvre bij elkaar. In totaal verkocht ze zo'n 50 miljoen boeken, maar de schrijfster gedroeg zich als de mondaine levensgenieters uit haar werk en had een gigantisch gat in haar hand. Haar eeuwige geldperikelen, haar woelige privéleven en haar drank- en drugsmisbruik voorzagen de sensatiepers royaal van kopij. Twee echtscheidingen en een auto-ongeluk kregen haar niet klein, maar vanaf de jaren 80 ging het stevig bergaf. Na een zware hartaanval, een aanvaring met het gerecht wegens cocaïnebezit, een verplichte ontwenningskuur en een berg gokschulden verklaarde een sjofele Sagan in 2002 op tv dat ze aan de grond zat. In datzelfde jaar kreeg ze een veroordeling voor fraude aan haar broek, omdat ze vergeten was de 5 miljoen Franse frank aan te geven die ze van Elf-Aquitaine had gekregen voor haar lobbywerk bij haar goede vriend François Mitterrand.
Ook met Jean-Paul Sartre, dat andere icoon van het Franse culturele leven, kon ze uitstekend opschieten. Door de spontaniteit waarmee ze door het literaire leven dartelde, werd ze het embleem van een tijdperk van vrijheid, blijheid. Die era is definitief afgesloten, maar deze unvollendete, hoe onvolmaakt ook, voert ons nog één keer terug naar de zorgeloze dagen van weleer.
Vertaald door Saskia Taggenbrock en Martine Woudt, Meulenhoff, 208 blz., 20 €. Oorspronkelijke titel 'Les quatre coins du coeur'.
J. de Jager-v.d. Wijst
Na een ernstig auto-ongeluk en jarenlang in ziekenhuizen en psychiatrische instellingen verpleegd te zijn, komt Ludovic, nu 30 j., terug in Touraine in het monumentale huis La Cressonade waar hij met zijn familie woont. Zijn vader Henri is schatrijk en meedogenloos. Zijn eerste vrouw is overleden en hij is nu getrouwd met Sandra, ziekelijk en onaardig. Ludovic is getrouwd met Marie-Laure, maar die wil hem na zijn terugkomst niet in haar bed hebben. Philippe, broer van Sandra, nietsnut en klaploper komt regelmatig logeren. Henri is een vaste bezoeker van prostituees en zorgt dat Ludovic ook aan zijn trekken komt. Ludovic voelt zich na zijn terugkomst onzeker, eenzaam en onbegrepen. Als Fanny, de moeder van Marie-Laure, komt logeren om een groots feest te organiseren om de thuiskomst van Ludovic te vieren, vindt hij bij haar troost. In 2003 vindt Denis Westhoff, zoon van Sagan, dit niet voltooide manuscript bij de nalatenschap van zijn moeder (1935-2004) en besluit het uit te geven. De Franse recensenten zijn niet enthousiast. Iedereen leeft naast elkaar en niets wordt uitgewerkt. Sagan onwaardig.
Yolanda Entius
i /ul/25 j
Achttien is ze, u weet het vast nog wel, als Françoise Sagan in 1954 opzien baart met de roman 'Bonjour tristesse' waarin Cecile terugkijkt op die zomer aan de Côte d'Azur die een einde zou maken aan haar onschuld en haar luxe, onbekommerde puberleventje. Ze maakt kennis met een zekere droefheid die haar 'van de anderen gescheiden houdt'. Het boek stond en staat op menig boekenlijst, ook op de mijne, al herinner ik me er niet veel meer van, of louter de sfeer: het mondaine, cabriolets, eenzaamheid, aftastend kennismaken met de liefde en een zekere wereldvreemdheid.
We vinden het terug in 'De hoeken van het hart' die, een slordige twintig romans later, Sagans laatste zou worden. Voorzover wij dat kunnen weten althans. Want misschien waren het wel twee romans. Of moest het toch het scenario voor een speelfilm worden? Het was haar zoon, Denis Westhoff, die het manuscript in Sagans nalatenschap vond "slechts bijeengehouden door een plastic ringband - zo een die studenten voor hun scriptie gebruiken - en bestond uit twee delen: het eerste was 'De hoeken van het hart' en het tweede had als titel 'Het verslagen hart'". Die twee delen, het moet gezegd, verschillen aanzienlijk van elkaar. En om dan maar meteen met de deur in huis te vallen: het viel me zwaar me door die eerste hoofdstukken heen te worstelen.
Aanvankelijk dacht ik dat het louter aan de stroeve vertaling (én slordige redactie!) lag, maar na herlezing van Westhoffs inleiding vraag ik me af of dat tweede deel niet alleen beter vertaald - er staan twee vertalers op de rol: Saskia Taggenbrock en Martine Woudt - maar ook beter geschreven is. Westhoff heeft de roman 'voltooid' en het is de vraag hoe Sagan dat zelf zou hebben gedaan, áls ze het al zou hebben gedaan.
Het verhaal: drie jaar nadat Ludovic Cresson bij een auto-ongeluk ternauwernood aan de dood ontsnapt is, keert hij terug naar het landgoed van zijn vader Henri, bijgenaamd 'de gewiekste gier', en de sarcastische Sandra, diens huidige vrouw. Zijn eerste vrouw, Ludovics moeder, stierf in het kraambed. Spat het glazuur al van uw tanden?
Op het landgoed bevinden zich ook klap- en hoerenloper Philippe, Sandra's broer, en Ludovics vrouw Marie-Laure. Op de eerste pagina treffen we het echtpaar op een bankje, ieder op een hoek, voor het protserige landhuis. De smakeloosheid ervan laat ze koud. Lelijkheid, zo lezen we, "laat zich vaak makkelijker aanschouwen dan schoonheid en harmonie, die tijd kosten om te staven en te bewonderen. In elk geval leken Ludovic en zijn vrouw Marie-Laure volkomen onverschillig tegenover deze bouwkundige ratjetoe. Bovendien keken ze niet naar elkaar, ze negeerden hun huis en keken naar hun voeten. Hoe mooi hun schoenen ook zijn, mensen die niet naar een gezicht of een omgeving zoeken om hun ogen op te richten, hebben iets hulpbehoevends". Lelijk, ja.
Marie-Laure houdt niet van haar man (zomin als de rest van het gezelschap) en had maar wat graag de rol van rijke weduwe gespeeld, maar hij kwam dus terug, deze Ludovic, eerst uit het hospitaal en ten slotte uit het gekkenhuis. Omdat de artsen niet konden geloven dat de man genezen was, werd hij gek verklaard en ging van inrichting naar inrichting. Ten onrechte, want eenmaal gestopt met de medicatie blijkt hij ook geestelijk kerngezond, al gelooft niemand daar in.
Om wereldkundig te maken dat Ludovic toch normaal is, wordt er een groot feest gegeven en maakt ook weduwe Fanny, moeder van Marie-Laure, in het tweede en betere deel van de roman, zeg maar in 'Het verslagen hart', haar opwachting. Zij is de enige die ziet dat Ludovic weliswaar onvolwassen is en naïef maar, anders dan de rest van het gezelschap, verre van idioot.
Er ontstaat iets moois tussen Fanny en haar schoonzoon met een kus aan de piano. De volgende dag lijkt hij "in niets meer op de jonge, weerloze en gelukkige minnaar van de dag ervoor. Hij was weer teruggetrokken, wanhopig en plotseling volwassen, maar volwassen zoals verdriet volwassen kan maken, dat wil zeggen alsof je opgesloten zit in een hoek van de kamer, van het leven, met je rug naar de mogelijkheden van de toekomst; alleen, altijd alleen, hij was alleen. Gisteren had hij aan die eenzaamheid menen te ontsnappen, maar nu hij al aan haar gehecht was, had hij geen enkele tegenwoordigheid van geest meer." En zo keert Sagan terug naar het thema uit haar debuut: verdriet dat zowel volwassen maakt als eenzaam.
Als ook Henri, Ludovics vader, zijn oog op Fanny laat vallen, dreigt de roman zich tot (een bij vlagen amusante) komedie te ontpoppen met een plotselinge bijrol voor een hond. Gelukkig keren we terug naar Fanny en haar 'verboden' maar oprechte liefde. Na een lange liefdesnacht merkt ze dat Ludovic is vertrokken. Even is ze gekwetst omdat "hij haar had 'durven' verlaten. En daarin herkende ze, terwijl ze geeuwde en zich uitrekte, de bezitterige tekenen van de liefde. Ze herhaalde voor zichzelf: 'Wellicht, wellicht,' in een poging haar gevoelens te benoemen, maar ze voelde slechts welbehagen en de vermoeidheid van haar lichaam." Met dit soort beschrijvingen van de liefde wist Sagan me te nog te raken in deze grillige Unvollendete.
UIT 'De hoeken van het hart'
Ze kleedde zich met zeer veel zorg in een jurk waarvan ze wist dat die voor haar was gemaakt door een couturier die niet van vrouwen hield, maar dankzij deze jurk wel die indruk had kunnen wekken. Het stond haar echter tegen zich te wassen en daarmee, op de rand van een badkuip, de geur van haar minnaar vermengd met de hare prijs te geven. En toen ze de trap afliep om La Cressonnade aan het ontbijt te treffen, verbaasde noch bekommerde ze zich over de vele complimenten waarmee ze onthaald werd. Ze amuseerden haar eerder als iets wat vanzelf sprak. Ze lachte geen enkele maal vriendelijk naar Ludovic, die achter zijn stoel stond, gebronsd, bruin, rood, met grote ogen, zijn mond halfopen, zijn lichaam overhellend, zijn oogopslag weer monter onder haar blik.
Vert. S. Taggenbrock en M. Woudt Meulenhoff; 214 blz. € 20.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.