M. : de man van de voorzienigheid
Antonio Scurati
Antonio Scurati (Auteur), Jan van der Haar (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Podium, © 2019 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SCUR XXL |
Jarl Van Der Ploeg
em/ec/07 d
Het stinkt op straat en de mensen zijn gedemoraliseerd, arm en ontevreden. Vanwege de oorlog zijn de geldkisten leeg en de mensen die geen huizen, auto's, mijnen of landerijen bezitten, weigeren ze te vullen. Deze ellende is namelijk niet door hen veroorzaakt, maar door die verrotte 'politieke kaste', zoals een beroemd dichter ze omschrijft.
Maar dan staat er een man op die beterschap belooft. Een intelligent man, wellustig, emotioneel en impulsief, overtuigend in zijn redevoeringen. Hij is ruimhartig, intelligent, afgewogen. En ambitieus. Hij wil de eerste zijn en domineren. Hij is Benito Mussolini.
Er was de afgelopen maanden slechts één boek in Italië dat ertoe deed en dat was M. De zoon van de eeuw van Antonio Scurati: een ongekende bestseller die met een straatlengte voorsprong Italiës belangrijkste literaire prijs won, de Premio Strega.
Het vuistdikke M beschrijft minutieus de beginjaren (1919-1925) van 's werelds eerste fascistische dictatuur. Van de kleinste achterafzaaltjes waar de eerste Fasci di Combattimento worden opgericht en de eerste communistische stakingen in de Fiat-fabrieken, tot aan de moord op Giacomo Matteotti, de hevigste tegenstander van Mussolini.
"Geen enkel woord van Mussolini in mijn boek, geen enkel citaat, geen enkel personage, geen enkele gebeurtenis, heb ik verzonnen", verklaarde de schrijver achteraf. Hoe hij dat deed? Door alle beschikbare notulen van fascistische jaarvergaderingen door te nemen, alle krantenartikelen die Mussolini als journalist schreef, de liefdesbrieven die zijn tegenstanders naar hun vrouwen stuurden, de dagboeken van zijn naasten: Scurati las alles.
En hij gebruikte alles. Als hij dus een avond beschrijft waarop de partijtop zich ergert aan het drankgelag van enkele nieuwe leden - 'de knokploegen die aan die tafel zitten, kennen de namen van de ministers niet eens', laat Scurati iemand denken - dan heeft hij die zin niet zelf verzonnen, maar geparafraseerd uit een dagboekfragment van partijprominent Italo Balbo waarin op 25 februari 1922 staat: 'Het is opvallend dat mijn knokploegleden niet eens de namen van de demissionaire en zittende ministers kennen.'
Aan die stijl kleven nadelen - omdat er uit zijn privéleven weinig documenten beschikbaar zijn, is Mussolini's buitenechtelijke kind welgeteld één bijzin waard - maar vooral voordelen, want dichter bij een levensechte roman over de opkomst van het fascisme kun je niet komen. Juist doordat Scurati de onbegrijpelijke opmars van Mussolini zo waarheidsgetrouw beschrijft, wordt hij begrijpelijk.
Opeens begrijp je hoe het kan dat Mussolini zich ontwikkelt van een geroyeerd lid van de socialistische partij tot een van de grootste bloedhonden uit de wereldgeschiedenis, bewierookt door prominenten als Enzo Ferrari, Arturo Toscanini en zelfs de paus. Opeens snap je waarom de Amerikaanse ambassadeur in 1922 schrijft: 'Hier zijn we getuige van een mooie jongerenrevolutie. Ze is kleurrijk en vol enthousiasme. We amuseren ons enorm.'
Het is precies die lezersreactie - opeens begrijpen waarom Italianen vielen voor het fascisme - waardoor veel linkse intellectuelen in een kramp schoten bij het lezen van het boek. Bij alle voorgaande boeken over Mussolini droop de verontwaardiging van het papier, maar hier ontbreekt die moralistische filter, vonden zij. Waarom staat nergens expliciet vermeld dat Mussolini een monster is? Dat hij Italië naar de afgrond sleurde en miljoenen doden op zijn kerfstok had? Is het niet kwalijk dat Scurati nergens zégt dat Mussolini fout was? Juist nu, vinden de critici, in een tijd dat het taboe op het fascisme kleiner wordt, dient een schrijver ook expliciet te veroordelen.
Matteo Salvini
Nu kost het inderdaad weinig moeite om bij het lezen van M parallellen te trekken met modieuze politieke stromingen, ook omdat de voormannen van die stromingen vaak openlijk flirten met het fascisme. Zo gebruikt Matteo Salvini, leider van Italiës populairste partij, meermaals citaten van Il Duce in zijn toespraken. Er zijn nog altijd Italianen die ten onrechte geloven dat het fascisme pas ontspoorde toen de Duitsers zich ermee gingen bemoeien, en er zijn nog altijd politici die proberen daarvan gebruik te maken.
Maar het vreemde is: wie wil ontdekken hoe bruut en ranzig en wreed de fascisten zich ook al in het begin gedroegen, moet juist dit boek lezen. Bij elke pagina openbaart zich duidelijker het ware gezicht van de zwarthemden. Het geweld waarmee ze tekeergingen tegen vakbondslieden, de vechtpartijen, de moorden, de vrijheidsbeperkingen die leidden tot een nutteloos parlement - de kundige beschrijving ervan is meer dan genoeg om in te zien hoe fout het allemaal was. En is.
Podium, 856 p., 35 euro. Vertaald door Jan van der Haar.
Marijke Arijs
em/ov/15 n
Boeken over Mussolini komen ze in Italië niet tekort. Over de Duce zijn halve bibliotheken volgeschreven en vorig jaar werd daar nog een vuistdikke pil aan toegevoegd. M. De zoon van de eeuw van Antonio Scurati ging vlot over de toonbank, werd bekroond met de Premio Strega en was dé literaire sensatie van het jaar 2019. Een televisieserie is in de maak. Volgens de auteur hebben we hier met de allereerste roman over de Italiaanse dictator van doen, maar dat is bezijden de waarheid, want dit ondefinieerbare literaire object heeft meer van een veredeld geschiedenisboek. Een biografie is het al evenmin, niettegenstaande de titel. Mussolini opent de dans, maar daarna neemt een alwetende verteller het van hem over, en zijn eerste zesendertig levensjaren worden zelfs doodleuk overgeslagen. Het ging Scurati minder om de Duce dan om de tijdgeest waarin hij kon gedijen.
'Ieder afzonderlijk voorval of personage, iedere dialoog of rede in dit boek is historisch gedocumenteerd', meldt het colofon. Niets in M is aan de fantasie van de schrijver ontsproten. Zelfs de schaarse inlevingsoefeningen in zijn hoofdpersonage zijn op feiten gebaseerd. Scurati wilde de geschiedenis van het fascisme vertellen op een objectieve manier, 'zonder een politieke of ideologische filter'. Hij oordeelt niet, maar probeert de fascinatie die Mussolini uitoefende invoelbaar te maken zonder er zelf aan ten prooi te vallen. Een gevaarlijke evenwichtsoefening, die onvermijdelijk een zekere mate van empathie impliceert. Zijn originele aanpak heeft dan ook tot enige controverse geleid.
Mussolini's zweetvoeten
Het boek opent met de oprichting van de Fasci Italiani di Combattimento op 23 maart 1919 en eindigt vijf jaar en honderden dicht bedrukte bladzijden later met de speech waarmee de dictatuur werd ingeluid, op 3 januari 1925, kort na de moord op de socialistische leider Giacomo Matteotti. Het vertelt het verhaal van de pijlsnelle opmars van het fascisme, dat zich verspreidde als een besmettelijke ziekte. Er wordt vooral ingezoomd op de expedities van de fascistische knokploegen, hun moorden, vernielingen en brandstichtingen. Af en toe vangen we een glimp op van de mens Mussolini, van zijn bordeelbezoek, zijn maîtresses, zijn kanariegele schoenen en zijn zweetvoeten, maar Scurati's voorkeur gaat duidelijk uit naar de politicus, de draaikont die van bedriegen en bedreigen zijn handelsmerk maakte. Een onafzienbare sleep hoofdpersonages en figuranten passeren de revue, van de decadente estheet Gabriele D'Annunzio over Marinetti, de oprichter van het futurisme, tot Matteotti, een van Mussolini's meest fervente tegenstanders. De socialistische leider bleef de fascistische misdaden onvermoeibaar aan de kaak stellen en moest dat in 1924 met zijn leven bekopen.
Voor een sfeerbeeld van het Italië van de jaren twintig ben je bij Scurati aan het juiste adres. De machteloosheid van de traditionele politieke partijen en het schuldig verzuim van de koning worden flink in de verf gezet, net als de verpletterende verantwoordelijkheid van de socialisten. Die zouden het bedje van de zwarthemden hebben gespreid met hun algemene stakingen, hun onderlinge gebakkelei en hun straatgevechten. Als lezer word je helemaal ondergedompeld in de tijd van toen. Toch valt er op het resultaat een en ander af te dingen. De lange reeks korte hoofdstukjes is gestoffeerd met talloze passages uit krantenartikelen, brieven, telegrammen, politierapporten, toespraken en telefoongesprekken. Alsof de auteur last had van keuzestress, geen selectie kon maken en al zijn materiaal dan maar onverwerkt in de tekst heeft gepleurd. Onder zijn pen dijt de Mars op Rome uit tot een eindeloze slentergang. Bovendien vallen in de lawine aan feiten en gebeurtenissen een paar onnauwkeurigheden en anachronismen te rapen. Als we de verteller mogen geloven, werkten er in de Scala in 1846 elektromonteurs en beschikten ze op het Italiaanse Ministerie van Binnenlandse Zaken in 1922 al over telexapparaten. Premier Antonio Salandra, die Italië in de Eerste Wereldoorlog stortte, zou maar liefst 'zes miljoen doden' op zijn geweten hebben en bepaalde onverkwikkelijke gebeurtenissen blijven helemaal buiten beeld, zoals de gewetenloze manier waarop de Leider zich van zijn eerste vrouw ontdeed: dat Ida Dalser wordt weggezet als een mesjogge hysterica, is behoorlijk kort door de bocht.
Knokploegen
Een begenadigd romancier is Scurati ook al niet. Hij heeft niet de geringste moeite met knokploegleden die 'in de trein de maagsappen van hun overwinning kauwen' of veteranen die 'de geringste hijgerigheid inademen van gewoontegetrouwe handel', en draait zijn hand niet om voor draken van zinnen als: 'In de nachten van vernietiging zijn we op onze hurken in de kraters opgeschrikt door een epileptische extase.' Voor originaliteit en research verdient dit boek vier sterren, voor stijl daarentegen een schamele twee.
Het maakt het overdonderende succes van deze fascinerende, maar moeizaam lezende turf des te verontrustender. Is die hernieuwde interesse voor Mussolini een teken aan de wand, nu extreemrechts overal weer terrein wint? De Duce is een stukje onverteerd Italiaans verleden. Nogal wat Italianen vinden hem stiekem best een toffe peer, veel salonfähiger dan Hitler in elk geval. Zijn villa bij Rimini is een populaire trouwlocatie en zijn graf in Predappio is een drukbezocht bedevaartsoord. Eigenlijk liggen de parallellen tussen toen en nu voor het grijpen, maar Scurati trekt ze niet. Per slot, vindt hij, herhaalt de geschiedenis zich toch nooit op dezelfde manier.
M. De zoon van de eeuw bestrijkt amper vijf jaar. Dit monumentale bakbeest is pas het eerste deel van wat een buitengewoon lijvige trilogie moet worden. We hebben nog twintig jaar te gaan tot aan de dood van de dictator in april 1945. Dat zal nog veel geduld en doorzettingsvermogen vergen, zowel van de auteur als van de lezer.
Vertaald door Jan van der Haar, Podium, 848 blz., 35 € (e-boek 14,99 €) Oorspronkelijke titel: 'M. Il figlio del secolo'.
Jarl Van Der Ploeg
em/ov/16 n
Het stinkt op straat en de mensen die er rondstrompelen zijn gedemoraliseerd, teleurgesteld, arm en ontevreden. Vanwege de oorlog zijn de geldkisten leeg en de mensen die geen huizen, auto's, banken, mijnen, landerijen, fabrieken, bankbiljetten bezitten, weigeren ze te vullen. Deze ellende is namelijk niet door hen veroorzaakt, maar door die verrotte, stoffige, machtsbeluste 'politieke kaste', zoals een beroemd dichter ze omschrijft.
Maar dan staat er ineens een man op die beterschap belooft. Een intelligent man, wellustig van aard, emotioneel en impulsief, maar daarom ook betoverend en overtuigend in zijn redevoeringen. Hij is onbaatzuchtig, ruimhartig, intelligent, opmerkzaam, afgewogen, bedachtzaam, een goed kenner van de mens, van diens eigenschappen en tekortkomingen. Hij is zeer ambitieus. Hij wil de eerste zijn en domineren.
Hij is Benito Mussolini.
Er was de afgelopen maanden slechts één boek in Italië dat ertoe deed en dat was M - De zoon van de eeuw van Antonio Scurati: een ongekende bestseller die de belangrijkste literaire prijs van Italië, de Premio Strega, dit jaar won met een gigantische voorsprong op alle andere kandidaten.
M, met 856 pagina's een boek geschikt om gewicht mee te heffen, beschrijft op minutieuze wijze de beginjaren (1919-1925) van 's werelds eerste fascistische dictatuur. Van de allerkleinste achterafzaaltjes waar de eerste Fasci di Combattimento worden opgericht en de eerste communistische stakingen in de fabrieken van Fiat, tot aan de moord op Giacomo Matteotti, de meest uitgesproken tegenstander van Mussolini: altijd zit de lezer op de eerste rij.
'Geen enkel woord van Mussolini in mijn boek, geen enkel citaat, geen enkel personage, geen enkele gebeurtenis, heb ik verzonnen', verklaarde de schrijver achteraf. Hoe hij dat deed? Door alle beschikbare notulen van fascistische jaarvergaderingen door te nemen, net als alle krantenartikelen die Mussolini als journalist schreef, de liefdesbrieven die zijn tegenstanders naar hun vrouwen stuurden, de dagboeken van zijn naasten; Scurati las alles.
En hij gebruikte alles. Als hij daarom een avond beschrijft waarop de partijtop zich ergert aan het drankgelag van een aantal nieuwe leden - 'de knokploegen die aan die tafel zitten, kennen de namen van de ministers niet eens', laat Scurati iemand denken - dan heeft hij die zin niet zelf verzonnen, maar geparafraseerd uit een dagboekfragment van partijprominent Italo Balbo waarin op 25 februari 1922 staat: 'Het is opvallend dat mijn knokploegleden niet eens de namen van de demissionaire en zittende ministers kennen.'
Aan die stijl kleven nadelen - omdat er uit zijn privéleven weinig documenten beschikbaar zijn, is het buitenechtelijke kind dat Mussolini verwekte welgeteld één bijzin waard - maar vooral voordelen, want dichter bij een levensechte roman over de opkomst van het fascisme kun je niet komen. Juist doordat Scurati de onbegrijpelijke opmars van Mussolini zo waarheidsgetrouw beschrijft, wordt hij begrijpelijk.
Opeens begrijp je hoe het kan dat Mussolini zich ontwikkelt van een geroyeerd lid van de Italiaanse Socialistische Partij tot een van de grootste bloedhonden uit de wereldgeschiedenis, bewierookt door allerhande prominenten als Gabriele d'Annunzio, Enzo Ferrari, Arturo Toscanini en zelfs de paus. Opeens snap je waarom de Amerikaanse ambassadeur in 1922 schrijft: 'Hier zijn we getuige van een mooie jongerenrevolutie. Geen nood, ze is kleurrijk en vol enthousiasme. We amuseren ons enorm.'
Het is precies die lezersreactie - opeens begrijpen waarom Italianen een eeuw geleden vielen voor het fascisme in plaats van het genadeloos hard te veroordelen - waardoor veel linkse intellectuelen in een kramp schoten tijdens het lezen van het boek. Bij alle voorgaande romans over Mussolini droop de verontwaardiging immers netjes van de bladzijden, maar hier ontbreekt die moralistische filter, vonden zij. Want waarom staat nergens expliciet vermeld dat Mussolini een monster is? Waarom staat nergens dat hij Italië naar de afgrond sleurde en miljoenen doden op zijn kerfstok had? Is het niet kwalijk dat Scurati nergens zégt dat Mussolini fout was?
Ja, vinden die critici, want juist nu, in een tijd dat het taboe op het fascisme almaar kleiner wordt, is beschrijven alleen niet genoeg. Een schrijver dient ook expliciet te veroordelen.
Nu kost het inderdaad verdacht weinig moeite om tijdens het lezen van M parallellen te trekken met politieke stromingen die momenteel in de mode zijn, niet in de laatste plaats omdat de voormannen van die stromingen vaak openlijk flirten met het fascisme. Zo gebruikte Matteo Salvini, de leider van de populairste partij van Italië, al meermaals citaten van Il Duce tijdens zijn toespraken, immer gevolgd door een bulderend applaus. Er zijn nog altijd Italianen die ten onrechte geloven dat het fascisme pas ontspoorde toen de Duitsers zich ermee gingen bemoeien en er zijn nog altijd politici die proberen daarvan gebruik te maken.
Maar het vreemde is: wie wil ontdekken hoe bruut, wreed en ranzig de fascisten zich ook al in die begindagen gedroegen, moet juist dit boek van Scurati lezen. Want hoe meer bladzijden je omslaat, hoe duidelijker het ware, nare gezicht van de zwarthemden zich openbaart. Het nietsontziende geweld waarmee ze in de provincie tekeergingen tegen vakbondslieden, de vechtpartijen, de brandstichtingen, de verminkingen, de moorden, de Mars op Rome en de steeds verder gaande vrijheidsbeperkingen die uiteindelijk leidden tot een nutteloos parlement vol flets duldende vulling - de kundige beschrijving ervan is meer dan genoeg om in te zien hoe fout het allemaal was. En is.
****
Uit het Italiaans vertaald door Jan van der Haar. Podium; 856 pagina's; € 35.
Naar gegevens van M.M.C. Diemont
De winnaar van de Premio Strega 2019 – de belangrijkste Italiaanse literatuurprijs – is een documentaire roman over Benito Mussolini (1883-1945), die de periode 1919-1925 bestrijkt. De meer dan achthonderd pagina’s tellende roman - het eerste deel van een trilogie – lijkt bij vlagen autobiografisch en reconstrueert zeer nauwkeurig het leven van Mussolini als grondlegger van fascistisch Italië. Het verhaal is gebaseerd op uitgebreid historisch onderzoek en bestaat uit korte hoofdstukken die eindigen met een bijpassende originele bron. De auteur (1969) beschrijft zo op een levendige, verhalende en apolitieke wijze hoe Mussolini en zijn bondgenoten de Italianen na de Eerste Wereldoorlog voor zich winnen. Over Mussolini is veel geschreven, maar nooit eerder in de vorm van een roman. De auteur slaagt er bovendien in de verstreken tijd te overbruggen en parallellen te trekken met het heden. Dat is ook zijn streven: de roman is een bijdrage aan het antifascisme en een reactie op het opkomende neofascisme in Italië en het huidige politieke en sociale klimaat in het land.
Ronald De Rooy
em/ov/30 n
Op 28 oktober kwamen er drieduizend mensen samen in Predappio bij de crypte van Benito Mussolini. Hoewel de antifascistische grondwet uit 1948 het verbiedt, droegen veel aanwezigen zwarte T-shirts met fascistische leuzen, eerden ze Mussolini openlijk en brachten ze veelvuldig de fascistengroet. Ieder jaar wordt zo herdacht dat op 28 oktober 1922 de fascisten naar Rome marcheerden en de macht grepen.
Italië lijkt het de laatste jaren niet meer zo nauw te nemen met het grondwettelijke verbod op fascistische uitingen en politieke groeperingen. Het hele jaar door is Mussolini's graf een geliefde bestemming voor fascistoïde nostalgici en er zijn talrijke andere verschijningsvormen van oud en nieuw fascisme. Sommigen vrezen een herhaling van het zwarte verleden. Umberto Eco's invloedrijke essay over het eeuwige fascisme in de Italiaanse samenleving uit 1995 werd niet ontoevallig in 2017 opnieuw uitgegeven als pamflet.
De linkse politiek zoekt tevergeefs naar adequate antwoorden terwijl de rechterflank steeds openlijker flirt met neofascistisch gedachtengoed. In deze context publiceerde Antonio Scurati (1969) het lijvige eerste deel van zijn romantrilogie over het leven van Benito Mussolini. Tijdens het werk aan een vorige historische roman realiseerde Scurati zich opeens dat de persoon van Mussolini vaak als een taboe was vermeden. Bovendien hadden de Italiaanse cultuur en geschiedschrijving het fascisme altijd door een ideologische en gepolariseerde bril benaderd: hetzij verguisd, hetzij vergoelijkt en verheerlijkt.
Scurati's vertelperspectief in 'M.' is daarom opzettelijk neutraal. Niets is verzonnen, alles gedocumenteerd. Met een originele afwisseling van literatuur en historische bronnen werpt Scurati nieuw licht op een van de pijnlijkste hoofdstukken uit de Italiaanse geschiedenis. De literaire hoofdstukken, waarin telkens een ander personage centraal staat, worden gevolgd door bijbehorende citaten uit brieven, dagboeken, krantenartikelen, rapporten van geheime diensten, politieke toespraken en pamfletten. Zo kijken we letterlijk mee met de hoofdrolspelers van toen en beleven we hoe de geschiedenis zich van 1919 tot 1924 ontvouwt.
Op deze manier levert Scurati een belangrijke bijdrage aan het antifascisme dat in het huidige Italië dringend toe is aan vernieuwing: de kritische aandacht van instituties is verslapt, de goed-slechtretoriek is niet meer effectief en jongeren hebben überhaupt onvoldoende kennis van de geschiedenis.
Magistraal tekent Scurati in dit eerste deel de opkomst van Mussolini's fascisten in een context van diepe frustratie over de nasleep van de Eerste Wereldoorlog: "De gewonnen oorlog heeft in ieders bewustzijn de woede van de nederlaag achtergelaten." Italië's 'verminkte overwinning' heeft een groot deel van het land in schaamte en vernedering gedompeld. Voormalige elitetroepen worden na hun heldhaftige oorlogsdaden met de nek aangekeken. Ook culturele kopstukken wakkeren deze ontevredenheid aan. Filippo Tommaso Marinetti, oprichter van het futurisme, gooit geregeld olie op het vuur. Dandy en dichter des vaderlands Gabriele D'Annunzio bezette zelfs zestien maanden lang het stadje Fiume.
Maar uiteindelijk is het de voormalig socialist en marxist Benito Mussolini die de volkswoede politiek weet te kanaliseren en te verzilveren. Op 23 maart 1919 spreekt hij in Milaan voor het eerst zijn zwarthemden toe. Het zijn er krap honderd, maar zijn blik is dan al profetisch: "In deze halflege zaal ruik ik met verwijde neusvleugels de eeuw, dan strek ik mijn arm, zoek de energie van de menigte en weet dat mijn publiek er is."
Scurati graaft in Mussolini's politieke en journalistieke achtergrond, zijn persoonlijkheid en privéleven. Minder belicht worden zijn vrouw en gezin. Logisch, want als misogyne macho hechtte Mussolini meer belang aan minnaressen en prostituées. Zo had maîtresse Margherita Sarfatti ook een belangrijke rol bij Mussolini's politieke vorming. Terwijl Mussolini's ideologie niet verder reikte dan de verheerlijking van geweld, zag zij zijn politieke potentie en voedde hem met ideeën. Zij zag ook dat wrok en onderbuikgevoelens uiterst effectief waren in de politieke strijd: "Benito Mussolini, niemand anders, met dat gladde gezicht, die donkere, diepliggende krankzinnige ogen, die doelloze blik, met de mannelijkheid van dat volkse, schaamteloze lijf van een opgejaagd dier, hij zal aan deze eeuw de boodschap overbrengen dat het compromis tussen de goede manieren van de oude, buikige socialistische leiders en de woedende honger van de ondervoede massa heeft afgedaan."
En passant laat Scurati zien hoe revolutionair Mussolini's omgang met taal en media was. Zijn tijd ver vooruit, spreekt en schrijft de fascistenleider eenvoudige, directe en heldere taal, vaak in de eerste persoon. Emoties en pakkende slogans zijn z'n handelsmerk en deze zijn veel belangrijker dan de waarheid. Het is een van de vele keren dat we bij het lezen van 'M.' huiveringwekkende parallellen ontwaren met de populistische leiders van onze tijd.
Ook herkenbaar zijn de gezapigheid en besluiteloosheid van een verguisde politieke en intellectuele klasse die geen antwoord heeft op de wijdverbreide gevoelens van onbehagen en steeds populairder wordende antipolitieke bewegingen.
In de slotfase van dit eerste deel is een tragische hoofdrol weggelegd voor de beroemdste criticus van het prille fascisme, het socialistische parlementslid Giacomo Matteotti (1885-1924). Met de 'beestachtige moord' op deze dappere tegenstander belanden Mussolini en de fascisten in een politieke crisis. Tegelijkertijd misbruikt de amorele Mussolini de crisis voor politiek gewin. Terwijl hij het parlement schaamteloos staat voor te liegen ('Ik hoop dat afgevaardigde Matteotti snel weer naar het parlement kan komen'), kent hij "precies de plaats, afmetingen en afdekking van de kuil waarin het doorboorde lijk ligt van de man die hij snel hoopt terug te zien. Een vloek tegen de enige godheid die zo'n vloek niet vergeeft, de god van de doden."
Nadat Mussolini vervolgens in een afgeladen parlement 'de politieke, morele, historische verantwoordelijkheid' op zich heeft genomen en tot zijn eigen stomme verbazing van alle kanten bijval heeft geoogst, kruipt Scurati in de abjecte geest van zijn hoofdpersoon: "Moet je ze zien, moet je ze horen, ze snappen niet wat er gaande is. Noch de ene groep, noch de andere. Ze snappen niet wat ik ze aandoe." Hijzelf begrijpt het donders goed, hij is zowel slachtoffer als verlosser: "Niemand wilde het kruis van de macht op zich nemen. Dat doe ik."
'M.' is een schitterend en monumentaal boek. In eerste instantie voor Italië en de Italianen, maar vanwege de frappante overeenkomsten met vrijheidsbedreigende tendensen en populistische leiders van onze tijd strekt de waarde tot ver buiten de grenzen van Italië. Ondanks dat het romankarakter van 'M.' soms onder druk komt te staan door de vele historische bronnen is het dan ook te hopen dat veel Nederlandse lezers Scurati's experiment naar zijn grote waarde zullen weten te schatten.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.