Een kern van waarheid
Peter Buurman
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Das Mag Uitgevers, 2020 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : BUUR |
Marnix Verplancke
ua/an/15 j
Wanneer een inbreker in het huis dat hij aan het leegroven is opeens een man aantreft, schrikt hij zich een hoedje. Maar de man blijft er rustig bij. ‘Kun je me geen glaasje water brengen?’ vraagt hij, een verzoek waarop de inbreker, denkend dat dit toch niet meteen de juiste job is voor hem, enthousiast ingaat. De man zit daar al een tijd vast, zo blijkt, in zijn schrijverschap en zijn eenzaamheid, en de inbreker heeft hem bevrijd. ‘Zullen we samen een hapje gaan eten?’ stelt de inbreker voor en dus stappen ze op zijn scooter en rijden ze naar een pitabar, waar ze Id aantreffen, de pitabakker, die al net zo vastzit als de schrijver, maar dan achter de toonbank van zijn restaurant, waar hij met een soort scheerapparaat flinters vleeshomp van het spit raspt.
In een tweede verhaallijn van deze volstrekt originele debuutroman volgen we actrice Floor, die na zeven seizoenen de hoofdrol spelen in een succesrijke soap het wel wat gehad heeft met haar personage. Er zit geen evolutie in, meent ze, de vrijheid en de creativiteit ontbreken en acteren is stilaan een sleur geworden. Ze trekt het zich zo aan dat ze er niet meer van kan slapen, een slaapcoach opzoekt en stilaan de grens kwijtraakt tussen realiteit en droom. En dat ondanks de slaapcoach, zou je bijna zeggen, aangezien hij Floors dromen misschien al te veel van hun magische aura wil ontdoen.
Peter Buurman, redacteur van de satirische site De Speld en tekstschrijver voor het satirische tv-programma Zondag met Lubach , slaagt er met verve in deze twee verhaallijnen bij elkaar te brengen op de zaterdagnacht waarop het winteruur ingaat en de klok dus van drie naar twee wordt teruggedraaid, het gratis uur om zo te zeggen, of het uur van de waarheid. En die waarheid heeft veel met de vrijheid en creativiteit te maken die Floor zo mist in haar leven. Alleen wanneer we slapen en dromen kunnen we nog echt vrij zijn, geeft Buurman zijn lezers op vlotte, spitante en fantasierijke wijze mee. En dan nog, want we willen vandaag alles zozeer naar onze hand zetten, dat we ook die dromen hun vrijheid niet meer gunnen.
****
Das Mag, 224 blz., € 22,50.
Mirjam Scholten
Een onhandige inbreker stuit in een huis op een stoffige man die zijn bed niet uit kan. De inbreker wil wel helpen. Dan gaan ze per scooter de nacht in, op zoek naar eten, en trekken ze onder meer langs een grillroom met een slome medewerker en een nachtcafé met zombieachtige klanten. Een ander personage is een soapster, gevangen in een eindeloos lang script waar ze maar niet uitgeschreven wordt, die een veelpratende slaapcoach bezoekt. Vooral het begin is grappig. De inbreker heeft een vanuit zijn stiel logische denktrant. Dat mensen nu nooit eens rekening houden met zijn zware werk… Geleidelijk aan maakt de droogkomische absurditeit plaats voor gefilosofeer. Is slapeloosheid het probleem of is het andersom? Wie ben je zelf nog als je je aan de slaap overgeeft? Hoe goed geschreven het boek ook is, het lezen wordt gaandeweg een wat vage en daardoor minder boeiende ervaring. Wat is werkelijk? In dromen kan nu eenmaal alles. Toch een origineel debuut dat doet verlangen naar meer. De auteur (1992) werkt bij de satirische nieuwssite De Speld.
Yolanda Entius
ru/eb/08 f
Een man wordt wakker maar weet nog niet wie hij is, 'flarden van zijn dromen vervaagden terwijl hij ze probeerde te bekijken'. Als hij uit bed wil stappen merkt hij dat hij vast zit, 'alsof hij met touwen aan zijn bed gebonden was'. Zo opent Peter Buurman (medemaker van satirisch online magazine De Speld en Boeken FM) zijn debuutroman. In 'Een goede nachtrust' volgen we vier nachtbrakers op hun roadtrip door de stad in een nacht die, omdat het wintertijd wordt, extra lang zal duren.
De man blijkt een schrijver te zijn die niet meer schrijft want 'het gaat niet om de woorden, het gaat om het idee.' Wat heeft hij er aan zijn ideeën op te schrijven? 'Ik voel het toch al?' Na dat inzicht besluit hij om elke handeling te staken: koffiezetten, ontbijten, douchen, scheren... Hij blijft in bed liggen, in die sluimertoestand tussen slapen en waken. "Daar wilde ik blijven, tussen die werelden in, waar mijn ideeën werkelijk vrij konden zijn. Dat kan niet op papier. Dat kan alleen in bed." Zo zal hij later verklaren aan 'De inbreker' die hem van zijn bed licht door dat virtuele touw waarmee hij vast zit los te maken.
In 'die prettige chaos van onsamenhangende beelden waarin alles nog alles kan zijn' neemt Buurman , ons mee - óp papier uiteraard en mét woorden die zich onbekommerd aaneenrijgen tot een onstuimige roman. Een verhaal dat het eerder van de beelden en de ideeën moet hebben, dan van de taal. Een groot stylist is Buurman niet: omslachtig soms, slordig vaak - gruis dat zweeft, 'apotheker' waar 'apotheek' bedoeld wordt, een hondje klein genoeg om 'over het hoofd te zien'; dat soort dingen - en de redactie heeft iets te vaak zitten slapen.
Maar om de woorden zal het Buurman, net als zijn schrijverspersonage, wel niet te doen zijn. De drang om aan de (roman)conventie, en de werkelijkheid te ontsnappen lijkt groter dan de noodzaak te polijsten. Loskomen, daar draait het om in dit verhaal. Buurmans personages zitten stuk voor stuk vast in hun 'rol' en grijpen deze nacht aan - dit verhaal, deze droom - om uit te breken.
In de eerste hoofdstukken deed de roman me aan een strip denken. Alsof Dick Matena nu al aan het tekenen was geslagen. De inbreker neemt de oude schrijver achterop zijn scooter mee de stad in. "Samen gleden ze door de mist, tot die optrok, verdween, en ze plotseling omringd werden door onbekende hoogbouw. Neonlichten langs de dakranden veranderden van kleur. In de nacht brandde slechts achter enkele ramen nog licht, hoog tegen de donkerblauwe lucht vormden ze figuren." Met dit soort beelden trok Buurman me over de streep. Maar als we krijgen uitgelegd hoe de inbreker in zijn vak verzeild is geraakt - via een bedrijfje in 'licenties' voor mensen die zich bezighouden met 'het uitwisselen van bezit' - verlaat Buurman het hier en nu van de droom en stappen we in de realiteit. "Vroeger vond je nog weleens een smak geld bij mensen thuis", zegt ene Koert die onze inbreker de kneepjes van het vak heeft geleerd. "Tegenwoordig is alles pin. Zijn wij de dupe van." Dan wordt Buurmans beeldroman een studentikoze sketch, en maakt Matena plaats voor meligheid die aan mij niet was besteed.
In hun nachtelijke tocht komen 'de man' en 'de inbreker' in aanraking met Id, die een shoarmatent runt, waar hij naar de constante herhaling kijkt van een soap waarin ene Floor de hoofdrol speelt. De soapactrice lijdt aan slapeloosheid. Ze kan wel in slaap vallen, wat zoiets is als acteren - 'om in slaap te vallen moet je eerst doen alsof' - maar zodra ze écht in slaap is, 'de slapende versie van zichzelf', lukt het haar niet om in die rol te blijven. Overdag wil ze juist áf van haar rol, die van het personage Floor dat in een soap speelt over het maken van een soap en daarmee op wil houden... Het is dit oneindige Droste perspectief waaruit ze iedere nacht ontwaakt. Deze nacht doet ze een ultieme poging zich hieruit te bevrijden.
Rond die tijd, die extra lange klok van twee, komen de verhaallijnen van Id, Floor, en 'de man' en 'de inbreker' samen. We bevinden ons dan in de kieren van Buurmans kantelende universum, waarin shoarma-verkopers gaan zweven, inbrekers uitbrekers zijn, en schrijvers gevaarlijk heten omdat ze de wereld van hun vrijheid zouden beroven, want 'mensen zijn vloeibaar' en als je over ze schrijft komen ze 'vast te zitten'. Dat is zo.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.