Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2019 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : WALK |
Besprekingen
Een bestseller schrijf je in de cel
Marnix Verplancke
ua/an/26 j
'Soms voel ik me schuldig vanwege de hond. We hadden gezegd: we nemen een hond en dan zijn we geen junks meer. Dus namen we een hond. Maar we bleven junks. En nu zijn we junks met een hond.'
De verteller uit Nico Walkers debuutroman Cherry en zijn vriendin Emily leven van het ene heroïneshot naar het andere. Ze beleven hun grote junkromance en beseffen dat er ooit een einde aan hun verhaal zal komen. Hun verslaving kost immers veel geld. Geld dat de verteller bij elkaar probeert te schrapen door op knullige wijze banken te overvallen. Dat kan negen keer lukken, maar de tiende is fataal en dan ben je gezien.
Het begon nochtans zo mooi, met een jongen die de gefnuikte ambities van zijn ouders moest waarmaken en naar de universiteit zou gaan, en met de begaafde dochter van een tandarts die geen enkele moeite zou mogen hebben met haar studie. Maar niets daarvan kwam uit, aangezien de jongen vooral dealde en hij het meisje meetrok in zijn neergang. 'Het was niet zo dat ik slecht was of zo', lezen we in Cherry. 'Ik viel niemand lastig; ik at niet eens vlees.' Het is een voorbeeld van de typische onderkoelde, soms cynische humor van de naamloze verteller uit Cherry.
Versmolten met het dashboard
Die naamloze verteller is natuurlijk de auteur zelf, Nico Walker. Want ook al staat vooraan in het boek dat alles verzonnen is, in interviews heeft Walker al meermaals toegegeven dat zijn roman tot op grote hoogte op zijn eigen leven is gebaseerd. Die interviews zijn trouwens steevast in de gevangenis afgenomen, aangezien de schrijver daar nog minstens een jaartje van zijn straf moet uitzitten voor de bankovervallen die hij pleegde.
Ook al had Walker aan de universiteit overduidelijk het rechte pad al verlaten, hij raakte het spoor pas helemaal bijster toen hij besloot hospik te worden in het Amerikaanse leger. Hij zag het als een avontuur dat hem van de straat zou houden en ook nog eens geld zou opbrengen. Alleen had hij zijn moment beter kunnen kiezen. In 2005 zat Amerika tot over de oren in een hopeloze Irak-oorlog en na zijn opleiding zou die zijn lot worden. Die opleiding bestond vooral uit heel veel geroep en getier, schrijft hij, en uit het eindeloos uitvoeren van push- en sit-ups. 'Als alle oorlogen beslist zouden worden op grond van de hoeveelheid push-ups en geleuter, dan zou Amerika nooit verliezen', schrijft Walker, al moet hij bekennen dat ze ook wel leerden hoe een been of arm af te binden. En ze kregen beelden te zien, bijna dagelijks, van verminkte lijken, losgeslagen ledematen en om hulp schreeuwende mensen, zodat ze konden wennen aan wat hen wachtte.
Maar de realiteit overtrof alles. Walker arriveerde in Irak in de lente van 2005. Het was zijn taak om mee te gaan op missies van de infanterie en de eventuele gewonden te verzorgen. Op stille momenten werd hij ook verondersteld sociale missies uit te voeren en de lokale bevolking te helpen, wat hij ook deed, ook al had hij niet veel anders ter beschikking dan pijnstillers.
Een cherry is een groentje, en Walker was al gauw cherry af. Het Iraakse verzet maakte immers gretig gebruik van ingegraven drukplaten verbonden aan een lading explosieven. Wanneer een Amerikaanse humvee over zo'n plaat reed, ging het voertuig de lucht in, met in het beste geval alleen enkele gewonden als gevolg. Meestal was het erger.
Walker beschrijft op plastische wijze hoe bewusteloze militairen in hun brandende voertuig versmelten met hun dashboard en stuur, of indien nog bij bewustzijn, gewond raken door de munitie die door de hitte spontaan afgaat. Wanneer zijn maat Rogers verkoold achter het stuur van zijn humvee vandaan is gehaald, wijst iemand Walker erop dat er nog wat achtergebleven is in het verhakkelde voertuig. En inderdaad, hij ziet een spoor van Rogers gesmolten lichaamsvet over de restanten van diens stoel lopen. Met zijn vingers schraapt hij het er zorgvuldig vanaf, maakt er een bolletje van en gooit het in de rivier.
De oorlog in Irak was een vuile oorlog, waarbij Amerikaanse soldaten na hun dood 'naar het internet gingen, want daar gaan mensen tegenwoordig naartoe als ze sterven', en er van echte gevechten amper sprake was. Walker moest vooral mee bij het instampen van deuren en het doorzoeken van huizen van Iraakse burgers, op zoek naar explosieven en ontstekingsmechanismen, maar niet naar AK-47's, want die mochten ze wettelijk in huis hebben. Steevast treffen ze hetzelfde aan: kinderen, vrouwen en bejaarden, en net zo steevast lokken ze met hun geweld dezelfde reacties uit: woede, afkeer en wraakzucht.
Soms gaat het helemaal fout, zoals die keer dat ze midden in de nacht een naakte man van zijn bed lichten en deze zich zwaar verzet. De hadji wordt uiteindelijk gedood, waarna er een strijd ontstaat om de lijkzak waarin hij zit en waarbij zelfs rookbommen en Apache-helikopters worden ingezet. Het zou grappig zijn als het fictie was, maar je voelt aan je theewater dat Walker hier de tragische realiteit beschrijft.
Blutsmuts
Aan de binnenkant van zijn 'blutsmuts', zoals de soldaten hun helm noemen, heeft Walker een honkbalkaartje van Herman Thompson gekleefd. Wanneer een van zijn makkers hem vraagt waarom, legt hij uit dat Emily als kind verliefd was op die speler en dat ze hem geplaagd had dat als hij zou sneuvelen in Irak ze het met hem zou aanleggen. 'Het is een herinnering dat ik hier absoluut moet overleven', legt hij uit.
Net voor hij naar Irak vertrok, zijn Emily en hij getrouwd, zodat hij meer soldij en zij een ziekteverzekering zou krijgen. Walker is er echter van overtuigd dat ze hem met andere mannen bedriegt. De weinige keren dat hij haar kan bellen, gaat hij dan ook bijzonder paranoïde tekeer, waardoor hij haar steeds verder van zich afduwt.
Die paranoia zou best wel eens het gevolg kunnen zijn van Irak, besef je als lezer. Wanneer de zomer achter de rug is, beseffen Walker en zijn kompanen dat het allemaal tevergeefs is. Ze zitten in een oorlog die geen oorlog mag zijn en die ze alleen maar kunnen verliezen. En het geweld hakt natuurlijk ook flink op hen in. Sommigen geven zich over aan de spacecake die hun familie hen opstuurt. Daar bovenop komt nog een flinke dosis pillen en zodra die achter de kiezen zijn, wordt naar de perslucht gegrepen.
Maakt niet uit wat het is, als het je maar van de wereld helpt. Anderen reageren zich af door snuffmovies te maken met muizen in de hoofdrol. Die worden dan levend in brand gestoken, de poten en de kop afgeknipt met een tang of gekruisigd aan ijslollystokjes en vervolgens levend van hun ingewanden ontdaan. Wanneer de soldaten nadien die films bekijken, gaan ze keer op keer uit de bol.
Kiezen voor snel geluk
"De Midwest, en bij uitbreiding Amerika, kampt met een groot spirituele leegte", verklaarde Walker onlangs in een interview het huizenhoge opioïdenprobleem waarmee zijn land kampt. "Mensen voelen zich niet langer gewaardeerd en hebben geen doel meer in het leven. Daarom kiezen ze voor het snelle geluk dat drugs hen verschaffen, vaak met de dood als gevolg."
In 2017 maakten opioïden in de VS 72.000 slachtoffers, met een absolute top in de Midwest, waarvan Cleveland - waar Walker geboren en getogen is - het centrum vormt. Het hoeft dus niet te verbazen welke weg hij opging zodra hij terug was uit Irak.
Eerst zat hij nog een paar maanden in een kazerne met zijn oorlogstrauma te worstelen, waarbij hij iedere avond twee flessen gin dronk. 'Ik scheet bloed. Ik ruftte bloed. Ik trok me af in wc-hokjes en voelde me niet zo goed', vat hij zijn leven bondig samen. Eens terug in het burgerleven volgde meteen een echtscheiding van Emily, waarna ze een tijd later en allebei verslaafd aan heroïne elkaar toch weer vonden en gingen samenwonen. Ze wisten dat ze elkaar in een hels tempo om zeep aan het helpen waren, net zoals ze wisten dat hun verslaving uiteindelijk tot misdaad zou leiden. 'Niemand gaat zomaar een bank overvallen', schrijft Walker. 'Dat doe je alleen wanneer je geen kant meer op kunt.'
Cherry heeft in de VS een heuse cultstatus bereikt, en dat niet alleen omwille van het rauwe cynisme dat van tussen de bladzijden drupt. Door zich te wentelen in zijn Amerikaanse nachtmerrie heeft Walker de vinger op de wonde gelegd, beseffen velen. Er is iets grondig mis met een land dat zijn burgers oproept trotse patriotten te zijn en hen vervolgens koudweg in de steek laat. En dat niet altijd uit kwade wil, maar eerder uit onkunde.
Net zoals het leger in Irak oude tactieken toepaste in nieuwe situaties, en daardoor hopeloos faalde, zo lijkt de Amerikaanse politiek oude diplomatieke tactieken toe te passen in een drastisch veranderde wereld en net zozeer te falen. En het jammere is dat altijd dezelfden daarvan het slachtoffer zijn.
War on drugs
Roderik Six
ua/an/09 j
‘De lichamen waren onherkenbaar verbrand. Gestold lichaamsvet plakte in slierten aan de stoelen. Al hun penissen afgefikt. Ingewanden puilden uit de buikholtes – de darmen zo heet dat mijn latexhandschoenen smolten toen ik de uitstulpende brij aanraakte. Er waren geen gezichten meer, enkel ogen, ogen vol verschrikking. Het was de hel. It was moral anti-gravity .’ Aan het woord: Nico Walker, een Irakveteraan die tussen 2005 en 2006 maar liefst 250 gevechtsmissies uitvoerde in de beruchte ‘Triangle of Death’ ten zuiden van Bagdad. Van opleiding was hij hospik maar door het gebrek aan manschappen kreeg ook hij een M16 in de handen gedrukt en ging hij dagelijks op pad in een humvee, patrouillerend over zandwegen die bezaaid lagen met IED’s, geïmproviseerde bommen die elk pantser aan flarden rijten.
Tijdens zijn dienst werd Nico Walker zeven keer gedecoreerd, nu zit hij in de gevangenis: in 2012 werd hij veroordeeld tot elf jaar cel voor een serie bankovervallen waarmee hij zijn heroïneverslaving probeerde te financieren.
Na een portret op Buzzfeed werd Walker gecontacteerd door een uitgever die hem aanmaande zijn levensverhaal op papier te zetten. Vier jaar lang ramde Walker op een typemachine, hard labeur dat resulteerde in Cherry , een semifictionele roman die prompt de bestsellerlijsten haalde.
En terecht, want Cherry overstijgt de klassieke oorlogsroman door de laag-bij-de-grondse aanpak. Wars van alle patriottisme beschrijft Walker de monotone gruwel van de oorlog en hoe dagelijks geweld op de menselijke geest inbeukt. Cherry hangt aaneen van de onthutsende scenes die afstompend werken: net als de soldaten kijk je na een tijd niet meer op van foltering en opengereten lichamen. Dagelijkse kost in het zanderige slachthuis dat Irak heet.
Het verbaast dan ook niet dat Walker na zijn tour of duty zijn posttraumatische stress probeerde te verlichten met opiaten en verslingerd raakte aan heroïne. Ook dat junkieverslag is doorspekt met saaiheid en geweld. Shot zetten, ziek worden, de jacht op een nieuwe gram, afgezet worden door dealers, geld scoren via knullige bankovervallen, ontstoken aders, de occasionele high, kots, pis, diarree: Walker verbloemt niets.
Cherry leest als een etterende wonde én als een opgestoken middelvinger naar de Amerikaanse overheid die jongeren als kanonnenvlees richting zinloze oorlogen stuurt en hen nadien aan hun lot overlaat.
***
De Bezige Bij (oorspronkelijke titel: Cherry), 336 blz., € 19,99.
L. Torn
Autobiografische roman over een Amerikaanse student die in een impulsieve bui tekent voor het leger. In 2005 wordt hij uitgezonden naar Irak, waar hij als verpleegkundige 250 missies uitvoert. Met onderscheidingen voor moedig gedrag en een oorlogstrauma neemt hij ontslag uit het leger, waarna hij met zijn vriendin verslaafd raakt aan heroïne. Hij gaat banken overvallen om aan geld te komen. Hiervoor zit hij inmiddels al zeven jaar in de gevangenis. Daar tikte Nico Walker zijn rauwe debuut op een oude typemachine. Het boek toont de grimmige kanten van de Amerikaanse samenleving. Het begint als een macho verteld liefdesverhaal, gaat verder als oorlogsroman en strandt in de uitzichtloosheid van verslaving en criminaliteit. Sterk punt van de roman is de robuuste, emotioneel onderkoelde stijl die wordt vergeleken met die van Ernest Hemingway. Heftig zijn de beschrijvingen van oorlogsgeweld (inclusief oorlogswonden) en de ontluistering van een heroïneverslaving. Cherry is slang voor 'maagd' in het leger: een soldaat zonder ervaring. Het seksistische en racistische taalgebruik doet erg Amerikaans aan.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.