Joe Speedboot : roman
Tommy Wieringa
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
2 items aanwezig |
New Book Collective, © 2019 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : WIER |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
New Book Collective, © 2019 |
VOLWASSENEN : ROMANS : WIER |
Jozefien Van Beek
ru/eb/15 f
De moeder van Tommy Wieringa is alomtegenwoordig in heel zijn oeuvre; ze zit in bijna al zijn boeken, in meer of minder versluierde vorm. In Joe Speedboot duikt ze op met Papa Afrika, haar derde man, Caesarion schreef Wieringa om zijn moeder een belangrijk inzicht in zichzelf te geven en in De heilige Rita schittert ze door afwezigheid. Vier jaar na haar dood schrijft Wieringa voor het eerst een boek over zijn moeder zonder zich achter fictie te verschuilen.
Op de cover van Dit is mijn moeder zien we een foto van de kleine blonde Tommy in een zonnige tuin op Aruba, waar hij zijn kinderjaren doorbracht. Naast hem staat zijn moeder, wier gezicht vervaagd is. Door de zon, de ouderdom van de foto of het werk van een slimme vormgever - dat is onduidelijk - maar het lijkt symbolisch: alsof ze er toen al niet helemaal was. En zo was het ook: Lia Wiersema (1942-2015) was een product van de hippietijd en dus leefde ze vooral voor zichzelf. Ze verkoos haar vrijheden boven haar verantwoordelijkheden. 'Pippi Langkous with a vengeance', schrijft Wieringa.
Heel zijn leven waren Wieringa en zijn moeder als water en vuur. Twee natuurkrachten die elkaar aantrokken en afstootten. Na een extreem symbiotische kindertijd koos de twaalfjarige Wieringa er na de scheiding van zijn ouders voor om bij zijn vader te gaan wonen. Laatste grote strijdpunt tussen moeder en zoon: de behandelwijze van haar borstkanker. Zij stelt haar vertrouwen volledig in de alternatieve geneeskunde - 'Zij is geabonneerd op Wat artsen je niet vertellen, ik op een ochtend- en een avondblad waar volgens haar alleen maar leugens in staan' - en zal overlijden aan iets wat makkelijk te genezen was geweest. 'Sinds haar overlijden leven we in vrede', schrijft Wieringa in het voorwoord.
Ondankbare patiënt
Voor Dit zijn de namen ontving Tommy Wieringa de Libris Literatuurprijs en De heilige Rita werd bekroond door de lezers én de jury van de BookSpot Literatuurprijs. Om maar te zeggen: hij kan schrijven. Maar in zijn fictie lijkt dat toch sterker naar boven te komen dan in deze verzameling korte non-fictiefragmentjes. Dit is mijn moeder voelt een beetje aan als een tussendoortje. Je voelt aan alles dat hij dit boek moést schrijven, maar zijn moeder - zo belangrijk in zijn leven - had qua hommage misschien meer verdiend.
In de ontroerende korte documentaire Mijn moeder en ik van de Nederlandse journalist Frénk van der Linden zien we Wieringa en zijn moeder. De strijd én de liefde tussen moeder en zoon zijn voelbaar, misschien wel meer dan in zijn boek. Al is Wieringa in Dit is mijn moeder zoals immer scherp en humoristisch. Eén voorbeeld: 'Ze is de ondankbaarste patiënt ter wereld. Alles wat je voor haar doet had ze liever zelf gedaan. Beter bovendien.'
In eigen beheer, 160 blz., 17,99 €
Arjan Peters
ru/eb/09 f
Zij woonde boven de zaak. Een flamboyante vrouw die hield van spulletjes, die zich hulde in kleurrijke gewaden, en die een aanhanger was van allerhande alternatieve zienswijzen. Drie keer getrouwd, zeer eigenwijs, en toen ze kanker kreeg de regisseur van haar eigen langgerekte levenseinde.
Een grillige persoonlijkheid. Het met fotootjes verluchte Dit is mijn moeder, een nogal besliste titel voor een verzameling korte stukken die vaak niet verder reiken dan een anekdote of schets, kenmerkt zich door een zekere schroomvalligheid, opvallend voor een auteur die niet bekend staat als aarzelaar. Misschien is Wieringa, in deze eerste jaren na het overlijden van zijn moeder, nog niet toe aan het grote boek over haar, dat ook de confrontatie met haar en zichzelf zou zijn - iets anders dan de weergave van enkele niet bijster snijdende twistgesprekjes, die veeleer liefdevolle kibbelarijen zijn.
Op zijn 12de verdween zij uit zijn nabijheid door te scheiden van haar man, waarna zoon Tommy liever bij zijn vader bleef. Als hij na haar dood in een kerk een (elektrisch) kaarsje voor haar brandt en aan haar denkt, komt het hem ineens vreemd voor dat er geen hiernamaals zou bestaan waar zij kalm naar zijn woorden luisterde. 'Religiositeit lijkt me soms een natuurtoestand, slordig verborgen onder het agnostische oppervlak, dat aangeleerd en broos is.' Zoiets vraagt om een toelichting - er nog van afgezien dat een 'aangeleerd oppervlak' niet zorgvuldig geformuleerd is.
Daar is Wieringa vaker op te betrappen. Twee stoplappen in één alinea ('er kwam geen einde aan', en 'niets was aan het toeval overgelaten'), dat zijn we niet van hem gewend. Je voelt dat er veel warmte is geweest tussen moeder en zoon, met name in de vroege gezamenlijke jaren op Aruba, je begrijpt zijn latere huiver voor haar 'metafysische verslaving'. Haar aftakeling en de ontmanteling van haar uitbundige nalatenschap zijn secuur en beeldend beschreven. Maar het is net of Wieringa, die zijn moeder 'moeder' placht te noemen, om haar heen draait. Er blijft afstand.
In haar winkeltje verkocht zij naast haar 'malle handel' ook zijn boeken. Hij kwam er niet vaak.
***
160 pagina's; € 17,99.
Margot Kennis
ua/an/29 j
Sinds Tom Lanoye in 2009 zijn moeder een papieren monument heeft gegeven met ‘Sprakeloos’, lijkt er een markt ontstaan voor zogenaamde moederboeken. Auteurs beginnen in de regel pas aan zo’n project als hun moeder al even in het graf ligt, zodat zij zich niet meer kan opwinden over het al dan niet flatterende beeld dat de schrijvende zoon van haar schetst – zoals Arnon Grunberg met ‘Moedervlekken’, Adriaan van Dis met ‘Ik kom terug’ en nu ook Tommy Wieringa met ‘Dit is mijn moeder’. De moeders in die postume odes bleken zelden van het bedeesde, teruggetrokken soort: ze rolden als een pletwals door het leven van hun zonen, die van de weeromstuit zélf een gezonde hang naar aandacht ontwikkelden. Lia Wiersema, het hoofdpersonage van ‘Dit is mijn moeder’, past perfect in dat rijtje van charismatische, onontkoombare moeders: ‘Mijn moeder was een volmaakt kind van de generatie ’68 – egocentrisch en zonder talent voor gehoorzaamheid. Ze schiep met harde hand ruimte om zich heen, autonome ruimte die ze rücksichtslos verdedigde, zo nodig ten koste van de ruimte van een ander.’ Elders noemt Wieringa zijn moeder een ‘Pippi Langkous with a vengeance’: een vrouw wier grootste kwaliteiten – haar vrijgevochtenheid, excentriciteit en eigenzinnigheid – ook haar neergang zouden inluiden, of toch minstens bespoedigen. Wieringa verloor zijn moeder eind 2015. In de Nederlandse miniserie ‘Mijn moeder en ik’ sprak hij een klein jaar eerder over zijn terminaal zieke moeder.
In zijn ogen was toen al de radeloze woede te lezen over haar nakende einde, dat ze zelf had versneld: haar kanker had ongehinderd kunnen woekeren omdat ze voor de behandeling te lang had vertrouwd op ‘charlatans die ozontherapie, hyperthermie, (…) goudpleisters en engelentherapie aanboden’. Ook in ‘Dit is mijn moeder’ voelt het verdriet van Wieringa nog vers aan, al liep hun relatie jarenlang niet over rozen. Wieringa groeide met zijn ouders op in het paradijselijke Aruba, waar zijn moeder in achtenzestigerstijl de geneugten van de vrije liefde ontdekte. Terug in Nederland vroeg ze de scheiding aan, waarop de 11-jarige Tommy radicaal de kant van zijn vader koos. De volgende 25 jaar zouden moeder en zoon op gespannen voet leven, en pas in het laatste decennium weer toenadering zoeken.
Die verhouding kleurt ook ‘Dit is mijn moeder’: het is geen afgeronde biogra?e, maar een schijnbaar willekeurige verzameling verhalen, cursie es en overpeinzingen waarin zijn moeder nu weer een hoofdrol, dan weer een bijrol speelt. Hij kijkt meestal naar haar vanuit een ooghoek, wanneer ze de as van een overleden oom uitstrooit of poedelnaakt in het raamkozijn van haar slaapkamer zit. Zijn mooiste liefdesbrief aan haar is ‘Suez’, waarin Wieringa zijn moeder wél vol in de ogen durft te kijken. Ook ‘Amazone’, over de fouten die elke ouder keer op keer maakt, is zo’n pareltje. Het grootste deel van het boek speelt zich af aan haar sterfbed: de 67 pillen die ze dagelijks slikt, de groeiende kwetsbaarheid, het krimpende leven. De nuchtere zoon en de zweverige moeder blijven tot het bittere einde met elkaar bekvechten over de grote levensvragen: ruzie als het duidelijkste bewijs van leven – wij kibbelen, dus jij bent. Wieringa voerde zijn moeder eerder al indirect op in zijn boeken. Van enige schroom om de vrouw die hem op de wereld zette in woorden te gieten is in ‘Dit is mijn moeder’ dan ook weinig te merken. De verhalen balanceren perfect tussen weemoed en humor, wel vaker de stralende yin en yang in Wieringa’s oeuvre. En ook al vindt hij zijn moeder eerder in het detail dan in het grote inzicht, hij grijpt trefzeker de complexe, tegenstrijdige gevoelens die de moeder?guur opwekt, bij de lurven. Toch is het ironisch hoe zo’n moederboek vooral iets over de schrijvende zoon zegt. Die paradox is al te zien op de coverfoto: het gezicht van Lia Wiersema is overbelicht, terwijl de jonge Tommy vrolijk in de lens lacht. Ook in de verhalen vangen we slechts een glimp van de moeder op, van haar prullaria, haar kralenkettingen, haar tinkelende armbanden. Zo wordt ‘Dit is mijn moeder’ vooral een postume overwinning van een zoon die eindelijk het laatste woord krijgt.
Marnix Verplancke
ru/eb/06 f
Het was een plan waar Tommy Wieringa al lang mee liep, iets schrijven over zijn moeder Lia Wiersema, de vrouw met wie hij decennialang een leven van kat en hond leidde, maar die hij, afgaand op het voorliggende boek, nog iedere dag mist. Lia was dan ook niet zomaar een vrouw. Ze was een kind van ’68, opstandig, egocentrisch en dol op de mystiek van het Verre Oosten. Via de bevrijdingstheologie en het feminisme van Germaine Greer kwam ze uit bij de antipsychiatrie en de spijswetten van de antroposofie. In haar koelkast stond steevast een flesje water uit de Ganges waar je de as van een of andere Indiër in zag drijven als je ermee schudde en waar ze nu en dan een slok van nam. Het hielp tegen alles. Pas toen Wieringa besefte dat hij anders was dan haar, begon hij haar te appreciëren, en hij is trots dat hij zeker één ding van haar heeft: de onwil om te gehoorzamen. Dit is mijn moeder is een tussendoortje, maar als het van de hand van Wieringa komt, is dat toch de moeite.
***
160 blz., € 19,99.
Willem Nijssen
De auteur van 'Joe Speedboot', 'Dit zijn de namen' en 'De heilige Rita' laat in die romans zien dat hij meer ruimte biedt aan fictie dan aan feiten. Bijna ongebreideld zelfs en met groot vertellersenthousiasme. Dat is in deze uitgave totaal anders. In een reeks van korte verhalen en herinneringen, doorspekt met foto's uit een soort van familiealbum, vertelt hij relatief sober en ingehouden over zijn in 2015 overleden moeder. Wieringa's band met zijn moeder is dubbel. Zij is een kleurrijk personage, een vrouw met een eigen wil, eigen verlangens en eigen spiritualiteit, maar daardoor ook een lastige en matige moeder. De laatste jaren van haar leven worden getekend door borstkanker, die zij, tegen beter weten van haar zoon in, te lijf gaat met alternatieve geneeswijzen. Wieringa vertelt op liefdevolle, maar ironisch-kritische wijze over jeugdherinneringen, over het verloop van haar ziekte en de eerste fasen na haar dood. Hij vindt daarvoor een wondermooie toon, tussen respect en bewondering, tussen commentaar en mededogen. Een inniger afscheid is nauwelijks denkbaar, voor beiden.
Yolanda Entius
ru/eb/16 f
'Dit is mijn moeder' zei Tommy Wieringa op de uitvaart van zijn moeder eind 2015. Ze was een van zijn 'meest favoriete personages; ik heb altijd graag over haar geschreven. (...) Een ontiegelijke lastpak, maar het zout der aarde."
Het werd de titel van een verzameling verhalen die niet alleen over haar gaan, maar ook over andere familieleden, vrienden en kennissen, en over de schrijver zelf, uiteraard. Wieringa's vader ontbreekt, op wat terzijdes na, in de bundel. Pas in het nawoord krijgen we een beeld van de man die, nadat ma besluit van hem te scheiden, de zorg voor de jongen op zich neemt. Die was na de scheiding 'deel van de buit die haar (zijn moeder) toeviel' en daar bedankte de twaalfjarige Tommy voor.
In dat nawoord krijgen we inzage in brieven die Wieringa's moeder vanuit Aruba naar een vriend in Nederland stuurt. Daaruit reist het beeld op van een verveelde, uitgefeeste generatie; die van '68 'egocentrisch en zonder talent voor gehoorzaamheid'. "'t Was erg gezellig", schrijft moeder, "maar er is iets mis met al die feesten, 't zijn geen echte feesten meer, het zijn er te veel, we kennen het recept nu wel, 't hoeft niet meer eigenlijk."
Het koppel gaat terug naar Nederland, houdt het nog drie jaar met elkaar uit, maar manlief, een onderwijzer, voldoet niet meer; ma's zucht naar avontuur en geestelijke verruiming is grenzeloos. Aan geld ook geen gebrek. Ze gaf er niet om, lezen we. Als ze voor een ton wordt getild in een handeltje in tropisch hardhout, haalt ze haar schouders op. Niets dus dat haar tegenhoudt. Ze reist de hele wereld af en runt in Groningen een winkel in exotische snuisterijen en de parafernalia die bij hippies en het alternatieve horen. Ze zal nog twee keer hertrouwen, maar 'de hele new-age-santenkraam' blijft ze trouw tot in de dood. Dit tot ergernis van haar zoon en het zal tot ritueel gekibbel leiden en laconieke herinneringen waar de zoon in koele, elegante zinnen kond van doet.
Met het naderende einde kruipt er tristesse en mildheid in zijn taal: "Ze sterft al heel lang, maar voor het echte einde is het nog te vroeg." En als de schrijver en een 'verspreid gezelschap' haar as gaan uitstrooien (waar - het zal ook niet - van alles misgaat) en hij door het vergeten van een plu achterop is geraakt, lezen we dit: "Daar een zus, ginds een neef, voorop een zwager met mijn vrouw en twee dochters. Ik bedwong de aanvechting te gaan rennen, ze in te halen en te proberen er een groepje van te maken. Iets wat bij elkaar hoorde." Dan merken we dat dit gebroken gezin de schrijver niet onberoerd heeft gelaten. 'Niet alles kan gelijmd', voegt hij er (ten overvloede) aan toe.
Ik was, moet ik bekennen, na 'Een mooie jonge vrouw', het zouteloze boekenweekgeschenk waarin Wieringa het ene cliché aan het andere punnikte, een beetje afgehaakt, maar in deze autobiografische verhalen is hij lekker op dreef. Hij houdt het grote drama klein en trekt van leer tegen de kwakzalvers die zijn moeder (met haar instemming) een adequate behandeling tegen haar borstkanker hebben onthouden, en tegen complotdenkers die op moeders onvoorwaardelijke steun kunnen rekenen, maar is ook wel weer zo eerlijk toe te geven dat ze een enkele keer gelijk had. De onrust over de Mexicaanse griep waartegen Wieringa's vrouw en toekomstig moeder van zijn kinderen zich in liet enten, bleek achteraf opgeklopt te zijn, zwendel van de farmaceutische industrie. "Angst is het beste verdienmodel ter wereld."
Verhalen over moeders doen het goed. We hebben er allemaal een en de verhoudingen zijn nooit zonder conflict, en zelfs als ze dat wel zijn dan is daar altijd nog de dood die ons van haar doet scheiden. Toch gaat het meest ontroerende verhaal in 'Dit is mijn moeder' niet over haar, maar over Jos, een reus van een jongen, honderdtwintig kilo, zoon van moeder Noordhuis die 'de ene rossige knaap na de andere baarde'. Na afloop van een feestje waarbij flink is ingenomen begint deze Jos onbedaarlijk te huilen.
"Wat is er, man? Wat doe je nou?" vraagt een bezorgde Tommy. "Ik wil liefde, klootzak!" schreeuwt Jos met gebalde vuisten. Vuisten die hij onverhoeds op een ongepast moment gebruiken zal. En toen had Wieringa me echt te pakken. Liefde willen we allemaal, dat geldt dat ook voor Wieringa, en aan zo'n moeder heb je dan een lastige.
oordeel
Wieringa is lekker op dreef en houdt het klein.
188 blz. € 17,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.