De reputaties
Juan Gabriel Vasquez
Juan Gabriel Vásquez (Auteur), Brigitte Coopmans (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Signatuur, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : VASQ |
Christophe Vekeman
ob/kt/31 o
Juan Gabriel Vásquez werd in 1973 geboren in Colombia, maar woonde sindsdien behalve in Parijs en Barcelona ook een poos in België en meer specifiek dan in de Ardennen, de streek die aan elke Vlaming bij voortduring bewijst dat ook het binnenland het in zich heeft om tot de verbeelding te spreken.
En in dat laatste zal De geliefden van Allerheiligen geenszins verandering brengen. Vásquez mag dan zelf op een bepaald moment stellen dat er in de Ardennen nooit iets gebeurt, tezelfdertijd toont hij eens te meer aan dat grote literatuur niet per definitie moord en doodslag behoeft om de meest dramatische sensaties op de lezer over te brengen. Sterker nog, de enige keer dat het voorvalt dat er dan toch eens iemand een medemens - een aanstaande schoonbroer - van het leven berooft, zorgt dat voor een vrij slap wraakverhaal dat iets te anekdotisch aandoet om in dezelfde mate te boeien als de zes andere en langere verhalen.
Zelfmoord, dat uitroepteken van de eenzaamheid, komt aanzienlijk vaker voor in de bundel, bijvoorbeeld in het slotverhaal, waarin een vrouw haar 17-jarige dochter heeft verloren aan een christelijke, eenentwintigkoppige sekte die op een dag collectief voor de dood koos. Het meisje liet een geluidsopname voor haar moeder achter. 'Vergeet nooit', zo uit zij daarin haar erkentelijkheid, 'dat ik het geloof dankzij jou heb ontdekt'. Of hoe het ultieme mes in de wonde oprecht troostend en zalvend bedoeld kan zijn. De vrouw zelf, die nog steeds een kruisje om de hals draagt, bekent na een onenightstand: 'Ik haat God, Oliviera.'
Gedeelde angst
Deze Oliviera is net als een aantal andere ik-figuren in het boek een complexe, vrij getormenteerde man die kennelijk nooit in de wieg gelegd is voor een langdurige relatie met vrouwen die anderzijds wel degelijk telkens voor hem geboren lijken te zijn. Verschillende keren zijn het de onverzettelijke neiging tot onafhankelijkheid van de hoofdpersoon en diens theorieën als is liefde louter 'een gedeelde angst om alleen te zijn', die resulteren in een algehele eenzaamheid waarvan het Ardense desolate landschap dat de zeven miniatuurtragedies decoreert de natuurlijke belichaming vormt.
In 'In Café de la République' overhaalt de verteller zijn echtgenote, die hij in de steek heeft gelaten en die hij nog altijd bemint, om samen met hem zijn sedert lang verwaarloosde en op zijn beurt door zijn wederhelft verlaten vader een bezoek te brengen. Ze verleent hem de gunst, want ze begrijpt 'dat ik mijn vader liever in de waan laat dat mijn relatie nog intact is en dat de zoon van een wegloopster niet per definitie zelf bij zijn gezin weggaat'.
De hoofdpersonages van Vásquez zijn kortom steevast willens nillens zichzelf, gaan zonder uitzondering onder hun persoonlijkheid, karakter en gedragingen gebukt en moeten tot overmaat van ramp vaak ook nog eens de moed zien te vinden om te doen wat zij in wezen helemaal niet wensen te doen. Om maar te zeggen dat het woord 'complexe' hierboven niet lichtvaardig gebruikt was...
Jachtpartij
Toch lijkt het verre van Vásquez' bedoeling te zijn om zichzelf in de bundel te portretteren of op indirecte wijze aan zelfbeklag of bekentenissen te doen: de eenkennigheid en eenzaamheid worden in De geliefden van Allerheiligen wel degelijk opgevoerd als vanzelfsprekendheden waaraan nu eenmaal geen mens kan ontsnappen.
De stelling dat 'ieder mens een eiland' is, kent geen uitzonderingen, en zelfs aanstaande-moederliefde moet het afleggen, soms, tegen zoiets al met al banaals als de geneugten van het overspel: pas als het te laat is, beseft de hoogzwangere Selma in 'De eenzaamheid van de goochelaar', dat het meisje in haar buik haar vader meer nodig heeft dan zijzelf behoefte aan haar minnaar heeft. Overigens is vaderliefde, getuige het eerste verhaal van de bundel, al even futiel, als het erop aankomt.
Verschillende verhalen in dit uitstekende boek spelen zich ten dele af tijdens een jachtpartij, wat onvermijdelijk Ivan Toergenjev, schrijver van twee delen Jagersverhalen, in gedachten brengt. Er is inderdaad een grote overeenkomst tussen de twee schrijvers, die beiden een koelbloedig pessimisme combineren met een warmhartigheid en een begrip die voor morele verontwaardiging geen enkele ruimte laten.
Zolang boeken als de hunne nog kunnen worden gesmaakt, heeft de hoop dat het goed met ons komt, pessimisme of niet, volkomen bestaansrecht.
Signatuur, 224 p., 19,99 euro. Vertaald door Brigitte Coopmans.
Marijke Arijs
ob/kt/26 o
Het gros van de verhalen speelt zich af in de buurt van Ferrières, al wordt er af en toe een excursie gemaakt naar Brussel, Beauvais en Parijs. 'Ik kwam heel weinig buiten België in die tijd', luidt de openingszin van het boek. 'Ik bleef in de Ardennen, waar ik de mensen observeerde en deelnam aan hun activiteiten, om daarna mijn ervaringen zo uitputtend mogelijk op te tekenen.' Die activiteiten bestonden vooral uit jagen, vissen en scheve schaatsen rijden. Als we Vásquez mogen geloven, is het leven in de Ardense bossen geen pretje. Het is er koud, nat en mistig, als in een eeuwigdurende herfst. Overspelige verhoudingen tieren er welig, huwelijken lopen bij bosjes stuk en de mensen gaan er kapot van eenzaamheid. De geliefden van Allerheiligen is, kortom, geen opbeurende lectuur. Bovendien vallen er in deze zeven verhalen een heleboel sterfgevallen te betreuren.
Joyce
Met Allerheiligen wordt het 'gordijn tussen deze en die andere wereld weggerukt', want in de nacht van de doden dolen de zielen van afgestorvenen over de aarde. Na een onbevredigende jachtpartij brengt de verteller van het titelverhaal de nacht door met een jonge weduwe, gehuld in de pyjama van wijlen haar echtgenoot, die onzichtbaar op de achtergrond aanwezig is. Het is lang niet het enige verhaal waarin overledenen hun opwachting maken. In 'De huisgenoot', dat associaties oproept met The dead van James Joyce, pleegt de oude Xavier zelfmoord - alweer tijdens een jachtpartij. Zijn wanhoopsdaad wekt het verleden weer tot leven en maakt bij zijn beste vriend Georges herinneringen wakker aan de kortstondige buitenechtelijke affaire van zijn vrouw met de zelfmoordenaar, zodat de geest van de dode voorgoed tussen hen beiden in zal staan. In 'Het leven op het eiland Grimsey' neemt een dodelijk eenzame vrouw een man die ze pas heeft ontmoet mee naar de plek waar haar dochter zelfmoord heeft gepleegd. Agatha droomt van het eiland Grimsey, ten noorden van IJsland, waar de zon nooit ondergaat, want ze is bang in het donker. Oliveira zal haar vergezellen op haar onheilspellende reis naar het einde van de nacht. In 'De terugkeer' staat niet de passie voor een mens, maar voor een gebouw centraal. Voor de gelegenheid pootte Vásquez ergens in de buurt van Charleroi een landgoed met een gothic tintje neer. De grenzeloze liefde van mevrouw Michaud voor dat familiehuis leidt tot moord en een geraffineerde wraakoefening. De luguberste vertellingen zijn meteen ook de sterkste.
In de Ardennen van Vásquez krioelt het van de besluiteloze types, die beheerst worden door gevoelens van zinloosheid. Geregeld doet zich een moment van openbaring voor, maar dat inzicht brengt nooit soelaas. 'Misschien had dit moment wel helemaal geen betekenis', denkt de verteller van De geliefden van Allerheiligen. 'Misschien hadden pijn en verlies alleen betekenis in religies of fabels.' De personages zijn nu eenmaal eeuwige twijfelaars, maar ook de verhalen zelf lijden onder een gebrek aan doortastendheid. Door de overdaad aan niet ter zake doende bijzonderheden valt het niet altijd mee om hoofdzaak van bijzaak te onderscheiden. De dood van een kind in 'Schuilplaatsen' is bijvoorbeeld erg scherp aangezet, maar blijkt achteraf gezien nauwelijks een functie te hebben in het verhaal. En alsof de verteller van het titelverhaal met zijn haperende huwelijk nog geen zorgen genoeg had, stuurt Vásquez hem halverwege nog de deur uit, voor een ontmoeting met een vrouw die zelf met haar eigen sores kampt. Tegen de tijd dat de man weer thuiskomt, is de belangstelling van de lezer voor zijn kwijnende relatie helemaal weggeëbd. Ook de metaforen liggen er vaak nogal dik op. Deze bundel is duidelijk het werk van een jonge schrijver die voorzichtig zijn weg zoekt in het literaire mijnenveld, maar wel al blijk geeft van een scherpe opmerkingsgave. Terugkerende motieven en spiegeleffecten houden de boel netjes bij elkaar en er hangt een permanente dreiging, want in sfeerschepping kende Vásquez toen al zijn gelijke niet. De geliefden van Allerheiligen is een bundel over onversneden eenzaamheid en over het verleden, dat doorwerkt in het heden en de nare eigenschap heeft om nooit voorbij te gaan.
Vertaald door Brigitte Coopmans, Signatuur, 192 blz., 19,99 €. Oorspronkelijke titel: 'Los amantes de Todos los Santos'.
Maarten Steenmeijer
em/ov/03 n
Later typeerde hij deze periode in de luwte als 'waarschijnlijk het belangrijkste jaar van mijn leven als schrijver'. Hij wilde zichzelf opnieuw uitvinden. Dat lukte, en niet zo'n beetje ook. Met romans als De informanten, De geheime geschiedenis van Costaguana en Het geluid van vallende dingen werd hij een van de belangrijkste Latijns-Amerikaanse schrijvers van zijn generatie.
Opvallend genoeg was het eerste boek dat Vásquez na zijn Belgische periode schreef geen roman, maar een verhalenbundel. In de fraaie vertaling van Brigitte Coopmans herkennen we de verleidelijke volzinnen waarmee Vásquez later ook zijn romans zou gaan plaveien. Maar de brede historische context - een andere constante in zijn werk - schittert in De geliefden van Allerheiligen door afwezigheid Dit zijn geen grote verhalen over politieke moorden en drugsgeweld in Colombia, maar mooie miniatuurtjes die zich afspelen in de Belgische Ardennen. Ze gaan vrijwel allemaal over sleutelmomenten in relaties die mank lopen, die onderuitgaan of van meet af aan geen schijn van kans hebben. In 'De huisgenoot' doet de zelfmoord van een huisvriend het spook van het overspel weer waren door het huwelijk van een stel op leeftijd. In 'De terugkeer' vermoordt een vrouw de aanstaande man van haar zus omdat hij een einde dreigt te maken aan de gekoesterde orde van haar kleine bestaan. In 'Het leven op het eiland Grimsey' mondt de kortstondige relatie tussen een man die op weg is naar een nieuw leven en een vrouw die haar dochter heeft verloren uit in een zelfmoord.
Aan drama's geen gebrek. En toch zijn deze verhalen gespeend van dramatiek. Vásquez geeft alle gebeurtenissen - groot en klein - een plaats in hetzelfde web, waarin de dingen gaan zoals ze gaan. Mede daardoor heeft de bundel een toon van droefgeestige berusting die je bijblijft.
****
Uit het Spaans vertaald door Brigitte Coopmans. Signatuur; 187 pagina's; € 19,99.
Roderik Six
ob/kt/31 o
Wie de verkiezingsuitslagen bekijkt, kan niet anders dan Bart De Wever en co. schoorvoetend gelijk geven: Vlaanderen en Wallonië zijn twee aparte democratieën geworden. Op cultureel vlak lijkt de kloof nog groter. Kranten en televisiezenders zijn opgesplitst en er wordt zelden over de haag gekeken – als er iets over Wallonië verschijnt dan gaat het meestal over kinderlokkers, aanslagen en omkoopschandalen. Wat beweegt er cultureel in Wallonië? Geen Vlaming die het weet. In de letteren: op Amélie Nothomb en Chantal Mouffe na bereikt geen enkele Franstalige schrijver een breed Vlaams publiek. Het historisch cliché – Franstalige auteurs kijken naar Parijs, Nederlandstalige naar Amsterdam – blijft gelden en er zijn amper uitwisselingsprogramma’s om die kloof te dichten.
Tot dat schrijnend besef kom je als je De geliefden van Allerheiligen leest. Deze prachtige verhalenbundel van Juan Gabriel Vásquez speelt zich grotendeels af in de druilerige Ardennen, een setting die haast exotisch aanvoelt doordat ze in de Vlaamse letteren onderbelicht blijft. Laat het godbetert een Colombiaanse auteur zijn die de Ardennen literair ontsluit.
Er wordt wat afgejaagd in de verhalen van Vásquez. Zwijgzame mannen die met tweelopen en flacons het bos in banjeren, op zoek naar everzwijnen terwijl de vrouwen thuis achterblijven en aan de haard boeken lezen. Vaak staat dat een symbool voor een gebroken huwelijk en vaak loopt het fout af – wapens, drank en jaloezie: zelden een goede combinatie.
De menselijke treurnis druipt net als de aanhoudende regen van de pagina’s: minnaars die elkaar enkel nog stilte te bieden hebben, een weduwe die een frietkotbezoeker in haar bed lokt, puur omdat ze mannelijke warmte mist, en in slotverhaal Het leven op het eiland Grímsey zelfs een dubbele zelfmoord. Ondanks de zwaarmoedigheid vermijdt Vásquez altijd de theatraliteit: het drama schuilt in de details en met zijn fluwelen zinnen weet hij de pijn te verzachten. Mooi ook hoe hij de verhalen met elkaar verbindt via kleine leitmotieven. In elk verhaal wordt een boek gelezen – Georges Perec of Stendhal bijvoorbeeld, verrassend zware kost – en sporadisch duikt Judas op, niet de verrader maar het bier, hoewel de keuze ongetwijfeld dubbelzinnig bedoeld is.
Loepzuiver vakmanschap, en de ideale reisgids voor uw volgende tripje richting Dardennen.
****
Signatuur (oorspronkelijke titel: Los amantes de Todos los Santos), 224 blz., € 19,99.
Maarten Steenmeijer
Juan Gabriel Vásquez (1973) behoort dankzij romans als 'De informanten' en 'De vorm van ruïnes' tot de belangrijkste jonge schrijvers uit Latijns-Amerika. Deze verhalenbundel schreef hij ruim vijftien jaar geleden, net voordat hij doorbrak met zijn romans. De verhalen zijn gebaseerd op een landelijk verblijf in de Belgische Ardennen, waar Vásquez zich in 1999 bijna een jaar lang terugtrok om zich te beraden over zijn toekomst als schrijver. De Ardennen vormen tevens het decor waartegen het merendeel van deze verhalen zich afspeelt. Een ander opvallend element is dat de brede historische context van Vásquez’ romans ontbreekt. In deze verhalen staan liefdesrelaties centraal, waarvan de problematische aard gestalte krijgt in thema’s als overspel, eenzaamheid en dood. Vásquez suggereert met ingetogen meesterschap de complexiteit van de relaties die mensen met hun partner, hun ex-partner, hun minnaar, hun geliefde voor één nacht of met hun kind hebben. Deze bundel vormt zowel in psychologische als in literaire zin een hoogtepunt in het oeuvre van deze Colombiaanse schrijver.
Alle Lansu
em/ec/08 d
In het lopende millennium heeft de Colombiaanse auteur Juan Gabriel Vásquez (Bogotá, 1973) een reputatie opgebouwd als chroniqueur van de turbulente geschiedenis van zijn vaderland. In romans als 'Het geluid van vallende dingen' (bekroond met de Impac Dublin Literary Award 2014) en 'De vorm van ruïnes' liet hij zijn verbeelding los op cruciale episodes uit die geschiedenis. Hij schaarde zich daarmee in de rijke traditie van Latijns-Amerikaanse schrijvers die met hun gefictionaliseerde geschiedschrijving de woelige historie van het continent op onvergetelijke wijze wisten te verbeelden, van Vargas Llosa tot Fuentes, van García Márquez tot Carpentier.
Vásquez zelf groeide op in een van de gewelddadigste periodes die Colombia ooit gekend heeft: de oorlog tussen de staat en het drugskartel van Pablo Escobar, die het land tussen 1984 en 1994 teisterde. In 1996 ontvluchtte hij Colombia om in Europa in alle rust zichzelf als schrijver uit te vinden. Zijn omzwervingen brachten hem via Parijs en de Belgische Ardennen uiteindelijk in Barcelona waar hij bedacht dat de geschiedenis van zijn vaderland in de verte een onuitputtelijk onderwerp zou zijn voor zijn schrijverschap. Pas in 2012 keerde hij terug naar zijn geboortestad.
Het nu in vertaling verschenen 'De geliefden van Allerheiligen' vormt een vroege vrucht van zijn schrijverschap. De zeven verhalen in de bundel (voor het eerst verschenen in 2001 en herzien in 2008) spelen zich af tegen het decor van de Ardennen, maar ook Noord-Frankrijk en Parijs. De schrijver in zelfverkozen ballingschap kiest zijn onderwerp dicht bij huis. De hele bundel is doordrenkt van immense eenzaamheid, bij vlagen op het wanhopige af. De gedempte toon van de empathische schrijver maakt het des te indringender en ontroerender, ja, verleent er zelfs een vleugje troost aan.
Het zijn verhalen over liefdesrelaties die in diepe crisis verkeren en waar tevergeefs een uitweg gezocht wordt; verhalen vol kwetsbare zielen die de weg kwijt zijn en bij andere, toevallig ontmoete kwetsbare zielen even troost en beschutting zoeken; een vader en een zoon die onmachtig om elkaar heen draaien; een echtpaar dat na de zelfmoord (tijdens een zwijnenjacht in de desolate Ardennen - een terugkerend motief) van een voormalige huisvriend weer geconfronteerd wordt met een nooit echt verwerkte overspelgeschiedenis.
Dat laatste is niet het enige verhaal waarin al iets doorschemert van een terugkerende notie in het latere werk van Vásquez: dat de voltooid verleden tijd niet bestaat. Het verleden blijft in beweging omdat er met het verstrijken van de tijd steeds weer een ander licht op valt.
De jonge Vásquez toont zich een verrassend vaardig verhalenverteller: hij verstaat de kunst van het weglaten, en weet met het topje van de ijsberg een hele wereld onder water te suggereren. Ondertussen stuit je hier al op de nodige staaltjes van trefzekere beschrijvingskunst: "Zomaar ineens had hij daar met zijn grote lijf in de deuropening van de eetkamer gestaan, krom als een oude gier. De huid op zijn schedel was ruw als geschept papier en de banen van grijs haar aan weerszijden waren als afgebladderde verfresten op een lemen muur." En je ziet zijn oog voor detail ('de donkere putjes in haar billen deden denken aan fijne kurk'), voor het magische in de realiteit van alledag dat hij bij zijn grote landgenoot en leermeester Gabriel García Márquez heeft opgedaan.
In de langere verhalen zie je de eerste contouren van de latere exuberante romancier Vásquez. Dan komen de lange, ritmische, zwierig meanderende zinnen vol liefde voor het perfecte formuleren, dan zie je schrijver met de grotere greep verschijnen die romans zal gaan schrijven als duizelingwekkende composities van verhalen in verhalen in verhalen. Ja, het is goed toeven in de voorportalen van Vásquez' meesterschap.
oordeel
Zwierige Vásquez verstaat de kunst van het weglaten.
Vert. Brigitte Coopmans Signatuur; 187 blz. € 20.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.