Ezelskaakbeen : gedichten
Peter Ghyssaert
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, © 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : GHYS |
Jeroen Dera
ru/eb/22 f
Heeft iemand u weleens gezegd dat uw kruidenweide zich als een muizenval mag dichtslaan over uw kop? Wat we ons daarbij ook moeten voorstellen: in de poëzie van Peter Ghyssaert kan het. Ook in zijn nieuwe bundel Laiwarikon schuwt de dichter het nonsensicale niet, want zoals hij in zijn openingsgedicht uiteenzet: een woord hoeft niets meer 'dan zichzelf te zijn'. In dat geval doet het er niet toe of een kruidenweide in werkelijkheid dicht kan slaan zoals een muizenval: het kan in de taal, en dat geeft de doorslag.
In de handen van de verkeerde dichter kan zo'n uitgangspunt leiden tot geschmier, maar in Laiwarikon staat meer op het spel. Ghyssaert tast voortdurend de koers van zijn project af, via het terugkerende gedicht 'Bloedsomlopen' dat steeds anders wordt ingevuld. In alle varianten vergelijkt Ghyssaert woorden met dieren die ons oproepen om hen te volgen, maar de plaats van bestemming blijkt veranderlijk. Aanvankelijk schuilt er iets broeiends in de taal, want we moeten de woorden volgen 'naar nesten van rebellie', maar later dienen we ons te spoeden naar 'grotten van rust' en 'hutten van droom'. Blijkbaar is de taal van Laiwarikon tegelijkertijd rebels, sereen en surreëel: ze gaat alle kanten uit, maar vindt toch een staat van orde. Geen wonder dat Ghyssaert uiteindelijk op een 'ingehemd nirwana' wil afkoersen - een toestand waarin de zuiverste balans wordt bereikt.
Dat nirwana zal wellicht nog even op zich laten wachten, want voorlopig lijkt de dichter nog niet bevrijd uit het samsara, zoals Theravadaboeddhisten de lijdensvolle cyclus van dood en wedergeboorte noemen. 'Dit is schoonheid ik wil dat je die niet verliest', zegt het lyrisch ik over vergankelijkheid, en ook: 'ik zal jullie beleven en bewaren en steeds maar herhalen'. Die herhalingen neemt Ghyssaert, die ook musicus is, stilistisch gezien letterlijk, want Laiwarikon grossiert er (naar mijn smaakte veel) in. Via eindeloze hernemingen en variaties onderstreept de dichter de functie van poëzie als conserveringsmiddel, bijvoorbeeld om de liefde vast te leggen die steeds maar versplintert: 'Goed, ik herhaal het: ik / hou / van je, ik houd het splinterende / hout van liefdes vast'.
Het hout speelt ook een belangrijke rol in een terugkerend boommotief. In het gedicht 'De zaag stond opnieuw warm' vindt een man troost in een 'afgezaagde knotwilg' (een grappig, want pleonastisch beeld), omdat de boom erin slaagt 'het zaagblad uit zijn torso' te duwen. Deze wilg - elders spreekt Ghyssaert van 'quasi dood geboomte' - is niet zomaar kapot te krijgen, zoals ook de els 'zijn geheime stam van bloed' koestert en niet terugdeinst voor een kras meer of minder. Al het versplinteren ten spijt overheerst bij Ghyssaert kortom het herstellende vermogen van de natuur. De levensdrift wint het van de doodsdrift.
Kleuren
Om die reden is Laiwarikon een opwekkende bundel om te lezen. De lezer moet daarbij wel tegen wat overdaad kunnen, bijvoorbeeld in het spetterende kleurenpalet dat de dichter hanteert. De kleur rood is daarin alomtegenwoordig, van 'steenrood licht' tot 'kleine rode rivieren in mijn hoofd', van 'bloedkoraal' tot een hart dat uit de keel komt als 'kleine vuurbol' die de 'flakkerende dennen van het nachtelijk woud' verlicht. In dat laatste beeld vinden we een tegenstelling tussen rood en zwart die vaker in de bundel terugkeert, en die de oppositie tussen leven en dood verder accentueert. Het is een kleurschakering die interessant is, want ze komt eveneens voor in het gedicht 'Leeuwerik' van P.C. Boutens, waarin de symbolistische dichter zich afvraagt: 'Zingt gij nooit de rode smarten / Van de duistre aardenacht'?
Het verband met Boutens schuilt in dit geval in de leeuwerik, waarvoor 'laiwarikon' de Germaanse benaming is. De vogel heeft meer dichters gefascineerd; ook Guido Gezelle schreef erover. In onze cultuur wordt het dier vaak geassocieerd met het hogere: de leeuwerik is de boodschapper van God, soms zelfs een alternatief symbool van de Heilige Geest die met Pinksteren over ons wordt uitgestort. Bij Ghyssaert, voor wie de woorden zoals gezegd vooral 'zichzelf' zijn, loopt dat overdrachtelijke denken echter op weinig uit. In 'Belgische duiventil' wordt het symbool van de Heilige Geest, de duif, zelfs ontmaskerd als 'schijtkanon' en 'waardeloos kreng', terwijl ook de dichter onder de vogels - Baudelaires albatros - verbasterend wordt verklankt tot 'albatosje duivetosje'.
Maar waarom dan die prominentie van de leeuwerik, als al die vogelsymboliek subtiel ondermijnd wordt? Aan het slot van de bundel wordt Laiwarikon zelf een personage, in de vorm van het begiftigde wezen van de poëzie dat jaarlijks zong voor een handjevol bezoekers in het 'Poëziemuseum', toepasselijk gelegen op een 'fragiel atol'. Ghyssaerts spel met de geijkte symboliek, waarin de zingende leeuwerik wordt gelijkgesteld aan de dichter, krijgt hier iets nijpends en ongemakkelijks. Want aangekomen aan het eind van Laiwarikon moeten we maar weer eens vaststellen dat het publiek dit soort poëzie niet zomaar weet te vinden, laat staan te waarderen. Als we op straat de hele dag naar een smartphone lopen te staren, is dat volgens Ghyssaerts conceptie van het genre zo verrassend ook niet - de poëzie ligt voor hem verscholen in het moment dat een onbekende zich opeens naar ons omdraait, in het 'onverwachte en waarschijnlijk ongeoorloofde zich om- en terugdraaien'. Die overrompelende ontmoeting betekent dat je even wegzinkt uit de bekende wereld, van je hectische gehaast naar een 'ingehemd nirwana' of een kruidenweide die op je valt. Gelukkig eindigt de optimist in Ghyssaert met goed nieuws voor iedereen die bang is dat Laiwarikon is verdwenen: 'ergens loopt hij nog'.
Atlas Contact, 88 blz., 19,99 €
Albert Hagenaars
Zowel de titel van deze bundel van Peter Ghyssaert (1966, Wilrijk) als de omslagfoto verwijzen naar de leeuwerik, een zangvogel bij uitstek. En zingen doet de dichter, die niet toevallig ook actief is als musicus. Zijn zinnen, nu eens lang dan weer kort, pralen met een natuurlijk overkomend ritme en nemen soms, zoals in de titelreeks, hun toevlucht tot proza. Het thema van geluk is daarbij een bindend element. Op drie plaatsen in het boek staat in vette hoofdletters aangegeven: 'GELÚK BEGÓN'. Leeuweriken leven vooral in open terrein. Zo ook deze dichter. Geen onderwerp is hem te veraf of buitenissig en qua stijl bereikt hij een grote hoogte. Veel beelden zijn origineel en indringend: 'Horden dode dichters / zijn achter het behang geplakt / als dikke zwarte torren; / daar is hun migratie / gestolde stroom.' Let op de sonore klankkleur van dit fragment. Veel leeuweriken ten slotte zijn trekvogels. Ghyssaert voert ons mee naar onder andere Venetië, Konstantinopel, Roemenië, Turkmenistan en zelfs Nirwana. Dit alles resulteert in een rijkelijk gevarieerd boek, geschikt om vaak herlezen te worden. Een moeilijke maar boeiende en ook kwalitatief verantwoorde bundel, die het geluk als hoofdthema heeft.
Janita Monna
em/ov/10 n
Over wat poëzie nu eigenlijk is zal het laatste woord wel nooit zijn gezegd. Is het de vorm die een gedicht maakt, het rijm, de witregels? Geeft poëzie woorden aan dat wat onzegbaar is?
De Vlaamse dichter Peter Ghyssaert voegt er een tamelijk raadselachtige omschrijving aan toe: Poëzie zou een 'knar' zijn. Ik fronste ook even mijn wenkbrauwen toen ik dat las. Ghyssaert, tevens musicus, draait al een flinke tijd mee in de letteren, kreeg prijzen voor zijn werk, en een van zijn meer recente bundels, 'Ezelskaakbeen' (2011) ontving een nominatie voor de VSB Poëzieprijs.
De 'knar' duikt op in zijn nieuwe bundel 'Laiwarikon'. In het openingsgedicht, dat - over vorm gesproken - weliswaar witregels telt, maar verder dicht aanleunt tegen proza. En dan nog is ie er maar even. De stem die in dit gedicht spreekt baant zich een weg door het stadse leven. Hij klinkt wat geërgerd. "Je houdt er niet van als mensen je voor de voeten lopen." Hij poogt te achterhalen wat hem in de weg loopt, en dan gebeurt er dit: "Maar dat vreselijke vehikel van het knardom draait zich naar je om (want je hebt inmiddels besloten dat slechts een knar je hier voor de voeten zou willen lopen), en in die draaibeweging gaat de wereld fluisteren en flonkeren en kreunen, en in jou verzamelen zich de woorden, de schitterende, nutteloze verzamelingen, elk woord een nirwana, dat niets meer hoeft dan zichzelf te zijn."
In dat ene vluchtige moment, daar ergens houdt zich de poëzie op. Ghyssaert komt er vaker op terug in het veelstemmige amalgaam dat deze bundel is.
Hij praat, zingt, liedjes worden afgewisseld met bijna sprookjesachtige gedichten. Meer dan eens wordt, als een mantra haast, deze regel en variaties daarop herhaald: "Woorden zijn dieren dieren / noden ons hen te volgen / naar hutten van droom".
Het woordenspoor leidt naar uiteenlopende gebieden. Naar de ijsbaan waar weelderige beelden gedrapeerd worden rond een schaatsend meisje: "kan ze als Sonja Henie / als een nevel om / haar as draaiend verdwijnen?" Langs een overleden moeder, over wie het laconiek maar ook troostend klinkt: "De vraag is: wat wil je worden / nu je niet meer bent? / Een ademing over gletsjerijs?" Ook wat er niet meer is, blijft ergens aanwezig, lijkt Ghyssaert te zeggen. Ook wat verdwijnt laat iets achter.
Het spoor komt uit op een atol waar in een 'afstands museumpje' een stem klinkt: Laiwarikon, een wezen van mythische proporties. De dichter? Zijn zang verleidt, als een sirene, maar eenmaal dichterbij verflauwt de stem. Hij laat zich niet vangen, net zomin als Ghyssaerts werk dat doet: "Je begrip zou kleverige vernedering zijn." Maar het loont de moeite de woorden te volgen en de onvermoede plekken waar ze naartoe leiden te ervaren.
Atlas Contact; 86 blz. € 19,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.