De gloriedagen van mijn vader : herinneringen aan mijn kindertijd
Marcel Pagnol
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Geus, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : PAGN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Geus, 2018 |
VOLWASSENEN : ROMANS : PAGN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Geus, 2018 |
VOLWASSENEN : ROMANS : PAGN |
Marijke Arijs
i /ul/06 j
In 1941 gaf Marcel Pagnol (1895-1974) een makelaar de opdracht een landgoed te kopen in de buurt van Marseille, om er een Provençaalse versie van Hollywood uit de grond te stampen. Groot was zijn verbazing toen het ongezien aangeschafte optrekje het Château de La Buzine bleek te zijn, 'het kasteel van de angst' uit zijn kinderjaren. De anekdote staat opgetekend in Een kasteel voor mijn moeder, het tweede deel van zijn Souvenirs d'enfance, dat onlangs voor ons taalgebied werd ontsloten. Om een onverklaarbare reden werd het samen met De gloriedagen van mijn vader ( DSL, 11 augustus 2017) gebundeld tot Mijn kinderjaren in de Provence, wat vervelend is voor de lezers die het eerste deel vorig jaar al hebben aangeschaft. Hoe dan ook, die jeugdherinneringen verschijnen nu voor het eerst in het Nederlands, en dat zou, nom de Diousse, tijd worden ook.
Bij ons is Pagnol synoniem met de succesvolle film Manon des sources, maar zijn Souvenirs d'enfance brachten nog meer geld in het laatje. De gevierde cineast en toneelschrijver was al aan de verkeerde kant van de zestig, toen zijn kindertijd begon op te spelen. Hélène Lazareff van het damesblad Elle vroeg hem daar een stukje over te schrijven voor haar lezeressen en de auteur kreeg de smaak te pakken. Van De gloriedagen van mijn vader werden in 1957 in één maand 50.000 exemplaren verkocht en het jaar daarop voerde Een kasteel voor mijn moeder de bestsellerlijsten aan. Wegens overdonderend succes kon een derde deel, Le temps des secrets, niet uitblijven. Het onvoltooide vierde en laatste deel, Le temps des amours, zou postuum verschijnen, in 1977.
Vriend voor het leven
Een kasteel voor mijn moeder voert de lezer terug naar het vakantieverblijf La Bastide Neuve, waar het gezin Pagnol vanaf 1903 de zomervakantie doorbracht. Daar, in dat aards paradijs aan de voet van de Garlaban, beleeft de kleine Marcel de mooiste dagen van zijn leven en ontkiemt zijn liefde voor het Provençaalse landschap. Samen met Lili, een eenvoudige boerenjongen uit Les Bellons, stuitert hij onvermoeibaar door zijn 'dierbare heuvels', tussen de terebinten, de jeneverbessen, de pijnbomen en de cistusrozen, langs de 'zingsteen' op de top van de Tête-Rouge en over het tijmtapijt bij La Pondran, met in de verte 'de eeuwige blauwe massa van de Taoumé'. De twee kompanen zaaien dood en verderf onder het gevederde volkje. Want de negenjarige stadsmus uit Marseille kan op het gebied van stroperij nog heel wat opsteken van zijn 'broertje uit de heuvels'. Lili, verreweg Pagnols sympathiekste personage, kent de dalen en ravijnen als zijn broekzak, weet hoe je graspiepers, tapuiten, klapeksters en ortolanen vangt en waar je geheime bronnen en tunnels vindt. Op zijn beurt loopt hij over van bewondering voor zijn 'vriend voor het leven', die hij voor een wonder van geleerdheid houdt, omdat die de tafel van dertien kan opzeggen en zonder spelfouten kan schrijven. Marcel, van huis uit antiklerikaal, lacht hem uit met zijn bijgeloof, maar raakt niettemin besmet: 'Ik wist wel dat God niet bestond, maar ik was er niet voor honderd procent zeker van'.
Onttovering
Het verhaal krijgt zowaar een sprookjesachtig tintje wanneer het gezin een magische sleutel bemachtigt, die een aanzienlijk stuk afsnijdt van de lange tocht naar hun vakantieparadijs en hen over het terrein van maar liefst vier kastelen voert. Wat ten koste gaat van de gemoedsrust van zijn vader, een onderwijzer met onwrikbare morele principes, hoeder van de seculiere en republikeinse waarden.
In De gloriedagen van mijn vader zongen de cicaden nog oorverdovend en geurde het bedwelmend naar tijm, lavendel, rozemarijn en pèbre d'aï, maar over die ansichtkaartenidylle glijden nu donkere wolken, want de komst van de herfst en het nieuwe schooljaar gaan gepaard met onnoemelijk leed. De jongen weet het nog niet, maar binnenkort zal het doek vallen over zijn onbezorgde jeugd. In 1910, op zijn vijftiende, overlijdt zijn moeder Augustine en zeven jaar later wordt zijn beste vriend Lili opgeslokt door de Eerste Wereldoorlog. 'Zo is het leven van de mens. Luttele vreugdevolle momenten die zeer snel worden uitgewist door onvergetelijk verdriet. Laten we dat de kinderen maar niet vertellen.'
Een kasteel voor mijn moeder vertelt van de mensen en de dingen die voorbijgaan. Het is een aangrijpende hommage aan zijn dode moeder en een melancholisch afscheid van zijn kindertijd ineen, maar vóór alles is dit het verhaal van een onvergetelijke vriendschap. Nog één keer trekt Marcel Pagnol de garrigue in, voor de magie doorbroken wordt en de wereld onherroepelijk aan onttovering ten onder gaat. Er wordt een potje jagerslatijn en een mondje Provençaals gesproken, de dialogen zijn levendig en de humor is hartverwarmend als altijd, maar de ondertoon is ongewoon ernstig. Een mix van zorgeloosheid en weemoed, ziedaar het recept voor dit pareltje van pretentieloze vertelkunst.
Vertaald door Marianne Kaas, Reintje Ghoos en Jan-Pieter van der Sterre, De Geus, 416 blz., 18,99 € (e-boek 10,99 €). Oorspronkelijke titels: 'La gloire de mon père' en 'Le château de ma mère'.
Redactie
Bundeling van deel 1 en deel 2 van de vierdelige autobiografische romancyclus 'Souvenirs d'enfance' van de Franse auteur Marcel Pagnol (1895-1974; romans, toneel, films; 1946: lid Académie française). Hierin verhaalt hij over zijn Provençaalse jeugdjaren, waarbij het verleden romantisch wordt ingekleurd. In het soepel gestileerde eerste deel uit 1957, vertaald als 'De glorietijd van mijn vader'*, getuigt Pagnol over het kind dat hij niet meer is, het 'toneelfiguurtje' van vroeger, 'opgelost in het niets'. Hij is de eerstgeborene van de vier kinderen uit het huwelijk van zijn vader Joseph, onderwijzer, met moeder Augustine, naaister. Hij beleeft een onbekommerde jeugd in Saint-Loup vlakbij Marseille en voelt zich innig verbonden met de sprookjesachtige ruigte rond het vakantieonderkomen La Bastide neuve, een opgeknapte bouwval. Het geslaagde jachtavontuur aldaar van zijn antiklerikale vader en katholieke oom Jules verbeeldt een glorieuze oerbeleving, hun terug naar de natuur. In deel twee 'Een kasteel voor mijn moeder' gaat het opnieuw over zijn herinneringen aan zijn jeugd in Zuid-Frankrijk. Naast persoonlijk getinte herinneringen bieden de memoires vooral een vertederend eerbetoon aan zijn familie.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.