Wanneer wordt het eindelijk weer zoals het nooit is geweest
Joachim Meyerhoff
Joachim Meyerhoff (Auteur), Jan-Bert Kanon (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Signatuur, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : MEYE |
Jan Luijten
ob/kt/13 o
Het vierde deel van Meyerhoffs cyclus heet Zonder paniek geen paradijs en speelt zich af in de jaren negentig. De jonge acteur staat eerst op de planken in Bielefeld en later in Dortmund, en in beide steden wordt hij verliefd. In het theater vindt hij weinig voldoening en zijn liefdesleven ontspoort.
In Bielefeld wordt hij verliefd op Hanna, een ambitieuze en belezen studente. De liefde groeit, ofschoon ze een ongelijk paar vormen. Maar Joachim haat het theater in Bielefeld, 'deze opgeblazen declamatiehel', en vertrekt naar dat in Dortmund. Daar leert hij bij de productie van Anatevka de mooie Franka kennen, een danseres. Haar bestaan beperkt zich tot dansen en feestvieren. Hun liefdesleven is zo luidruchtig dat de buren erover klagen.
En dan is er Ilse, die haar klanten in de bakkerij afraadt haar brood te kopen, omdat het 'beroerd smaakt'. Alleen haar koffiebroodjes zijn de moeite waard. Joachim valt ook voor Ilse, gaat haar in de vroege ochtenduren helpen in de bakkerij, waarna ze samen ontbijten.
Hij reist heen en weer tussen Hanna in Bielefeld en Franka in Dortmund. Naast repetities en voorstellingen gaat hij tot diep in de nacht uit met Franka, waarna het om vier uur 's ochtends tijd is voor Ilse en de bakkerij. 'Ik had nooit gedacht dat er zoveel leven in zo weinig tijd paste.' Geen van deze vrouwen mag ook maar iets van elkaar weten, wat soms leidt tot paniek bij de 'relatiejongleur' die drie ballen tegelijk in de lucht moet houden. Vandaar de titel.
Uit het Duits vertaald door Jan Bert Kanon. Signatuur; 368 pagina's; € 21,99.
Roderik Six
te/ep/05 s
Hanna heet ze. Joachim heeft haar gespot op de dansvloer van een premièrefeestje. Al enkele maanden woont hij in Bielefeld, waar hij zich aan zijn eerste, aarzelende stapjes in de theaterwereld waagt. Zonder dat hij het echt beseft, is hij eenzaam en droevig – hij heeft een zwaar verleden achter zich gelaten en de warme armen van Hanna moeten hem redden. Oké, ze is niet de mooiste vrouw ter wereld en haar enthousiasme over de Duitse literatuur en filosofie kan hij met zijn onbelezen brein amper volgen maar hij is in de ban van haar. Drie dagen later woont ze bij hem in.
Wat hij niet durft aan te kaarten: binnenkort verhuist hij naar Dortmund om een ander toneelgezelschap te vervoegen. Maar liefde werkt ook op afstand. Althans, toch in het begin, toch tot hij in Dortmund met de bloedmooie Franka aanpapt. En dan heeft hij ook nog een boontje voor een weelderige bakkerin die zijn magere lijf volpropt met gebak.
Hoeveel liefde heb je nodig om de dood te dempen? In het vierde en laatste deel van zijn autobiografische cyclus geeft Joachim Meyerhoff zichzelf weer genadeloos bloot. Hij weet best dat zijn vierkantsrelatie niet netjes is maar de oprechtheid waarmee hij zijn jeugdige verliefdheden beleeft, is ergens charmant – net zoals Casanova veinst hij zijn liefde niet, hij verdeelt zijn gevoelens alleen over iets te veel vrouwen. Dat leidt tot de gebruikelijke wroeging en tot hilarische taferelen waarin hij probeert zijn parallelle relaties gescheiden te houden – hoe verklaar je een tanga in je huis, hoe verdoezel je vanillegeuren? – maar naarmate je in dit laatste deel vordert, merk je hoe zijn gedrag voortkomt uit een diepe rouw. Tussen de humoristische regels door lees je vaak pijnlijke zinnen waar het verdriet van afdruipt. En ook zijn vrouwen hebben geheimen. In de liefde is blijkbaar niemand zonder blaam.
Meyerhoffs tetralogie is oorspronkelijk op het podium ontstaan, als een langgerekte monoloog die zes speelavonden in beslag nam. Meestal is het geen goed idee om een theatertekst in boekvorm te gieten, maar Meyerhoff toont zich een begenadigd schrijver die de theaterkunstjes feilloos omzet in proza waar het vertelplezier van afspat. Hij doet geen moeite om grootse literatuur te plegen, hij kent zijn beperkingen, maar net die vrijheid leidt regelmatig tot knappe observaties en originele zinsneden. Wie droge lippen als ‘pretzelhard’ omschrijft en een doorweekte trui met een gecrepeerde octopus vergelijkt, verdient een open doekje.
***
Signatuur (originele titel: Die Zweisamkeit der Einzelgänger), 368 blz., € 21,99.
J. Hodenius
Vierde deel van de indrukwekkende hilarisch-melancholieke serie semi-autobiografische ontwikkelingsromans ‘Alle doden vliegen hoog’ van de Duitse auteur/acteur (1967). In de jaren negentig is hij ondertussen een startend en onzekere acteur in de provinciesteden Bieleveld en Dortmund, met een rijk liefdesleven. Zijn eerste grote liefde vindt hij in de superintelligente, dwarse, superkritische en steeds onvoorspelbare literatuurstudente Hanna. Zij krijgt terecht de meeste aandacht, wat talrijke literaire verwijzingen oplevert (zoals naar haar lievelingsauteur Sylvia Plath) én verrassende gezamenlijke acties (bijvoorbeeld een nacht in een schoenenwinkel). In Bieleveld krijgt hij nog twee andere liefjes, de nymfomane nachtcruisende danseres Franka en, als ‘realiteitsanker’ tussen het heen- en weer gereis en alle tactieken zodat de dames elkaar niet treffen, de oudere resolute vrouwelijke bakker Ilse. Het leven als acteur in de provincie komt ook ruim aan bod. Het einde is een schitterende ode aan alle geliefde overledenen, wat het vermoeden rechtvaardigt dat dit het slotdeel is.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.