Tussen de bedrijven
Virginia Woolf
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : WOOL |
Cathérine Ongenae
il/pr/11 a
Begin 1928 noteerde Virginia Woolf in haar dagboek dat 'de eerste roman altijd geneigd is om onbezonnen te zijn, omdat de auteur zijn talenten tentoonspreidt zonder te weten hoe hij ze zo voordelig mogelijk moet etaleren'. Dat was dertien jaar na publicatie van De uitreis. Ze had intussen gevierde titels zoals Mevrouw Dalloway (1925) en Naar de vuurtoren (1927) afgeleverd en legde de laatste hand aan het meesterlijke Orlando.
Was Woolf te streng voor zichzelf? De uitreis is allesbehalve een debuut vol kinderziektes. Integendeel. Het leest toegankelijk, voelt Woolfiaans aan. De taalvirtuoos zat al in de knop, klaar voor bloei. Haar allesziende haviksoog observeerde wat ze vervolgens trefzeker beschreef: de gedachten van mensen die zich al dan niet bewust van hun zintuigelijke omgeving laten meevoeren op de hoogtes en de laagtes van het leven.
Net als in haar laatste boek Tussen de bedrijven (1941), dat ze onvoltooid achterliet toen ze op 59-jarige leeftijd met stenen in haar jaszak de Ouse instapte, ruist de tijdsgeest door de innerlijke en uitgesproken dialogen. Maar waar in Tussen de bedrijven de oorlogsdreiging boven de pagina's hing, zijn we in de eerste roman getuige van de ontwikkeling van een jonge vrouw op een ander kantelpunt in de geschiedenis: het einde van het Victoriaanse tijdperk en de opkomst van het modernisme.
Nochtans doet de verhaallijn erg Jane Austen-achtig aan. De uitreis is een coming-of-ageverhaal van de 24-jarige moederloze Rachel Vinrace die met het vrachtschip van haar vader van Londen naar een onbestaande plek in Zuid-Amerika reist. Ze wordt hierbij vergezeld door haar oom en tante, Helen and Ridley Ambrose. Als het schip aanmeert in Lissabon, komt er nog een koppel aan boord: Richard en Clarissa Dalloway (die later dus een eigen roman krijgt). Een deel van de passagiers zal overwinteren in het tropische Santa Marina, Rachel moet met haar vader verder de Amazone op om handelswaren te leveren. Maar tijdens de zeereis gebeurt een en ander. Niet alleen voeren de volwassenen gesprekken over zaken waar de overbeschermde Rachel niets van afweet, ze wordt ook gekust door Richard Dalloway. Rachel, wereldvreemd en oningewijd, houdt er nachtmerries aan over.
Omdat haar tante Helen het stilaan nodig vindt dat het meisje wordt opgeleid en geïnitieerd, overtuigt ze vader Vinrace om zijn dochter bij hen in de vakantievilla te laten. Daar ontmoet de jonge vrouw de Britse schrijver Terence Hewet. De twee worden verliefd, en tijdens een kleine expeditie in de brousse beslissen ze om te trouwen. Eens terug in het vakantieverblijf, blijkt Rachel besmet met een exotisch virus. Uiteindelijk zal ze bezwijken aan een tropische koorts.
Verschillende versies
Hoewel het boek verscheen in 1915, ze was toen 33, vermoedt men dat de jonge Virginia er tien jaar eerder al op broedde. Volgens haar neef en biograaf Quentin Bell verlangde ze er al naar een roman te schrijven na de dood van haar vader. Sir Leslie Stephen, redacteur en literair criticus, overleed in februari 1904, en zijn dochter zocht verwoed naar een project dat haar kon afleiden van haar door verdriet getormenteerde geest. Maar in mei van datzelfde jaar stortte ze in. Ze hoorde stemmen die haar vertelden dat ze ziek werd van eten, en hongerde zichzelf daarom uit. Ook probeerde ze uit het raam te springen, maar daar hield ze alleen wat blauwe plekken aan over.
Hoe dan ook was het niet haar eerste depressie: ook na het overlijden van haar moeder in 1895 was Virginia al eens in een donkere periode beland.
Langzaam herstelde ze en begon ze literaire recensies te schrijven voor publicaties als The Times Literary Supplement en The Guardian. In de herfst van 1904 verhuisde ze met haar zus Vanessa en haar broers Thoby en Adrian naar het huis in Bloomsbury, waar ze hun befaamde donderdagavondgesprekken organiseerden. Tegen 1908 was ze volop bezig met de roman, die toen nog Melymbrosia heette, en veel van de gesprekken die de Bloomsbury-groep voerde, belandden uiteindelijk in de dialogen van De uitreis.
Als ze ertoe in staat was, was ze met haar boek bezig, dat ze blééf overschrijven en herwerken. Lite-ratuurprofessor Louise DeSalvo vond in haar opzoekwerk naar het ontstaan van De uitreis zes voorgaande versies. Ze is er zeker van dat er daarnaast nog heel wat manuscripten in de haard zijn geëindigd. Dat er veel verschillende vroegere versies bestaan, wijst erop dat ze worstelde om haar eigen stem te vinden. Tegelijk is het niet verwonderlijk, aldus DeSalvo, dat een werk mee evolueert met de maakster en omgekeerd, dat haar persoonlijke ervaringen hun weg vonden op het papier.
Zo is er het onfortuinlijke overlijden van haar broer Thoby die in 1906 op een reis naar Griekenland tyfus opliep. Hij was het vierde nabije familielid dat het leven liet, wat niet alleen een mogelijke bron van inspiratie was voor het sterven van Rachel, maar ook een verklaring voor de psychische crisissen die elkaar bleven opvolgen. In die zin geeft De uitreis veel prijs, en misschien bedoelde Woolf precies dat met haar zelfkritiek.
Ook al gooide ze, naar verluidt op aanraden van mensen uit de uitgeverswereld, heel wat politiek getinte passages weg, dat kon niet verhinderen dat de geëngageerde Woolf haar afkeer van die vermaledijde Victoriaanse mores injecteerde in bepaalde personages, en dat haar ideeën over vrouwenstemrecht en het huwelijk zich manifesteerden in de plot. Het lot van gehuwde vrouwen uit die tijd kon haar niet bekoren omdat van hen werd verwacht zich met het huishouden en de kinderen bezig te houden. Trouwen leek haar een gruwel. Ironisch genoeg gaf zij in 1911 zelf toe aan de aanzoeken van de bevriende schrijver Leonard Woolf, maar allicht wist ze op het moment van haar ja-woord al dat deze man geen traditionele verwachtingen koesterde. In ieder geval keerde het paar terug van huwelijksreis met elk een boek in vergevorderde staat.
Nieuwe identiteit
De huwelijkse staat beschermde haar evenwel niet tegen zenuwziektes. Ook nadat de laatste revisie achter de rug was, duurde het nog twee jaar voor het boek gepubliceerd raakte, omdat ze intussen opnieuw onwel was geworden, en verschillende zelfmoordpogingen had ondernomen. De uitreis was dus een zware bevalling, maar hoe kon het ook anders? Om haar doel te bereiken moest Woolf een oude beklemmende huid afschudden, en tegelijk een nieuwe aanmaken. Het is niet eens ver gezocht om het verhaal te lezen als een enkele reis die symbool staat voor de omwentelingen die zowel Woolf als haar tijdsgewricht doormaakten. Of om te begrijpen waarom Rachel moest sterven.
Alles moest anders. De manier van vertellen, die ze vond in de stream of consciousness die haar handelsmerk zou worden. De ouderwetse bekrompen attitudes van de 19de eeuw - in beeld gebracht door de troosteloosheid van het vuile Londen - die moesten wijken voor het vrije gedachtengoed van de artistieke klasse uit het 20ste eeuwse interbellum, een exotische nieuwe wereld. Het idee van het jonge ingénue dat eens ingewijd nooit meer naïef en onschuldig zal kunnen zijn. Ook de romantische idealen van Jane Austen moesten dus dood.
Een van de mooiste hoofdstukken is misschien wel hoe de wereld verder draait na Rachels dood. Een pagina daarvoor had haar geliefde nog bedacht dat doodgaan niets is behalve stoppen met ademen, volmaakt geluk zelfs. Voor de overledene dan, want op het moment dat Terence Hewet beseft dat hij zijn Rachel nooit meer zal zien, wordt ook hij overspoeld door wanhoop. Desondanks daalt er een soort van vredigheid neer op de pagina's, of beter, gaat het leven zijn gewone gang. De zon komt op, vogels ontwaken, mensen gaan ontbijten. Alsof ze al uitzoomend wil zeggen: het leven maalt niet om ons, de natuur is onverschillig.
In die zin zou het zonde zijn om Virginia Woolf één op één te identificeren met haar feministische gedachtegoed: ze was zoveel meer dan dat. Haar literaire erfgoed, de moderne ideeën over literatuur zijn minstens zo belangrijk, net als haar affiniteit met diepmenselijke gevoelens als wanhoop en verlies, haar monkelende kijk op kleinmenselijk gedrag en haar soms onthutsende wereldbeeld.
Athenaeum, 480 p., 24,99 euro. Vertaald door Barbara De Lange.
Peter Jacobs
il/pr/20 a
Wie ooit iets van Virginia Woolf gelezen heeft - Mrs Dalloway of Naar de vuurtoren bijvoorbeeld - zal meteen glimlachen van herkenning bij de openingsscène van De uitreis. Zelfs in de allereerste zinnen van haar debuut zie je al onmiskenbaar de signatuur van de grote Britse modernistische schrijfster. Zoals ze in- en uitzoomt op haar personages in het stadsgewoel van Londen: gewoon weergaloos.
Het tafereel in de straten van de Britse hoofdstad is een prelude van wat het hele boek op dreef houdt: een stroom van gedachten, impressies, conversaties, incidenten, geluiden, beelden die in elkaar overvloeien, wedijveren om aandacht. Woolf schrijft vaak in zenuwachtige zinnen, geritmeerd op komma's en kommapunten; het is een schuchtere poging tot de stream-of-consciousnesstechniek die haar later zo geliefd en zo gehaat maakte, die haar het epitheton moeilijk opleverde.
Het heet gewoonlijk dat De uitreis nog geschreven is in de stijl van de prille post-victoriaanse tijd, vrij traditioneel, of conventioneel dus. Dat is maar gedeeltelijk waar. De uitreis is ook een boek waarin nauwelijks iets gebeurt, maar dat blijft boeien, omdat de schrijfster ogenschijnlijk banale gebeurtenissen en alledaagse gevoelens met woorden probeert te omsingelen.
Virginia Woolf (1882-1941) sleutelde jaren aan het manuscript van haar eerste roman - de aanzet dateert zelfs al van 1904, beweren sommigen. Ze ging ondertussen door moeilijke periodes van depressie en twijfel; ze stond zelfs op de rand van de zelfmoord. Dat was een duidelijke voorbode van wat haar later in haar leven en in haar werk nog vaker zou overkomen. De publicatie in 1915 van The voyage out bij de uitgeverij van haar halfbroer was een opluchting. De kritiek was mild voor de coming-of-ageroman waarin een lange bootreis de 24-jarige Rachel Vinrace naar het leven, de liefde en de dood voert. Maar de verkoop van het boek viel tegen.
In de Verenigde Staten was er pas in 1920 interesse voor een uitgave; toen was in Groot-Brittannië al Woolfs tweede, Night and day, gepubliceerd.
Cargo
In De uitreis wentelen we ons in de wirwar van intermenselijke relaties. Het verhaal klinkt simpel, en niet bijster origineel. Rachel reist mee met haar vader, een reder die voor zaken naar Zuid-Amerika moet. Ze is wat je noemt een onbeschreven blad, een jonge vrouw die opgegroeid is in een gegoed beschermd milieu zonder moeder, die de wereld en haar plaats daarin nog niet kent. Ze heeft niet gestudeerd. Aan boord van haar vaders vrachtschip zijn onder anderen ook haar tante en oom en een pedante vriend van haar vader. Bij een tussenstop in Lissabon pikken ze het opvallende echtpaar Dalloway op - ja, de mevrouw Dalloway die jaren later de katalysator van Woolfs meesterwerk zou worden.
Alle personages laten een indruk op de naïeve en onwetende Rachel na, beschrijven het blad. Aangekomen op de bestemming knoopt ze een verhouding aan met de schrijver Terence Hewet, maar nog voor ze kunnen trouwen sterft ze aan een tropische ziekte. De uitreis is Rachels stap naar de vrijheid, naar de volwassenheid, de zelfstandigheid; elk personage en het toeval krijgen daarin een rol toebedeeld. Het is tegelijk ook een commentaar op de toenmalige 'edwardiaanse' samenleving, een politieke laag die scherper was uitgetekend in de vroege versies van het manuscript, weten de specialisten. Eigenlijk zitten al Woolfs stokpaardjes in dit boek: gender, man-vrouwrelaties, (homo)seksualiteit, sociale verhoudingen, vrouwenrechten - in een tijd dat de suffragettes nog op straat kwamen.
Wie zich in het goed gedocumenteerde leven en werk van Virginia Woolf verdiept, ontdekt in De uitreis bovendien portretten van haar ouders en van Bloomsbury-vrienden, en natuurlijk ook van de schrijfster zelf.
Clever
Ook los van die literair-historische context is het boek nog best leesbaar; het is zelfs aan te bevelen om je zonder al te veel bagage te laten meeslepen. Daarom is het ook goed dat The voyage out eindelijk vertaald is - en hoe! Dank u, Barbara de Lange. Met de recente vertalingen van Between the acts ( Tussen de bedrijven, door bewonderaar Erwin Mortier) en The years ( De jaren, ook door Barbara de Lange) zijn de romans van Woolf eindelijk compleet in het Nederlands, ook al zijn ze jammer genoeg niet allemaal in druk meer. Het is eigenlijk verbazingwekkend dat het zo lang geduurd heeft.
' With the cleverness shown here, crude as most of it is, there should be a possibility of something worth while from the same pen in the future.' De anonieme criticus van The New York Times vond er in 1920 niets aan, aan The voyage out, maar zag wel een belofte in de schrijfster. Hij - het moet wel een man geweest zijn - vergiste zich, maar kreeg ook gelijk. Uiteindelijk is dit debuut meer dan zomaar clever gebleken, en zou de schrijfster haar talent verder verfijnen met meer doorgedreven experiment. Vanaf Jacob's room in 1922 vond ze definitief haar eigen stem.
Vertaald door Barbara de Lange, Athenaeum,-Polak & Van Gennep, 480 blz., 24,99 €. Oorspronkelijke titel: 'The voyage out'.
Nadia Ezzeroili
2/ei/26 m
Het heeft 103 jaar geduurd om The Voyage Out, de eerste roman van Virginia Woolf, naar het Nederlands vertaald te krijgen, maar dan heb je ook wat. Al is het merkwaardig dat de vertaling zo lang op zich liet wachten, want is Virginia Woolf (1882 - 1941) niet een van de belangrijkste schrijvers van de twintigste eeuw? Een feministisch rolmodel bovendien, dat de positie van de vrouw in de westerse samenleving in haar romans en essays erudiet beschreef.
Alsof de Nederlandse vertaler Barbara de Lange, die vorig jaar The Years van dezelfde auteur vertaalde, deze vraag voelde aankomen, biedt ze in het voorwoord van De uitreis een mogelijke verklaring voor het zo lang uitblijven van een vertaling: Woolfs werk werd aanvankelijk in Nederland niet onverdeeld positief ontvangen. Aandacht voor Woolf als feministische intellectueel was er wel tijdens de tweede feministische golf (vanaf de jaren zestig), maar desondanks bleven ook toen haar eerste boeken onvertaald. Vrouwelijke recensenten vonden haar feminisme alweer achterhaald. De Lange: 'En de mannelijke vonden haar werk te pessimistisch, alleen geschikt voor volwassenen met voldoende levenservaring, of op confessioneel-ethische gronden afkeurenswaardig.'
Wat zonde. Etiketten als 'te pessimistisch', door mannen geplakt op het werk van internationaal geprezen vrouwen, wekken juist nieuwsgierigheid. En pessimistisch is De uitreis allerminst, getuige de satirische pen van de jonge Woolf. Daarbij: het verhaal, over de 24-jarige Rachel Vinrace die ergens begin twintigste eeuw met haar vader en tantes (haar moeder stierf toen Rachel 11 jaar was) een bootreis maakt naar een niet nader genoemd Zuid-Amerikaans land, gáát juist over levenservaring.
De uitreis, een scherpe bildungsroman over Rachels symbolische weg naar volwassenheid, begint met de zes weken durende bootvaart vanuit Engeland, in een bont gezelschap van persoonlijkheden. Neem Mrs. Dalloway, die tien jaar later nog zal terugkeren in een Woolf-roman. In Portugal wordt ze met haar man opgepikt en reist ze mee tot de volgende stop. Rachel, bleu door een beschermd leven, is danig onder de indruk van de vrouw. Een amicaal gesprek met Mrs. Dalloways echtgenoot Richard leidt uiteindelijk tot wat tegenwoordig in fragiele feministische kringen een #MeToo-ervaring genoemd zou kunnen worden: haar eerste gewichtige levensles tijdens de reis.
Rachels tante Helen Ambrose, die haar onder haar hoede neemt, doet daar nog schepje ontnuchtering bovenop wanneer de twee het incident bespreken: ook Mrs. Dalloway is Rachels bewondering niet waard. 'Een leeghoofd' dat 'nooit luistert naar wat anderen zeggen'. De alwetende verteller concludeert: 'Ongemerkt vervaagde de glans van Richard en Clarissa (Dalloway) een beetje. Ze waren in de ogen van een rijper persoon dus toch niet zo geweldig geweest.'
Zo bevraagt Rachel Vinrace voortdurend de mensen die ze ontmoet, en bespreekt ze muziek en literatuur (Jane Austen is verre van favoriet, in tegenstelling tot Wuthering Heights van Emily Brontë) om haar plek in de maatschappij, met name als vrouw, beter te begrijpen. Dat levert aardige gesprekken op, onder anderen met Terence Hewit, haar liefdesinteresse tijdens haar verblijf bij tante Helen in Zuid-Amerika.
Over stemrecht zegt Hewit, tamelijk treffend: 'Het respect dat vrouwen, zelfs ontwikkelde, bijzonder bekwame vrouwen, voor mannen hebben... Ik geloof dat we hetzelfde soort macht over jullie uitoefenen als we over paarden uitoefenen, zoals wel gezegd wordt. Die zien ons als drie keer zo groot als we zijn, anders zouden ze ons nooit gehoorzamen. Om precies die reden lijkt het me twijfelachtig of jullie ooit iets zullen bereiken, zelfs al krijgen jullie stemrecht.'
Een kalme maar snoeiharde observatie, waarin Virginia Woolf in haar debuut al uitermate bedreven is. De uitreis is een beeldschone roman, en de ideale introductie tot het oeuvre. Gooi het maar meteen op de boekenlijst van de jeugd, als die nog bestaat.
*****
Uit het Engels vertaald door Barbara de Lange. Athenaeum-Polak & Van Gennep; 480 pagina's; € 24,99.
Livia Visser-Fuchs
Een jonge vrouw, beschermd opgevoed, gaat op reis met een gevarieerd gezelschap, mannen en vrouwen, getrouwd en ongetrouwd, zakenmensen en intellectuelen, en wordt (wereld)wijzer door hun gedrag, advies en vooral hun eindeloze gesprekken, die worden beschreven met elke gedachtegang en stemmingswisseling van de aanwezigen. Thema’s zijn politiek, literatuur, liefde, huwelijk, de positie van vrouwen (aan het begin van de twintigste eeuw) en het leven zelf. De zeereis, de uitstapjes en het hotel leven vormen een ideale achtergrond voor intieme conversaties en relaties. Deze eerste roman van de beroemde Engelse schrijfster (1882-1941) heeft alle elementen van haar latere werk en is iets toegankelijker, maar eist wel veel aandacht van de lezer. Sommige personen lijken geïnspireerd door Woolfs omgeving, haar zuster, zwager en andere leden van de befaamde ‘Bloomsbury group’ van vrijdenkende intellectuelen. Met inleiding en noten. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.