Een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit
Dave Eggers
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : EGGE |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2018 |
VOLWASSENEN : ROMANS : EGGE |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2018 |
VOLWASSENEN : ROMANS : EGGE |
Marnix Verplancke
ua/an/31 j
Mokhtar Alkhanshali is een missionaris zonder missie. Hij is vooraan de twintig, een Amerikaan van Jemenitische afkomst die als kind wegdroomde bij de boeken van Harry Potter en hoopte ooit weg te geraken uit de overbevolkte flat die hij met zijn ouders, broers en zussen deelde, net zoals Harry erin was geslaagd uit zijn trapkast te ontsnappen. Alleen wil dat maar niet lukken. En dus wordt hij portier in Infinity, vier dure woontorens met een fantastisch uitzicht over de baai van San Francisco.
Eindeloos deuren openen voor rijkelui die amper oog voor hem hebben, lijkt zijn lot te zullen worden, tot een vriendin hem op het standbeeld aan de overkant van het plein wijst: een Arabier van wel zes meter hoog met een kop koffie in de hand. Daar wil Mokhtar het fijne wel van weten, en dus stapt hij het gebouw binnen waar die Arabier voor staat. Ooit was dat het hoofdkantoor geweest van Arabian Coffee and Spice Mills, de firma die koffie op grote schaal populair maakte in de VS. En waar haalde ze haar bonen vandaan? Uit Jemen. Daarmee heeft Mokhtar zijn missie gevonden.
Mokhtar is het hoofdpersonage uit De monnik van Mokka, het nieuwste boek van Dave Eggers. Na de romans De cirkel en Helden van de grens bleek Eggers nog eens toe aan een stevige brok non-fictie en dus boog hij zich over het leven van deze kleine koffie-ondernemer met grote ambities. Eggers heeft immers iets met non-fictie.
Boston Tea Party
In 2000 debuteerde hij met het autobiografische Een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit. Later volgden Wat is de wat, het verhaal van een Zuid-Sudanese vluchteling en Zeitoun, waarin hij een Syrische migrant volgde op zijn messiaanse tocht in het door orkaan Katrina praktisch weggespoelde New Orleans, waarna de man als cynische dank meer dan drie weken zonder enige uitleg vastgehouden werd door de politie. Het voorval luidde het einde van zijn bedrijf en zijn huwelijk in.
Demonnik van Mokka is een veel optimistischer verhaal. Natuurlijk zitten er wel een paar scènes in waarin de Amerikaanse politie zich niet zo netjes gedraagt, en de buitenlandpolitiek van de VS wordt subtiel door de mangel gehaald. Dit nalaten zou immers van een al te grote naïviteit getuigen. Afgezien daarvan is Mokhtars levensverhaal echter een echte American dream, van rags to riches, of om het iets preciezer toe te spitsen, van portier in Infinity tot bewoner van een van de imposante appartementen ervan.
En dat dus allemaal door dat beeld van die Arabier met een kopje koffie in de hand. Mokhtar raakt zo geïntrigeerd door hem dat hij zich gaat verdiepen in de geschiedenis van de teelt en de handel van koffie. De eerste mensen die een slap aftreksel hebben gedronken van de pitten van de koffieplant, waren de Ethiopiërs, ontdekt hij. Vreselijk spul moet het geweest zijn, aangezien zij de rauwe bonen gebruikten, maar het verschafte energie, en daar was het allemaal om te doen. Het idee om die bonen te branden en daar dan een drankje mee te maken, kwam vijf eeuwen geleden op bij de in Mokka wonende soefigeestelijke Ali Ibn Omar al-Shadhili. Zijn brouwsel sloeg aan. Zozeer zelfs dat Mokka in de eeuwen daarna de grootste koffiehaven ter wereld werd, en het land waarin Mokka lag, Jemen dus, de grootste koffieproducent.
Eggers is op zijn best in de hoofdstukken die expliciet over de geschiedenis van de koffie gaan. In Jemen besefte men heel goed dat anderen ook wel een graantje van hun rijkdom wilden meepikken. Daarom werd er angstvallig op toegezien dat smokkelaars geen koffieplantjes in handen kregen. Met veel flair en humor beschrijft Eggers hoe de Nederlanders en de Fransen er toch in slaagden hun eigen plantages aan te leggen. Ook op de vraag waarom koffie in Amerika zo aansloeg, terwijl het toch een kolonie was van die immer thee slurpende Britten, heeft Eggers trouwens een antwoord. Precies omdat thee zo vereenzelvigd werd met die Britten, wilden de Amerikanen er na de thee-opstand van 1773, waarbij vier scheepsladingen blaadjes de haven van Boston werden in gekeild, niet meer van weten.
Geen gore drab
Dave Eggers beschikt over de unieke gave de actualiteit te koppelen aan een gaaf verhaal. Dat deed hij natuurlijk in Zeitoun en Wat is de wat, maar ook zijn romans blijken niet zomaar in het maatschappelijke luchtledige te zweven. De cirkel wees vijf jaar geleden al op het Big Brother-gehalte van grote internetbedrijven als Facebook en Google. De verkiezing van Trump en zijn beweringen over fake news toonden aan hoe profetisch die roman wel was. Zelfs de groten van Davos lijken hem nu gelijk te geven.
Helden van de grens, waarin een moeder met haar kinderen naar Alaska trekt, leek dan weer in te spelen op de hedendaagse terug-naar-de-natuurtrend, waarbij we ons eigen hout hakken en onze eigen worsten draaien. Dat je vandaag de straat kunt leggen met barista's zegt wellicht iets over de populariteit van koffie.
En dat is niet zomaar een bakje troost, ontdekt Mokhtar. Voor gore drab vang je niets. De grote koffiefirma's sturen de koffieboeren met een kluitje in het riet en de kwaliteit van de geleverde bonen is navenant. Mokhtar wil echter iets anders. Als Jemeniet wil hij zijn land welvaart schenken en dat kan alleen door specialty-koffie te produceren, de hoogste kwaliteit die de boeren voor een schappelijke prijs kunnen verkopen aan de kleine uitvoerders die de beste koffiebars bevoorraden. Dus neemt hij zich voor naar Jemen te trekken op prospectie.
Om au sérieux genomen te worden schaft hij zich een groot Zwitsers horloge, een lederen notitieboekje en een bril uit 1941 met zeshoekige glazen aan, en schuift hij zijn zilveren ring met een kornalijn erin aan zijn vinger. Tijdens zijn bezoek aan de eerste plantage is hij vol lof over de planten die hij ziet. Hij bevoelt en besnuffelt ze en krijgt bijna tranen in de ogen van ontroering tot zijn gids hem vraagt wat hij zo speciaal vindt aan die olijfstruik waar hij maar niet af kan blijven. Mokhtar heeft nog veel te leren, en hij doet dat in geen tijd.
In contrast met dit guitige en vertederende portret van Mokhtar in het eerste deel van het boek, krijgen we in het laatste derde een soort reprise van Wat is de wat voorgeschoteld. Eind december 2014 gaat het met de veiligheid in Jemen steil bergaf. Wanneer de daders van de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo van 7 januari 2015 zich bekennen tot de Jemenitische afdeling van Al Qaida, richt de internationale aandacht zich op dit land dat steeds meer in een burgeroorlog wegzinkt. Op verzoek van de reguliere Jemenitische president en met medeweten van de VS begint Saudi-Arabië in maart te bombarderen. Mokhtar slaat op de vlucht en wat volgt is een verhaal vol blokkades, AK-47's, angst en uiteindelijk de redding. Het déjà-lu-gevoel is groot en voor ons had het niet gemoeten.
Addertje onder het gras
Dat Mokhtars American dream werkelijkheid wordt, weet de lezer al van bij de aanvang. Daar maakt Eggers geen geheim van. Goedkope spanning heeft hij niet nodig om een goed boek te schrijven, net zomin als verrassende vertelstandpunten of een amalgaam aan ingewikkelde flashbacks en flashforwards. Eggers is wat dat betreft een klassieke schrijver die zijn alwetende verteller een chronologisch verhaal laat brengen.
Maar Eggers zou Eggers niet zijn als er geen addertje onder het gras zat. Zijn ode aan de American dream bevat ook een waarschuwing, en die krijgen we te horen uit de mond van Mokhtars grootvader Hamood. Vergeet niet dat geld altijd een middel moet blijven en nooit een doel op zich mag worden, zegt hij tegen zijn kleinzoon, en voorkom dat het de macht over je ziel of je hart overneemt. Eggers heeft die boodschap begrepen, want een deel van de opbrengst van de verkoop van zijn boek schenkt hij aan de Mokha Foundation die de levensomstandigheden in Jemen wil verbeteren.
(vertaald door Koos Mebius), Lebowski, 332 p., 22,50 euro.
Kathy Mathys
ru/eb/02 f
Hoopgevend zijn journaalbeelden over Jemen zelden of nooit. In 2011, ten tijde van de Arabische Lente, kregen de Jemenieten zicht op een democratische en minder gewelddadige toekomst. Maar de hoop ebde snel weg en het land raakte verscheurd. Al Qaida en IS kregen steeds meer invloed en vanuit het noorden van het land rukten de Houthi-rebellen op naar de hoofdstad Sana'a. Er barstte een burgeroorlog los, Saoedi-Arabië zette F15-bommenwerpers in om de Houthi's tot staan te brengen. Amerika had op dat moment zijn burgers al lang aangeraden om Jemen te verlaten, de meesten hebben dat ook gedaan.
Het is onder deze benarde omstandigheden dat Mokhtar Alkhanshali bonen voor specialty-koffie het land uit wil krijgen. Mokhtar is een Jemenitische Amerikaan die is opgegroeid in Tenderloin, een wijk in San Francisco met een slechte naam. Dave Eggers, die honderden uren met zijn hoofdpersoon heeft gesproken, beschrijft de piepjonge Mokhtar als 'een vat vol onrust'. Het kind is een grapjas, een snelle prater, een deugniet die 'Harry Potter'- boeken jat. Al die eigenschappen zullen hem van pas komen in het land van zijn voorouders.
Als tiener trekt Mokhtar naar Jemen. De jongeman die later naar de Verenigde Staten terugkeert en een baan krijgt als verkoper in dure kledingzaken is meer gedisciplineerd. Hij wil graag studeren, leent geld, maar maakt door een ongelukkig voorval een berg schulden. Zijn droom vervliegt en Mokhtar wordt portier in een duur appartementencomplex, dat Eggers met filmische beschrijvingen tot leven brengt.
Koffie interesseert Mokhtar niet vanuit culinair oogpunt. Het is zijn moeder die hem vertelt welke rol Jemen ooit speelde in de geschiedenis van de koffieteelt. Dat verhaal maakt indruk op hem. Het gewas werd daar voor het eerst gecultiveerd, iets wat weinig Jemenieten weten. Mokhtar verdiept zich in de geschiedenis en de productie van koffie. Hij reist naar Jemen, waar de teelt nauwelijks nog iets voorstelt, de meeste boeren verbouwen er qat. Degenen die wel koffie telen, weten te weinig van de productie om topkwaliteit te kunnen leveren en bovendien worden ze ook nog eens uitgebuit.
Engagement
Net als in Zeitoun, het boek waarmee De monnik van Mokka het meest gemeen heeft, stelt Eggers zich helemaal ten dienste van het onderwerp. Enkel in het voorwoord en aan het slot voert hij zichzelf op. Anders dan in Zeitoun, dat meteen begint met de komst van orkaan Katrina, neemt hij hier een lange aanloop. Hij vertelt over de geschiedenis van de Jemenieten in Amerika, over de geschiedenis van Mokhtars familie en over koffie. De schrijver wil laten zien hoeveel moeite het kost om koffie te produceren.
Soms weidt hij te veel uit, bijvoorbeeld in het stuk waarin Mokhtar bij Blue Bottle Coffee zijn opleiding krijgt. In dat deel lijken we te zijn terechtgekomen in een boek voor foodies. Ook is Eggers soms te nadrukkelijk in de typering van zijn personages. 'Hij zit vol humor en heeft een uiterst oprechte inborst,' schrijft hij in de openingsbladzijden over Mokhtar. Verderop levert de schrijver volop bewijzen van deze uitspraak, die dus overbodig was.
Daarmee zijn de mindere kanten van De monnik van Mokka genoemd. Eggers is een betrokken en bevlogen verteller. Zijn hoofdpersoon is een levendige figuur die zowel bewondering als verbijstering oproept. Mokhtars engagement ten aanzien van de boeren en zijn doorzettingsvermogen maken indruk. In het laatste deel, dat leest als een thriller, is het zijn koelbloedigheid die respect afdwingt.
Onstuitbaar optimisme
Net als Zeitoun is dit een verhaal over racisme tegenover Amerikanen met een vreemde achtergrond. Eggers verzamelde getuigenissen die veel minder verbazen dan dat ze woedend maken. Vooral het verhaal van een Amerikaan met een Jemenitische achtergrond die zijn paspoort moet inleveren omdat de Amerikaanse overheid niet gelooft dat hij is wie hij beweert te zijn, is onthutsend.
De monnik van Mokka is een boek waarin ondanks de ellende een lichtheid zit, een onstuitbaar optimisme. Dat komt door het hoofdpersonage, de man van de kwinkslag, de man die de koffieteelt in Jemen nieuw leven wist in te blazen. Uiteindelijk is het ook een oer-Amerikaans verhaal over 'bruggenbouwers, die op een unieke, onverschrokken manier het bestaansrecht van deze natie belichamen, die immers een plek is van onbegrensde mogelijkheden en niet-aflatende gastvrijheid'.
De drones, de aanslagen, de doden: Eggers omzeilt ze zeker niet. Wel laat hij zien dat de werkelijkheid van een land als Jemen veel complexer en veelkleuriger is dan dat.
Vertaald door Koos Mebius, Lebowski, 332 blz., 22,50 €. Oorspronkelijke titel: 'the monk of Mokha'.
Hans Bouman
ru/eb/03 f
Wij Nederlanders wisten het allang: wanneer je een boek in handen krijgt waarin een makelaar in koffie een belangrijke rol speelt, dan is er sprake van een maatschappelijk geëngageerd werk. Dave Eggers valt in De monnik van Mokka (The Monk of Mocha) minder met de deur in huis dan zijn collega Multatuli; maar al in de Proloog, als de schrijver en zijn hoofdpersoon overleg voeren onder het genot van een bakje Jemenitische troost, wordt duidelijk dat we het verhaal gaan lezen van een man wiens bestaan zo'n beetje samenvalt met zijn product.
Eggers' personage zal echter een man blijken die veel meer is dan makelaar alleen. Voor Mokhtar Alkhanshali, een Amerikaanse jongeman van Jemenitische komaf, betekent de koffiehandel niet alleen levensonderhoud. Het is voor hem ook de realisatie van de Amerikaanse Droom, een poging tot rehabilitatie van zijn land van herkomst, een proeve van ontwikkelingssamenwerking én een dosis genoegdoening ten opzichte van zijn familie en de samenleving waarin hij is opgegroeid.
Dat het verhaal van zo'n man is opgeschreven door Dave Eggers is eigenlijk niet meer dan logisch. Geen schrijver staat betrokkener met beide benen in de werkelijkheid dan hij en De monnik van Mokka is daarvan slechts het meest recente bewijs.
Twee jaar na zijn geruchtmakende debuut Een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit (2000) was Eggers medeoprichter van 826 Valencia, een non-profit schrijfschool voor jongeren van 6 tot 18 jaar. In Teachers Have It Easy en Surviving Justice (beide 2005) schreef hij over respectievelijk de onderbetaalde Amerikaanse leerkrachten en mensen die ten onrechte in de gevangenis belandden.
Met The Teacher Salary Project zette hij zich in voor betere arbeidsomstandigheden van leraren. Ook is hij de man achter ScholarMatch, een programma dat studenten die hun collegegeld niet kunnen betalen in contact brengt met donateurs. Met de boekenreeks Voice of Witness vroeg hij aandacht voor mensenrechtenschendingen wereldwijd.
Ook Eggers' literaire activiteiten getuigen van grote maatschappelijke betrokkenheid. Zijn roman Wat is de Wat (2006) handelde over de gevolgen van de burgeroorlog in zuidelijk Soedan, via de lotgevallen van een van de vele kindvluchtelingen. Het non-fictiewerk Zeitoun (2009) verhaalde van een Syrisch-Amerikaanse mensenredder die in de nasleep van orkaan Katrina van terrorisme werd beschuldigd. De Cirkel (2013), wellicht zijn meest invloedrijke roman tot nu toe, stelde prangende vragen over de gevaren van de ongebreidelde opkomst van social media.
De monnik van Mokka is verwant aan de 'immigrantenvertellingen' Wat is de Wat en Zeitoun.
Het boek vertelt het verhaal van een immigrantenzoon die opgroeit in de Tenderloin in San Francisco. Mokhtars vooruitzichten zijn aanvankelijk weinig hoopgevend. Natuurlijk heeft hij te maken met discriminatie, maar hij laat zelf ook mogelijkheden schieten. Bijvoorbeeld als hij de kans krijgt autoverkoper te worden, daar een behoorlijk talent voor blijkt te hebben en lang niet slecht wordt betaald, maar vervolgens toch zijn belangstelling verliest.
Wanneer hij portier is van een duur appartementengebouw, wordt zijn aandacht gevestigd op een standbeeld aan de overkant. Het beeldt een Jemenitische man uit die een kop koffie drinkt.
Mokhtar ontdekt dat het koffiedrinken zo'n 500 jaar geleden in Jemen werd 'uitgevonden' door een uit de havenstad Mokka afkomstige soefi-geestelijke die 'de monnik van Mokka' werd genoemd, en dat het land van zijn voorouders ooit de beste koffie ter wereld produceerde. Hoe komt het dan dat je vandaag de dag nergens meer Jemenitische koffie kunt krijgen? Deze vraag vormt de opmaat van wat begint als een onderhoudend coming-of-ageverhaal, maar zich gaandeweg ontwikkelt tot een oorlogsthriller.
Het is een zoveelste bewijs van Eggers' literaire talent dat hij van zowel de geschiedenis van de koffie als de ontwikkeling van de koffiecultuur een aantrekkelijk verhaal weet te maken. Hij beschrijft aanstekelijk hoe de hoofdpersoon van dit als een roman lezende non-fictieboek, die het land van zijn voorouders vrijwel uitsluitend in een negatief daglicht heeft leren zien, een toenemende fascinatie krijgt voor Jemen.
Mokhtar leert hoe de meeste Jemenitische boeren de koffieteelt hebben ingeruild voor het verbouwen van het populaire opwekkende middel qat, dat veel meer oplevert. En dat de boeren die nog wel koffie verbouwen worden uitgebuit door Saoedische handelaren. Geheel conform de idealen van Dave Eggers bedenkt Mokhtar een businessplan dat voorziet in wederopbouw van de Jemenitische koffiecultuur, export naar de VS en veel betere betaling voor de lokale boeren.
Maar dan breekt de Jemenitische burgeroorlog uit: de Houthi-stam komt, mogelijk gesteund door Iran, in opstand tegen de regering en een Arabische coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië grijpt gewapenderhand in, vooral via bombardementen.
In dit aanvankelijk sterk onderschatte wespennest moet Mokhtar zich begeven om zijn zakelijke plannen te realiseren. Het verhaal van zijn onderneming vormt de hoofdmoot van een razend spannend verslag vol roadblocks, aanhoudingen, kogels, bommen en granaten, waarbij het feit dat de hoofdpersoon geen militair of spion is, maar een makelaar in koffie, het geheel iets absurdistisch geeft.
Over de exacte rol die Dave Eggers in dit geheel speelt, tasten we als lezer enigszins in het duister. We weten dat hij en Mokhtar een aantal jaren eerder bevriend zijn geraakt en dat de schrijver geprobeerd heeft het verhaal van zijn vriend zo treffend mogelijk op te schrijven, iets waarin hij glorieus is geslaagd. Maar het zou mij niet verbazen als Mokhtars hele onderneming mede door Eggers' maatschappelijke bevlogenheid is geïnspireerd. En dat de auteur zichzelf vervolgens, bijna ootmoedig, vrijwel geheel uit het verhaal heeft weggegumd.
MÉT PLAN
Eggers weet van het verhaal van de afgebrokkelde Jemenitische koffiecultuur een non-fictieboek te maken dat leest als een roman. Geheel des Eggers mét een plan voor wederopbouw.
Sam De Wilde
ua/an/30 j
Je moet het maar durven: je debuut `Een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit' noemen. Maar omdat Dave Eggers van de semiautobiografische roman over de dood van zijn ouders en de opvoeding van zijn jongere broer daadwerkelijk een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit had gemaakt, kwam de toen 30-jarige Amerikaanse schrijver er vrij goed mee weg. Zeker wanneer je `er vrij goed mee wegkomen' verstaat als `in één klap je literaire reputatie vestigen met een wereldwijd bejubeld boek waar je miljoenen dollars mee verdient'. De in 2000 als een wonderkind verwelkomde Eggers schreef zich er meteen schaakmat mee. Wat schrijf je immers als vervolg op een roman die het concept roman binnenstebuiten keert? Met een literair spel van voetnoten, referenties en een erg zelfbewuste vertelstem opende Eggers, net als David Foster Wallace destijds, de postmoderne trukendoos niet om er cynische of ironische metafictie mee te bedrijven, maar wel om er oprechte emoties mee te beschrijven en los te weken. Dat werkte, maar het bleek ook een kunststuk dat hij slechts één keer zou kunnen maken. Sinds `Een hartverscheurend verhaal van duizelingwekkende genialiteit' houdt Eggers zijn fictie en non-fictie een tikje netter gescheiden en hanteert hij in beide vormen een klassiekere vertelkunst om Amerika, en bij uitbreiding de wereld, op de korrel te nemen. In 2012 onthulde Eggers met `Een hologram voor de koning' in een kale, metafoorloze stijl, maar ook op onvervalste `Wachten op Godot'-wijze, de kafkaëske gevolgen van een geglobaliseerde economie. Een jaar later tackelde hij met de dystopische roman `De Cirkel' als één van de weinige hedendaagse schrijvers de almacht van bedrijven als Facebook en Google. Dat de auteur daarbij soms naar het didactische neigt, is een euvel dat ook af en toe zijn meer documentaire werk zoals `Wat is de Wat' en `Zeitoun' plaagt. In die reeks journalistieke boeken hoort ook `De monnik van mokka' thuis. In `Wat is de Wat' zette de oprechte wereldverbeteraar zijn verteltalent in om de lijdensweg van de Soedanese vluchteling Valentino Achak Deng op te tekenen, in `Zeitoun' doet de schrijver het relaas van de door orkaan Katrina en de Amerikaanse overheid geplaagde Abdulrahman Zeitoun, en in `De monnik van mokka' geeft Eggers een stem aan Mokhtar Alkhanshali. Die Amerikaan van Jemenitische afkomst belichaamt de American dream door, ongehinderd door enige kennis van zaken, de ko e uit het land van zijn voorvaderen weer op de wereldkaart te willen zetten. Dat hij daarvoor naar een gebied moet waar granaten gedragen worden als onderdeel van de doordeweekse werkkledij, maakt Alkanshali's zelfgekozen missie niet bepaald gemakkelijker, maar zijn verhaal wel aantrekkelijker. Zeker wanneer hij door de Amerikaanse overheid aan zijn lot wordt overgelaten op het moment dat Jemen in de oorlogschaos wegzinkt. Daar ziet Eggers zijn kans schoon om, deze keer zonder opgeheven vingertje, het Amerikaanse buitenlandse beleid te laten contrasteren met de `traditionele Amerikaanse waarden' als ondernemerschap, vindingrijkheid en algehele plantrekkerij die Alkhanshali tentoonspreidt. Dat doet Eggers in een rechttoe rechtaan vertelstijl die je in een razend tempo van pagina 1 naar pagina 321 voert. Hij blijft echter op zijn best wanneer hij zichzelf, net als in zijn sprankelende debuut, in het verhaal betrekt. Voor `De monnik van mokka' betekent het concreet dat de proloog een literaire belofte maakt die de rest van het verhaal niet helemaal kan inlossen. Dat je gaandeweg het gevoel krijgt dat je weleens uitdagender literaire non-fictie gelezen hebt, komt omdat er weleens uitdagender literaire non-fictie geschreven is, met name door Eggers zelf. En zo blijkt de auteur zich andermaal met zijn eigen talent in de voet te hebben geschoten. Want wat schrijf je als vervolg op een reeks boeken die de literaire non-fictie een nieuw populair en kritisch elan heeft gegeven? Toen Dave Eggers zich met zijn eerste roman in een impasse had geschreven, maakte hij zowel in het dagelijkse leven (met de oprichting van allerlei non-profitorganisaties) als op papier (met fictieve en minder fictieve verhalen) enkele moedige keuzes die van de wereld een aantoonbaar betere plek hebben gemaakt. Maar daardoor moest hij zijn literaire talent soms al te eenzijdig ten dienste van het algemeen belang stellen. Laten we hopen dat hij, nu hij zich ook in zijn non-fictie in een impasse lijkt te bevinden, opnieuw kiest voor het radicale vernieuwen van de letteren.
Roderik Six
ua/an/10 j
Net zoals bij echte mensen is goedhartigheid dun gezaaid bij schrijvers, maar als er één auteur is die net zoals Winston Churchill zowel de Nobelprijs voor Literatuur als die voor de Vrede kan winnen, dan Dave Eggers wel. Zonder de moraalridder uit te hangen, heeft Eggers een literair verantwoord oeuvre opgebouwd waarin hij de stemlozen een stem geeft. Na zijn urgente roman De Cirkel – een akelig actuele dystopie over de totalitaire trekjes van sociale media – keert hij terug naar zijn typische documentaire stijl die hij eerder al hanteerde voor Wat is de Wat .
Dit keer leent de schrijver zijn pen aan Mokhtar Alkhanshali, een Amerikaan met Jemenitische roots. Mokhtar lijkt wel de belichaming van de zegswijze twaalf stielen, dertien ongelukken. Het ontbreekt hem niet aan hersenen en ambitie, maar zijn uiterst bescheiden afkomst zit zijn grootse plannen vaak in de weg. Dat, en stom toeval. Zo wil hij rechten studeren en leent hij geld om een laptop te kopen. Die wordt echter gestolen nog voor het academiejaar begint, een diefstal die nota bene plaatsvindt op een benefietavond voor minderbedeelde moslimbroeders. Dus sukkelt Mohktar van het ene baantje in het andere, van portier tot autoverkoper. Het zijn jobs waarin hij wel telkens uitblinkt – als hij zich ergens op toelegt, dan gloeit zijn ambitie razendsnel op.
Wanneer Mohktar in een koffiezaak aan de slag gaat en ontdekt dat de koffieboon oorspronkelijk van Jemen afkomstig is, vat hij het plan op om de zieltogende koffieproductie in het door oorlog geplaagde land nieuw leven in te blazen. Niet dat Mohktar ook maar iets van koffiehandel kent; hij heeft in zijn leven amper koffie gedronken en wanneer de barista’s hem om de oren slaan met boonsoorten, brandwijzen en filterprocessen gaat het hem duizelen. Dat Jemen een levensgevaarlijk land is, waar stammentwisten beslecht worden met kalasjnikovs en kidnapping van buitenlanders als nationale sport geldt, baart Mohktar ook geen zorgen – hij moet en zal Jemen weer op de wereldkaart zetten als koffieland.
Eggers relaas van Mohktars avonturen leest aanstekelijk, al dreigt het soms wat langdradig te worden: de geschiedenis van de koffieplant en de gedetailleerde exposés over de kunst van het koffiezetten doen schools aan en halen de schwung uit het verhaal. Uiteindelijk haalt Eggers’ talent wel de bovenhand. De monnik van Mokka laat zich uitstekend nuttigen in een koffietent, latte macchiato binnen handbereik.
****
Lebowski (oorspronkelijke titel: The Monk of Mokha), 336 blz., € 22,50.
C.C. Oliemans
Hoofdpersoon van deze non-fictieroman (dus de waargebeurde gebeurtenissen rondom een historisch personage in romanvorm) is Mokhtar Alkhanshali, een jonge Amerikaan in San Francisco met Jemenitische wortels, die niet weet wat hij met zijn leven aan wil. Op een dag besluit hij zich te gaan wijden aan het grootschalig importeren van Jemenitische koffiebonen, om zo de boeren in Jemen betere leef- en werkomstandigen te kunnen geven. Zo leert de lezer veel over wat er allemaal komt kijken bij het groeien en selecteren van koffiebonen (eigenlijk koffiebessen), maar ook over de manieren waarop Mokhtar zijn startkapitaal bij elkaar probeert te krijgen. Gedurende de tweede helft van het boek komt daar de onzekere politieke constellatie bij, wanneer Mokhtar in 2015 plotseling in de Jemenitische burgeroorlog terechtkomt en moet proberen een veilige uitweg naar Amerika te vinden. Interessant, spannend, indringend en met een groot sociaal hart, een mooi voorbeeld van een optimistische en goedhartige tweedegeneratie-immigrant die zijn kansen pakt. De auteur (1970) schreef diverse succesvolle romans, waarvan enkele voor verschillende literaire prijzen werden genomineerd.
Gerwin Van Der Werf
ru/eb/03 f
Soms is een waargebeurd verhaal zo onwaarschijnlijk dat je een fictieschrijver nodig hebt om het geloofwaardig te maken. Het verhaal van Mokhtar Alkhanhsali, zoon van Jemenitische immigranten in de VS, is zo'n verhaal. Dave Eggers tekent het op in 'De monnik van Mokka'. Mokhtar jaagt een droom na: de koffie uit Jemen na eeuwen van teloorgang en gekwakkel weer de beste van de wereld maken. Jemen, een land in puin waar de wereld niet naar omkijkt. De moed zou je al in de schoenen zakken als je één enkele koffieboon uit het land moest zien te krijgen. Voor Mokhtar, een jongen die opgroeit in een achterbuurt in San Francisco, school en studie verwaarloost en zijn geld verdient als portier van een appartementencomplex, lijkt het helemaal een kansloze missie.
Het opschrijven van zo'n verhaal is bij Dave Eggers in goede handen. Hij liet zich de afgelopen jaren nadrukkelijk gelden als chroniqueur van de verhalen van vluchtelingen en verschoppelingen die worstelen en bovenkomen, zoals de Syrische immigrant Zeitoun die met een kano door het getroffen New Orleans vaart in 'Zeitoun', en de Soedanese vluchteling Deng in 'Wat is de Wat?'. Twee bejubelde boeken die ons Dave Eggers op zijn best lieten zien: een diep geëngageerd en politiek schrijver, een man met een missie.
Honderden uren sprak Eggers met Mokhtar, rond het moment dat zijn droom werkelijkheid gaat worden: zo is de auteur er getuige van hoe een containerschip met achttien ton koffie uit Jemen onder de Golden Gate Bridge doorvaart om in Oakland door de beste branderijen verwerkt te worden tot koffie die de wereldmarkt op kan. Koffie die van de brancheorganisatie de hoogste ratings krijgt.
Hoe heeft die knul uit San Francisco, zonder geld en opleiding, het klaargespeeld om tonnen koffiebonen van topkwaliteit uit een door burgeroorlog verscheurd land te krijgen? Een land waar de infrastructuur een ramp is, waar controleposten en milities iedere verplaatsing tot een hel maken en waar de boeren liever qat verbouwen dan high-maintenance, hypergevoelige koffieboontjes? Qat, nog een van de problemen van Jemen. Goedkoper en makkelijker kun je een drug niet maken. Het hele land kauwt op qatbladeren om de ellende te verzachten.
Hoe die knul dat voor elkaar kreeg, daar gaat 'De monnik van Mokka' over. Met doorzettingsvermogen, door gewiekst te zijn en niet bang, en boven alles menselijk en rechtschapen. Een verheerlijking van de American Dream? Het gevaar ligt op de loer, maar Eggers is, zoals hij in al zijn boeken laat zien, daarvoor veel te kritisch op Amerika. Het lijkt een sprookje over koffie, maar het is veel meer een pleidooi voor compassie en een open samenleving waarin iedereen kansen krijgt. Het verhaal zelf is verbijsterend en door Eggers vakkundig, met vaart en respect voor zijn voornaamste bron, Mokhtar Alkhanhsali zelf, opgeschreven.
Als jongen rommelt Mokhtar zich door het leven in San Francisco zoals iedere immigrant. Het ene na het andere baantje, maar geen richting in zijn leven. Als hij hoort van de koffie uit Jemen, het land waar zijn grootouders nog wonen, weet hij eindelijk wat hij wil: koffie-importeur worden en Jemen helpen. Hij bluft zich het wereldje in, leent overal geld, haalt als eerste Arabier ooit een Q-grade (een diploma voor koffie-experts), en reist af naar Jemen, waar de politieke situatie steeds neteliger wordt. In het prachtige en onbegaanbare bergland van Jemen ontmoet hij een paar koffieboeren die wél goede kwaliteit leveren. Hij slaagt erin de opkopers die de boeren al jaren uitbuiten weg te krijgen (en overleeft dit dankzij zijn talent bondgenootschappen te smeden), en haalt de boeren over de bonen volgens oude tradities maar met moderne methodes te kweken. Hij zet in de hoofdstad Sana'a een sorteerbedrijf op waar enkel vrouwen werken. Tussen de bombardementen van de Saoediërs door, dat wel, en onder constante bedreiging van Houthi-milities die het land in de greep krijgen. Dan moet Mokhtar het uit elkaar vallende land zien te verlaten met een koffer vol koffiebonen, waarmee hij de wereld moet zien te overtuigen dat Jemen zich kan meten met de allerbeste van de wereld.
Tussen al die spannende verwikkelingen door kom je er niet helemaal achter wat Mokhtar precies voor man is. Zijn drijfveren aangaande de koffie zijn duidelijk, maar een psychologisch portret kun je dit boek niet noemen. Mokhtar is ondanks honderden tegenslagen zo koelbloedig en onwankelbaar dat hij het beter zou doen in een actiefilm dan in een literair verhaal. Waar is de diepe wanhoop, de doodsangst, de voortdurende stress van oorlog en dreigend faillissement?
Het is niet het verhaal voor een psychologische uitdieping, Eggers heeft een andere bedoeling. Hij lijkt zich al enige jaren af te keren van fictie en literatuur, ten gunste van documentaire-achtige non-fictie. Hij wil iets veranderen.
Ik kocht meteen via Mokhtars website de peperdure koffie uit Jemen toen ik het boek uit had. Daarmee wil ik niet zeggen dat Eggers in zijn bedoeling is geslaagd, want het boek is geen reclamepraatje voor koffie. Het heeft ook iets ongemakkelijks: wij de luxe koffie, zij de bommen en puinhopen. Eggers vertelt ons bij monde van Mokhtar dat we beter de andere zijde kunnen bekijken: koffie uit Jemen als exclusief product, dat kan vele Jemenieten uit de armoede halen, hoop bieden, en trots op wat zij doen: koffiebonen telen die de hele wereld wil hebben. Make coffee not war, staat op Mokhtars T-shirt gedrukt tijdens een van de lange afspraken met de auteur. 'De monnik van Mokka' is een pleidooi voor menselijk ondernemerschap en een verhaal over de kracht van het leven. Soms denk je wel eens: zou de wereld niet beter af zijn met wat minder wilskracht en ambitie van zakenlui? Maar niet na lezing van dit boek.
Vert. Koos Mebius. Lebowski; 334 blz. € 22,40
oordeel
Verbijsterende geschiedenis met veel vaart opgeschreven.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.