In ongetemde staat
Roxane Gay
Roxane Gay (Auteur), Lette Vos (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2017 |
VOLWASSENEN : ROMANS : GAY |
Veerle Vanden Bosch
ob/kt/13 o
'Zal ze in de lift passen? Hoeveel trappen zal ze moeten nemen om op de interviewlocatie te raken? Is er een comfortabele stoel voorhanden, die geschikt is om haar 1,90 meter grote, supermorbide obese lichaam te dragen?' Dit is geen fragment van een Weight Watchers-sketch uit het satirische tv-programma Little Britain, maar een begeleidende tekst die de Australische website Mamamia in juni plaatste bij een podcastinterview met de Amerikaanse schrijfster, academica en feministe Roxane Gay (42) over haar boek Honger. Een boek dat uitgerekend ten strijde trekt tegen dit soort laatdunkendheid. De website excuseerde zich en haalde de tekst offline, maar het is tekenend voor hoe diep onze minachting en aversie tegenover dikke mensen in onze cultuur zitten ingebakken. 'Dit is een geschiedenis van mijn lichaam en mijn honger', schrijft Gay in de inleiding van haar boek. 'omdat het verhaal van een lichaam als het mijne doorgaans genegeerd, weggewuifd of bespot wordt.' Het is geen succesverhaal, waarschuwt ze.
Wie een triomfantelijk voor-en-naboek over gewichtsverlies verwacht, is eraan voor de moeite. Al gaat dit boek wel degelijk over een voor en een na, maar dan van een heel andere soort. Gay beschrijft zichzelf op het kantelmoment in haar leven: een twaalfjarig meisje, zwart, klein, slank en slim, kind van liefhebbende ouders, verzot op meisjesboeken als Het kleine huisop de prairie en hunkerend naar affectie en goedkeuring. Die denkt ze te vinden in de armen van haar populaire vriendje Christopher, een rijkeluiszoontje dat zijn vrienden bij elkaar trommelt om haar te verkrachten in een verlaten schuurtje in het bos. Jarenlang verzweeg Roxane haar trauma voor haar ouders. In de plaats begon ze te eten, om haar 'gapende wond' te vullen of dat tenminste te proberen, als 'instant-afleiding', omdat het de enige troost was, en omdat haar lichaam 'een vesting' moest worden waarin ze veilig was, zodat niets of niemand haar nog kon raken.
Onzichtbaar
Alleen werd die vesting een kooi, waar ze de gevangene van is. Als ze een tijdlang moet wandelen, krijgt ze last in haar heupen en kuiten, ze heeft last van haar voeten, haar onderrug, ze heeft vrijwel altijd ergens pijn. Stoelen met armleuningen zijn een marteling - ze staat steevast vol blauwe plekken. Een vliegtuig nemen is een vernedering. Daarom zegt ze feestjes af, en gaat ze zelden naar het theater of de bioscoop, hoewel ze dol is op film en toneel. Als ze met vrienden op restaurant gaat, checkt ze vooraf of er tafels zijn met zitbanken.
En dan zijn er de reacties van anderen. 'Als je aan overgewicht lijdt', schrijft ze, 'wordt je lichaam in veel opzichten een publieke zaak. Mensen projecteren allerlei aannames op je lichaam en zijn absoluut niet geïnteresseerd in welk verhaal er werkelijk achter zit. Ze zien alleen je lichaam, niets anders, en dat lichaam moet maar eens heel gauw kleiner worden.' Want overgewicht is een teken van overdaad, decadentie en zwakheid. Afslanken is een kwestie van wilskracht. En dus geven mensen haar ongevraagd voedingsadvies of nemen ze producten die ze ongezond vinden uit haar winkelkarretje in de supermarkt. Mannen draaien hun autoraampjes naar beneden om haar obsceniteiten toe te roepen.
Hoe zichtbaar ze ook is, paradoxaal genoeg behandelen mensen haar ook vaak alsof ze onzichtbaar is. Alsof ze geen respect hoeven te hebben voor haar lichaam: ze botsen tegen haar op, gaan op haar tenen staan. De beperkingen, de vernederingen, de beledigingen, haar ontelbare pogingen om af te slanken, de eenzaamheid, het verdriet, haar wanhoop, woede en jaloezie op wie wél slank is: Gay is nietsontziend, zowel voor zichzelf als voor de samenleving die haar leven tot een hel maakt. Dat maakt dit tot een confronterende leeservaring.
Vierbaansweg naar geluk
Gay ontzegt zichzelf ruimte in het openbaar, probeert zichzelf op te vouwen, onzichtbaar te maken. Als dikke vrouw mag ze geen ruimte innemen, voelt ze, hoewel ze als feministe vindt dat ze wél ruimte mag innemen. Ze ontzegt zichzelf felle kleuren en vrouwelijke accessoires, tedere affectie, aanrakingen. 'Ik zou niet durven mijn verlangens uit te spreken, laat staan achter mijn verlangens aan te gaan. Ik ontzeg mezelf zoveel en toch klopt er onderhuids zoveel verlangen.'
Gay weet rationeel dat het probleem niet bij haar ligt, maar bij de maatschappij die haar vormen niet accepteert. En ze ziet ook in haar omgeving dat veel slankere vrouwen evengoed worstelen met het ideaalbeeld dat de maatschappij hen oplegt. Ze stelt vast hoe in reclame voor afslankingsproducten slankheid wordt voorgesteld als een vierbaansweg naar geluk. Wat zegt het over onze cultuur dat het verlangen om af te slanken gezien wordt als een noodzakelijk onderdeel van het vrouw-zijn? vraagt ze zich af. Maar tussen wat ze denkt en wat ze voelt, gaapt vaak een wijde kloof. 'Als schrijver, gewapend met woorden, kan ik alles aan, maar als ik mijn lichaam naar buiten moet brengen, ontbreekt het me aan moed', schrijft ze. Aan het eind komt ze tot de conclusie dat ze niet zo'n hekel heeft aan zichzelf als de maatschappij zou willen. Haar lichaam heeft haar feminisme geïnspireerd. Dit boek is niet alleen een hartenkreet, het wil ook tonen hoe onbeschrijflijk diep het leed is dat door seksueel misbruik wordt veroorzaakt. En het is vooral een scherp pamflet tegen 'de giftige culturele normen die voor veel te veel vrouwen bepalen hoe ze met hun lichaam moeten omgaan.' Gay vecht voor het recht op kwetsbaarheid. Niemand zou een vesting hoeven te zijn.
Vertaald door Lette Vos, De Bezige Bij, 272 blz., 19,99 €. Oorspronkelijke titel: 'Hunger. A memoir of my body'.
Loes Reijmer
ob/kt/28 o
'Alsjeblieft', twitterde Roxane Gay onlangs. 'Vertel me niet hoe verschrikkelijk de reacties op mijn artikel zijn. Ik lees geen reacties. Ik hoef het niet te weten.'
De 43-jarige feministische schrijver, cultuurcriticus en universitair hoofddocent publiceerde vorige week een opiniestuk in The New York Times naar aanleiding van de onthullingen over Harvey Weinstein. 'Beste mannen, het gaat ook om jullie', schreef ze. Vrouwen moeten steeds maar weer getuigen over hun ervaringen met seksuele intimidatie en erger, aldus Gay. Mannen reageren dan steevast geschokt en verrast, maar beginnen zich al snel zorgen te maken over zichzelf. We zijn niet allemaal zo, klinkt het dan, bang dat het op hen afstraalt. 'Wat mannen niet willen zien', schreef Gay, 'is dat er in elk geval zo veel roofdieren zijn dat vrouwen zich in allerlei bochten wringen om zichzelf te beschermen.' Vijftienhonderd mensen reageerden op de site van de krant, veelal mannen die probeerden uit te leggen dat niet alle mannen zo zijn. Fans van Gay spraken op Twitter hun verbazing uit over de reacties, waarop ze hun dus dringend verzocht dat niet meer te doen.
De tweet is illustratief. In het echte leven is ze verlegen, schrijft ze meermaals in Honger, haar memoires die in oktober in Nederland verschenen. Op papier en sociale media is ze fel en direct, hoewel er vaak een diepe zucht in haar uitingen doorklinkt. Behaagziek is ze niet. En ze roept veel reacties op, om wat ze schrijft, om wie ze is, om hoe ze eruitziet. Daar probeert ze zo min mogelijk van mee te krijgen.
De Amerikaanse Gay is een belangrijke stem in het feministisch discours. Media vragen haar vaak om commentaar, met haar huidige boektournee trekt ze volle zalen. Soms gaat het om vijfhonderd bezoekers, onlangs stond ze voor een zaal van twintigduizend mensen, vertelt ze telefonisch vanuit New York. Die avond zal ze een lezing geven aan de topuniversiteit Princeton. Ze houdt niet van interviews en is spaarzaam in haar antwoorden. 'Ik ben nooit een zorgeloos type geweest', zegt ze. Haar stukken verschijnen al bijna twintig jaar online, maar pas in 2014 vergaarde ze bekendheid bij een groter publiek met Bad Feminist, een verzameling essays over thema's als feminisme, popcultuur en seksueel geweld. Kenmerkend is de openheid over haar innerlijke tegenstrijdigheden. Voor haar is feminisme geen wedstrijd in onberispelijkheid. Ze durfde zich pas feminist te noemen toen ze besefte dat ze het nooit helemaal goed zou doen. Ze danst op muziek waarvan ze weet dat die vrouwonvriendelijk is en doet zich soms onnozel voor tegenover klusjesmannen 'omdat het gewoon makkelijker is om hen de macho uit te laten hangen'.
In haar nieuwste boek bouwt ze voort op die ambivalentie. Steeds weer duiken tegenstrijdigheden op. Ze wil dat de samenleving mensen zoals zij accepteert, maar het lukt haar eigenlijk niet om zichzelf te accepteren. Haar tragische verleden vormt de rode draad van het boek, ingebed in stevige maatschappijkritiek. Honger is geen succesverhaal, schrijft ze. 'Dit is de geschiedenis van een lichaam, het mijne, omdat het verhaal van een lichaam als het mijne doorgaans genegeerd, weggewuifd of bespot wordt.'
Gay is dik. Erg dik. Het voelt ongemakkelijk om dat zo onverbloemd op te schrijven. En het is nog ongemakkelijker om het woord tegen haar uit te spreken. Uit gewoonte zoek je hakkelend naar een eufemisme: mollig, volslank, gezet, fors, lijvig. Goedbedoelde termen waarmee Gay juist afrekent in haar boek. En dat gehakkel bewijst dan weer haar punt: haar lijf wordt gezien als een probleem, iets beschamends. 'Je bent niet dik', zeggen mensen soms tegen haar. Of: 'Zo moet je niet over jezelf praten.' Die mensen zien 'dik' als een belediging, terwijl zij gewoon haar lichaam beschrijft.
Hoe het zover gekomen is? Een groep jongens verkracht haar als ze 12 is. Ze is verliefd op een populaire klasgenoot en hij leidt haar naar een verlaten jagershuisje in het bos bij hun woonplaats Omaha, Nebraska. Daar staan zijn vrienden te wachten. De gruwelijke gebeurtenis heeft haar leven in tweeën gespleten, schrijft ze. 'Er is een voor en een na.'
In het na begint ze veel te eten, heel bewust. Ze is nog jong, maar weet al wel dat dikke lijven onaantrekkelijk worden gevonden. En dat wil ze graag: onaantrekkelijk zijn, in de hoop dat haar niet nogmaals iets overkomt. Ze schaamt zich en zwijgt thuis over wat er is gebeurd. Haar ouders - welvarende, hoogopgeleide immigranten uit Haïti - begrijpen niet wat er met hun dochter aan de hand is. Ze komen er pas decennia later achter als haar vader in Time een recensie leest van Bad Feminist, de essaybundel waarin ze de gebeurtenis beschrijft.
Natuurlijk proberen haar ouders Gay op dieet te zetten. Na een zomervakantie met louter maaltijdshakes komt ze slanker terug op school. Plotseling zien klasgenoten haar wel staan. 'Dat was de eerste keer dat ik besefte dat gewichtsverlies, of eigenlijk dun zijn, sociaal prestige met zich meebrengt', schrijft ze. Daar is al een van die tegenstrijdigheden: hoe dikker en zichtbaarder ze is, hoe onzichtbaarder ze lijkt te zijn voor de wereld om haar heen. Dikke mensen tellen niet mee. Nog iets wat ambigu lijkt: ze begon veel te eten om haar lichaam te beschermen tegen gevaar, maar nu is het juist het lichaam dat haar zo in de weg zit. Het fort werd een kooi. En zodra ze afvalt en meer bewegingsvrijheid krijgt, voelt ze zich weer kwetsbaar. Die vicieuze cirkel krijgt Gay al dertig jaar niet doorbroken.
Honger is het moeilijkste wat ze ooit heeft geschreven. 'Maar de dingen die het intimiderendst zijn, bieden vaak in intellectueel opzicht de meeste voldoening. Dat gold hier zeker.' Ze wist dat het schrijven een uitputtingsslag zou worden en stelde het daarom eindeloos uit. 'Nu ben ik blij dat ik het boek heb geschreven. Ik laat zien hoe het is dik te zijn in een wereld die vijandig staat tegenover afwijkingen van de fysieke norm. Daarover lees je weinig.' Boeken over gewicht eindigen vaak in overwinningen, benadrukt ze. Auteurs zijn veel afgevallen of hebben hun lichaam juist helemaal geaccepteerd. Zover is Gay nog lang niet en daar is ze eerlijk over. 'Ik ben het product van mijn omgeving.'
Het lastigst om te schrijven waren niet de passages over de jagershut in het bos. Of het wrange hoofdstuk waarin ze beschrijft dat de jongen die haar samen met zijn vrienden verkrachtte nog altijd in haar hoofd zit. Dat ze weet van welk bedrijf hij ceo is, waar hij woont, dat ze zijn telefoonnummer uit haar hoofd kent en hem zelfs eens heeft opgebeld, om vervolgens niets te zeggen. Nee, het confronterendst waren de hoofdstukken over haar dagelijks leven. De ongemakken die ze ervaart, de wrede reacties van bekenden en onbekenden. 'Het is niet leuk toe te geven hoe slecht andere mensen je behandelen', zegt Gay. 'Daarvoor hoef ik me niet te schamen, maar toch is het genant.'
Voordat ze uit eten kan, doet ze uitvoerig onderzoek naar het soort stoelen dat een restaurant heeft. Zijn ze gammel? Zitten er leuningen aan? En dan was er de keer dat het bij een optreden ter promotie van een boek niet lukte het podium op te klimmen en een volle zaal vijf minuten lang naar haar gespartel keek.
Op straat draaien automobilisten soms hun raampje open om haar te laten weten wat ze van haar voorkomen vinden. Nadat ze op tv is geweest nemen mensen de moeite om haar te mailen dat ze dik en lelijk is.
'Mensen zien dikte als iets besmettelijks', zegt Gay. 'Ze zijn er echt bang voor. Ze weten hoe dikke mensen worden behandeld en willen voorkomen dat het hun overkomt.'
Als cultuurcriticus en kenner van de popcultuur analyseert Gay scherp waar het ongemak vandaan komt. De wereld is gepreoccupeerd met het vrouwenlichaam. Over de media schrijft ze: 'Hoe beroemde vrouwen met hun gewicht jojoë̈n wordt net zo nauwkeurig bijgehouden als de aandelenbeurs, omdat in hun beroep het lichaam een soort aandeel is, letterlijk de belichaming van marktwaarde.'
Tv-ster Khloé́ Kardashian presenteert een programma genaamd Revenge Body, waarin deelnemers wraak nemen op hun ex door af te vallen. 'Het is nogal wat, het idee dat de beste manier om iemand iets betaald te zetten, slanker en fitter worden is', merkt Gay droogjes op. En ze wijdt een hoofdstuk aan Oprah, de volksheldin die al decennialang jojoot voor het oog der natie en reclames voor Weight Watchers maakt waarin ze vrouwen aanspoort 'de optimale versie van zichzelf te worden'. Gay vindt het veelzeggend dat een vrouw als Oprah- 'multimiljonair en een van de beroemdste vrouwen ter wereld' - alleen gelukkig lijkt te kunnen zijn als ze slank is.
Dat geldt niet per se voor de schrijfster zelf, maar de kern van het boek komt wel een beetje op hetzelfde neer. Ze mag dan succesvol zijn, in de eerste plaats is ze in de publieke perceptie toch vooral dik. Sterker nog: 'Hoe meer succes ik heb, des te vaker word ik eraan herinnerd dat ik in de ogen van velen nooit méér zal zijn dan mijn lichaam', besluit ze in Honger. 'Als je in een dik lijf leeft', zegt ze vanuit New York, 'voelt iedereen zich vrij je voorkomen te becommentariëren. Met dit boek probeer ik mijn lichaam weer in eigen woorden te vatten.'
Haar boeken:
2014 An Untamed State, roman
2014Bad Feminist, verzameling essays
2016World of Wakanda, stripboek voor Marvel
2017Difficult Women, verzameling korte verhalen
2017Hunger, memoires
Studie
Gay begon haar studie aan Yale, maar verhuisde voor de liefde naar Arizona. Na een aantal omzwervingen studeerde ze af in Nebraska en promoveerde in de retorica aan Michigan Technical University. Nu doceert ze aan Purdue, een kleine universiteit in Indiana.
De Bezige Bij, € 19.99.
Heleen Debruyne
ob/kt/17 o
In haar boek `Bad Feminist' gaf ze toe dol te zijn op rapmuziek waarin vrouwen als wegwerpsekspoppen worden bezongen, een hekel te hebben aan huishoudelijke taakjes, orgasmes te faken en van romantische komedies te genieten. Professionele feministen moeten niet zo streng zijn, vindt ze, en de hand reiken naar de vrouwen die hun culturele gevoeligheden misschien niet delen, maar de beweging wel het hardst nodig hebben. Nu is er `Honger', een persoonlijk verhaal over Gays overgewicht. Dat kan maar twee kanten opgaan, vrees je: een dappere overwinning op het vet à la Koen Crucke, of een tranerig slachtoferverhaal. Gelukkig is geen van beide versleten narratieven haar stijl. `Honger' leest als een reeks nachtelijk bij elkaar gepende dagboekfragmenten. Maar die ogenschijnlijk losse stijl verbergt dat Gay haar boek slim heeft opgebouwd. `Ieder lichaam heeft een eigen verhaal. Bij dezen bied ik het mijne aan, een geschiedenis van mijn lichaam en mijn honger,' begint ze. Hoe dat lichaam zo enorm is kunnen worden ze is met haar 262 kilo niet zomaar obees, ze is zelfs de morbide obesitas voorbij, schrijft ze droogjes onthult ze heel geleidelijk. En passant steek je nog wat op. Over hoe armoede vaak gelinkt is aan obesitas. Over die onmogelijk perfecte lichamen die voortdurend op ons afgevuurd worden. Over de vele verschrikkelijke realityshows over dikke mensen die moeten afvallen, waar Amerikaanse kabelzenders geld mee scheppen. De teneur in die programma's is altijd: je bent niet goed zoals je bent, je moet werken, zweten, huilen, opengesneden worden, je onderwerpen aan specialisten, en dan word je herboren als een nieuw en beter mens. Gay leert je ook dat de medische term obesitas van het Latijnse obesus komt, wat `te veel gegeten' betekent, zodat het woord zelf al een oordeel bevat. Ben je morbide obees, dan schildert de medische wetenschap je af als een wandelend lijk. Je leest hoe ze eet, en eet, en eet, en kotst, en eet. Je moet er haast zelf van kotsen, maar je blijft lezen omdat Gay een complexe en fascinerende iguur is. Ze is dan wel kritisch voor schoonheidsnormen, voor de maatschappij waar het vooral aangenaam toeven is in een mager en it lichaam, maar ze weet goed genoeg dat haar gewicht het leefbare ver voorbij is. Ze neemt de volle verantwoordelijkheid voor haar eigen onbedwingbare neigingen, je voelt hoezeer ze zichzelf erom haat. Ze kan en wil zichzelf niet aanvaarden, maar ze kan en wil zichzelf ook niet veranderen. Plots lees je hoe dat komt. Toen ze nog een braaf katholiek meisje met Haïtiaanse roots uit de hogere middenklasse was, heeft een roedel tienerjongens haar verkracht, aangevuurd door de jongen van wie ze dacht te houden. Ze beschrijft dat gruwelijke tafereel niet om medelijden op te wekken, maar om uit te leggen waarom ze is beginnen te eten. `Ik begon te eten, omdat ik dacht dat als mijn lichaam afstotelijk was, ik mannen op afstand kon houden. Zelfs op die jonge leeftijd begreep ik dat dik zijn onaantrekkelijk is voor mannen, dat ze dikke vrouwen zelfs het minachten niet waard vinden.' Ze is blijven eten. Haar honger is nooit meer gestild geraakt. Dat persoonlijke verhaal is aangrijpend, maar doet ook af aan de universele kracht van het boek. De meeste dikke mensen worden niet op die tragische, zeer specifieke manier dik. Maar ze had het ook niet kunnen verzwijgen, ze heeft tenslotte de literaire keuze gemaakt het verhaal van háár lichaam te vertellen. En die pijnlijke scène is cruciaal in haar persoonlijke plot. De kracht van het boek ligt er vooral in dat ze mij niet dik, wel fit haar vetrollen laat voelen. Ze vertelt dat ze altijd wel ergens pijn heeft. Ze beschrijft hoe dokters haar nooit serieus nemen. Hoe onbekenden haar dieetadvies geven alsof ze zelf niet goed genoeg weet dat je afvalt door minder te eten en meer te bewegen. Hoe ze vast komt te zitten in stoelen allerhande. Wat een onmogelijke onderneming een vliegreis is. Ze beschrijft alle afkeurende blikken die ze op haar vet voelt. De schaamte, de voortdurende schaamte die ze moet torsen. Ze heeft haar lichaam zelf tot een kooi gegeten, zegt ze. Maar ze leert me dat de maatschappij ervoor zou kunnen zorgen dat die kooi minder benepen aanvoelt.
*****
Dr. Nelleke Manneke
Wie het lichaam schaadt, verwondt de geest, zo blijkt uit de jeugdervaringen van de auteur (1974), Amerikaans feministe, columniste en docente. Op haar twaalfde wordt zij het slachtoffer van een groepsverkrachting, wat grote gevolgen heeft voor de rest van haar leven. De jonge Roxane vertelt niemand wat haar is overkomen, bang voor de reacties van haar omgeving. Tegelijk ontwikkelt ze een negatief zelfbeeld, wordt verlegen en eenzaam. De enige troost vindt zij in eten. Haar steeds dikker wordende lichaam wordt onaantrekkelijk en enerzijds een veilige plek, maar aan de andere kant een gevangenis, waaruit niet meer valt te ontsnappen. Roxane, die op haar dieptepunt 262 kg weegt, ontwikkelt zich niettemin tot tekstschrijver en docent en leert zichzelf te accepteren zonder het sociaal gewenste slanke lichaam. Uitvoerig beschrijft ze hoe het is om te leven met overgewicht; hoe zware mensen publiek bezit zijn die voortdurend worden bekritiseerd en het onderwerp van gesprek zijn. Scherpzinnig is haar analyse van in haar ogen schadelijke populaire reality televisieprogramma’s over afvallen. Het boek behandelt meerdere thema's: overgewicht, seksueel misbruik en de vraag hoe mensen over elkaar oordelen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.