Lijmen ; Het been : roman
Willem Elsschot
Willem Elsschot (Auteur), Peter de Bruijn (Redacteur), Eric Rinckhout (Nawoord)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Polis, 2017 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ELSS |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Querido, 1976 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ELSS |
Peter Jacobs
2/ei/19 m
'Willem Elsschot is een van de belangrijkste Nederlandstalige auteurs ooit.' Zo staat het zelfverzekerd op het achterplat van de eerste drie delen in de nieuwe editie van zijn werk. Het lijkt dan ook een evidentie dat zijn boeken nog in druk zijn, zodat nieuwe generaties lezers die absolute uitspraak aan de lectuur kunnen toetsen. Maar bijna zestig jaar na de dood van de auteur was zijn bescheiden oeuvre aan het wegdeemsteren. Alleen Elsschots verzameld werk in één band was nog courant verkrijgbaar.
Het initiatief om alle werken afzonderlijk in paperback en met een nieuw nawoord te herdrukken, komt niet van Elsschots vaste Nederlandse uitgever Athenaeum-Polak & Van Gennep, maar van Polis. De Vlaamse uitgeverij gaat met de erven-Elsschot in zee om de romans, de novellen en de gedichten opnieuw onder de aandacht te brengen. De vormgeving van Herman Houbrechts is alvast opvallend en niet vals-nostalgisch of strak-uniform. Ze geeft de nieuwe editie ook de nodige allure voor Elsschotkenners en -verzamelaars. De redelijke prijs (17,50 euro per deel) moet dan weer de jonge lezers over de streep halen. Maar dat is niet voldoende: sociale media worden in de strijd om de aandacht betrokken, en er is de nieuwe website elsschot.polis.be.
De eerste lading van de elfdelige reeks bevat drie minder bekende prozawerken van Elsschot - op Kaas, Het dwaallicht, Lijmen en Het been is het nog even wachten. Maar ook in Pensioen, De verlossing en Het tankschip is Elsschot in goeden doen. Sowieso is er de scherpte van zijn observatie, de afgemetenheid van zijn taal, de subtiele milde humor, de nu eens meedogende dan weer meedogenloze portretten van de kleinburgers. Elsschots stijl en taal doen bovendien zelden verouderd aan; meer nog, 'meestal hebben de jaren een aangenaam patina op Elsschots stijl achtergelaten', schrijft Eric Rinckhout terecht in zijn nawoord bij De verlossing, Elsschots enige plattelandsroman van 1921.
Hopelijk is de lancering van dit trio het begin van een waar Elsschotrevival. Rinckhout vertelt over een filmpje uit 1957 dat nog op YouTubete vinden is. Jos De Haes interviewt 'meneer Elsschot' naar aanleiding van de publicatie van het Verzameld werk in één band. Of de schrijver zijn werk herlezen heeft, is de vraag. En of het hem beviel. 'Ja', antwoordt Elsschot. 'Dat is mij zéér meegevallen. Tot mijn eigen verwondering.' Dat is het effect dat deze heruitgaven in het beste geval ook moeten hebben: verwondering over zoveel tijdloze en grenzeloze kwaliteit.
Polis, 248 blz., 17,50 €.
31/12/2002
Toen uitgeverij Van Kampen het plan opvatte om in 1957, ter gelegenheid van de 75e verjaardag van Willem Elsschot, zijn Verzameld werk uit te geven, vroeg de auteur zelf of het niet te verkiezen zou zijn "dat ieder prozawerk gedrukt werd in de spelling van de oorspronkelijke, dus de eerste, uitgave." Met de nieuwe edities van het volledig werk, die bezorgd worden door Peter de Bruijn van het Constantijn Huygens Instituut in Den Haag, wordt aan die wens van Elsschot eindelijk voldaan. En wie die tekst leest, zal moeten toegeven dat die oude spelling, een soort mengeling van Kollewijn en De Vries & Te Winkel, nergens stoort.
Deze nieuwe edities zijn voorzien van een zeer uitgebreide verantwoording, waarin alle overgeleverde manuscripten, tijdschriftpublicaties en boekedities beschreven worden en de hele publicatiegeschiedenis overlopen wordt. De keuze voor de basistekst van deze uitgave wordt gedetailleerd toegelicht, en de correcties die aangebracht zijn op die basistekst worden aangegeven en verantwoord. Ten slotte worden minder voor de handliggende woorden en uitdrukkingen verklaard, alsook anderstalige passages vertaald. Het kan misschien voer voor intellectuelen, -- of zelfs vakidioten -- lijken, maar je bent tenminste zeker dat je een correcte tekst hebt. En het is interessant te lezen hoe het verhaal gegroeid is in de eerste twee manuscripten, toen het nog 'De Doop' heette, en de typoscripten die aan de voorpublicatie in het tijdschrift Groot-Nederland voorafgingen.
De roman zelf is nogal los van structuur en verhaalt het leven en de ondergang van de vrijdenker Pol van Domburg. De ondergang is te wijten aan de nieuwe pastoor, die ervoor zorgt dat niemand zijn kruidenierszaak nog aandoet. Voor hij sterft, schiet Pol de pastoor dood. Zijn dochter Anna probeert door een vroom en kwezelachtig leven voor de zielenrust van haar vader te werken. De bekroning op dat werk is de doop van het driejarig zoontje van haar socialistische neef Frits. Het is een roman die weer bol staat van cynisme, maar toch zeer realistisch is. Volledig parallel met de inhoud, gaf de redactie van het Katholieke Lectuurrepertorium aan De verlossing de meest negatieve kwotering. Dat verklaart waarom het boek 24 jaar moest wachten op een tweede druk en nog eens acht jaar op een derde. Gelukkig speelt dat tegenwoordig niet meer mee. [Johan Vanhecke]
Redactie
Dit is het tragikomische, destijds als 'antipapistisch' beoordeelde verhaal van de noodlottige vete tussen twee keiharde karakters: een winkelier-vrijdenker en een dorpspastoor. Het is een van de minder bekende romans van Willem Elsschot (1882-1960), maar wel een van zijn liefste. Met een nawoord van Eric Rinckhout en aantekeningen.
Rob Schouten
i /ul/08 j
Willem Elsschot, de grootste Vlaamse schrijver in het Nederlandse taalgebied, had een sterke voorkeur voor het beschrijven van oplichters en leugenaars. Elsschot, in het dagelijks leven zakenman Alfons de Ridder, wist er nu eenmaal alles van: de mens wil bedrogen worden. Het bekendste voorbeeld is wel zijn roman 'Lijmen/Het been' waarin een onnozele weduwe honderdduizenden exemplaren van het voze Algemeen Wereldtijdschrift in de maag wordt gesplitst. Maar eigenlijk komt er in elk van zijn romans en verhalen wel een type oplichter voor. Neem de drie zojuist heruitgeven werken, de romans 'De verlossing' en 'Pensioen' en de novelle 'Het tankschip'. Niet bepaald zijn bekendste werk, zelf had ik alleen 'Pensioen' al gelezen, maar karakteristiek voor de hele Elsschot.
'Pensioen', voor het eerst verschenen in 1937, biedt nog de meest onschuldige variant. De in den vreemde overleden Willem Verstappen heeft zijn kind bij Bertha erkend maar niettemin pikt zijn moeder (een van Elsschots weergaloze vrouwenportretten) jarenlang het voor de kleine Alfredje en zijn moeder bestemde pensioen in. In het slothoofdstuk laat de schrijver nog eens alle bij de malversatie betrokken personages passeren en wenst ze het beste en een opgewekt bestaan want (aldus de vrijdenker en atheïst Elsschot) "zoals Prediker gezegd heeft, jongen, er is voor alles een tijd".
Ook voor oplichten en profiteren kennelijk, zoals in het onaffe 'Het tankschip' uit 1941 wordt verhaald. Dit keer is het een dubieus echtpaar dat in de Tweede Wereldoorlog probeert schatrijk te worden door een onder duistere omstandigheden verworven tankschip in de haven van Marseille te verkopen zonder belasting te betalen. Het tijdsgewricht is een uitkomst voor hen: "Oorlog is een zegening. En het kapitalisme heeft toch zijn goede kant, is 't waar of niet?" Over de goedheid van de mens maakte Elsschot zich weinig illusies.
Maar het sterkst komt Elsschots preoccupatie met de bedrieglijke en bedrogen mens tot uiting in zijn vergeten roman 'De verlossing'. Elsschot, de Antwerpenaar, was een echte citydweller, al zijn romans spelen zich in de stad af, behalve 'De verlossing', uit 1915, een vroeg werk van ver voordat de schrijver in Nederland bekend werd.
Het gaat om de strijd tussen vrijdenker Pol Van Domburg en pastoor Kips, twee stijfkoppen op het Vlaamse platteland. Je zou zeggen dat de antiklerikale schrijver op de hand van de vrijdenker zou zijn maar zo eenvoudig ligt het toch niet. Pol is weliswaar een belezen en overtuigd socialist maar ook een ontoegankelijke brombeer die zijn vrouw met de regelmaat van de klok in elkaar slaat. Ik krijg ook niet de indruk dat hij de sympathie van de schrijver heeft als hij de pastoor vanaf zijn eigen doodsbed nogal lafhartig doodschiet: "Zij lagen nu, in 't zicht van de dood, als ware christenen tegen elkander óp te kermen." Pastoor Kips zelf deugt ook niet, je proeft eigenlijk geen enkele vroomheid bij hem, bovendien stroopt hij dat het een lust is. Met zijn ene oog doet hij ook meer aan de duivel dan aan een godsgezant denken. Kips heeft 'niets van een geestelijke', Pol zou 'een pracht van een kardinaal' zijn geweest.
Elsschot schreef veel over zakelijk bedrog maar hier gaat het dan toch over een ander soort oplichterij. Bijvoorbeeld als de zieke Pol zijn heil zoekt bij oude medische boeken vol kwakzalverij, of meer nog wanneer zijn dochter Anna door de abdis van het klooster wordt bewerkt om een mooie grote kamer in het klooster te huren. Niet mis is ook de slotscène waarin de vrome Anna haar achterneefje Willem, kind van vrijdenkers, zonder toestemming van de ouders laat dopen en het kind voorspiegelt dat de doop een soort sinterklaasfeest is, en dat hem lekkernijen staan te wachten. Het christendom als bedrieglijk zoethoudertje.
Willem Elsschot wordt vaak een cynische schrijver genoemd en inderdaad valt er weinig verheffends van zijn personages te verwachten, toch proef je ook diep weggestoken een vorm van mededogen met al die morele en maatschappelijke losers. Nergens breekt Elsschot de staf over hen.
Het verbaast niet dat schrijvers als Du Perron, Ter Braak en Vestdijk wegliepen met de illusieloze Vlaamse schrijver, hij was de volmaakte tegenstem van de romantische megalomanie die tot dan toe de literatuur had beheerst. Ook kende hij geen pudeur, zijn optreden moet als een soort loutering in een stijve, preutse wereld hebben gegolden; in 'Villa des Roses' met de beschrijving van een abortus en een zelfmoord, in 'De verlossing' met een masturbatiescène - het boek stond tot diep in de jaren vijftig op de katholieke index.
Samen met zijn Noord-Nederlandse collega Bordewijk wordt Elsschot vaak tot de Nieuwe Zakelijkheid gerekend, met Mondriaan en De Stijl als schilderkunstige representanten, liefhebbers van de rechte lijn en de primaire kleuren. Ook in de literatuur hebben ze de boel opgeschud met hun verzet tegen de mooie praatjes van vroeger. En nog steeds leest Elsschots werk als een pure verademing.
"Ditmaal echter kwam zij opzetten met een doodzonde, want een paar dagen tevoren, 's avonds voor zij in bed stapte, had zij, bij 't denken aan die jongen, haar hemd opgelicht en met bonzend hart haar eigen naaktheid aangekeken. Zij had toen haar hand niet kunnen bedwingen. Zo had zij daar gestaan, geheel van streek en hulpeloos verloren, tot een gestommel op de zolder haar tot bezinning had gebracht. Het was een bende ratten, die bezig waren Pol zijn koren weg te dragen. Er was een schok door haar lichaam gevaren, van onder tot boven, en hijgend als een afgejakkerd paard had zij staan luisteren. Doch toen zij begrepen had dat het die beesten waren, was zij zichzelf weer geheel meester geworden en biddend in slaap gevallen."
Uit: De verlossing.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.