Alles wat er was
Hanna Bervoets
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Uitgeverij Atlas Contact, 2017 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 14084 |
Dirk Leyman
il/pr/26 a
"Als een auteur zo intens leeft voor de literatuur, dan ben ik zeer content", zei Herman Brusselmans ooit over Hanna Bervoets (°1984). Hun literaire poëtica's mogen dan diametraal verschillen, toch herkennen ze elkaars heilige schrijfvuur. Prompt nam Brusselmans Bervoets op in de door hem mee samengestelde Das Magazin-bloemlezing 'De tien' (2014).
Stilaan is Bervoets uitgegroeid tot de fastest writing girl in town, met zes romans in acht jaar tijd en drie bundels de Volkskrant-columns. Vanaf haar wrang-komische debuut Of hoe waarom (2009) weekte Bervoets de aandacht los. Dit voorjaar nog vergaarde ze op krek dezelfde dag de Frans Kellendonk-oeuvreprijs én de BNG Literatuurprijs voor haar roman Ivanov (2016).
Intussen beginnen er zich thematische clusters af te tekenen. Op ingenieuze én verfrissende wijze ontrafelt Bervoets hoe we met liefde en genegenheid omgaan in een tijdperk waarin algoritmen mee ons gedrag kanaliseren, we als beheksten naar onze smartphone staren en zovelen hun heil van datingapps verwachten. Het uitgangspunt van Efter (2015) was bijvoorbeeld simpel en toch doeltreffend. Verliefdheid is een ziekte, een zinsverbijstering, een helse maar heerlijke kwaal. Die basisgedachte werkt Bervoets met ijzeren consequentie uit. In Ivanov kwam dan weer de wetenschap een mondje meepraten en kruiste ze mens en aap.
Therapeut in zakformaat
Ook in mozaïekroman Fuzzie vormen de peripetieën van de liefde de rode draad. Bervoets fileert onze stuntelige omgang met affectie, binding, gemis en verlangen in een verhaal dat zowel filosofische als maatschappelijk-sociologische dimensies heeft. Kun je soelaas vinden in liefdessurrogaten? Die eisen alleszins veel minder dan die verwachtingsvolle partner, met wie je je toch steeds aan 'die weegschaal van wederkerigheid' moet houden, betoogt Bervoets.
Vier hoofdpersonages krijgen in Fuzzie een mysterieus pluizig bolletje in handen. Spoedig vormt het voorwerp een onverbrekelijk onderdeel van hun leven en gaat het dat zelfs sturen. Deze troostrijke 'fuzzies' bezitten bijzondere capaciteiten: ze houden welsprekende monologen, zorgen op de meest onverwachte momenten voor peptalk en zijn een soort seismografen van hun 'gastheer'. Pluizige vrienden in nood, zij het in wel zeer abstracte vorm en met een nasale, soms krakerige stem. Dat is nodig, want zowel het pas opgebroken koppel, studente Maisie en 'productdesigner' Florence, de werkloos geworden Stephan als de bejaarde Diek zijn zielen met een zeker emotioneel deficit. Geen wonder dat ze zich in hun voortkabbelende levens gaan hechten aan deze technologische therapeuten in zakformaat. 'Hé jij, ben je daar eindelijk? Ik ben zo blij dat je mij gekozen hebt. Hoewel ik nog maar net in je handen lig, heb ik het gevoel dat ik je al heel lang ken?', verklaart het bolletje. 'Maar kleine, zeg eens dan, is liefde nou een medicijn tegen eenzaamheid of slechts een symptoom ervan?'
Ongeloofwaardig? Ooit was de tamagotchi als virtueel huisdier (en voorloper van Pokémon) een hype. Nu is optrekken met robotjes in Japan lang niet zo verrassend meer en zijn simulatiespelen er gemeengoed. Bervoets' visioenen komen dichterbij. Ze laat de werkelijkheid net genoeg kantelen zodat je haar voor waar aanneemt. Onwillekeurig moet je aan de magische touch van Haruki Murakami denken. De toon en opzet van Fuzzie zou hem vast bevallen.
Bervoets weeft een subtiel verhalenweb rond de vier personages en lost mondjesmaat raadsels op. De bolletjes verhogen flink hun greep op het bewustzijn - zij het tijdelijk. Fijntjes beschrijft ze herkenbare situaties, kleine aha-erlebnissen voor de hedendaagse mens, waarbij ze vooral inzoomt op de tribulaties tussen Maisie, die sneller over haar post-relatieleegte heen is, en Florence, die verdrietig ter plaatse blijft trappelen. Wat is het verschil tussen gemis en verlangen? 'Verlangen is een verwachting: de aanname dat het object van verlangen de dingen beter zal maken. Missen is een overtuiging: het idee dat de dingen in gezelschap van de ge- of vermiste beter zullen zijn.' Of jaloezie? 'Jaloezie is de angst dat anderen zien wat jij ziet.'
Zit Florence achter de pluizige orakels? En hoe snel laten we ons op sleeptouw nemen door een object? Hoe manipuleerbaar zijn we? En hoe handig en geruststellend is het niet, zo'n slim bolletje dat toch geen weerwerk geeft en waarop je alles kunt projecteren?
Worst aan een stok
Via allerlei zijpaadjes en verhalensnippers reflecteert Bervoets over de onvatbaarheid van aantrekkingskracht en over genegenheid als ruilmiddel, zoals ze in een ongewone leesinstructie schrijft. De ene keer neemt ze allerlei gratuite liefdesgoeroes op de hak. Op dat moment laat ze de bolletjes regelrechte wake-upcalls ventileren. Dan weer spuien ze platitudes en softe spreuken.
Toch gaat Fuzzie uiteindelijk wat zwabberen en mist het boek soms directie. Net als in Efter lanceert Bervoets nét iets te veel elkaar tegensprekende theorietjes én observaties, slalommend tussen milde satire en diepzinnige slapstick. 'Zou jij niet graag je hele leven licht aangeschoten willen wezen? Permanent het gevoel willen hebben dat je net je tweede glas leegdronk?'
Bervoets heeft geen waarheden in pacht. Ze laat haar personages rondtasten in een universum waarin liefde een zeer begeerd goed is en onzekerheid en wispelturigheid overheersende hipstermoods lijken. Zou het niet beter zijn fysieke behoeften te scheiden van affectie? Liefde is als die worst aan een stok. Hij hangt voor de neus van de hongerige hond, om op het laatste nippertje te worden weggetrokken. Met een pluizig en kleurig surrogaatbolletje bij de hand gaat het allemaal zoveel makkelijker.
Sofie Gielis
il/pr/28 a
De Nederlandse schrijfster Hanna Bervoets (33) schrijft graag over een toekomst die binnen handbereik is. In Ivanov waren dat uit de hand gelopen in-vitro-experimenten om een mensaap te creëren. In Efter werd verliefdheid een te verhelpen psychische aandoening. In Fuzzie ontwikkelt een productdesigner een filosoferend gadget dat gaten in harten dicht.
Maisie vindt op een ochtend zo'n pluizig exemplaar bij de post. 'Hé jij, ben je daar eindelijk?' zegt het ding. 'Ik ben zo blij dat jij mij gekozen hebt. Hoewel ik nog maar net in je handen lig heb ik het gevoel dat ik je al heel lang ken. Mag ik zeggen dat je mooi bent?' En Maisie is verkocht. Er verspreiden zich meer fuzzies in de stad. Florence, de ontwerpster en ex van Maisie, geeft er 's ochtends een paar mee aan haar onenightstand. Onderweg verliest ze er eentje. Die komt terecht bij de gepensioneerde, fanatiek internetdatende Diek en zijn enthousiaste hond. De andere wordt ingepikt door haar vriendje Stephan, een werkloze piloot die ook in hun relatie het noorden kwijt is.
Anders dan in haar vorige 'fictional science'-boeken is Hanna Bervoets in Fuzzie milder voor haar personages. Ze verdienen het geluk en krijgen dat ook, al is het mondjesmaat. En wat pijnlijk.
Fuzzie stelt verrassende, schijnbaar persoonlijke vragen of biedt uitdagingen die de koers van zijn gekwetste baasjes bijsturen. De omstandigheden verschillen, maar de praatjes zijn dezelfde. Een voorgeprogrammeerd balletje dat generische vragen stelt, zorgt voor de meest individuele geluksmomenten. 'Is dat niet wat iedereen wil: het geluk brengen in plaats van het te zitten opwachten?'
Koesteren
Eigenlijk is Fuzzie een warm dekentje dat geruststelt en afschermt, maar tegelijkertijd toont Bervoets de kille kant, de schrapende, pijnlijke aspecten van het leven en vooral van de liefde.
Onlangs ontving Bervoets nog de Frans Kellendonkprijs voor haar oeuvre. Die prijs wordt om de drie jaar toegekend aan een auteur met een originele kijk op maatschappelijke of existentiële problematieken. Een originelevisie heeft Hanna Bervoets zeker. Ze neemt haar onderwerpen lichtvoetig serieus, overdenkt de consequenties. Met Fuzzie bewijst ze bovendien dat ze geen 'wat als'-afstand nodig heeft, dat ze haar lezers ook op de huid kan zitten.
Fuzzie gaat bovenal over de herkenbare wens om gekoesterd te worden. Als waarzeggers met hun woorden gevoelige snaren weten te raken, is dat vaak te wijten aan een soort van zachte plekken die ieder mens heeft. We kunnen, met wat goede wil, allemaal wel een herinnering verbinden aan iemand die fluit of aan het gevoel van regendruppels in je nek. Hanna Bervoets speelt, net als het pluizige filosoofje dat ze verzon, datzelfde plagerige spel. De personages zijn bijzonder genoeg om niet met de lezer samen te vallen, maar ze fluiten en voelen regendruppels in hun nek waardoor ze lijken op zijn spiegelbeeld. Wat ze overkomt raakt.
De beloftevolle tekening van twee uitnodigende handen op de cover wordt nog eens herhaald op het titelblad, alsof het om een persoonlijke opdracht gaat. Een boek dat roept: 'Kom, ik zal u koesteren'.
Atlas/Contact, 286 blz., 19,99 € (e-boek 12,99 €).
Marnix Verplancke
2/ei/10 m
Een van de grappigste Star Trek -afleveringen is die waarin de Enterprise een paar cavia-achtige tribbles aan boord neemt, schattige wezentjes die wat kweken betreft de spreekwoordelijke konijnen ver achter zich laten, zodat er al gauw geen hoekje in het ruimteschip meer is waar geen tribble zit. De pluizige bolletjes die de hoofdrol spelen in Hanna Bervoets’ nieuwe roman Fuzzie doen aan tribbles denken. Niet dat ze zich uitzinnig voortplanten, maar net zoals die buitenaardse pluizenbollen schenken ze liefde, bakkenvol zelfs.
Maisie vindt zo’n fuzzie nadat ze gebroken heeft met Florence. Ook die laatste bezit zo’n lieve woordjes uitend bolletje, net als de zichzelf steeds meer verliezende Stephan en de oudere op zoek naar genegenheid zijnde Diek. Biedt zo’n fuzzie alleen maar troost, of raak je er je identiteit ook aan kwijt, vraagt Bervoets zich in deze roman af, want fuzzies maken mensen niet alleen gelukkig, ze werken ook verslavend. In een tijd waarin robots ingezet worden als gezelschap voor bejaarden en het bestaan van iedereen virtueler wordt, is dat geen slechte vraag.
Bervoets grossiert in min of meer diepzinnige uitspraken als ‘Kun je iemand missen die je gauw weer zult zien? Of is missen dan geen missen maar voorpret?’ Maar uiteindelijk kweken haar gedachten en woorden toch te veel als tribbles, en vrees je net als captain Kirk te zullen verdrinken in hun kroost.
***
Atlas Contact, 287 blz., € 19,99.
Leonie Wolterink
‘Hé jij, ben je daar eindelijk?’ Zo begint het pluizige bolletje te spreken. Alle personages ontvangen op raadselachtige manier een gekleurd, pluizig bolletje dat zo nu en dan tegen hen praat. Sterker nog: dat hen lijkt te begrijpen. Florence met haar liefdesverdriet die bij het bolletje troost vindt. Diek die elke keer kracht put uit het bolletje op het moment dat hij met een vrouw date. Stephan die niet meer blij is in zijn relatie. Alle personages vinden troost en genegenheid bij het bolletje. Alleen niet op commando. Soms, als ze willen dat het bolletje praat, zegt het juist niets. Dat zet de lezer aan het denken: wat als je troost en genegenheid het hardst nodig hebt? Laat affectie zich dan afdwingen? De continue verhaal- en perspectiefwisselingen maken het niet makkelijk om echt goed in het verhaal te komen. De verschillende verhaallijnen lezen meer als losse verhalen dan dat het een geheel wordt. Het boek is verdeeld in drie delen: lente, zomer en nazomer. Een modern sprookje over gemis, genegenheid en de vraag in hoeverre affectie zich laat afdwingen. In 2017 ontving de schrijfster (1984) de Frans Kellendonk-prijs voor haar oeuvre, dat zeer gevarieerd is. Voor ‘Ivanov’* ontving zij de BNG Bank Literatuurprijs 2016.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.